25 MEI 2000. - Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 14 april 1999 tot uitvoering van de artikelen 38 en 39 van het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs

De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs, inzonderheid op de artikelen 38, § 1 en 39, § 5;

Gelet op het besluit van de Regering van 14 april 1999 tot uitvoering van de artikelen 38 en 39 van het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de aan de raad van beroep na de beraadslagingen van de klasseraden in september toegewezen termijn moet worden verlengd opdat de raad van beroep over een redelijke termijn beschikt om een beslissing te nemen en dat deze noodzakelijke aanpassing nog vóór het begin van de beraadslagingen van september van het schooljaar 1999-2000 in werking moet treden;

Op de voordracht van de Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme;

Na beraadslaging, Besluit : Wijziging van artikel 5

Artikel 1.In artikel 5, lid 3 van het besluit van de Regering van 14 april 1999 tot uitvoering van de artikelen 38 en 39 van het decreet van 31 augustus 1998 betreffende de opdrachten toevertrouwd aan de inrichtende machten en aan het schoolpersoneel en houdende algemene pedagogische en organisatorische bepalingen voor het gewoon onderwijs wordt de passus « ten laatste op 20 september » door « ten laatste op 25 september » vervangen.

Inwerkingtreding

Art. 2.Voorliggend besluit treedt in werking op 1 september 2000.

Uitvoering

Art. 3.De Minister bevoegd inzake Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 25 mei 2000.

De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, K.-H. LAMBERTZ De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme, B. GENTGES