Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 22 februari 2018
gepubliceerd op 02 maart 2018

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de gedeeltelijke afschaffing van de buurtwegen nr. 8 en nr. 25, evenals de afschaffing van buurtweg nr. 23 en voetweg nr. 47 opgenomen in de atlas van de buurtwegen van de voormalige gemeente Laeken

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2018011090
pub.
02/03/2018
prom.
22/02/2018
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 FEBRUARI 2018. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de gedeeltelijke afschaffing van de buurtwegen nr. 8 en nr. 25, evenals de afschaffing van buurtweg nr. 23 en voetweg nr. 47 opgenomen in de atlas van de buurtwegen van de voormalige gemeente Laeken


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, inzonderheid haar artikel 6, § 1, I, 1° en X, 1° ;

Gelet op de bijzondere wet met betrekking tot de Brusselse Instellingen van 12 januari 1989, inzonderheid haar artikel 83quinquies, § 1, eerste lid;

Gelet op de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen;

Gelet op de beslissing van de Gemeenteraad van de Stad Brussel van 22 juni 2015 houdende definitieve goedkeuring van het ontwerp van afschaffing van de feitelijke rooilijnen en de rechtsrooilijnen, met inbegrip van de afschaffing van het buurtpad nr. 23 opgenomen in de atlas van de buurtwegen van de voormalige gemeente Laeken, bepaald door de algemene rooilijnplannen goedgekeurd bij koninklijke besluiten 24 september 1931 en 9 maart 1933, in zoverre die rooilijnen en buurtpad binnen de percelen A1, A2 en C (Terrein 1 en Terrein 2) gelegen zijn;

Overwegende dat de hogervermelde Terreinen, zoals deze vermeld staan op het plan nr. 7083 dat aan de voormelde beraadslaging is aangehecht, de ondergrond vormen van de erfpachtrechten en van de rechten van opstal waarvoor de Stad zich, in uitvoering van de beslissing van haar College van Burgemeester en Schepenen dd. 10 juli 2014 tot toewijzing van de overheidsopdracht « Neo eerste schijf », heeft verbonden deze toe te kennen aan de vennootschappen Mall of Europe en Europea Housing;

Overwegende dat de Stad Brussel in uitvoering van een beraadslaging van haar Gemeenteraad van 15 december 2014 op 18 december 2014 een contract heeft gesloten betreffende de toekenning van erfpachtrechten en van een recht van opstal met het oog op de verwezenlijking van een vastgoedcomplex « Neo eerste schijf - Commercieel centrum, woningen en aanverwante functies » op de Heizelvlakte;

Overwegende dat door de hogervermelde vennootschappen een aanvraag voor een stedenbouwkundig attest is ingediend met betrekking tot de verwezenlijking van dit vastgoedcomplex;

Overwegende dat de voormelde beraadslaging van 22 juni 2015 enerzijds de bestemmingswijziging van de gemeentewegen binnen de perimeter van Terrein 1 en Terrein 2 beoogt en anderzijds de voltooiing van de administratieve procedure ingesteld in 1929 door de Gemeenteraad van de Stad Brussel met het oog op de afschaffing van de overige rooilijnen van rechtswege en feitelijke rooilijnen die destijds al onverenigbaar waren met het heraanlegplan van de Ossegemwijk;

Dat in die context immers de beraadslaging van de Gemeenteraad van de Stad Brussel van 2 december 1929 reeds de afschaffing van buurtweg nr. 23 beoogde voor het nog niet afgeschafte gedeelte tussen de Heizelstraat (tussen de Houba de Strooperlaan en de Emile Bockstaellaan), het openbaar park van Laken, de Meiseselaan en de Romeinsesteenweg; dat Terrein 1 en Terrein 2 deel uitmaken van deze perimeter;

Dat een eerste koninklijk besluit van 24 september 1931 het algemeen rooilijnplan van de Ossegemwijk reeds goedkeurde, voorlopig aangenomen bij de beraadslaging van de Gemeenteraad van Brussel van 9 maart 1931;

Dat aangezien een beslissing van de Gemeenteraad van de Stad Brussel van 11 januari 1932 had vastgesteld dat wijzigingen waren aangebracht aan het voorontwerp van inplanting van Expo 35 waardoor het wijkplan van Ossegem dientengevolge aangepast diende te worden, een openbaar onderzoek is opgestart waarvan de resultaten, opgenomen in de beraadslaging van de Gemeenteraad van de Stad Brussel van 25 juli 1932, niet voorzagen in enig bezwaar tegen de afschaffing van het buurtpad nr. 23;

Overwegende dat het rooilijnplan van de Ossegemwijk, aangepast door de voormelde beraadslagingen, is goedgekeurd bij koninklijk besluit van 9 maart 1933, waarmee inzonderheid de afschaffing van het buurtpad nr. 23 werd bevestigd, daar waar het over de voormelde Terreinen 1 en 2 loopt;

Overwegende evenwel dat de Provincie Brabant destijds schijnbaar niet om haar instemming is verzocht aansluitend bij de goedkeuring van dit rooilijnplan, waarmee de procedure onvoltooid bleef waar zij betrekking had op de afschaffing van (delen van) buurtpaden en wegen begrepen binnen de perimeter van dit rooilijnplan in het licht van de voormelde wet van 10 april 1841;

Overwegende dat de afschaffing van dit deel van het buurtpad beantwoordt aan een aanpassing van de juridische werkelijkheid aan de feitelijke werkelijkheid die erin bestaat dat dit pad sinds 1933 en tot heden niet meer kan worden gebruikt op het gedeelte dat hierboven beter is omschreven aangezien het tracé van het pad sinds lang wordt versperd door bouwwerken en inrichtingen die onverenigbaar zijn met de benutting ervan en beantwoorden aan een goede aanleg van deze locatie;

Dat noch tijdens het openbaar onderzoek gehouden in 1932, noch tijdens het openbaar onderzoek gevoerd in 2015 met het oog op de goedkeuring van de voormelde beraadslaging van de Gemeenteraad van de Stad Brussel, bezwaren zijn gerezen tegen de afschaffing van het pad en dat deze afschaffing en zelfs het fysiek verhinderen van de benutting van deze buurtweg voor zover de Stad bekend is nooit aanleiding heeft gegeven tot enig administratief of rechterlijk geschil;

Dat bovendien de hogervermelde stedenbouwkundige attestaanvraag betrekking heeft op de aanleg van meerdere voetgangersen fietswegen toegankelijk voor het publiek, die bedoeld zijn om de permeabiliteit van de hogervermelde Terreinen 1 en 2 en de oversteekbaarheid van het hogeromschreven vastgoedcomplex te vrijwaren;

Overwegende dat, zoals is opgenomen in de voormelde beraadslaging van de Gemeenteraad van de Stad Brussel van 22 juni 2015, het Plan voor de Internationale Ontwikkeling van Brussel, dat door de Brusselse Regering is goedgekeurd in 2007 en aanleiding heeft gegeven tot de uitwerking van het « NEO Project », waarvoor het contract van 18 december 2014 geldt als de uitvoering van de « eerste schijf », de Heizelvlakte aanwijst als één van de zones die in aanmerking komen voor de vestiging van voorzieningen die bijdragen tot de verbetering van het internationaal statuut van het Gewest; dat de ambitie erin bestaat deze site uit te bouwen tot een nieuwe internationale strategische ontwikkelingspool voor de economie, het toerisme, recreatie, cultuur en het samenleven in het hart van Europa;

Gelet op het besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 23 maart 2017, betreffende de gedeeltelijke afschaffing van buurtweg nr. 23;

Overwegende dat omwille van de coherentie, de leesbaarheid en de grafische voorstelling van de verschillende buurt- en voetwegen, het volledige tracé van buurtweg nr. 23 in aanmerking moet genomen worden;

Overwegende dat op de rooilijnplannen van 1931 en 1933 op het tracé van de buurtweg nr. 25 aangeduid staat dat het gedeelte van deze buurtweg tussen de voetweg nr. 47 en de buurtweg nr. 8 afgeschaft werd door de beslissing van de bestendige deputatie van 23 januari 1929;

Overwegende dat de Stad Brussel noch het Gewest in het bezit zijn van deze beslissing;

Overwegende dat om alle juridische onzekerheid te vermijden, het eveneens aangewezen is deze procedure te herlanceren voor het gedeelte van de buurtweg nr. 25 tussen de voetweg nr. 47 en het Sint-Lambertusplein;

Overwegende dat een gedeelte van buurtweg nr. 8 zoals hernomen in de atlas licht verplaatst werd in de loop der jaren als gevolg van verschillende rooilijnplannen;

Overwegende dat de huidige Heizelstraat ongeveer het tracé herneemt van deze buurtweg nr. 8;

Overwegende dat deze buurtweg zijn karakter van buurtstatuut verloren heeft aangezien deze overgenomen werd in de gemeentelijke wegenis;

Overwegende dat er voor wat betreft de voetweg nr. 47 herinnert dient te worden dat een groot gedeelte van deze weg (tussen de Keizerin Charlottelaan en de buurtweg nr. 25, zoals hernomen op het plan nr. 7270) reeds afgeschaft werd door de ordonnantie van de bestendige deputatie van de Provincie Brabant van 8 januari 1908. Omwille van de verspreiding in tijd van de procedures wordt er voorgesteld, om de situatie van de buurt- en voetwegen te verduidelijken en juridische zekerheid te behouden, deze procedures te bestendigen door een volledige vernieuwing ervan;

Gelet op het project voor de afschaffing van buurtweg nr. 8 tussen de Houba-de Strooperlaan en het Sint-Lambertusplein, buurtweg nr. 23, buurtweg nr. 25 tussen het oude buurtpad nr. 47 en het Sint-Lambertusplein en buurtpad nr. 47, door de Gemeenteraad van de Stad Brussel op 22 mei 2017 voorlopig goedgekeurd;

Overwegende dat tijdens het openbare onderzoek, een bezwaarschrift werd ingediend uit naam van een rechtspersoon en verschillende particulieren; dat de reclamanten bevestigen te wonen in de nabijheid van de buurtwegen waarvan de schrapping werd aangevraagd en regelmatig deze wegen te bewandelen; dat de reclamanten de beslissing van 22 mei 2017 betwisten omdat daarin wordt vermeld dat het schrappen van de buurtwegen tot doel heeft om de juridische toestand te laten overeenstemmen met de feitelijke toestand; dat zij erop wijzen dat een deel van deze buurtwegen bruikbaar zou moeten blijven; dat de reclamanten stellen dat de gemeenteraadsbeslissingen van 2 december 1929 en 25 juli 1932 en de koninklijke besluiten van 24 september 1931 en 9 maart 1933 niet kunnen dienen als basis voor de hierboven vermelde beslissing van 22 mei 2017 omdat er in deze gemeenteraadsbeslissingen en besluiten geen melding zou zijn gemaakt van artikel 28 van de wet op de buurtwegen, noch van buurtweg nr. 23;

Overwegende, wat het eerste punt betreft, dat uit de toestand ter plaatse blijkt dat de wegen nummers 8, 23 en 25 en het pad nummer 47 feitelijk niet meer bestaan en dus ook niet meer bruikbaar zijn in het gedeelte van hun perceel dat woningen, aanplantingen of andere inrichtingen bevat en, dat zij voor het overige hun reden van bestaan hebben verloren, vermits sommige stukken ervan zijn opgegaan in de gemeentelijke wegen; dat het schrappen van de wegen nummers 8, 23, 25 en van het pad nummer 47 inderdaad tot doel heeft om de rechtstoestand en de feitelijke toestand op elkaar af te stemmen; dat de stelling van de reclamanten, waarbij zij zeggen deze wegen en paden te gebruiken als wandeltraject, wordt weerlegd door de feitelijke toestand ter plaatse;

Overwegende, wat het tweede punt betreft, dat het wijkplan Ossegem, dat door de Gemeenteraad van de Stad Brussel werd goedgekeurd op 2 december 1929 en ook werd goedgekeurd bij koninklijk besluit van 24 september 1931, reeds voorzag in de schrapping van bepaalde buurtwegen; dat deze schrapping ook werd overgenomen in het plan dat werd goedgekeurd bij beslissing van de Gemeenteraad van 25 juli 1932, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 9 maart 1933; dat de verwijzingen naar deze gemeenteraadsbeslissingen en koninklijke besluiten in de gemeenteraadsbeslissing van 22 mei 2017 daarom gerechtvaardigd zijn;

Overwegende dat, vermits de beslissingen van de bestendige deputatie van de provincie Brabant tot formele schrapping van de hierboven vermelde buurtwegen niet werden teruggevonden, de Stad Brussel, met de bedoeling een einde te stellen aan elke rechtsonzekerheid, besliste om de in artikel 28 van de wet van 10 april 1841 vastgelegde administratieve procedure aangaande de buurtwegen, integraal te herlanceren;

Overwegende, ten slotte, dat, zoals ook blijkt uit de gemeenteraadsbeslissing van 22 mei 2017, de procedure tot schrapping die werd ingezet door de Stad Brussel tot doel heeft de realisatie mogelijk te maken van projecten van de Stad in de perimeter die als bijlage worden bijgevoegd bij haar beslissing;

Overwegende dat omwille van de redenen die werden uiteengezet in de gemeenteraadsbeslissing van 22 mei 2017, het volledig opportuun is om de hierboven vermelde wegen en paden te schrappen;

Gelet op het gunstig advies van de Overlegcommissie van 19 september 2017;

Gelet op het project voor de afschaffing van buurtweg nr. 8 tussen de Houba-de Strooperlaan en het Sint-Lambertusplein, buurtweg nr. 23, buurtweg nr. 25 tussen het oude buurtpad nr. 47 en het Sint-Lambertusplein en buurtpad nr. 47, door de Gemeenteraad van de Stad Brussel op 6 november 2017 definitief aangenomen;

Gelet op de stukken tot vaststelling van de regelmatigheid van het onderzoek waaraan het voorstel onderworpen werd;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Buurtweg nr. 8 tussen de Houba-de-Strooperlaan en het Sint-Lambertusplein, buurtweg nr. 23, buurtweg nr. 25 tussen het oude buurtpad nr. 47 en het Sint-Lambertusplein, evenals voetweg nr. 47 worden afgeschaft, overeenkomstig het aangehecht bestemmingswijzigingsplan nr. 7270 van 6 november 2017 gelegen op het grondgebied van de Stad Brussel.

Art. 2.Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit en van de erbij gevoegde plannen zal naar het college van burgemeester en schepenen van de Stad Brussel verzonden worden.

Art. 3.De Minister die bevoegd is voor Ruimtelijke Ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 22 februari 2018.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme en Haven van Brussel, R. VERVOORT

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^