Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 29 november 2018
gepubliceerd op 19 december 2018

Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie houdende de administratieve en geldelijke situatie van de personeelsleden van de federale overheidsdiensten, federale instellingen van openbaar nut en openbare instellingen van sociale zekerheid die worden overgeheveld naar de Diensten van het Verenigd College of de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad

bron
gemeenschappelijke gemeenschapscommissie van brussel-hoofdstad
numac
2018015152
pub.
19/12/2018
prom.
29/11/2018
ELI
eli/besluit/2018/11/29/2018015152/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD


29 NOVEMBER 2018. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie houdende de administratieve en geldelijke situatie van de personeelsleden van de federale overheidsdiensten, federale instellingen van openbaar nut en openbare instellingen van sociale zekerheid die worden overgeheveld naar de Diensten van het Verenigd College of de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad


Het Verenigd College Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, artikel 79, § 1;

Gelet op de ordonnantie van 23 maart 2017 houdende de oprichting van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag;

Gelet op het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 juli 2018;

Gelet op protocol nr. 2018/12 van sectorcomité XV van 14 september 2018;

Gelet op het akkoord van de Leden van het Verenigd College bevoegd voor het Openbaar Ambt, gegeven op 11 oktober 2018;

Gelet op het akkoord van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 11 oktober 2018;

Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 26 oktober 2018 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;

Op de voordracht van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Toepassingsgebied en definities

Artikel 1.§ 1. - Dit besluit is van toepassing op de ambtenaren, stagiairs, houders van een managementfunctie en contractuele personeelsleden van de federale overheidsdiensten, federale instellingen van openbaar nut en openbare instellingen van sociale zekerheid die overgeheveld worden naar de Diensten van het Verenigd College of de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. § 2. Dit besluit is ook van toepassing op de ambtenaren en stagiairs die overgeheveld worden in overeenstemming met het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 24 maart 2016 houdende bijzondere bepalingen inzake het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren of stagiairs van de federale overheidsdiensten en de federale instellingen van openbaar nut die overgeheveld worden naar de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zodra zij werden overgeheveld naar de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. § 3. Dit besluit is ook van toepassing op de contractuele personeelsleden die overgeheveld worden in overeenstemming met het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 24 maart 2016 houdende bijzondere bepalingen met betrekking tot de rechtspositie en de bezoldigingsregeling van de contractuele personeelsleden van de federale overheidsdiensten en de federale instellingen van openbaar nut die overgeheveld worden naar de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zodra zij werden overgeheveld naar de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag.

Art. 2.§ 1. - In dit besluit: 1° wordt het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 5 juni 2008 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest "het statuut van de Diensten van het Verenigd College" genoemd.2° wordt het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 5 juni 2008 tot vaststelling van de administratieve toestand en de individuele geldelijke rechten van de contractuele personeelsleden van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest "het besluit over de contractuele personeelsleden van de Diensten van het Verenigd College" genoemd;3° wordt het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratieve en geldelijke statuut van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest "het statuut van de biocommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag" genoemd;4° wordt het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 6 december 2018 houdende de administratieve en geldelijke situatie van de contractuele personeelsleden van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag "het besluit over de contractuele personeelsleden van de biocommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag" genoemd;5° verstaat men onder het woord "administraties", de Diensten van het Verenigd College en de biocommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag;6° verstaat men onder het woord "personeelsleden", de ambtenaren, stagiairs, houders van een managementfunctie en contractuele personeelsleden van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid;7° verstaat men onder het woord "ambtenaar" elk personeelslid van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid dat vastbenoemd is;8° verstaat men onder het woord "stagiair", een personeelslid van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid dat een stage volbrengt met het oog op een vaste benoeming;9° verstaat men onder de woorden "contractueel personeelslid", elk personeelslid dat door een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid werd aangeworven via een arbeidsovereenkomst;10° verstaat men onder de woorden "houders van een managementfunctie", de houders van een managementfunctie bedoeld in het koninklijk besluit van 30 november 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/11/2003 pub. 16/12/2003 numac 2003002193 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid sluiten betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties alsook de aanduiding en de uitoefening van staffuncties en directiefuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid;11° verstaat men onder het woord "overheveling", de overheveling van het personeel van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid naar de diensten van het Verenigd College of naar de Bicommunautaire dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag;12° verstaat men onder de woorden " koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten", het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt.13° verstaat men onder de woorden " koninklijk besluit van 30 november 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/11/2003 pub. 16/12/2003 numac 2003002193 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid sluiten", het koninklijk besluit van 30 november 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/11/2003 pub. 16/12/2003 numac 2003002193 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid sluiten betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties alsook de aanduiding en de uitoefening van staffuncties en directiefuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid. § 2. Voor de toepassing van dit besluit worden de stagiairs beschouwd als houders van de graad of de klasse waarin ze aangeworven zijn. HOOFDSTUK 2. - Omzetting van de graad

Art. 3.Worden benoemd op basis van de omzetting van hun graad in een graad waarin het statuut voorziet en die vermeld wordt in de linkerkolom van de bijlage bij dit besluit, de ambtenaren en stagiairs van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid die, de dag voor de overheveling, houder zijn van een niveau en een graad of klasse die behoren tot de rechterkolom.

Art. 4.§ 1. De titel van de managementfunctie van klasse 6 "administrateur-generaal" bij het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag wordt gelijkgesteld met de mandaatfunctie die wordt opengesteld bij de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie waarin de administrateur-generaal werd aangesteld door het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.

Als de administrateur-generaal niet slaagt voor de selectie voor de mandaatfunctie vermeld in het eerste lid, wordt de titel van de managementfunctie van klasse 6 "administrateur-generaal" bij het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag gelijkgesteld met de graad van directeur tot het einde van het lopende mandaat. § 2. De titel van de managementfunctie van klasse 5 "adjunct-administrateur-generaal" bij het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag wordt gelijkgesteld met de mandaatfunctie die wordt opengesteld bij de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie waarin de adjunct-administrateur-generaal werd aangesteld door het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.

Als de adjunct-administrateur-generaal niet slaagt voor de selectie voor de mandaatfunctie vermeld in het eerste lid, wordt de titel van de managementfunctie van klasse 5 "adjunct-administrateur-generaal" bij het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag gelijkgesteld met de graad van directeur tot het einde van het lopende mandaat. HOOFDSTUK 3. - Weddeschalen

Art. 5.§ 1. De van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid overgehevelde ambtenaren en stagiairs genieten een weddeschaal verbonden met de graad waarin ze respectievelijk werden benoemd op basis van de omzetting van hun graad in overeenstemming met artikel 3.

De weddeschaal wordt, op het moment van de overheveling, toegewezen in overeenstemming met artikel 100 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of met artikel 126 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, in functie van de administratie waarnaar wordt overgeheveld.

Voor de toepassing van het tweede lid wordt de graadanciënniteit bedoeld in artikel 100 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of artikel 126 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, voor de niveaus B, C en D, bepaald als gelijk aan de som van de anciënniteit verkregen in elke graad binnen hetzelfde niveau, dat overeenkomt met het niveau van de ambtenaar op de dag voor de overheveling.

Voor de toepassing van het tweede lid wordt de graadanciënniteit bedoeld in artikel 100 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of in artikel 126 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, voor de ambtenaren van niveau A van de klasse A1 of A2, bepaald als gelijk aan de klassenanciënniteit in de klasse die de ambtenaar heeft op de dag voor de overheveling. De klassenanciënniteit wordt berekend in overeenstemming met het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel.

Voor de toepassing van het tweede lid wordt de graadanciënniteit bedoeld in artikel 100 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of in artikel 126 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, voor de ambtenaren van niveau A van de klasse A3 of A4, bepaald als gelijk aan de gecumuleerde klassenanciënniteit in de klasse A3 en A4 op de dag voor de overheveling. De klassenanciënniteit wordt berekend in overeenstemming met het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel.

Voor de toepassing van het tweede lid wordt de anciënniteit bedoeld in artikel 100 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of in artikel 126 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, voor de ambtenaar die net voor zijn benoeming of de stagiair die net voor de start van zijn stage, in hetzelfde niveau contractueel personeelslid was bij de federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid waarvan hij wordt overgeheveld, bepaald als gelijk aan de som van enerzijds de periode berekend in overeenstemming met § 2, tweede lid, voor de contractuele periode en anderzijds de periode berekend in overeenstemming met het derde, vierde en vijfde lid volgens het niveau en/of de klasse van de ambtenaar. § 2. De van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid overgehevelde contractuele personeelsleden genieten de weddeschaal verbonden aan de graad toegekend aan statutaire personeelsleden voor dezelfde of een analoge functie.

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de anciënniteit bedoeld in artikel 100 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of in artikel 126 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, voor het contractuele personeelslid, bepaald als gelijk aan de periode waarin het ononderbroken deel uitmaakte van de federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid waarvan het wordt overgeheveld, als contractueel personeelslid in het niveau waarin het zich bevindt de dag voor de overheveling.

Art. 6.§ 1. In afwijking van artikel 5 behouden de ambtenaren, stagiairs en contractuele personeelsleden van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid, die de dag voor hun overheveling een weddeschaal genieten vermeld in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten, vanaf de eerste dag van hun overheveling, de weddeschaal die zij de dag voor hun overheveling genoten, elke maand waarin de weddeschaal van het statuut die aan hen wordt toegekend in overeenstemming met artikel 5, eerste, of tweede paragraaf, hen, in de schaal die overeenstemt met de geldelijke anciënniteit, niet verzekert van een maandelijkse wedde die ten minste even hoog is. § 2. In afwijking van artikel 5 behouden de ambtenaren, stagiairs en contractuele personeelsleden van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid, die de dag voor hun overheveling een weddeschaal genieten vermeld in bijlage 2 of 3 van het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten, vanaf de eerste dag van hun overheveling, de weddeschaal die zij de dag voor hun overheveling zouden hebben genoten indien zij niet waren overgeheveld, elke maand waarin de weddeschaal van het statuut die aan hen wordt toegekend in overeenstemming met artikel 5, eerste of tweede paragraaf, hen, in de schaal die overeenstemt met de geldelijke anciënniteit, niet verzekert van een maandelijkse wedde die ten minste even hoog is.

Voor de toepassing van deze paragraaf is het woord "wedde" van de ambtenaar, de stagiair of het contractueel personeelslid samengesteld uit de volgende cumulatieve elementen: 1° de wedde die voortvloeit uit de weddeschaal die de ambtenaren, stagiairs of contractuele personeelsleden, voor de overheveling, genieten in de schaal die overeenstemt met hun geldelijke anciënniteit op 31 december 2016;2° de verhoging bedoeld in artikel 48 van het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten, berekend in overeenstemming met de weddeschaal van de ambtenaren, stagiairs en contractuele personeelsleden de dag voor de overheveling;3° het bedrag van de verschuldigde bonificaties in overeenstemming met het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, ongeacht of de betaling ervan effectief is op het moment van de overheveling van de personeelsleden.Het bedrag van de bonificaties wordt meegeteld zodra het recht erop verworven werd vóór de overheveling.

Art. 7.De houders van een managementfunctie behouden, na de overheveling, hun wedde verbonden aan de salarisbanden vermeld in het koninklijk besluit van 11 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 11/07/2001 pub. 13/07/2001 numac 2001002073 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten en tot vaststelling van hun wedde sluiten betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten en tot vaststelling van hun wedde en voordelen tot het einde van hun lopende mandaat. HOOFDSTUK 4. - Anciënniteit

Art. 8.§ 1. De ambtenaren, stagiairs, houders van een managementfunctie en contractuele personeelsleden van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid behouden, na de overheveling, hun geldelijke anciënniteit zoals vastgesteld de dag voor hun overheveling. § 2. De ambtenaren en houders van een managementfunctie van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid behouden na de overheveling: 1° hun dienstanciënniteit zoals bepaald op de dag voor de overheveling;2° hun klasseanciënniteit zoals bepaald op de dag voor de overheveling;3° hun graadanciënniteit zoals bepaald op de dag voor de overheveling;4° hun niveau-anciënniteit zoals bepaald op de dag voor de overhevelingsdatum. § 3. De klassenanciënniteit, verminderd met de effectieve diensten die gepresteerd werden als contractueel in deze klasse, wordt omgezet in graadanciënniteit op de eerste dag van de overheveling. HOOFDSTUK 5. - Uitkeringen, premies en vergoedingen

Art. 9.§ 1. Het vakantiegeld dat de ambtenaren, stagiairs, contractuele personeelsleden en houders van een managementfunctie genieten na hun overhevelingsdatum mag niet lager zijn dan het vakantiegeld dat zij genoten de dag voor hun overhevelingsdatum. § 2. - Als het krachtens het statuut toegekende vakantiegeld lager is dan het vakantiegeld dat de ambtenaren, stagiairs, contractuele personeelsleden en houders van een managementfunctie genoten de dag voor hun overhevelingsdatum, dan behouden zij het vakantiegeld dat zij genoten de dag voor hun overhevelingsdatum.

Art. 10.§ 1. De eindejaarstoelage die de ambtenaren, stagiairs, contractuele personeelsleden en houders van een managementfunctie genieten na hun overhevelingsdatum mag niet lager zijn dan de eindejaarstoelage die zij genoten de dag voor hun overhevelingsdatum. § 2. Als de krachtens het statuut toegekende eindejaarstoelage lager is dan de eindejaarstoelage die de ambtenaren, stagiairs, contractuele personeelsleden en houders van een managementfunctie genoten de dag voor hun overhevelingsdatum, dan behouden zij de eindejaarstoelage die zij genoten de dag voor hun overhevelingsdatum.

Art. 11.De ambtenaren, stagiairs en contractuele personeelsleden die een directietoelage kregen volgens de voorwaarden van artikel 23 en 118 van het koninklijk besluit van 13 juli 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/07/2017 pub. 19/07/2017 numac 2017040352 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Koninklijk besluit tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, behouden die directiepremie voor zover de voorwaarden van dat koninklijk besluit nog steeds vervuld worden na de overheveling.

Art. 12.Als het gecumuleerd bedrag van de toelagen en premies bedoeld bij titel IV van boek 3 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College en van het statuut van de biocommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, toegekend op gelijke voorwaarden, lager is dan het bedrag dat de ambtenaren, stagiairs, houders van een managementfunctie en contractuele personeelsleden de dag voor hun overhevelingsdatum genoten, wordt hen een aanvulling toegekend om het verschil te compenseren.

Art. 13.De ambtenaren, stagiairs of contractuele personeelsleden krijgen de premie voor competentieontwikkeling, zoals bepaald in het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten tot de geldigheidsduur van die premie verstrijkt en volgens de statutaire regels die op hen van toepassing waren.

Art. 14.De premie voor competentieontwikkeling wordt toegevoegd aan de jaarlijkse brutobezoldiging voor de berekening van het vakantiegeld en de eindejaarstoelage.

Art. 15.§ 1. Aan het einde van de geldigheidsduur van de premie voor competentieontwikkeling verkrijgt de ambtenaar of stagiair die, in toepassing van de geldende regelgeving op de dag voor de datum van zijn overheveling, naar de hogere weddeschaal bevorderd zou zijn geweest, op die datum de bevordering in de graad en de weddeschaal toegekend die zou zijn verkregen bij niet-overheveling. § 2. Voor de ambtenaren bedoeld bij de eerste paragraaf moet rekening gehouden worden met de nieuw verkregen weddeschaal, niveau, graad of klasse om die, indien nodig, om te zetten in een nieuwe graad en een nieuwe weddeschaal toe te kennen in toepassing van de respectieve artikelen 3 en 5 van dit besluit en in toepassing van artikel 6.

Art. 16.De ambtenaren, stagiairs, houders van een managementfunctie en contractuele personeelsleden behouden de op de dag voor hun overhevelingsdatum toegekende vergoedingen voor zover: 1° de functie van de ambtenaar, stagiair, houder van een managementfunctie of het contractueel personeelslid op de overhevelingsdatum het behoud ervan verantwoordt of;2° de vergoedingen hun vergoedend karakter behouden voor kosten waaraan de ambtenaar wordt blootgesteld tijdens de uitoefening van zijn functies. Die vergoedingen worden uitbetaald in overeenstemming met de bepalingen van het statuut van de administraties. HOOFDSTUK 6. - Verlof en afwezigheden

Art. 17.De ambtenaren, stagiairs, houders van een managementfunctie en contractuele personeelsleden hebben recht op een overdracht van maximaal 15 dagen jaarlijks verlof van het kalenderjaar voorafgaand aan hun overhevelingsdatum.

Dit verlof moet worden opgenomen vóór het einde van het kalenderjaar van hun overheveling.

De overgedragen verlofdagen moeten bij voorrang worden opgenomen, vooraleer de jaarlijkse verlofdagen bepaald door het statuut worden gebruikt.

Het saldo overgedragen jaarlijkse verlofdagen mag in geen geval een tweede keer worden overdragen.

Art. 18.§ 1.- In toepassing van de volgende hoofdstukken van het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen behouden de ambtenaren en stagiairs die de dag voor hun overhevelingsdatum afwezig of in verlof zijn de volgende lopende verlof- of afwezigheidsregeling tot aan de eerstvolgende vervaldag: 1° Hoofdstuk IV.- Zwangerschapsbescherming 2° Hoofdstuk V.- Ouderschapsverlof, art. 34 3° Hoofdstuk VII.- Verlof om dwingende redenen van familiale aard 4° Hoofdstuk XII.- Langdurige afwezigheid om persoonlijke redenen 5° Hoofdstuk XIII.- Verlof voor onderbreking van de beroepsloopbaan 6° Hoofdstuk XIV.- Verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden. § 2. Contractuele personeelsleden die afwezig of met verlof zijn op de dag voor hun overhevelingsdatum in toepassing van de in de eerste paragraaf vermelde bepalingen of andere wets- of reglementsbepalingen, behouden het voordeel van het lopende verlof- of afwezigheidsregeling tot aan de eerstvolgende vervaldag. § 3. De verstreken periode van het verlof of van de afwezigheid op de overhevelingsdatum wordt in mindering gebracht van de totale duur van de identieke verloven en afwezigheden vastgesteld door het statuut van de administraties.

Art. 19.Onverminderd de bepalingen van artikel 18, kunnen de regels voor de verloven en afwezigheden die in artikel 18 vermeld worden, gewijzigd worden als dienstredenen dit verantwoorden. Die mogelijkheid moet worden uitgeoefend zonder dat het principe van de verloven en afwezigheden bedoeld in artikel 18 betwist gesteld mag worden.

Art. 20.De ambtenaren en contractuele personeelsleden die een vierdagenweek met of zonder premie genieten of halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar de dag voor hun overhevelingsdatum behouden dit werkregime.

De periode dat de ambtenaar of het contractueel personeelslid het werkregime bedoeld in het eerste lid genoten heeft, wordt in mindering gebracht van de totale duur van het werkregime van de vierdagenweek of halftijdse tewerkstelling vanaf 50 of 55 jaar vastgesteld door het statuut van de administraties.

Art. 21.Op hun overhevelingsdatum behouden de ambtenaren of stagiairs het saldo van de verlofdagen wegens ziekte waar ze recht op hebben in toepassing van Hoofdstuk VIII - Ziekteverlof van het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen.

Art. 22.De ambtenaren die de dag voor hun overhevelingsdatum verminderde prestaties leveren om medische redenen in toepassing van de artikelen 50 tot 54 van het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen behouden het recht op dit werkregime tot op de volgende vervaldag. HOOFDSTUK 7. - Vergelijkende selecties voor overgang naar het hogere niveau

Art. 23.De overgehevelde ambtenaren die voor hun overheveling geslaagd zijn voor een vergelijkende selectie voor overgang naar het hogere niveau behouden de aanspraken op bevordering die zij door dit slagen hebben verworven.

Art. 24.§ 1. De overgehevelde ambtenaren die voor hun overheveling deels geslaagd zijn voor een vergelijkende selectie voor overgang naar het hogere niveau behouden de voordelen van dit onderdeel. § 2. De overgehevelde ambtenaren die voor hun overheveling een attest van slagen behaalden voor de eerste reeks bevorderingsproeven naar niveau A in de zin van artikel 31, § 3 van het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de evaluatie en de loopbaan van het rijkspersoneel worden geacht geslaagd te zijn voor de twee eerste bevorderingsproeven naar niveau A bedoeld in artikel 95 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of het artikel 120 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. § 3. De overgehevelde ambtenaren die voor hun overheveling geslaagd waren voor respectievelijk een proef, twee, drie of vier proeven van de tweede reeks bevorderingsproeven naar niveau A in de zin van artikel 31, § 4 van het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de evaluatie en de loopbaan van het rijkspersoneel, worden geacht geslaagd te zijn voor respectievelijk een, twee of drie van de brevetten bedoeld in artikel 95 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of het artikel 120 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. § 4. De overgehevelde ambtenaren die voor hun overheveling geslaagd waren voor de algemene proef voor bevordering naar niveau B of C in de zin van artikel 15 van het koninklijk besluit van 22 december 2000Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/12/2000 pub. 09/01/2001 numac 2000002124 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel type koninklijk besluit prom. 22/12/2000 pub. 09/01/2001 numac 2000002114 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot bepaling van de algemene principes van het administratief en geldelijk statuut van de rijksambtenaren die van toepassing zijn op het personeel van de diensten van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen en van de Colleges van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en van de Franse Gemeenschapscommissie, alsook op de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen sluiten betreffende de selectie en de loopbaan van het rijkspersoneel worden geacht geslaagd te zijn voor de algemene proef bedoeld in artikel 96 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of het artikel 121 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. HOOFDSTUK 8. - Evaluatie

Art. 25.§ 1. De overgehevelde personeelsleden behouden de laatste evaluatievermelding die hun werd toegekend bij de federale overheid tot hun een nieuwe evaluatievermelding wordt toegekend krachtens het statuut van de Diensten van het Verenigd College of van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. § 2. Voor de toepassing van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, worden de vermeldingen "uitzonderlijk" of "voldoet aan de verwachtingen", toegekend op basis van het koninklijk besluit van 24 september 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/09/2013 pub. 04/10/2013 numac 2013002046 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de evaluatie in het federaal openbaar ambt sluiten betreffende de evaluatie in het federaal openbaar ambt, omgezet in de vermelding "gunstig". § 3. Voor de toepassing van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, worden de vermeldingen "te verbeteren" of "onvoldoende", toegekend op basis van het koninklijk besluit van 24 september 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/09/2013 pub. 04/10/2013 numac 2013002046 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de evaluatie in het federaal openbaar ambt sluiten betreffende de evaluatie in het federaal openbaar ambt, respectievelijk omgezet in de vermeldingen "met voorbehoud" en "onvoldoende".

Art. 26.§ 1. De overgehevelde stagiairs zijn rechtstreeks onderworpen aan de bepalingen van Boek 2, titel 5 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of van Hoofdstuk 3 van Titel IV van Boek II van het statuut van de bi communautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. § 2. De duur van de stage wordt geacht deze te zijn die werd bepaald bij het begin van de stage zonder evenwel de termijn te kunnen overschrijden die wordt bepaald in artikel 66/3 van het statuut van de Diensten van het Verenigd College of in artikel 79 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag De stageverslagen opgesteld voor de overheveling zijn gelijkwaardig aan de stageverslagen in de zin van artikel 66/6 van het statuut van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag. HOOFDSTUK 9. - Slotbepalingen

Art. 27.Voor de toepassing van dit besluit worden de ambtenaren, stagiairs en contractuele personeelsleden van een federale overheidsdienst, federale instelling van openbaar nut of openbare instelling van sociale zekerheid die, overeenkomstig het koninklijk besluit van 25 oktober 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/10/2013 pub. 14/11/2013 numac 2013002052 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten, een nieuwe weddeschaal of een bonificatie hadden moeten krijgen op de dag van de overheveling, geacht die te hebben verkregen de dag voor de overheveling.

Art. 28.De regels van het statuut van de administraties zijn toepasbaar op de overgehevelde ambtenaren en stagiairs vanaf de eerste dag van de overheveling.

De regels van het besluit over de contractuele personeelsleden van de Diensten van het Verenigd College en van het besluit over de contractuele personeelsleden van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag zijn toepasbaar op de overgehevelde contractuele personeelsleden vanaf de eerste dag van de overheveling.

Art. 29.Het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 24 maart 2016 houdende bijzondere bepalingen met betrekking tot de rechtspositie en de bezoldigingsregeling van de contractuele personeelsleden van federale overheidsdiensten en de instellingen van openbaar nut die overgeheveld worden naar de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt opgeheven.

Art. 30.Het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 24 maart 2016 houdende bijzondere bepalingen inzake het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren of stagiairs van de federale overheidsdiensten en de federale instellingen van openbaar nut die overgeheveld worden naar de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt opgeheven.

Art. 31.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2019.

Art. 32.De leden van het Verenigd College bevoegd voor het Openbaar ambt worden belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 29 november 2018.

Voor het Verenigd College: De leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar ambt, G. VANHENGEL

Bijlage bij het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie houdende de administratieve en geldelijke situatie van de personeelsleden van de federale overheidsdiensten, federale instellingen van openbaar nut en openbare instellingen van sociale zekerheid die worden overgeheveld naar de Diensten van het Verenigd College of de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad

Integratiegraad

Niveau en graad/klasse

Directeur

Niveau A, klasse A3,A4

Eerste attaché

Niveau A, klasse A2

Attaché

Niveau 1, klasse A1

Assistent

Niveau B (alle graden)

Adjunct

Niveau C (alle graden)

Klerk

Niveau D (alle graden)


Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie houdende de administratieve en geldelijke situatie van de personeelsleden van de federale overheidsdiensten, federale instellingen van openbaar nut en openbare instellingen van sociale zekerheid die worden overgeheveld naar de Diensten van het Verenigd College of de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad.

Brussel, 29 november 2018.

Voor het Verenigd College: De leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt, G. VANHENGEL

^