Etaamb.openjustice.be
Decreet van 19 mei 1999
gepubliceerd op 13 oktober 1999

Besluit van de Regering tot uitvoering van artikel 24 van het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
1999033081
pub.
13/10/1999
prom.
19/05/1999
ELI
eli/besluit/1999/05/19/1999033081/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 MEI 1999. - Besluit van de Regering tot uitvoering van artikel 24 van het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs, inzonderheid op artikel 24;

Gelet op het advies van de Inspecteur der Financiën, gegeven op 4 maart 1999;

Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake Begroting, gegeven op 19 maart 1999;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van 17 maart 1999 betreffende de aanvraag aan de Raad van State om binnen een termijn van ten hoogste één maand een advies uit te brengen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 20 april 1999 met toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Onderwijs, Cultuur, Wetenschappelijk Onderzoek, Monumenten en Landschappen, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder « zone » een territoriale administratieve entiteit bepaald door het Waalse Gewest.

Art. 2.De minimumafstand tussen de woonplaats van de leerling en de dichtstbij gelegen vrij gekozen school wordt vastgelegd op : 1° 4 kilometer voor het gewoon basisonderwijs;2° 12 kilometer voor het gewoon lager secundair onderwijs;3° 20 kilometer voor het gewoon hoger secundair onderwijs. Onder afstand wordt verstaan de kortst mogelijke afstand gemeten langs de rijbaan, zoals omschreven in artikel 2.1. van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, zonder dat rekening wordt gehouden met wegomleggingen en eenrichtingsverkeer.

Art. 3.Voor de leerlingen voor wie een vervoer georganiseerd wordt naar de dichtstbij gelegen vrij gekozen school beloopt de persoonlijke participatie in de abonnementsprijs ten hoogste : 1° de prijs van een abonnement met 2 zones voor het gewoon basisonderwijs;2° de prijs van een abonnement met 4 zones voor het gewoon lager secundair onderwijs;3° de prijs van een abonnement met 5 zones voor het gewoon hoger secundair onderwijs.

Art. 4.Het koninklijk besluit van 14 maart 1960 houdende toepassing van artikel 4 van de wet van 29 mei 1959 wordt opgeheven.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking op 1 september 1998.

Art. 6.De Minister bevoegd inzake Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 19 mei 1999.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Financiën, Internationale Betrekkingen, Gezondheid, Gezin en Bejaarden, Sport en Toerisme, J. MARAITE De Minister van Onderwijs, Cultuur, Wetenschappelijk Onderzoek, Monumenten en Landschappen, W. SCHRÖDER

^