Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 10 november 2015

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 9 september 2015 in zake de Publiekrechtelijke Maatschappij voor het beheren van de Brusselse Schoolgebouwen tegen de Belgische Staat, FOD Financiën, w « Schendt artikel 2 van de ordonnantie van 22 december 1994 betreffende de onroerende voorheffing d(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2015205052
pub.
10/11/2015
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 9 september 2015 in zake de Publiekrechtelijke Maatschappij voor het beheren van de Brusselse Schoolgebouwen tegen de Belgische Staat, FOD Financiën, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 september 2015, heeft de Franstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 2 van de ordonnantie van 22 december 1994 betreffende de onroerende voorheffing de artikelen 10, 11 en 24 van de Grondwet, in zoverre : - het inhoudt dat de vrijstelling van de onroerende voorheffing voor de gebouwen bestemd voor het onderwijs, eigendom van de Gemeenschappen of van de publiekrechtelijke personen die eronder ressorteren, wordt beperkt tot 28 pct., - terwijl de gebouwen die zijn bestemd voor het vrij onderwijs of behoren tot het gesubsidieerd officieel onderwijs, waarvan de eigenaars noch de Gemeenschappen zijn, noch de publiekrechtelijke personen die eronder ressorteren, een gehele vrijstelling van de onroerende voorheffing genieten ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 6264 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^