Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Franse Gemeenschapscommissie van 29 september 2011
gepubliceerd op 09 november 2011

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de vaststelling van de gelijkwaardigheid van de bekwaamheidsbewijzen uitgereikt door het « Institut wallon de formation en alternance et des indépendants et petites et moyennes entreprises » en de « Service formation petites et moyenne entreprises » opgericht binnen de Diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en hun netwerken van opleidingcentra met de bekwaamheidsbewijzen uitgereikt door het leerplichtonderwijs en het onderwijs voor sociale promotie

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2011029549
pub.
09/11/2011
prom.
29/09/2011
ELI
eli/besluit/2011/09/29/2011029549/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

29 SEPTEMBER 2011. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de vaststelling van de gelijkwaardigheid van de bekwaamheidsbewijzen uitgereikt door het « Institut wallon de formation en alternance et des indépendants et petites et moyennes entreprises » en de « Service formation petites et moyenne entreprises » opgericht binnen de Diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en hun netwerken van opleidingcentra met de bekwaamheidsbewijzen uitgereikt door het leerplichtonderwijs en het onderwijs voor sociale promotie


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 8 januari 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/01/2009 pub. 10/03/2009 numac 2009029103 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende instemming met het kadersamenwerkingsakkoord betreffende de alternerende vorming, gesloten te Brussel op 24 oktober 2008 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie sluiten houdende instemming met het kadersamenwerkingsakkoord betreffende de alternerende vorming, gesloten te Brussel op 24 oktober 2008 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 mei 2011;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, betuigd op 9 juni 2011;

Gelet op het onderhandelingsprotocol van 4 juli 2011 van het Onderhandelingscomité tussen de Regering van de Franse Gemeenschap en de vertegenwoordigings- en coördinatieorganen van de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde PMS Centra erkend door de Regering;

Gelet op het advies nr. 50000/2/V van de Raad van State, gegeven op 3 augustus 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Leerplichtonderwijs en Onderwijs voor sociale promotie;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient verstaan te worden onder : 1° Samenwerkingsakkoord : het kadersamenwerkingsakkoord betreffende de alternerende vorming, gesloten te Brussel op 24 oktober 2008 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;2° Raadplegingscel : de raadplegingscel zoals bedoeld bij artikel 3, § 1, vierde lid, van het samenwerkingsakkoord;3° CCPQ : Commission communautaire des professions et des qualifications;4° Bevoegdheid : implementatie van een geordend geheel van kennis, knowhow en gedragsknowhow om een aantal opdrachten te verwezenlijken;5° IFAPME : Institut wallon de formation en alternance et des indépendants et petites et moyennes entreprises;6° SFMQ : Service francophone des métiers et des qualifications;7° SFPME : Service formation petites et moyennes entreprises opgericht binnen de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie;8° Stagiair : leerling in het alternerend onderwijs in de zin van artikel 1, § 1, 3°, van het kadersamenwerkingsakkoord betreffende de alternerende vorming, gesloten te Brussel op 24 oktober 2008 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie.

Art. 2.§ 1. Het IFAPME en de SFMPE leggen gezamenlijk de lijst voor van de bevoegdheden die door een kwalificatiegetuigschrift dat overeenstemt met een bekwaamheidsbewijs van het secundair onderwijs met volledig leerplan bekrachtigd kunnen worden. Deze bevoegdheden stemmen overeen met de criteria gebruikt om de slaagdrempel te bepalen voor de stagiairs om bedoeld bekwaamheidsbewijs te bekomen. § 2. De lijst van de bevoegdheden wordt door het IFAPME en de SFMPE ingediend via een tabel met twee kolommen die de vergelijking toelaat tussen de bevoegdheden bedoeld voor de profielen opgesteld door de SFMQ en de voorgedragen lijst.

Bij wijze van overgangsmaatregel en tot het einde van de werkzaamheden van de SFMQ wordt de lijst van de bevoegdheden verwezenlijkt in vergelijking met de opleidingsprofielen opgesteld door de CCPQ en goedgekeurd door het Parlement van de Franse Gemeenschap. § 3. Het IFAPME en de SFPME stellen het bekwaamheidsbewijs van het onderwijs met volledig leerplan voor dat volgens ze overeenstemt. § 4. Gezamenlijk bepalen, voor elke afdeling waarvoor ze de overeenstemming aanvragen, het IFAPME en de SFPME een stelsel van bekwaamheidsbewijzen dat op de opleiders van toepassing is. Dit stelsel wordt bij de lijst van bevoegdheden gevoegd bedoeld bij § 1 van dit artikel.

Art. 3.Het IFAPME en de SFPME zenden gezamenlijk de lijst bedoeld bij artikel 2 over aan : 1° de administrateur-generaal tot wiens bevoegdheden het leerplichtonderwijs en het onderwijs voor sociale promotie behoren;2° de Algemene directie Leerplichtonderwijs;3° de Algemene directie Niet-verplicht Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek;4° de Algemene dienst Onderwijsinspectie;5° de Overlegcommissie van het Onderwijs voor sociale promotie;6° de Hoge raad van het Onderwijs voor sociale promotie;7° de Algemene overlegraad voor het secundair onderwijs;8° de Pedagogische raad van het onderwijs van de Franse Gemeenschap;9° de verenigingen die de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs vertegenwoordigen.

Art. 4.De raadplegingscel bevat 16 leden verdeeld als volgt : 1° vertegenwoordigers van het secundair onderwijs : - de directeur-generaal van de Algemene directie Leerplichtonderwijs of diens afgevaardigde; - de voorzitter en de ondervoorzitter van de Algemene overlegraad van het secundair onderwijs of hun afgevaardigde; - de coördinerend inspecteur van het secundair onderwijs of diens afgevaardigde; - één vertegenwoordiger van het confessioneel secundair leerplichtonderwijs aangesteld door het overlegcomité van het confessioneel onderwijs in functie van het bekwaamheidsbewijs met volledig leerplan bedoeld bij artikel 2, § 1 van dit besluit; - één vertegenwoordiger van het officieel secundair leerplichtonderwijs aangesteld door het overlegcomité van het niet-confessioneel onderwijs in functie van het bekwaamheidsbewijs van het onderwijs met volledig leerplan bedoeld bij artikel 2, § 1 van dit besluit; - de voorzitter van de vaste commissie voor het alternerend secundair onderwijs; 2° vertegenwoordigers van het onderwijs voor sociale promotie : - de voorzitter van de Overlegcommissie van het onderwijs voor sociale promotie; - de coördinerend inspecteur van het onderwijs voor sociale promotie of diens afgevaardigde; - drie vertegenwoordigers van de onderwijsnetten, die leden zijn van de Overlegcommissie, aangewezen door deze, in functie van het bekwaamheidsbewijs van het onderwijs met volledig leerplan bedoeld bij artikel 2, § 1 en die tot een ander net behoren als dat waartoe de voorzitter van de Overlegcommissie behoort; 3° twee vertegenwoordigers van het IFAPME en aangesteld door het instituut;4° twee vertegenwoordigers van de SFPME aangewezen door hem.

Art. 5.§ 1. Worden uitgenodigd om met raadgevende stem aan de werkzaamheden van de cel deel te nemen : 1° één vertegenwoordiger van de Directie Onderwijs voor sociale promotie;2° één vertegenwoordiger van de Inspectiedienst van het onderwijs voor sociale promotie en één vertegenwoordiger van de Inspectiedienst van het secundair leerplichtonderwijs.Deze laatste vertegenwoordigers worden in functie van het bekwaamheidsbewijs van het onderwijs met volledig leerplan bedoeld bij artikel 2, § 1, gekozen; 3° één pedagogisch adviseur van het IFAPME en de SFPME gekozen in functie van het bekwaamheidsbewijs van het onderwijs met volledig leerplan bedoeld bij artikel 2, § 1. § 2. Het secretariaat van de cel wordt door het Vast secretariaat van de Overlegcommissie voor het onderwijs voor sociale promotie waargenomen.

De cel stelt een huishoudelijk reglement op dat door de Regering goedgekeurd dient te worden.

De beslissingen worden bij de volstrekte meerderheid van de aanwezige leden genomen. Bij staking van stemmen is deze van de voorzitter doorslaggevend. § 3. Wanneer ze aan de vergaderingen van de cel deelnemen, worden de personeelsleden als in dienstactiviteit zijnde geacht. De leden van de cel die onder de Franse Gemeenschap ressorteren alsook de personen waarop een beroep wordt gedaan tijdens de vergaderingen van de cel hebben recht op de terugbetaling van hun reiskosten, overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten.

Voor de toepassing van het vorige lid worden de personen die aanspraak kunnen maken op de terugbetaling van hun reiskosten gelijkgesteld met ambtenaren van rang 13.

Art. 6.Het voorzitterschap en het ondervoorzitterschap van de cel worden respectief waargenomen door de directeur-generaal van de Algemene directie Leerplichtonderwijs of diens afgevaardigde en door de voorzitter van de Algemene overlegraad voor het secundair onderwijs. Als de voorzitter en de ondervoorzitter afwezig zijn, wordt het voorzitterschap van de cel door het oudste lid dat het secundair leerplichtonderwijs vertegenwoordigt waargenomen.

Art. 7.Binnen de drie maanden na de ontvangst van de lijst van de bevoegdheden brengt de cel een advies uit over de overeenstemming tussen het voorstel ingediend door het IFAPME en de SFPME en het betrokken kwalificatiegetuigschrift. Dat advies, met redenen omkleed op basis van de elementen die de overeenstemming tussen de lijst van de bevoegdheden en de opleidingsprofielen staven, wordt aan de Regering van de Franse Gemeenschap om principieel akkoord toegestuurd wat betreft het oprichten van de opleiding en het bekwaamheidsbewijs dat uitgereikt zal worden op het einde van bedoelde opleiding. De Regering van de Franse Gemeenschap verwittigt het IFAPME, de SFPME en de personen bepaald bij artikel 3 van dit besluit van haar beslissing.

Art. 8.§ 1. Op het einde van de eerste inrichting van de bedoelde opleiding en ten laatste twee maanden na het einde van deze zendt de Algemene inspectiedienst aan de cel een evaluatieverslag over. Dat verslag heeft exclusief betrekking op : 1° het bekwaamheidsniveau verworven door de stagiairs van het IFAPME of de SFPME;2° de inachtneming door het IFAPME en de SFPME van het stelsel van de bekwaamheidsbewijzen waarover de opleiders beschikken zoals bedoeld bij artikel 2, § 4. § 2. Om de Algemene inspectiedienst toe te laten zijn opdracht te vervullen zoals omschreven bij § 1 zenden het IFAPME of de betrokken SFPME hem de praktische informatie (uurregelingen, plaats voor de opleiding, namen en titels van de opleiders ...) over ten laatste op de datum van het begin van iedere activiteit die met de opleiding verbonden is. De inspecteurs aangesteld door de Algemene inspectiedienst hebben, mits verwittiging van 15 dagen en in de aanwezigheid van de directeur van het opleidingscentrum waar de opleiding verricht verstrekt wordt en van een pedagogische adviseur van het IFAPME en de betrokken SFMPE, toegang tot de leslokalen, de documenten van de opleiders, de documenten of producties van stagiairs en het archief in verband ermee.

Art. 9.Binnen de twee maanden na de ontvangst van het verslag van de Algemene inspectiedienst brengt de raadplegingscel een advies uit ten behoeve van de Regering van de Franse Gemeenschap wat betreft de overeenstemming tussen de opleiding ingericht door het IFAPME of de SFPME en het bedoelde kwalificatiegetuigschrift. De raadplegingscel moet zijn advies met redenen omkleden en, desgevallend, brengt ze voorstellen tot verbetering ten behoeve van het IFAPME en de SFPME uit.

Art. 10.De Regering van de Franse Gemeenschap bepaalt of het uitgereikte bekwaamheidsbewijs overeenstemt. Ze bepaalt het ogenblik waarop haar beslissing uitwerking heeft.

Ze verwittigt het IFAPME of de SFPME en de personen bedoeld bij artikel 3 van haar beslissing en van de datum van uitwerking van haar beslissing.

Art. 11.Om de stagiairs in staat te stellen toegang te krijgen tot de opleidingseenheden die de uitreiking toelaten van het getuigschrift voor het hoger secundair onderwijs, zal op het overeenstemmende bekwaamheidsbewijs uitgereikt door het IFAPME of de SFPME de vermelding « stemt overeen met het kwalificatiegetuigschrift ... uitgereikt door het secundair leerplichtonderwijs » dragen.

Art. 12.De Algemene inspectiedienst kan, op aanvraag of uit eigen initiatief, zijn evaluatie- en toezichtsopdrachten uitoefenen zoals bepaald in artikel 8 na de eerste inrichting van de opleiding. Hij brengt verslag uit aan de cel die, binnen een termijn van twee maanden vanaf de ontvangst van het verslag, een advies uitbrengt betreffende het al dan niet behouden van de overeenstemming voor de betrokken cursus ten behoeve van de Regering van de Franse Gemeenschap. Raad het advies de afschaffing van de overeenstemming aan, dan beschikt de Regering van de Franse Gemeenschap over twee maanden om aan het IFAPME of de SFPME kennis te geven van haar beslissing om de overeenstemming van titels bedoeld in het inspectieverslag te behouden of in te trekken.

Ze bepaalt het ogenblik waarop haar beslissing uitwerking heeft. De beslissing dient met redenen omkleed te worden.

Art. 13.De Ministers tot wier bevoegdheden het Leerplichtonderwijs en het Onderwijs voor Sociale Promotie behoren, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 29 september 2011.

De Minister van Leerplichtonderwijs en Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M.-D. SIMONET

^