Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 december 2017
gepubliceerd op 18 januari 2018

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2015 betreffende de promotie van groene elektriciteit

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2017041027
pub.
18/01/2018
prom.
21/12/2017
ELI
eli/besluit/2017/12/21/2017041027/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 DECEMBER 2017. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 17/12/2015 pub. 08/01/2016 numac 2015031887 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de promotie van groene elektriciteit sluiten betreffende de promotie van groene elektriciteit


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

Gelet op bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, artikel 8;

Gelet op de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 27, § 2;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 17/12/2015 pub. 08/01/2016 numac 2015031887 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de promotie van groene elektriciteit sluiten betreffende de promotie van groene elektriciteit;

Gelet op het advies van de Raad voor het Leefmilieu van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, gegeven op 29/06/2017 ;

Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, gegeven op 6/07/2017 ;

Gelet op het advies van BRUGEL, gegeven 8/09/2017 ;

Gelet op het advies van de Raad van gebruikers van elektriciteit en gas, gegeven op 5/07/2017 ;

Gelet op het advies 62.410/3 van de Raad van State, gegeven op 05/12/2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voordracht van de Minister van Energie ;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het huidige besluit zet de Richtlijn (EU) 2015/1513 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 tot wijziging van Richtlijn 98/70/EG betreffende de kwaliteit van benzine en dieselbrandstof en tot wijziging van Richtlijn 2009/28/EG ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen gedeeltelijk om.

Art. 2.In artikel 4 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 17/12/2015 pub. 08/01/2016 numac 2015031887 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de promotie van groene elektriciteit sluiten betreffende de promotie van groene elektriciteit, worden een vijfde, een zesde en een zevende paragraaf toegevoegd, luidend als volgt : " § 5. De erkenning wordt toegekend voor een periode van 5 jaar. Ze kan worden verlengd met periodes van 5 jaar na de toestemming van BRUGEL. De verlengingsaanvraag moet aan BRUGEL worden bezorgd uiterlijk zes maanden voor het verstrijken van de geldigheidsduur van de erkenning. § 6. BRUGEL kan de erkenning intrekken indien wordt vastgesteld dat de houder niet langer voldoet aan de in paragraaf 4 beoogde erkenningsvoorwaarden of indien herhaalde fouten in de uitoefening van de opdrachten worden vastgesteld.

Indien de houder van de erkenning niet langer voldoet aan de erkenningsvoorwaarden, moet hij dat aan BRUGEL laten weten en zijn situatie in regel stellen binnen een termijn van vijftien dagen. § 7. Elke beslissing tot intrekking wordt genomen na de houder van de erkenning de mogelijkheid te hebben geboden om zijn opmerkingen mondeling of schriftelijk te bezorgen.

De beslissing tot intrekking wordt aan de houder van de erkenning betekend en vermeldt de termijn gedurende welke de houder van de ingetrokken erkenning geen nieuwe erkenningsaanvraag mag indienen. Ze wordt op de website van BRUGEL bekendgemaakt."

Art. 3.In artikel 41 van hetzelfde besluit worden de woorden « of ten laatste op 1 januari 2018 » geschrappen.

Art. 4.In bijlage 1 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Paragraaf 2 van Hoofdstuk 1 wordt vervangen als volgt : « § 2.De broeikasgasemissiereductie ten gevolge van het gebruik van vloeibare biomassa die voor de in lid 1 bedoelde doeleinden in aanmerking wordt genomen, bedraagt minstens 60 % voor vloeibare biomassa die worden geproduceerd in installaties die operationeel worden na 5 oktober 2015. Een installatie wordt geacht operationeel te zijn wanneer de fysieke productie van biobrandstoffen of vloeibare biomassa plaatsvindt.

In het geval van installaties die operationeel waren op of vóór 5 oktober 2015, bedraagt, om voor de in lid 1 bedoelde doeleinden in aanmerking te komen, de broeikasgasemissiereductie ten gevolge van het gebruik van vloeibare biomassa minstens 35 % tot en met 31 december 2017 en minstens 50 % vanaf 1 januari 2018.

De broeikasgasemissiereductie door het gebruik van vloeibare biomassa wordt berekend overeenkomstig hoofdstuk IV, deel A."; 2° in deel A van Hoofdstuk IV wordt paragraaf 6 vervangen als volgt : " § 6.Op jaarbasis berekende emissies uit wijzigingen van koolstofvoorraden door veranderingen in landgebruik, el, worden berekend door de totale emissies te delen door twintig jaar. Voor de berekening van die emissies wordt de volgende regel toegepast : el = (CSR - CSA) x 3,664 x 1/20 x 1/P - eB, (1) waarin : el = op jaarbasis berekende broeikasgasemissies ten gevolge van wijzigingen van koolstofvoorraden door veranderingen in het landgebruik (gemeten als massa (gram) CO2-equivalent per eenheid energie uit biobrandstoffen of vloeibare biomassa (megajoule)). "Akkerland" (2) en "land voor vaste gewassen" (3) worden beschouwd als één landgebruik;

CSR = de koolstofvoorraad per landeenheid van het referentielandgebruik (gemeten als massa (ton) koolstof per landeenheid, inclusief bodem en vegetatie). Het referentielandgebruik is het landgebruik op het laatste van de volgende twee tijdstippen : in januari 2008 of twintig jaar vóór het verkrijgen van de grondstoffen;

CSA = de koolstofvoorraad per landeenheid van het werkelijke landgebruik (gemeten als massa (ton) koolstof per landeenheid, inclusief bodem en vegetatie). Wanneer vorming van de koolstofvoorraad zich over een periode van meer dan één jaar uitstrekt, wordt de waarde voor CSA de geraamde voorraad per landeenheid na twintig jaar of wanneer het gewas tot volle wasdom komt, als dat eerder is;

P = de productiviteit van het gewas (meten als energie van de biobrandstof of vloeibare biomassa per landeenheid per jaar), en eB = bonus van 29 gCO2eq/MJ vloeibare biomassa indien de biomassa afkomstig is van hersteld aangetast land, mits aan de in paragraaf 7 gestelde voorwaarden is voldaan. (1) Het resultaat van de deling van het moleculaire gewicht van CO2 (44,010 g/mol) door het moleculaire gewicht van koolstof (12,011 g/mol) is 3,664.(2) Akkerland als gedefinieerd door het IPCC. (3) Vaste gewassen worden gedefinieerd als meerjarige gewassen waarvan de stam gewoonlijk niet jaarlijks wordt geoogst, zoals hakhout met een korte omlooptijd en oliepalm."

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018.

Art. 6.De minister bevoegd voor Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 december 2017.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering R. VERVOORT De Minister van Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie C. FREMAULT

^