Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 20 januari 1998

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij beschikking van 25 november 1997 in zake F. Zekaj en V. Zekaj tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof « Schendt artikel 8, § 2, vierde lid, van de wet van 10 juli 1996, die de wet van 15 december (...)

bron
arbitragehof
numac
1998021008
pub.
20/01/1998
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij beschikking van 25 november 1997 in zake F. Zekaj en V. Zekaj tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 9 december 1997, heeft de rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 8, § 2, vierde lid, van de wet van 10 juli 1996, die de wet van 15 december 1980 heeft gewijzigd, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 6 en/of 13 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, doordat het ieder afzonderlijk beroep tegen de beslissingen van de eerste voorzitters van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen verbiedt ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 1210 van de rol van het Hof.

De griffier, L. Potoms.

^