Etaamb.openjustice.be
Document van 21 december 2000
gepubliceerd op 21 september 2001

Besluit van de Regering houdende delegatie van bepaalde bevoegdheden aan beambten van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2001033026
pub.
21/09/2001
prom.
21/12/2000
ELI
eli/besluit/2000/12/21/2001033026/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 DECEMBER 2000. - Besluit van de Regering houdende delegatie van bepaalde bevoegdheden aan beambten van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 51, gewijzigd bij de wet van 16 juli 1993, en op artikel 54, gewijzigd bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 69 en op artikel 86, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988 en 16 juli 1993;

Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd bij de wetten van 21 maart 1991 en 16 juli 1993;

Gelet op het besluit van de Regering van 26 maart 1997 tot organisatie van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap in afdelingen, gewijzigd bij het besluit van de Regering van 25 januari 2000;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 december 2000;

Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake Begroting en Personeel, gegeven op 21 december 2000;

Op de voordracht van de Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Afwezigheid of verhindering van de titularis van de delegatie

Artikel 1.Bij afwezigheid of verhindering van de Secretaris-generaal en indien er geen andersluidende bepalingen zijn, worden de hem toegekende delegaties door het afdelingshoofd uitgeoefend dat hij aanwijst.

Bij afwezigheid of verhindering van een afdelingshoofd en indien er geen andersluidende bepalingen zijn, worden de hem toegekende delegaties door een ambtenaar uitgeoefend die gezamenlijk door het betrokken afdelingshoofd en de Secretaris-generaal aangewezen werd.

Toepassingsgebied

Art. 2.Behoudens specifieke bepalingen hebben de delegaties toegekend aan de Secretaris-generaal betrekking tot alle aangelegenheden die onder het Ministerie ressorteren.

De delegaties toegekend aan de afdelingshoofden hebben betrekking tot de aangelegenheden die onder hun eigen afdeling ressorteren en tot de desbetreffende basisallocaties die op de uitgavenbegroting van de Duitstalige Gemeenschap ingeschreven zijn. In twijfelgeval beslist de Secretaris-generaal.

De hiërarchische meerderen van een gemachtigde ambtenaar kunnen de aan deze ambtenaar toegekende delegaties persoonlijk uitoefenen; zij kunnen echter hun beslissing niet doen gelden in de plaats van die die door de gemachtigde ambtenaar genomen en aan de betrokkene reeds betekend is.

Maximumbedragen

Art. 3.De in dit besluit vastgelegde maximumbedragen dekken de volledige uitgaven, exclusief BTW. HOOFDSTUK II. - Algemene delegaties inzake uitgaven Werkingskosten van het Ministerie

Art. 4.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal voor de basisallocaties 12 en 74, met inbegrip van de vaststelling, goedkeuring en ordonnancering van alle uitgaven in het kader van de Organisatieafdeling "Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap", Programma "Werkingskosten".

De bij het eerste lid toegekende delegatie geldt ook uitdrukkelijk voor de rechtshandelingen waarin de wetgeving inzake overheidsopdrachten voorziet.

Specifieke uitgaven

Art. 5.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden voor de uitgaven ten belope van 100 000 BEF die op de uitgavenbegroting van de Duitstalige Gemeenschap onder de basisallocaties 12 en 74 ingeschreven zijn, met inbegrip van de vaststelling, goedkeuring en ordonnancering van deze uitgaven.

De bij het eerste lid toegekende delegatie geldt ook uitdrukkelijk voor de rechtshandelingen waarin de wetgeving inzake overheidsopdrachten voorziet.

Toekenning van toelagen

Art. 6.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden voor de toekenning van toelagen ten belope van 100 000 BEF in het kader van de niet- gesplitste kredieten, met inbegrip van de vaststelling, goedkeuring en ordonnancering van deze uitgaven, voorzover het gaat om "verbonden" beslissingen zonder appreciatiemarge.

Bevelschriften tot betaling

Art. 7.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden om de door de eerste ordonnateur vastgelegde uitgaven goed te keuren en te ordonnanceren.

De Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden hebben de hoedanigheid van ordonnateur voor de uitvoering van de begroting van de Duitstalige Gemeenschap. Zij beschikken over de ondertekeningsrechten voor de bevelschriften tot betaling. De Regering kan andere ambtenaren als ordonnateur benoemen. HOOFDSTUK III. - Delegaties inzake personeel Afwezigheid van personeelsleden

Art. 8.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal om over alle afwezigheden te beslissen die geen invloed hebben op het geldelijk of administratief statuut noch op de dienstbetrekking van het betrokken personeelslid.

Verblijven in het buitenland

Art. 9.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden om de verblijven met overnachting in het buitenland goed te keuren. HOOFDSTUK IV. - Certificering en attesten Certificering van kopieën

Art. 10.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden voor het eensluidend verklaren van kopieën.

Attesten

Art. 11.Delegatie wordt toegekend aan de Secretaris-generaal en de betrokken afdelingshoofden om attesten te ondertekenen die betrekking hebben tot feiten die in dossiers vastgelegd zijn. HOOFDSTUK V. - Bijzondere delegaties Delegaties inzake gezondheid, gezin en sociale aangelegenheden

Art. 12.§ 1. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd voor de toekenning en de uitbetaling van de toelagen en bijzondere terugbetalingen in het kader van het besluit van de Regering van 9 januari 1998 betreffende de erkenning en de subsidiëring van rechtspersonen die zich bereid verklaren om voor de residentiële en ambulante begeleiding van jongeren te zorgen. § 2. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd voor de toekenning en de uitbetaling van de onderhoudstoelagen en van de bijzondere vergoedingen in het kader van het besluit van de Regering van 9 januari 1998 betreffende de erkenning, de vastlegging van de onderhoudstoelage en van de bijzondere vergoedingen toegekend aan natuurlijke personen voor de begeleiding van geplaatste jongeren.

Delegaties inzake organisatie van het onderwijs

Art. 13.§ 1. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om, krachtens artikel 63, lid 1, van het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs, over de onderwijsvrijstellingen te beslissen. § 2. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om, krachtens de artikelen 56 tot 60 van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de organisatie van het secundair onderwijs, over de afwijkingen en vrijstellingen te beslissen. § 3. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om te beslissen over de toelating bepaald in artikel 7, § 3, van het koninklijk besluit van 3 november 1987 houdende algemeen reglement van de studie in het hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan. § 4. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om te beslissen over de afwijking bepaald in artikel 11, § 2, van hetzelfde koninklijk besluit. § 5. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om te beslissen over de toelating bepaald in artikel 24, § 3, van hetzelfde koninklijk besluit. § 6. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om te beslissen over de afwijking bepaald in artikel 3, lid 2, van het besluit van de Regering van 20 juli 1994 betreffende de samenstelling en de werking van de examencommissie van de Duitstalige Gemeenschap voor het secundair onderwijs alsmede de organisatie van de examens afgelegd vóór deze commissie. § 7. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om te beslissen over de examenvrijstelling bepaald in artikel 8 van hetzelfde besluit. § 8. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om te beslissen over de integratie van de verschillende leerstoffen in de examengedeelten, zoals bepaald in de artikelen 14 en 16 van hetzelfde besluit. § 9. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om over de gelijkwaardigheid van de buitenlandse studiekwalificaties te beslissen krachtens de wet van 19 maart 1971 betreffende de gelijkwaardigheid van de buitenlandse diploma's en studiegetuigschriften.

Delegaties inzake opleiding en tewerkstelling

Art. 14.§ 1. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om over de zonderpremie bepaald in artikel 24, lid 1, 1°, van het besluit van de Executieve van 12 juni 1985 betreffende de toekenning van sommige voordelen aan de personen die een beroepsopleiding ontvangen te beslissen, behalve wat de verhoging ervan in bijzonder moeilijke gevallen betreft. § 2. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om, in het kader van de toepasselijke bepalingen en behoudens de daarin eventueel bepaalde ministeriële afwijkingen, over de goedkeuring van leerovereenkomsten en gecontroleerde leerakkoorden te beslissen. § 3. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om, in het kader van het decreet van 26 juni 1986 betreffende de toekenning van studietoelagen, over de beroepen te beslissen die betrekking hebben tot de verworpen aanvragen of het bedrag van de toegekende toelage. § 4. Delegatie wordt toegekend aan het bevoegde afdelingshoofd om, in het kader van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers en behoudens de daarin bepaalde ministeriële afwijkingen, over de arbeidsvergunningen en arbeidskaarten te beslissen.

Delegaties inzake schoolinfrastructuur van de Duitstalige Gemeenschap

Art. 15.§ 1. Volgende delegaties gelden voor het diensthoofd van de "Dienst Infrastructuur" bij de Diensten van de Secretaris-generaal, wat de schoolinfrastructuur van de Duitstalige Gemeenschap betreft. § 2. Delegatie wordt toegekend aan het in § 1 vermelde diensthoofd om, in het kader van de wetgeving inzake overheidsopdrachten en van de terzake door de Duitstalige Gemeenschap aangenomen bepalingen, over alle opdrachten m.b.t. tot onderhouds- en verbouwingswerken te beslissen waarvan de kosten 200 000 BEF niet overschrijden. De delegatie geldt voor alle rechtshandelingen die voor de gunning of de uitvoering van de opdracht in het kader van de bovenvermelde bepalingen noodzakelijk of mogelijk zijn.

Deze delegatie geldt ook voor de conclusie en de uitvoering van verdragen met voorzieningsmaatschappijen alsmede voor de verdragen m.b.t. het onderhoud, de verzorging en de regulatie van de verwarmings-, luchtverversings-, veiligheids- en elektrische installaties.

Delegaties inzake toelagen voor de schoolinfrastructuur

Art. 16.Delegatie wordt toegekend aan het diensthoofd van de "Dienst Infrastructuur" om te beslissen over de toekenning van toelagen ten belope van 200.000 BEF in het kader van de niet-gesplitste kredieten, met inbegrip van de vaststelling, goedkeuring en ordonnancering van deze uitgaven, voorzover het gaat om "verbonden beslissingen" zonder appreciatiemarge. HOOFDSTUK VI. - Opheffing, inwerkingtreding en slotbepalingen Opheffing

Art. 17.Het besluit van de Minister van 16 januari 1995 betreffende de overdracht van beslissingsbevoegdheden en van bevoegdheden tot ondertekenen aan de chef van de afdeling "Organisatie van het onderwijs" in het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap wordt opgeheven.

Inwerkingtreding

Art. 18.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2001.

Slotbepaling

Art. 19.De Ministers zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 21 december 2000.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, K.-H. LAMBERTZ

^