Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 14 juni 2019

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 9 april 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 april 2019, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële « Schendt artikel 99bis juncto artikel 65, tweede lid, Strafwetboek de artikelen 10 en 11 van de Gr(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2019202759
pub.
14/06/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest van 9 april 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 april 2019, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 99bis juncto artikel 65, tweede lid, Strafwetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het inhoudt dat het de Belgische rechter op geen enkele wijze toegelaten wordt in het kader van de straftoemeting toepassing te maken van artikel 65, tweede lid Strafwetboek wanneer de beklaagde zich wenst te beroepen op een veroordeling uitgesproken door de strafgerechten van een andere lidstaat van de Europese Unie, ofschoon het gaat om misdrijven die reeds het voorwerp waren van een in kracht van gewijsde gegane beslissing en andere feiten die bij hem aanhangig zijn en die, in de veronderstelling dat zij bewezen zouden zijn, aan die beslissing voorafgaan en samen met de eerste misdrijven de opeenvolgende en voortgezette uitvoering zijn van eenzelfde misdadig opzet, hoewel de Belgische rechter wel verplicht wordt toepassing te maken van artikel 65, tweede lid Strafwetboek ingeval van een eerdere Belgische veroordeling en terwijl dergelijke buitenlandse veroordeling overeenkomstig artikel 99bis Strafwetboek door de Belgische rechter wel verplicht in aanmerking dient te worden genomen bij de beoordeling van bijvoorbeeld de toepassing van de omstandigheid van herhaling of de gunstmaatregelen inzake uitstel van de tenuitvoerlegging van de straf of opschorting van de uitspraak van de veroordeling ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7163 van de rol van het Hof.

De griffier, F. Meersschaut

^