Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 maart 2017
gepubliceerd op 04 april 2017

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2017030194
pub.
04/04/2017
prom.
23/03/2017
ELI
eli/besluit/2017/03/23/2017030194/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 MAART 2017. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 10/07/2007 numac 2007022774 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 oktober 1997 betreffende cosmetica type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk sluiten betreffende het opleidingsfonds dienstencheques


De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Tewerkstelling, Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen, artikel 9bis;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 10/07/2007 numac 2007022774 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 oktober 1997 betreffende cosmetica type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk sluiten betreffende het opleidingsfonds dienstencheques;

Gelet op de gendertest, uitgevoerd op 24 november 2016;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 oktober 2016;

Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, gegeven op 8 december 2016;

Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, gegeven op 22 december 2016;

Gelet op het advies 60.926/1 van de Raad van State, gegeven op 2 maart 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat de terugwerkende kracht van de administratieve documenten toegestaan is zodra ze noodzakelijk is voor de continuïteit van de openbare dienstverlening en voor de regularisatie van een bestaande of rechtstoestand, in zoverre ze de rechtszekerheid en de individuele rechten respecteert;

Overwegende dat de terugwerkende kracht ook toegelaten is zodra ze noodzakelijk is voor de uitvoering van de wet;

Overwegende dat de goedkeuring in casu van een retroactief besluit een grotere rechtszekerheid ten gunste van de burgers met zich mee zal brengen door het verschaffen van een volledige rechtsgrondslag;

Overwegende dat de terugwerkende kracht tot 1 januari 2017 de regionalisering in de besluittekst verwerkt, en dat ze bovendien wordt gerechtvaardigd door de volgende feiten: - de opleidingen worden inhoudelijk en vooral op het vlak van doelstellingen uitgebreid, met nieuwe mogelijkheden van professionele mobiliteit voor de dienstenchequewerknemers in en buiten de dienstenchequesector; - de erkende ondernemingen zullen met toepassing van het koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 22/12/2001 numac 2001013259 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende de dienstencheques type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001013274 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 18 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers sluiten betreffende de dienstencheques een bijkomende indexaanpassing kunnen genieten die al zal worden gebruikt voor alle dienstencheques die vanaf 1 januari 2017 bij het uitgiftebedrijf worden ingediend. Als het onderhavige besluit de nadere regels voor het systeem niet met terugwerkende kracht zou bepalen, zouden ze zonder uitwerking blijven, in het bijzonder de bepalingen over het vormingsplan, wat in het nadeel van de erkende ondernemingen zou zijn;

Op de voordracht van de minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Tewerkstelling;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 10/07/2007 numac 2007022774 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 oktober 1997 betreffende cosmetica type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk sluiten betreffende het opleidingsfonds dienstencheques, laatst gewijzigd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 oktober 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/10/2015 pub. 05/11/2015 numac 2015031734 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, wordt punt 3° geschrapt.

Art. 2.In artikel 2, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juli 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/07/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009203451 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, worden het eerste en het tweede lid vervangen als volgt: " § 1. Om in aanmerking te komen voor de terugbetaling van de opleidingskosten bedoeld in artikel 9bis, § 1, van de wet moet de opleiding: -ofwel samenhangen met de functie die de dienstenchequewerknemer uitoefent. In het bijzonder de volgende opleidingsthema's hangen samen met de uitgeoefende functie: attitude, omgaan met klanten, ergonomie, efficiënt organiseren, veiligheid en hygiëne, het leren van gebarentaal en het gebruik van het Nederlands/Frans/Engels op de werkvloer.

Een opleiding eerste hulp hangt samen met de uitgeoefende functie en komt ook in aanmerking voor een terugbetaling van de in artikel 9bis, § 1 van de wet beoogde opleidingskosten; - ofwel een specialisatie of professionele mobiliteit van de dienstenchequewerknemer nastreven binnen de dienstenchequesector, of binnen gelijk welke andere sector.".

Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 oktober 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/10/2015 pub. 05/11/2015 numac 2015031734 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, worden volgende wijzigingen aangebracht: 1° § 1 wordt aangevuld met de woorden ", en de vormingsplannen moet goedkeuren zoals bedoeld in artikel 8 van het koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 22/12/2001 numac 2001013259 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende de dienstencheques type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001013274 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 18 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers sluiten betreffende de dienstencheques."; 2° in § 4 worden de woorden "of vertegenwoordigd" tussen de woorden "moeten aanwezig" en "zijn" ingevoegd.

Art. 4.In artikel 5 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 oktober 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/10/2015 pub. 05/11/2015 numac 2015031734 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, 1°, worden de woorden "het nummer van de vestigingseenheid of vestigingseenheden," ingevoegd tussen de woorden "uniek ondernemingsnummer," en de woorden "de identiteit";2° in paragraaf 1, tweede lid, wordt punt 4° aangevuld met de woorden "in deze vestigingseenheid of vestigingseenheden"; 3° het tweede lid van paragraaf 2 wordt vervangen als volgt: "Als de onderneming haar aanvraag of haar dossier niet binnen de twee maanden die volgen op de verzending van de voornoemde brief vervolledigt, wordt de aanvraag als onbestaande beschouwd.".

Art. 5.In artikel 6, paragraaf 1, tweede lid, 1° van hetzelfde besluit worden de woorden "het nummer van de vestigingseenheid" ingevoegd tussen de woorden "uniek ondernemingsnummer," en de woorden "de identiteit".

Art. 6.In artikel 6bis van hetzelfde besluit, wordt paragraaf 2, tweede lid vervangen als volgt: " Als de verstrekker van de opleiding zijn/haar aanvraag of dossier niet binnen de twee maanden die volgen op de verzending van de voornoemde brief vervolledigt, wordt de aanvraag als onbestaande beschouwd.".

Art. 7.In artikel 6ter, paragraaf 1, tweede lid, 1° van hetzelfde besluit worden de woorden "het nummer van de betrokken vestigingseenheid of vestigingseenheden van de erkende onderneming" ingevoegd tussen de woorden "uniek ondernemingsnummer," en de woorden "de identiteit".

Art. 8.In artikel 6quater, eerste paragraaf, vijfde lid, 1° van hetzelfde besluit worden de woorden "het nummer van de vestigingseenheid waaraan de werknemer verbonden is," ingevoegd tussen de woorden "uniek ondernemingsnummer," en de woorden "de identiteit".

Art. 9.In artikel 7, derde lid van hetzelfde besluit worden de woorden "met uitzondering van een cofinanciering door een sectoraal opleidingsfonds," geschrapt.

Art. 10.Artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2009 en 10 oktober 2013, wordt vervangen als volgt: "

Art. 8.§ 1. Een erkende onderneming kan enkel de terugbetaling verkrijgen van opleidingskosten gemaakt tijdens een periode waarin haar erkenning, bedoeld in hoofdstuk IIbis van het voornoemde koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 22/12/2001 numac 2001013259 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende de dienstencheques type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001013274 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 18 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers sluiten, niet ingetrokken was, en op voorwaarde dat ze kan aantonen dat ze ten minste 2000 dienstencheques heeft ingediend bij het bevoegde uitgiftebedrijf in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gedurende het kalenderjaar dat voorafging aan het kalenderjaar van de berekening van haar budget. Als dat niet het geval is, zal het erkende bedrijf van het bestuur geen enkel budget ontvangen. § 2. Het maximale recht op terugbetaling voor de opleidingskosten van een bepaald kalenderjaar voor een erkende onderneming, dat in het voorgaande kalenderjaar over een erkenning beschikte in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, voor een terugbetaling zoals bedoeld in artikel 6 of artikel 6ter wordt als volgt berekend: a x b/c a = het voor dat kalenderjaar beschikbare budget voor het opleidingsfonds dienstencheques, bedoeld in artikel 9bis, § 2, van de wet. De bedragen die niet werden toegekend aan de erkende bedrijven die het minimaal aantal vereiste dienstencheques niet hebben ingediend, worden opgenomen in het beschikbare budget; b = het aantal door het uitgiftebedrijf aan de erkende onderneming betaalde dienstencheques in het vorige kalenderjaar; c = het totale aantal door het uitgiftebedrijf betaalde dienstencheques in het vorige kalenderjaar, waarvan het totale aantal dienstencheques wordt afgetrokken dat is ingediend door de erkende bedrijven die niet het minimale aantal vereiste dienstencheques hebben bereikt.

Elke onderneming die in de loop van dit kalenderjaar en in het kader van de dienstencheques in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een erkenning krijgt, ontvangt een maximaal recht op terugbetaling, dat: - 1.000 EUR bedraagt als deze erkenning wordt toegekend in de loop van het eerste kwartaal van dit kalenderjaar; - 750 EUR bedraagt als deze erkenning wordt toegekend in de loop van het tweede kwartaal van dit kalenderjaar; - 500 EUR bedraagt als deze erkenning wordt toegekend in de loop van het derde kwartaal van dit kalenderjaar; - 250 EUR bedraagt indien deze erkenning wordt toegekend in de loop van het vierde kwartaal van dit kalenderjaar.

Dit maximale recht op terugbetaling wordt toegekend aan een onderneming die erkend is in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. § 3. Als de door een erkende onderneming ingediende aanvragen voor een bepaald kalenderjaar het bedrag bedoeld in § 2 overschrijden, wordt de terugbetaling tot dit bedrag beperkt voor de aanvraag die de overschrijding veroorzaakt. § 4. Onverminderd de verplichting om zijn personeel te vormen, het opleggen van een eventuele administratieve boete en de terugvordering van de ten onrechte ontvangen bedragen, wordt het erkende bedrijf dat een aanvraag voor een terugbetaling van de opleidingskosten voor een of meer werknemers indient bij het in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegde Secretariaat opleidingsfonds, tijdens het jaar dat volgt op de gemotiveerde inhoudingsbeslissing van het bestuur uitgesloten van het budget waarin dit artikel voorziet, als het een identieke aanvraag betreffende dezelfde opleiding, dezelfde periode en dezelfde werknemers indient bij het orgaan dat bevoegd is voor de terugbetaling van deze opleidingskosten in het Vlaams en/of Waals Gewest, en/of op sectorniveau.".

Art. 11.In artikel 9 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 oktober 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/10/2015 pub. 05/11/2015 numac 2015031734 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, worden de woorden "binnen de grenzen van de beschikbare begrotingskredieten" vervangen door de woorden " voor zover het globale budget met betrekking tot het Opleidingsfonds dienstencheques voor het kalenderjaar niet overschreden is".

Art. 12.In hetzelfde besluit wordt er een artikel 9bis ingevoegd, luidende: "Art. 9bis § 1. Als de erkende onderneming de resterende verhoging wil genieten, die overeenstemt met 2% van 27% van de som van de aanschafprijs van de dienstencheque en de daaraan gekoppelde tegemoetkoming, bedoeld in artikel 8, § 1, derde lid van het koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 22/12/2001 numac 2001013259 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende de dienstencheques type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001013274 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 18 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers sluiten betreffende de dienstencheques, bezorgt ze een vormingsplan aangepast aan de behoeften van de personeelsleden die dienstenchequewerknemers zijn aan het Secretariaat opleidingsfonds. § 2. Het Secretariaat opleidingsfonds bevestigt de ontvangst van dit plan en bezorgt het ter goedkeuring aan de Commissie opleidingsfonds dienstencheques. § 3. Binnen de twee maanden nadat ze het dossier ontvangt, spreekt de Commissie opleidingsfonds dienstencheques er zich over uit. Het Secretariaat opleidingsfonds deelt de beslissing van de Commissie mee aan de administratie. § 4. Als de Commissie op 31 december van het jaar waarin de erkende onderneming het plan heeft ingediend, geen beslissing heeft genomen, is het goedgekeurd.".

Art. 13.In artikel 10 van hetzelfde besluit wordt het woord "Ministerraad" vervangen door het woord "Minister".

Art. 14.In hetzelfde besluit wordt er een artikel 10ter ingevoegd, luidende: "

Art. 10ter.De in dit besluit bedoelde termijnen zijn kalenderdagen.

De dag van de handeling die de aanvang van de termijn vormt, is niet inbegrepen. De vervaldag wordt in de termijn meegerekend. Als de vervaldag evenwel een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag is, wordt de vervaldag uitgesteld tot de eerstkomende werkdag.".

Art. 15.In hetzelfde besluit wordt er een artikel 10quater ingevoegd, luidende: "

Art. 10quater.Voor het jaar 2016 kunnen enkel de erkende ondernemingen met maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gedurende het volledige jaar 2016 in toepassing van artikel 8 het maximale recht op terugbetaling en op het budget toegekend door het Opleidingsfonds dienstencheques van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest genieten.".

Art. 16.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2017, met uitzondering van artikel 15, dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2016.

Art. 17.De minister bevoegd voor Tewerkstelling wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 23 maart 2017.

De minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest R. VERVOORT De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Tewerkstelling, D. GOSUIN

^