Etaamb.openjustice.be
Beschikking van 26 juli 2013
gepubliceerd op 09 september 2013

Ordonnantie houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 15 juli 2011 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap betreffende de afstemming van het arbeidsmarktbeleid, opleiding, vorming en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2013031708
pub.
09/09/2013
prom.
26/07/2013
ELI
eli/ordonnantie/2013/07/26/2013031708/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 JULI 2013. - Ordonnantie houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 15 juli 2011 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap betreffende de afstemming van het arbeidsmarktbeleid, opleiding, vorming en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden


Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt :

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art. 2.Instemming wordt betuigd met het Samenwerkingsakkoord van 15 juli 2011 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap betreffende de afstemming van het arbeidsmarktbeleid, opleiding, vorming en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden.

Art. 3.Deze ordonnantie heeft uitwerking met ingang van 15 juli 2011.

Bijlage Samenwerkingsakkoord tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap betreffende de afstemming van het arbeidsmarktbeleid, opleiding, vorming en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden Gelet op artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen zoals gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 en de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op het Protocol van 22 december 1988 tot regeling van de betrekkingen tussen de instellingen ontstaan uit de herstructurering van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening;

Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 30 april 1996 tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest houdende oprichting van een Nederlandstalig Brussels Overlegcomité inzake tewerkstelling en opleiding;

Gelet op het Protocolakkoord van 4 juni 2004 betreffende het gewijzigd beheer van de arbeidsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de uitvoering van het Sociaal Pact voor de Werkgelegenheid van de Brusselaars;

Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 24 februari 2005 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Waals Gewest, het Vlaams Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de interregionale mobiliteit van werkzoekenden;

Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 4 mei 2006 tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Vlaamse Gemeenschap betreffende de samenwerking inzake arbeidsmarktbeleid en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden;

Gelet op de ordonnantie van 27 november 2008 betreffende de ondersteuning van de missions locales pour l'emploi en de lokale werkwinkels;

Overwegende de besluiten van de Nationale Werkgelegenheidsconferentie van 9 oktober 2003 betreffende de interregionale mobiliteit van werkzoekenden; ook verwijzend naar advies van de sociale partners naar aanleiding van de interregionale banentop op 14 juli 2008;

Overwegende dat het Regeerakkoord 2009-2014 van de Vlaamse Regering pleit voor een structurele samenwerking met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in de domeinen van beroepsopleiding en tewerkstelling;

Overwegende dat het Regeerakkoord van 2009-2014 van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering benadrukt dat een efficiënt tewerkstellingsbeleid samenwerkingsverbanden noodzaakt met de andere Gewesten en Gemeenschappen op vlak van mobiliteit van werkzoekenden en opleidingen;

De Vlaamse Regering vertegenwoordigd in de persoon van de Minister-President, de heer Kris Peeters, Vlaams Minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, de heer Philippe Muyters, Vlaams Minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel, de heer Pascal Smet;

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering vertegenwoordigd in de persoon van de Minister-Voorzitter, de heer Charles Picqué, en de Minister belast met Tewerkstelling, Economie, Handel, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek, de heer Benoît Cerexhe;

Komen overeen wat volgt :

Artikel 1.§ 1. De VDAB en Actiris maken automatisch gegevens inzake werkaanbiedingen aan mekaar over : a) indien de werkaanbiedingen behoren tot de knelpuntberoepen waarvan in onderling overleg een lijst wordt opgesteld;b) indien de werkaanbiedingen niet behoren tot de sub a) maar dat blijkt dat de betrokken openbare tewerkstellingsdienst geen kandidaten kan vinden in het eigen werkzoekendenbestand;c) indien de werkaanbiedingen aangemeld zijn door een werkgever die gevestigd is op het grondgebied van de andere openbare tewerkstellingsdienst.De werkgever wordt per werkaanbieding hierover ingelicht.

Art. 2.§ 1. De Brusselse Minister van Tewerkstelling, de Vlaamse Minister bevoegd voor Werkgelegenheid en de Vlaamse Minister bevoegd voor Onderwijs, verbinden er zich toe om concrete acties op te zetten teneinde de interactie tussen de Brusselse werkzoekenden en de Vlaamse arbeidsmarkt te bevorderen, zodat werkzoekenden vlotter naar de betrokken arbeidsmarkt kunnen doorstromen. § 2. De strategische werkgroep, opgericht binnen het kader van dit samenwerkingsakkoord, moet zorgen voor een concreet actieplan dat aan de betrokken Ministers ter goedkeuring wordt voorgelegd ter uitvoering van de in § 1 bedoelde verbintenis, wordt in zijn werking bestendigd.

Deze werkgroep buigt zich prioritair over de instroom van Brusselse werkzoekenden naar werkaanbiedingen in de Vlaamse randgemeenten rond Brussel zonder dat dit limitatief is : Asse, Beersel, Dilbeek, Drogenbos, Grimbergen, Hoeilaart, Kraainem, Linkebeek, Machelen, Meise, Merchtem, Overijse, Sint-Genesius-Rode, Sint-Pieters-Leeuw, Tervuren, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem en Zaventem. Bijzondere aandacht gaat uit naar het luchthavengebied.

Deze werkgroep kan worden voorgezeten door medewerkers van de Ministers van Werk of door hun respectieve werkgelegenheidsdiensten.

De openbare tewerkstellingsdiensten maken structureel deel uit van de werkgroep. § 3. Er wordt overeengekomen om ambitieuze en realistische doelstellingen op het vlak van actieve vacaturebemiddeling voorop te stellen.

VDAB en Actiris stellen hiertoe, in overleg, een jaarlijks actieplan op ter uitvoering van de in § 3 bedoelde verbintenis. Dit actieplan bevat ambitieuze en realistische streefcijfers in functie van de conjunctuur inzake de plaatsing van Brusselse werkzoekenden. Er wordt gestreefd naar ten minste 1.000 Brusselse werkzoekenden. Op jaarbasis, rekening houdend met de conjunctuur, zal er gestreefd worden om ten minste 1.500 arbeidsplaatsen voor laaggeschoolden over te maken vanuit VDAB naar Actiris, deze laatste zal een verwijzingsratio van 6 werkzoekenden per arbeidsplaats nastreven. Dit plan bevat concrete acties inzake actieve vacaturebemiddeling, jobdatings, taalscans bij vacatures, Nederlands op de werkvloer, scholing, opleiding...

Indien nodig zal het actieplan ook bijzondere aandacht schenken aan andere doelgroepen beoogd met het diversiteitsbeleid in het Brussels Gewest dan die vermeld in § 3.

Het actieplan tussen VDAB en Actiris wordt, na advies van hun beheersorganen, aan de bevoegde Ministers overgemaakt en jaarlijks opgevolgd en geëvalueerd.

Art. 3.§ 1. De Brusselse Minister bevoegd voor Tewerkstelling en de Vlaamse Minister bevoegd voor Professionele Vorming, verbinden er zich toe drie lokale werkwinkels, gebundeld binnen Tracé Brussel VZW, in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te bestendigen in hun werking. Elke werkzoekende kan in de Brusselse lokale werkwinkel terecht voor dienstverlening verzorgd door Tracé Brussel VZW. § 2. De modaliteiten inzake de lokale werkwinkels worden bepaald in een samenwerkingsprotocol tussen de VDAB en Actiris, zoals bepaald in betrokken ordonnantie. Zij kunnen in onderling akkoord andere partners uitnodigen om toe te treden tot dit samenwerkingsprotocol via overeenkomsten. § 3. De financiële interventie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is verdeeld tussen de missions locales pour l'emploi en de lokale werkwinkels volgens een verhouding 80/20. § 4. De werking van de Werklijn-CAD VZW als trajectbegeleidingsdienst voor personen met een arbeidshandicap in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de samenwerking met de lokale werkwinkels in dit verband, wordt verder vanuit Vlaanderen ondersteund.

Art. 4.De Vlaamse Minister bevoegd voor Professionele Vorming ondersteunt een impulsprogramma inzake werkgerelateerde taalopleidingen Nederlands tweede taal ter bevordering van de professionele inschakeling van de Brusselse werkzoekenden. Hij maakt hiervoor vanaf 2012 een bijkomend recurrent budget van 150.000 euro vrij. Tevens ondersteunt de Vlaamse Minister bevoegd voor Professionele Vorming de actie van de VDAB in het kader van het « Talenplan voor de Brusselaars ».

De Brusselse Minister bevoegd voor Tewerkstelling stelt het instrument van de taalcheques ter beschikking van de Brusselse werkzoekenden die deze opleidingen willen volgen en een baan zoeken. Actiris zorgt voor een toeleiding naar de taalopleidingen in het traject naar werk van de Brusselse werkzoekende.

Dit gebeurt in nauw overleg met de onderwijs- en vormingsverstrekkers en het Huis van het Nederlands.

Art. 5.De toetreding van de VDAB tot het Netwerk van Partners voor Werk heeft het faciliteren van de engagementen, vermeld in de artikelen 1 tot en met 4, tot gevolg. De VDAB en Actiris zullen na het afsluiten van onderhavig samenwerkingsakkoord de hierin vermelde engagementen via het Netwerk van Plaatselijke Werkgelegenheidsplatforms verder operationaliseren. Dit faciliteert een betere communicatie en coördinatie tussen beide instellingen, verhoogt de transparantie met betrekking tot de inschakelingstrajecten van werkzoekenden en bevordert de nabijheid en toegankelijkheid van de dienstverlening.

Art. 6.§ 1. De Vlaamse Minister bevoegd voor Werkgelegenheid en de Brusselse Minister bevoegd voor Tewerkstelling verbinden er zich toe in onderling overleg een crisiscel op te richten telkens er zich op het grondgebied van de ene Minister een herstructurering, collectief ontslag of faillissement voordoet van een onderneming waarbij meer dan 50 betrokken werknemers in het andere Gewest wonen. § 2. De in § 1 bedoelde crisiscel wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van de betrokken ministers en de openbare tewerkstellingsdiensten.

De cel wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Minister bevoegd voor Tewerkstelling van het Gewest waar de exploitatiezetel van de betrokken onderneming gevestigd is. Als de onderneming meerdere zetels heeft, wordt als criterium het Gewest genomen waarin de meeste getroffen werknemers gedomicilieerd zijn.

De sociale partners worden bij de werkzaamheden van deze crisiscel betrokken, overeenkomstig de bepalingen en afspraken die bestaan in het hoger vermelde Gewest.

Art. 7.Tussen het Brussels Nederlandstalig Comité voor Tewerkstelling en Opleiding (BNCTO) en Actiris werd in het kader van het samenwerkingsakkoord tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Vlaamse Gemeenschap van 4 mei 2006 een protocol afgesloten dat de werking van de projectontwikkelaars diversiteit van het BNCTO regelt en afstemt op de vereisten van het Brussels werkgelegenheidsbeleid.

Met het oog op verdere coördinatie en een coherente aanpak in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest inzake de wenselijke diversiteit op de arbeidsmarkt en de problematiek van discriminatie bij aanwerving zullen de projectontwikkelaars diversiteit van het BNCTO volgens een af te spreken aanpak en tijdspad van 3 jaar, in volledige synergie en coherentie met de diversiteitscel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, samenwerken. De kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen van de projectontwikkelaars diversiteit van het BNCTO en van de diversiteitsconsulenten van de diversiteitscel zullen daarbij op elkaar worden afgestemd. De afspraken over aanpak, ondersteuning en tijdspad van deze activiteiten worden in een protocol tussen Actiris en het BNCTO vastgelegd. Dit protocol wordt ondertekend binnen de 6 maanden na het afsluiten van dit samenwerkingsakkoord.

Art. 8.§ 1. De Brusselse Minister bevoegd voor Tewerkstelling, de Vlaamse Minister bevoegd voor Professionele Vorming en de Vlaamse Minister bevoegd voor Onderwijs zullen erover waken dat de begeleidingstrajecten en opleidingstrajecten van de Brusselse werkzoekenden, in het bijzonder van de Brusselse vroegtijdige en/of ongekwalificeerde schoolverlaters, zo naadloos mogelijk op mekaar aansluiten.

Onmiddellijk na het afsluiten van onderhavig samenwerkingsakkoord wordt een werkgroep tussen VDAB en Actiris opgericht met het oog op het afsluiten (maximaal 3 maanden na aanvang van de werkgroep) van een samenwerkingsprotocol tussen beide organisaties. § 2. Volgende themata dienen onder meer het voorwerp uit te maken van het af te sluiten samenwerkingsprotocol : - naadloos aansluiten van een oriëntering naar en inschrijving in opleiding (Actiris) en de effectieve aanvang van de opleiding (VDAB); - geïnformatiseerde uitwisseling van de beschikbare opleidingsplaatsen en instapdata bij VDAB-RDB en partners alsook de inschrijving van de werkzoekenden in opleiding; - Actiris staat in voor een goede screening van de kandidaten en een vlotte toeleiding naar de opleidingsplaatsen. § 3. Ten behoeve van de leerlingen in de centra « deeltijds leren en werken » en de Leertijd zal er een werkgroep tussen VDAB, Actiris, het Vlaams Agentschap voor Ondernemersvorming - Syntra Vlaanderen - en een afgevaardigde van de Vlaamse Minister van Onderwijs opgericht worden teneinde de werking voor dit doelpubliek te onderzoeken en naar de Brusselse situatie te vertalen. Men streeft hierbij naar een samenwerkingsprotocol ter uitvoering van artikel 141 van het decreet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/07/2008 pub. 03/10/2008 numac 2008203342 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap sluiten betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap. § 4. De ondertekenende partijen engageren zich om een akkoord af te sluiten dat de modaliliteiten en de begeleiding van de interregionale mobiliteit voor leer- en stageovereenkomsten met alle belanghebbenden regelt.

Art. 9.Heden werpt de samenwerking tussen VDAB en de Beroepenreferentiecentra van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vruchten af. In samenspraak met VDAB wordt deze samenwerking bestendigd, en waar mogelijk geïntensifieerd.

Art. 10.De Vlaamse Minister bevoegd voor Professionele Vorming, de Vlaamse Minister bevoegd voor Onderwijs en de Brusselse Minister bevoegd voor Tewerkstelling, dragen, respectievelijk VDAB en Actiris, op tot het uitwisselen, op geïnformatiseerde wijze van de beschikbare stageplaatsen voor leerlingen en werkzoekenden in bedrijven uit enerzijds Brussel en anderzijds de Vlaamse randgemeenten rond Brussel zonder dat dit limitatief is : Asse, Beersel, Dilbeek, Drogenbos, Grimbergen, Hoeilaart, Kraainem, Linkebeek, Machelen, Meise, Merchtem, Overijse, Sint-Genesius-Rode, Sint-Pieters-Leeuw, Tervuren, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem en Zaventem. Bijzondere aandacht gaat uit naar het luchthavengebied.

Gedaan te Brussel, op 15 juli 2011 in vijf originele exemplaren (Nederlands en Frans).

Voor de Vlaamse Regering : De Minister-President van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse Minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel, P. SMET De Vlaamse Minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Ph. MUYTERS Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Ch. PICQUE De Minister van Tewerkstelling, Economie, Handel, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek, B. CEREXHE Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 26 juli 2013.

Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, R. VERVOORT Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, G. VANHENGEL Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken en Vervoer, Mevr. Br. GROUWELS Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. C. FREMAULT _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2012/2013 : A-392/1 : Ontwerp van ordonnantie A-392/2 : Verslag Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 12 juli 2013.

^