Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 27 november 2015

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 25 september 2015 in zake de « Université libre de Bruxelles » tegen de Franse Gemeenschap, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen o 1. « Schendt artikel 107, tweede lid, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2004 b(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2015205478
pub.
27/11/2015
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 25 september 2015 in zake de « Université libre de Bruxelles » tegen de Franse Gemeenschap, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 16 oktober 2015, heeft de Franstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : 1. « Schendt artikel 107, tweede lid, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, volgens hetwelk de bepalingen van de artikelen 30 en 32 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen niet meer van toepassing zijn voor uit een fusie voortgekomen universitaire instellingen, de artikelen 10, 11 en 24 van de Grondwet, in zoverre het voorziet in het voordeel van een gunstige financieringsmaatregel in geval van fusies van universiteiten, zonder een verschillende of aangepaste behandeling voor te behouden aan de universiteiten waarvoor de vereiste voorwaarden om te fusioneren objectief moeilijker of onmogelijk te vervullen zijn ? »;2. « Schenden, los van of parallel met de hierboven gestelde eerste vraag, die betrekking heeft op de toepassing van de artikelen 30 en 32 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen in geval van fusies van universiteiten, artikel 29, § 2, van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen en artikel 107, tweede lid, van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, in samenhang gelezen, de artikelen 10, 11 en 24 van de Grondwet, in zoverre het gesloten mechanisme van financiering waarin is voorzien bij artikel 29, § 2, van de voormelde wet van 27 juli 1971 tot gevolg heeft dat elke verhoging van de financiering van een universiteit een vermindering van de financiering van de andere universiteiten met zich meebrengt, en in zoverre die vermindering - ten gunste van de ene of de andere - wordt verergerd in geval van fusies van bepaalde universiteiten binnen het geheel van de universiteiten in de Franse Gemeenschap ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 6269 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^