Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 07 december 2018

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 31 oktober 2018 in zake C.M., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 november 2018, heeft het Hof van Cassatie de volgende pr « Schendt artikel 20 van de wet van 14 februari 2014 met betrekking tot de rechtspleging voor het H(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2018206028
pub.
07/12/2018
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest van 31 oktober 2018 in zake C.M., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 november 2018, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 20 van de wet van 14 februari 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 14/02/2014 pub. 27/02/2014 numac 2014009077 bron federale overheidsdienst justitie Wet met betrekking tot de rechtspleging voor het Hof van Cassatie in strafzaken sluiten met betrekking tot de rechtspleging voor het Hof van Cassatie in strafzaken de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de mogelijkheid afschaft voor een minderjarige die het voorwerp uitmaakt van een beslissing tot uithandengeving en tot verwijzing die overeenkomstig artikel 57bis van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade is gewezen, om tegen die beslissing een onmiddellijk cassatieberoep in te stellen, terwijl een onmiddellijk cassatieberoep mogelijk is voor een beklaagde of een inverdenkinggestelde tegen de in laatste aanleg gewezen niet-definitieve beslissing inzake de bevoegdheid van de rechtscolleges ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7042 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^