Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 08 oktober 2009
gepubliceerd op 30 oktober 2009

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de weigering van vernieuwing van de vergunning voor het exploiteren van een taxidienst afgeleverd aan de BVBA M.T.S., met betrekking tot de identificatieplaat nr. 2409

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2009031526
pub.
30/10/2009
prom.
08/10/2009
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 OKTOBER 2009. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de weigering van vernieuwing van de vergunning voor het exploiteren van een taxidienst afgeleverd aan de BVBA M.T.S., met betrekking tot de identificatieplaat nr. 2409


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur, gewijzigd bij de ordonnantie van 11 juli 2002 en 20 juli 2006, inzonderheid op artikelen 5 en 7, §§ 3 en 4;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2007 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur, inzonderheid op artikel 54 en volgende;

Gelet op de vergunning voor het exploiteren van een taxidienst door middel van een voertuig, waarvan de BVBA « M.T.S. », wier zetel gevestigd is Emile Carpentierstraat 37, te 1070 Brussel, houder is, met de identificatieplaat nr. 2409, verlopen op 30 juni 2008;

Gelet op de aanvraag voor de hernieuwing van de voornoemde vergunning, op 17 maart 2008 ingediend bij het gewestelijke bestuur der taxi's;

Overwegende dat in artikel 7, § 4, lid 2, van de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur wordt voorgeschreven dat de aanvraag tot hernieuwing van de vergunning ingediend moet worden ten vroegste negen maanden en ten laatste zes maanden vóór het aflopen van de geldige vergunning; dat de in dit geval op 17 maart 2008 ingediende aanvraag, met 30 juni 2008 als vervaldatum van de lopende vergunning, bijgevolg laattijdig en onontvankelijk is; dat de hernieuwingsaanvraag om die reden geweigerd wordt;

Overwegende ten overvloede dat de Administratie in het raam van de toepassing van artikel 7, § 4, van de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur, getracht heeft na te gaan of de dienst waarop de aanvraag tot vergunningshernieuwing betrekking heeft, geëxploiteerd werd met inachtneming van de geldende regelgeving en overeenkomstig het beginsel van het openbaar nut van de taxidiensten, waarvan sprake in artikel 5 van bedoelde ordonnantie; dat het onderzoek van de Administratie o.m. betrekking had op de naleving door de exploitant van de sociale wetgeving alsook op het in voldoende mate ter beschikking stellen van het geëxploiteerde voertuig voor het publiek, punten bedoeld respectievelijk in artikel 7 § 4, 6° en 4° van de ordonnantie;

Overwegende dat ter gelegenheid van een verhoor dat bij de Administratie werd gehouden op 21 januari 2009, de vertegenwoordiger van de vennootschap « M.T.S. » gewag heeft gemaakt enerzijds van een uitstaande schuld van euro 8.166,27 wegens het bestaan van achterstallige sociale bijdragen in het raam van het sociaal statuut van zelfstandigen en anderzijds van het ontbreken van een chauffeur voor de geëxploiteerde taxi in de periode van maart t.e.m. december 2007 om reden van een motorbreuk aan de taxi;

Overwegende dat wat de achterstallige sociale bijdragen verschuldigd door de zaakvoerder van de vennootschap betreft, deze de toestemming heeft gekregen om ze af te lossen in zeven maandelijkse afbetalingen van euro 1.166,61 vanaf 5 januari 2009, zoals aangetoond door een geschrift van 22 januari 2009 van de socialeverzekeringskas « H.D.P. »; dat deze omstandigheid, mocht er geen andere tekortkoming vastgesteld zijn, een hernieuwing van de exploitatievergunning voor een beperkte duur, nl. de periode van de door de sociale verzekeringskas toegestane zuiveringsplan, teneinde de nakoming van de sociale verplichtingen op te volgen, niet in de weg zou staan, dat dit hier evenwel niet het geval is;

Overwegende immers dat, wat de terbeschikkingstelling van het geëxploiteerde voertuig voor het publiek betreft, het vaststaat dat het voertuig niet ter beschikking van het publiek werd gesteld tijdens de hele periode van maart 2007 t.e.m. december 2007, om de enige reden dat de motor van de als taxi geëxploiteerde voertuig kapot was;

Overwegende dat krachtens artikel 7, § 4, 4°, van de ordonnantie van 27 april 1995, de hernieuwing van de vergunning geweigerd kan worden indien het voertuig niet genoeg ter beschikking van het publiek gesteld werd tijdens de duur die voorgeschreven is door de vergunning waarvoor de hernieuwing gevraagd wordt, behalve als de exploitant zich kan beroepen op uitzonderlijke economisch of sociaal verantwoorde redenen;

Overwegende dat artikel 3, lid 2, van het besluit van de regering van 29 maart 2007 bepaalt : « om aan de bepaling van artikel 7, § 4, 4°, van de ordonnantie te voldoen, dienen de geëxploiteerde voertuigen ter beschikking te worden gesteld van het publiek minimum gedurende een tijdspanne die overeenstemt met het voltijds in dienst nemen van ten minste een chauffeur per geëxploiteerd voertuig die effectief tewerkgesteld wordt het hele jaar door, waarbij de controle verricht wordt per kalenderjaar »;

Overwegende dat in onderhavig geval door de exploiterende vennootschap niet betwist wordt dat het voertuig niet ter beschikking van het publiek werd gesteld gedurende de periode van maart t.e.m. december 2007, d.i. het grootste deel van het jaar op het einde waarvan de aanvraag tot hernieuwing van de vergunning ingediend had moeten worden met toepassing van artikel 7 § 4, lid 2 van de ordonnantie;

Overwegende dat aldus uit de stukken van het dossier blijkt dat de exploiterende vennootschap het voor de exploitatie ingezette voertuig in onvoldoende mate ter beschikking van het publiek heeft gesteld in het jaar 2007, dat de exploitant geen uitzonderlijke economisch of sociaal verantwoorde redenen heeft doen gelden;

Overwegende dat de kapotte motor van het geëxploiteerde taxivoertuig immers niet kan worden beschouwd als een geval van overmacht, en evenmin als een uitzonderlijke, economische of sociale omstandigheid, van dien aard dat ze een verklaring zou kunnen vormen voor het niet inzetten van dit voertuig voor de exploitatie gedurende een zo lange periode;

Overwegende dat met toepassing van artikel 5 van de ordonnantie van 27 april 1995, de vergunning voor het exploiteren van een taxidienst afgeleverd wordt ter wille van het openbaar nut van de dienst, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld bij artikelen 3, 39 en 134 van de Grondwet.

Art. 2.De vergunning voor het exploiteren van een taxidienst met behulp van een voertuig, afgeleverd aan de BVBA « M.T.S. », wier zetel gevestigd is Emile Carpentierstraat 37, te 1070 Brussel, met de identificatieplaat nr. 2049, vervallen op 30 juni 2008, wordt niet hernieuwd.

Art. 3.Dit besluit moet onmiddellijk worden uitgevoerd, waarbij de BVBA « M.T.S. » verzocht wordt de identificatieplaat nr. 2409, het vergunningsdocument (oranje kaart) bedoeld in artikel 34, 1° van het besluit van 29 maart 2007, alsook het verklikkerlichten (« spoetnik ») bedoeld in artikel 39 van hetzelfde besluit, aan de Administratie te bezorgen binnen de tien dagen na de kennisgeving van dit besluit.

Art. 4.De Minister tot wiens bevoegdheid de Taxidiensten behoren, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 8 oktober 2009.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken en Vervoer, Mevr. B. GROUWELS

^