Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 04 juli 2019
gepubliceerd op 15 juli 2019

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest met het oog op verkaveling

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2019041353
pub.
15/07/2019
prom.
04/07/2019
ELI
eli/besluit/2019/07/04/2019041353/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

4 JULI 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest met het oog op verkaveling


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op artikel 39 van de Grondwet;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid zijn artikelen 6, § 1, I, 1°, en 20;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, inzonderheid artikel 8;

Gelet op het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, gewijzigd door de ordonnantie van 30 november 2017 tot hervorming van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening en de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en tot wijziging van aanverwante wetgevingen (hierna de ordonnantie van 30 november 2017), onder meer de artikelen 103, 124, 176, eerste lid, en 197/2, eerste lid;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 april 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/04/2004 pub. 01/07/2004 numac 2004031297 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest met het oog op verkaveling sluiten tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 december 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 12/12/2013 pub. 12/03/2014 numac 2014031095 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van 4 april 2019 het formulier bij te voegen aan de aanvragen voor stedenbouwkundige en/of milieuattesten en -vergunningen en de aanvragen voor verkavelingsvergunningen met de informatie die nodig is opdat de Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp zijn advies kan uitbrengen ;

Gelet op het evaluatieverslag betreffende de gelijke kansen, "gelijkekansentest" genoemd, zoals vereist door artikel 2, § 1, van de ordonnantie van 4 oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest en door artikel 1, § 1, van het besluit van 22 november 2018 tot uitvoering van deze ordonnantie (verslag met de "gendertest" zoals vereist door artikel 3, 2°, van de ordonnantie van 29 maart 2012 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de evaluatie "handistreaming", vereist door artikel 4, § 3, van de ordonnantie van 8 december 2016 betreffende de integratie van de handicapdimensie in de beleidslijnen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest), waarvan de Brusselse Hoofdstedelijke Regering kennis heeft genomen op 4 juli 2019 ;

Overwegende dat, daar het huidige besluit geen aanzienlijke impact heeft op de ontwikkeling van het Gewest in de betekenis van artikel 7 van het BWRO, het ontwerpbesluit niet voor advies werd overgelegd aan de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie; dat het huidige besluit zich er immers toe beperkt het besluit van 29 april 2004 tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest te actualiseren en aan te passen als gevolg van de wijzigingen die de ordonnantie van 30 november 2017 heeft aangebracht aan het BWRO;

Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 22 maart 2019 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het ontbreken van communicatie van het advies binnen die termijn;

Op voordracht van de minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. -

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° BWRO, het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, aangenomen bij besluit van de regering van 9 april 2004 en bekrachtigd door de ordonnantie van 13 mei 2004;2° Overlegcommissie: de territoriaal bevoegde overlegcommissie zoals bedoeld in artikel 9 van het BWRO;3° DBDMH: de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp, zoals opgericht door de ordonnantie van 19 juli 1990;4° KCML: de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen zoals bedoeld door artikel 11 van het BWRO;5° Vergunnende overheid: de overheid bevoegd om de verkavelingsvergunning te verlenen;6° Stedenbouwkundig attest: het stedenbouwkundig attest met het oog op verkavelen, aangevraagd voorafgaand aan de verkavelingsvergunning.

Art. 2.De aanvraagt tot verkavelingsvergunning of -attest wordt ingediend aan de hand van het daartoe voorziene formulier, dat als bijlage 1 bij dit besluit gevoegd wordt.

Het gewestelijke bestuur belast met Stedenbouw, stelt de in het huidige besluit bedoelde bijlagen ter beschikking van de aanvrager, inzonderheid op zijn website.

Art. 3.Het aanvraagdossier voor een verkavelingsvergunning of een stedenbouwkundig attest moet de relevante elementen bevatten die het voor de overheid mogelijk maken om met kennis van zaken een beslissing te nemen over de aanvraag.

Afhankelijk van de specifieke kenmerken van elk dossier, meer bepaald wanneer de aanvraag van een verkavelingsvergunning of een stedenbouwkundig attest betrekking heeft op een beschermd goed met toepassing van Titel V van het BWRO, kan de vergunnende overheid tijdens de procedure om aanvullende elementen verzoeken, zoals een bijkomende fotoreportage, een intentienota of documenten die de bestemming van een goed aantonen.

De krachtens dit besluit verzamelde informatie mag niet voor andere doeleinden worden gebruikt dan voor de uitoefening van hun bevoegdheden door de verschillende overheden. HOOFDSTUK II - Bepalingen betreffende de aanvragen tot verkavelingsvergunning en tot attest Sectie 1 - Gemeenschappelijke documenten die geleverd moeten worden

Art. 4.Het dossier voor de aanvraag tot vergunning of attest bevat steeds volgende documenten: 1° Het formulier bedoeld in artikel 2, ingevuld in vier exemplaren;2° De verklarende nota met een nauwkeurige beschrijving van de voornaamste opties van het project, in viervoud. Deze toelichtingsnota verduidelijkt: a) de fysieke en functionele beschrijving van de verbindingsweg die aangelegd of verlengd moet worden, hierin begrepen de maatregelen inzake waterbeheer;b) De beschrijving van het project tot aanleg of verlenging van een verbindingsweg, beschouwd op zowel fysiek als functioneel vlak, c) De beschrijving van het project en van zijn gevolgen voor de bestaande situatie, met een beschrijving van de openbare werken in verband waarmee de aanvrager de verbintenis aangaat ze uit te voeren op eigen kosten, met nauwkeurige vermelding van de soorten te gebruiken materialen en, indien het past, de aan te planten soorten en de globale raming van de kostprijs van deze werken, met de vermelding van de verschillende posten en de eenheidsprijzen die er betrekking op hebben.d) indien de geplande handelingen en werken elementen inhouden die de buurt schade kunnen berokkenen, de maatregelen die voorzien worden om dit te verhelpen;3° De belangrijke foto's, in viervoud. Belangrijke foto's zijn recente foto's van het stuk grond, de aangrenzende gebouwen en de omgeving om de bestaande situatie en de stedenbouwkundige context waarin de aanvraag wordt ingediend goed in te schatten.

Er zijn er ten minste vier, in kleur, van voldoende grootte, genummerd en gepresenteerd op een (gevouwen) document in DIN A4-formaat.

De verschillende plaatsen waar de foto's werden genomen, worden aangegeven op het in artikel 14 bedoelde inplantingsplan of, bij gebreke daarvan, op de uitvoeringsplannen. 4° De plannen die krachtens dit besluit vereist zijn, in vier exemplaren;5° De inlichtingen betreffende de eigendomstitel van het betrokken stuk grond, afgeleverd conform artikel 144 van het Wetboek van de successierechten door de bevoegde kantoren van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie het ambtsgebied waarin het goed gelegen is of als de akte dateert van minder dan 6 maanden vóór het indienen van de aanvraag, een bewijs van de notaris die de akte heeft opgesteld, in tweevoud.

Art. 5.Het dossier voor de aanvraag tot vergunning of attest bevat, desgevallend, volgende documenten: 1° wanneer de aanvrager geen eigenaar is van het stuk grond noch houder is van een zakelijk of persoonlijk recht om te verkavelen, een kopie van de kennisgeving aan de eigenaar, overeenkomstig de bijlage 2 van het huidige besluit, waarin hij kennis krijgt van het voornemen van de aanvrager om een aanvraag voor zijn stuk grond in te dienen, in tweevoud. Het document wordt ofwel door de eigenaar ondertekend voor kennisname of wordt vergezeld van het ontvangstbewijs van de aangetekende brief aan de eigenaar; 2° Wanneer de aanvraag wordt ingediend door een lasthebber, een kopie van de volmacht, in tweevoud;3° Wanneer de aanvraag niet is vrijgesteld van het advies van de DBDMH, de documenten zoals bedoeld door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 april 2019 tot bepaling van het formulier bij te voegen aan de aanvragen voor stedenbouwkundige en/of milieuattesten en -vergunningen en de aanvragen voor verkavelingsvergunningen met de informatie die nodig is opdat de Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp zijn advies kan uitbrengen ;4° Wanneer de aanvraag onderworpen is aan een voorafgaande effectenbeoordeling bij toepassing van de artikelen 175/2 of 175/15 van het BWRO, de voorbereidende nota van de of het effectenrapport, naargelang het geval, in viervoud;5° Wanneer de aanvraag niet onderworpen is aan een voorafgaande effectenbeoordeling bij toepassing van artikel 175/2 of 175/15 van het BWRO, maar wel het voorwerp moet zijn van een passende effectenbeoordeling krachtens de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud, deze passende beoordeling, in viervoud;6° Wanneer een bodembestemmingsplan of stedenbouwkundig reglement het oplegt, de gemotiveerde nota of elk ander document dat volgens dit plan of reglement is vereist, in viervoud. Deze nota mag worden opgenomen in de verklarende nota zoals bedoeld in artikel 13, 2°. 7° Wanneer de aanvraag betrekking heeft op handelingen en werken op een afstand van minder dan 4 m van de top van de oever van een waterloop, de voorafgaande toestemming van de waterloopbeheerder zoals vereist door het provinciaal reglement van 30 januari 1955 betreffende de onbevaarbare waterlopen in de provincie Brabant in artikel 32 daarvan.8° Wanneer de aanvraag onderworpen is aan een openbaar onderzoek, waarbij het plan het traject, de breedte en het profiel van de verkeerswegen die gecreëerd of verlengd moeten worden, de perceelsgewijze indeling en de dichtstbij gelegen verkeerswegen weergeeft, in DIN A3-formaat. Afdeling 2. - Bijkomende exemplaren van de te verstrekken documenten

Art. 6.Wanneer de aanvraag voor advies wordt overgelegd aan de overlegcommissie, moeten vijf extra exemplaren van de volgende documenten worden verstrekt: 1° het formulier voor de aanvraag tot verkavelingsvergunning of attest, bedoeld in artikel 4, 1° ;2° de verklarende nota zoals bedoeld in artikel 4, 2° ;3° de belangrijke foto's zoals bedoeld in artikel 4, 3° ;4° de syntheseplannen zoals bedoeld in het hoofdstuk II of III of het geheel van de plannen zoals bedoeld in artikel 4, 4° indien hun afmetingen het formaat DIN A3 niet overschrijden;5° indien het past, de voorbereidende nota van de effectenstudie of het effectenrapport zoals bedoeld in artikel 5, 4° ;6° indien het past, de passende beoordeling zoals bedoeld in artikel 5, 5° ;7° indien het past, de met redenen omklede nota of een ander document, zoals bedoeld in artikel 5, 6° ;

Art. 7.Wanneer de aanvraag tot vergunning of attest in het kader van de effectenbeoordelingen vereist dat er in meerdere gemeenten een openbaar onderzoek plaatsvindt, moet er per betrokken gemeente een extra exemplaar van de in artikel 6 genoemde documenten worden verstrekt.

Art. 8.Wanneer de aanvraag tot vergunning of attest aanleiding geeft tot de raadpleging van besturen of instanties, moet er per gevraagd advies een extra exemplaar van de volgende documenten worden verstrekt: 1° het formulier voor de aanvraag tot verkavelingsvergunning of attest, bedoeld in artikel 4, 1° ;2° de verklarende nota zoals bedoeld in artikel 4, 2° ;3° de belangrijke foto's zoals bedoeld in artikel 4, 3° ;4° het geheel van de plannen zoals bedoeld in artikel 4, 4° ;5° indien het past, de voorbereidende nota van de effectenstudie of het effectenrapport zoals bedoeld in artikel 5, 4° ;6° indien het past, de passende beoordeling zoals bedoeld in artikel 5, 5° ;7° indien het past, de met redenen omklede nota of een ander document, zoals bedoeld in artikel 5, 6° ;

Art. 9.Wanneer de aanvraag tot vergunning of attest het advies van de KCML vereist, moeten twee extra exemplaren van de in artikel 8 genoemde documenten worden verstrekt.

Art. 10.Indien de aanvraag tot vergunning of attest zich over meerdere gemeenten uitstrekt, dienen twee bijkomende exemplaren van de in artikel 8 opgesomde documenten geleverd te worden voor elke bijkomende gemeente.

Art. 11.§ 1. Zo ze dat nodig acht en afhankelijk van de specifieke kenmerken van het dossier, kan de vragen dat er bijkomende exemplaren worden afgegeven. § 2. De krachtens de huidige afdeling vereiste bijkomende exemplaren mogen worden verstrekt op een voor de gemachtigde ambtenaar leesbare digitale informatiedrager.

Bij afwijking van het vorige lid moet de aanvrager bij zijn dossier een voor de gemachtigde ambtenaar leesbare digitale informatiedrager voegen waarop zich de overeenkomstig deze sectie vereiste documenten bevinden, in de volgende gevallen: 1° de aanvraag vereist de tussenkomst van een architect;2° de aanvraag wordt ingediend door een publiekrechtelijk rechtspersoon zoals bedoeld in artikel 123/2, § 1, 1°, van het BWRO;3° de aanvraag heeft betrekking op handelingen en werken van openbaar nut zoals bedoeld in artikel 123/2, § 1, 2°, van het BWRO;4° de aanvraag is onderworpen aan een voorafgaande effectenbeoordeling bij toepassing van artikel 175/2 of 175/15 van het BWRO of aan een passende effectenbeoordeling krachtens de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud.5° De aanvraag wordt aan het openbaar onderzoek onderworpen. Afdeling 3 - Gemeenschappelijke kenmerken van de plannen

Art. 12.§ 1. Alle plannen worden in DIN A4-formaat gevouwen, met een verticale presentatie van de farde waarin het voorwerp van de aanvraag, de datum, de schaal, het nummer, de index en de benaming van de plannen, het adres van het goed, de contactgegevens van de aanvrager alsook van de architect indien zijn tussenkomst vereist is.

Op de tekeningen worden maten en legendes genoteerd. Ze geven duidelijk en op meerdere manieren alle interventies weer die gepland worden.

Alle plannen worden ondertekend door de aanvrager alsook door de architect indien zijn tussenkomst vereist is. § 2. Voor de opmaak van het liggingsplan en het vestigingsplan zoals bedoeld in artikel, stelt het Centrum voor Informatica voor het Brusselse Gewest (CIBG) de grootschalige digitale referentiekaart "Brussels UrbIS" ter beschikking van het publiek. Deze kaart kan gratis worden gedownload op de website van voornoemd centrum.

Art. 13.Het liggingsplan maakt een perfecte situering van het stuk grond in het omringende stadsweefsel mogelijk.

Het is getekend op een schaal tussen 1/10.000 en 1/1.000, en bevat een oriëntering.

Art. 14.Uit het vestigingsplan blijken duidelijk de bestaande en de geplande toestand, evenals de verschillende plaatsen waar de betekenisvolle foto's genomen werden die bedoeld worden in artikel 4, 3°, desnoods op aparte plannen.

Het is opgesteld op schaal 1/1000, 1/500, 1/200 of 1/100 en geeft de elementen weer die pertinent zijn voor de evaluatie van het project in de onmiddellijke omgeving, zowel de openbare als de particuliere, zoals: I. voor het betreffende stuk grond en de aangrenzende/nabije eigendommen: 1. de oriëntering en de schaal;2. het tracé van de wegen met vermelding: a) van hun administratieve status;b) van hun benaming;c) de respectieve breedte van de berijdbare wegen, de voetpaden en de parkeerzones;d) de soort bestrating en hun doorlaatbaarheidsgraad;e) van de rijrichting(en) f) van het tracé van de lijnen van het openbaar vervoer, de haltes en toegangen;g) bomen en andere aanplantingen evenals de plantenputten met vermelding van hun afmetingen;h) van de inrichtingen van openbare verlichting, van wegsignalisatie, technische installaties en stadsmeubilair;3. voor de verbindingswegen die aangelegd of verlengd moeten worden, de aanbevolen aansluitingen op de bestaande wegen en de toegangen tot de aanpalende eigendommen;4. de buurtwegen;5. de beken, waterlopen, bronnen, watervlakken, vochtige gebieden of moerassen binnen een straal van ten minste 50 meter van het te verkavelen stuk grond; 6. het huidige en het beoogde reliëf, door middel van hoogtelijnen of -punten met een precisie van ten minste 1 meter, met aanduiding van de ingeschreven maten van de ophogingen of uitgravingen ten opzichte van de naastliggende terreinen, evenals - voor de aan te leggen of te verlengen verbindingswegen, het niveau van hun verschillende onderdelen (weg, fietspad, voetpad, oversteekplaats voor voetgangers, berijdbare toegang tot aanpalende eigendommen, enz.); 7. de perceelsgewijze indeling, het huisnummer, de inplanting van de constructies en van hun toegangen voor voertuigen en voetgangers, de vermelding van het volume (aantal bovengrondse bouwlagen en vorm van het dak) en van de bestemming van de omringende constructies in een straal van minstens 50 m van het te verkavelen terrein;8. de plaats van de hoogstammen en van de bomen, opgenomen in de inventaris van het onroerend erfgoed, bedoeld in artikel 207 van het BWRO, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen diegene die behouden, geveld of aangeplant moeten worden, met vermelding van hun boomsoort en het projectievlak van hun kroon op de grond, 9.de aanduiding van de gevelopeningen en van de uitsprongen van de naastliggende constructies tegenover de zijdelingse en achterste grenzen van het te verkavelen terrein;

II. voor het betrokken stuk grond: 1. het kadastraal nummer van het perceel, de grenzen van het stuk grond met ingeschreven maten, de inplanting met ingeschreven maten van het volume (aantal bovengrondse niveaus en dakvorm) en de bestemming van de te behouden, af te breken en/of op te bouwen bouwwerken, 2.de bestaande erfdienstbaarheden, 3. de voornaamste elementen (inplanting, ruimteprofiel) van het bijzonder bestemmingsplan en/of van de niet vervallen verkavelingsvergunning, 4.de omheiningen en de aanleg van de koeren en tuinen en van de achteruitbouwstroken, 5. de plaats van de parkeerruimten, de garages, de binnenwegen en de aansluiting ervan op het openbaar domein met vermelding van de aard van de gebruikte materialen, 6.de vermelding, volgens de door de gemeente aan de aanvrager te verstrekken gegevens, van het tracé en de eindpunten van de meest nabije bestaande leidingen van de drinkwater-, gas- en elektriciteitsdistributienetten, met hun technische kenmerken en hun leveringsvermogen voor het terrein, en van het tracé van de openbare riolering (diameter en diepte), evenals van de hydranten;

Art. 15.De uitvoeringsplannen moeten de bestaande en de geplande situatie duidelijk weergeven, indien nodig via afzonderlijke plannen.

Behoudens tegenstrijdige vermelding worden deze plannen gemaakt op schaal 1/50 of 1/20.

Art. 16.De detailplannen zijn gericht op specifieke of repetitieve elementen van het project en worden opgesteld op een schaal van 1/50, 1/20 of groter.

Art. 17.De syntheseplannen zijn opgesteld in het formaat DIN A3. De presentatie ervan moet worden bestudeerd om ervoor te zorgen dat ze gemakkelijker leesbaar zijn. Ze hebben een legende en bevatten, voor de bestaande en de geplande situatie, alle plannen die nodig zijn voor een goed begrip van de aanvraag. Afdeling 4 - Wijzigingsprocedures

Onderafdeling 1. - Wijziging van de aanvraag tijdens de procedure (indiening van gewijzigde plannen)

Art. 18.Wordt de aanvraag voor een vergunning of een stedenbouwkundig attest tijdens de procedure gewijzigd, dan geeft de vergunnende overheid nauwkeurig aan welke aanvullende elementen in het dossier moeten worden opgenomen overeenkomstig de kenmerken van de aangebrachte wijziging.

De gewijzigde delen moeten duidelijk onder de aandacht worden gebracht.

Het aanvraagformulier voor een vergunning of een attest en de andere documenten waarvan de gegevens werden gewijzigd, moeten worden aangepast.

Onderafdeling 2 - Wijziging van de afgegeven vergunning (gewijzigde verkavelingsvergunning)

Art. 19.§ 1. Wanneer een aanvraag tot verkavelingsvergunning of attest ingediend wordt met betrekking tot de wijziging van een afgegeven verkavelingsvergunning of attest, met toepassing van artikel 118 van het BWRO, dient de bestaande toestand overeen te komen met de toestand die in de afgegeven vergunning toegelaten werd of die toegelaten kan worden volgens het attest dat afgegeven werd en waarvan de wijziging gevraagd wordt.

De dossiersamenstelling van de aanvraag tot gewijzigde verkavelingsvergunning of gewijzigd attest is identiek aan die, beschreven in de andere afdelingen van dit hoofdstuk en in de toepasbare bepalingen van hoofdstuk IV, onder het voorbehoud dat volgt.

De documenten die bij de aanvankelijke aanvraag tot vergunning of attest ingediend werden en die door het voorwerp van de aanvraag tot gewijzigde vergunning of attest niet gewijzigd worden, moeten niet noodzakelijk aan de vergunningverlenende overheid bezorgd worden.

De toelichtingsnota, bedoeld in artikel 4, 2° moet de elementen, bedoeld in de punten a) tot c) enkel vermelden als de wijziging betrekking heeft op de aanleg of op de verlenging van verbindingswegen.

De uitvoeringsplannen mogen zich beperken tot de plannen waarop de wijziging betrekking heeft. De gewijzigde delen moeten duidelijk afgebakend worden. § 2. In bepaalde omstandigheden die met de kenmerken van het project te maken hebben, zoals bij de overtreding van bepaalde drempels die leidt tot speciale regelen van openbaarmaking of een effectenevaluatie, dient de door de aanvankelijke verkavelingsvergunning vergunde toestand - of mogelijks vergunde toestand volgens het attest - in aanmerking genomen te worden. HOOFDSTUK III - Bepalingen, eigen aan de aanvragen tot verkavelingsvergunning

Art. 20.Het dossier voor de aanvraag tot verkavelingsvergunning omvat de gemeenschappelijke documenten, bedoeld in hoofdstuk II en volgende specifieke documenten: 1° een liggingsplan, conform de vereisten van artikel 13;2° een of twee vestigingsplannen die conform artikel 14 zijn;3° een of meer plannen van de geplande toestand van de verkaveling, waaronder het basisplan, bestaande uit een plan van de bestaande toestand, bedoeld in 2°, opgemaakt op dezelfde schaal en met hierna volgende inlichtingen: a) de oriëntering en de schaal;b) de grenzen met hun afmetingen, de oppervlakte en het nummer van elk van de kavels;c) de inplantingszones van de constructies, bestemd voor woningen en, desgevallend, voor andere bestemmingen;d) de achteruitbouwzones, de gebieden voor koeren en tuinen en andere groene ruimten, en de manier waarop deze zones aangelegd worden, evenals de toegangen tot de constructies, hun breedte en hun bestratingsmateriaal;e) de vermelding van het geplande reliëf en van de zinvolle doorsneden indien het project de wijziging van het bestaande reliëf met zich brengt;f) desgevallend de zones die voorbehouden moeten worden aan groene ruimten, openbare gebouwen en voorzieningen;g) desgevallend de fases die overwogen worden voor de uitvoering van de verkavelingsvergunning en de start van de vervaltermijn voor elke fase na de eerste;h) de vermelding, op grond van de gegevens die het gemeentebestuur aan aanvrager moet verschaffen, van het traject en van de eindpunten van de geplande leidingen die het dichtst bij de netwerken liggen van waterverdeling, gasverdeling, telecomkabels/-data, elektriciteitskabels, met hun technische kenmerken en hun mogelijkheid om het terrein te bedienen, en van het traject van de openbare riolering (diameter en diepte) voor de afvoer van afvalwater, evenals van de brandkranen;4° de bundel schriftelijke voorschriften ter aanvulling van de grafische projectgegevens, waaronder volgende elementen;a) voor de volledige verkaveling en voor de verschillende delen ervan, de terreindichtheidsgraad, de terreinbezettingsgraad en de vloer/terreinverhouding;b) de oppervlakten, in absolute cijfers en in percentage, van de zones die besteed worden aan de openbare weg, openbare groene ruimten, gebieden voor koeren en tuinen, minimumachteruitbouwstroken, de impact van de constructies voor woningen en andere bestemmingen;c) de regels voor de inplanting van de constructies en voor hun bestemming;d) het bouwprofiel in de diepte en qua minimum- en maximumhoogte van de op te trekken gebouwen;e) de voorwaardelijke maatregelen om het regenwaterbeheer evenals de afvoer van het afvalwater te garanderen;f) de regels voor de vormgeving van de constructies, voor de materialen, de omheiningen en de bestaande en toekomstige aanplantingen;g) desgevallend, de fases die overwogen worden voor de uitvoering van de verkavelingsvergunning en de start van de vervaltermijn voor elke fase na de eerste;

Art. 21.Aanvullend bij de vereisten van artikel 20 omvat het dossier voor de aanvraag tot verkavelingsvergunning met betrekking tot de aanleg of de verlenging van verbindingswegen uitvoeringsplannen, technische details en desgevallend syntheseplannen in overeenstemming met de vereisten van artikel 51, 3°, 4° en 5° van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 december 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 12/12/2013 pub. 12/03/2014 numac 2014031095 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

De plannen, bedoeld in het vorige lid, met de rooilijnen die gecreëerd, gewijzigd of geschrapt moeten worden, de rooilijnen van de openbare verbindingswegen en hun overlangse en dwarse profiel. HOOFDSTUK IV - Bepalingen, eigen aan de aanvragen tot stedenbouwkundig attest met het oog op een verkaveling

Art. 22.Het dossier voor de attestaanvraag omvat de gemeenschappelijke documenten, bedoeld in hoofdstuk II en volgende specifieke documenten: 1° een vestigingsplan, conform artikel 13;2° een of twee vestigingsplannen artikel 14;3° een of meer plannen van de geplande toestand van de verkaveling, waaronder het basisplan, bestaande uit een plan van de bestaande toestand, bedoeld in 2°, opgemaakt op dezelfde schaal en met hierna volgende inlichtingen: a) de oriëntering en de schaal;b) de grenzen met ingeschreven maten van elke beoogde kavel;c) de bouwzones en de zones "non aedificandi";d) de oppervlakten bestemd voor wegen, openbare groene ruimten, koeren en tuinen, minimale achteruitbouwstroken, voor grondinname van de constructies bestemd voor woningen en voor andere bestemmingen;e) de ruimteprofielen van de op te trekken gebouwen;f) de woondichtheid;g) de berekening van de verhouding vloer-bodem als gevolg van de punten d) en e);h) met betrekking tot het project tot aanleg of verlenging van een verbindingsweg, het tracé van de verbindingsweg op het stuk grond dat het voorwerp is van de aanvraag;i) de rooilijnen van de openbare verbindingswegen en hun lengte- en dwarsprofiel;

Art. 23.Aanvullend bij de bepalingen van artikel 22 dient het dossier voor de attestaanvraag, in verband met de aanleg en de verlenging van de verbindingswegen, de plannen en de doorsneden te bevatten in overeenstemming met artikel 33, 4° en 5°, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 april 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/04/2004 pub. 01/07/2004 numac 2004031297 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest met het oog op verkaveling sluiten tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundig attest.

Indien de plannen van het dossier groter zijn dan A3-formaat, dient het dossier ook syntheseplannen te bevatten. HOOFDSTUK V - Slot- en opheffingsbepalingen

Artikel 28.Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 april 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/04/2004 pub. 01/07/2004 numac 2004031297 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest met het oog op verkaveling sluiten tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvragen om verkavelingsvergunning en om stedenbouwkundig attest met het oog op verkaveling wordt opgeheven.

Artikel 29.Dit besluit treedt in werking op dezelfde dag als de bepalingen tot wijziging van titel IV van het BWRO zoals opgenomen in de ordonnantie van 30 november 2017 tot hervorming van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening en van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en tot wijziging van aanverwante wetgevingen. Het is toepasselijk op de dossiers die vanaf deze datum worden ingediend.

Artikel 30.De Minister die bevoegd is voor Ruimtelijk Ordening wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 4 juli 2019.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, R. VERVOORT

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^