Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 21 oktober 1997
gepubliceerd op 06 maart 1998

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot toekenning van een toelage aan het gesubsidieerd vrij net van het secundair onderwijs

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
1998029050
pub.
06/03/1998
prom.
21/10/1997
ELI
eli/besluit/1997/10/21/1998029050/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 OKTOBER 1997. Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot toekenning van een toelage aan het gesubsidieerd vrij net van het secundair onderwijs (V.Z.W. « Formation continuée dans l'enseignement catholique »)


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de artikelen 55 t/m 58 van de gecoördineerde wetten d.d. 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit;

Gelet op het decreet d.d. 25 juli 1996 houdende de begroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1997;

Gelet op het decreet d.d. 24 juli 1997 houdende de aangepaste begroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1997;

Gelet op het decreet d.d. 16 juli 1993 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de personeelsleden van de inrichtingen voor gewoon secundair onderwijs;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 23 september 1997;

Gelet op het akkoord van de Minister belast met de Begroting, gegeven op 9 oktober 1997;

Op de voordracht van de Minister-Voorzitster, belast met Onderwijs;

Gelet op de beraadslaging van de Regering d.d. 13 oktober 1997, Besluit :

Artikel 1.Een globale toelage van 21 755 000 frank, aan te rekenen op het krediet ingeschreven op de basisallocatie 44.08.41, organieke afdeling 52, van de begroting van het Ministerie van de Franse Gemeenschap, Departement Onderwijs, Onderzoek en Vorming, begrotingsjaar 1997, wordt toegekend aan de V.Z.W. « Formation continue dans l'enseignement catholique », rekeningsnummer 240-0384104-85, voor de periode van 1 september 1997 tot 31 augustus 1998, hiernavermeld als de « rechthebbende ».

Art. 2.De maaltijd- en drankkosten, behalve andersluidende uitdrukkelijke overeenkomst, worden beperkt tot 300 frank per dag vorming voor de niet-residentiële stages.

Art. 3.De vervoerkosten behalve andersluidende uitdrukkelijke overeenkomst worden beperkt tot 6 frank per km.

Art. 4.De in artikel 1 bedoelde toelage is bestemd om de verwezenlijking van onderstaande programma's te dekken : 1° Vormen van alternatieve, opvoedkundige aanpak in verband met de algemene en technologische beroepsvorming, voor een totaal bedrag van 3 245 000 frank : a) erelonen, verplaatsings- en organisatiekosten van opleiders 1 821 600 b) verplaatsings-, overnachtings- en maaltijdkosten 909 400 c) documentatiekosten voor de opgeleide leerkrachten, alsmede afschrijvings- en aankoop- kosten van uitrustingsmateriaal 444 000 d) huurkosten voor materiaal 7 000 e) huurkosten voor lokalen 63 000 2° Nieuwe inrichting van het weten en nieuwe technologievormingen, voor een totaal bedrag van 821 400 frank : a) erelonen, verplaatsings- en organisatiekosten van opleiders 396 000 b) vervoer-, overnachtings- en maaltijdkosten 240 400 c) documentatiekosten voor de opgeleide leerkrachten, alsmede afschrijvings- en aankoop- kosten van uitrustingsmateriaal 59 000 d) huurkosten voor materiaal 46 000 e) huurkosten voor lokalen 80 000 3° Inschrijvingsrechten voor opleidingen, voor een globaal bedrag van 1 000 000 frank : a) inschrijvingskosten 350 000 b) vervoer-, overnachtings- en maaltijdkosten van de opgeleide leerkrachten 650 000 4° Nieuwe praktijken in dienst van het onderwijs, voor een bedrag van 11 934 200 frank : a) terugbetaling aan het Ministerie van de Franse Gemeenschap, Departement Onderwijs, Onderzoek en Vorming, van de volledige verschuldigde wedden, met inbegrip van alle in verband hiermee staande lasten, voor personeelsleden, in vast verband benoemd en met verlof voor opdracht in het belang van het onderwijs van 1 september 1997 tot 31 augustus 1998 3 290 500 b) erelonen, vervoer- en organisatiekosten van de opleiders 4 680 935 c) vervoer-, overnachtings- en maaltijdkosten 2 326 575 d) documentatiekosten voor de leerkrachten alsmede de afschrijvings- en aankoopkosten van uitrustingsgoederen 896 940 e) huurkosten voor materiaal 116 750 f) huurkosten voor lokalen 622 500 5° Opleiding van de inrichtingshoofden, voor een globaal bedrag van 2 578 900 frank : a) erelonen, vervoer- en organisatiekosten van opleiders 975 100 b) vervoer-, overnachtings- en maaltijdkosten 891 200 c) documentatiekosten voor de opgeleide leerkrachten 296 000 d) kosten voor materiaal 65 100 e) huurkosten voor lokalen 351 500 6° Inrichting, evaluatie van opleidingen en administratiekosten, voor een globaal bedrag van 2 175 500 frank : a) terugbetaling aan het Ministerie van de Franse Gemeenschap, Departement Onderwijs, Onderzoek en Vorming van de volledige verschuldigde wedden, met inbegrip van alle in verband hiermee staande lasten, voor een halftijds personeelslid, in vast verband benoemd en met verlof voor opdracht in het belang van het onderwijs van 1 september 1997 tot 31 augustus 1998 1 400 000 b) vervoerkosten 110 000 c) kantoor en aankoopkosten van uitrustingsgoederen 615 500 d) huurkosten voor lokalen 50 000 Art.5. De toelage, die 21 755 000 frank beloopt, wordt in drie schrijven op de volgende wijze uitgekeerd : 1° een eerste schijf van 8 702 000 frank die 40 % vertegenwoordigt van het bedrag van de toelage, als voorschot, zodra dit besluit ondertekend is;2° een tweede schijf van 8 702 000 frank die 40 % vertegenwoordigt van het bedrag van de toelage, als voorschot, tegen 15 januari 1998;3° het saldo van 4 351 000frank dat 20 % van het totaal bedrag van de toelage vertegenwoordigt, zal uitgekeerd worden na ontvangst en goedkeuring van de in artikel 6 bedoelde documenten.

Art. 6.De bedragen betreffende wedden die worden uitbetaald door het Ministerie van de Franse Gemeenschap, Departement Onderwijs, Onderzoek en Vorming, worden onmiddellijk terugbetaald aan het Ministerie van Onderwijs, Onderzoek en Vorming, dat een schuldvorderingsverklaring opmaakt.

Art. 7.Na afloop van de voorziene werkzaamheden en in elk geval vóór 15 november 1998 moet de rechthebbende de hierna opgesomde documenten voorleggen : 1° de gedetailleerde rekening (in tweevoud) van de ontvangsten en uitgaven betreffende bedoelde werkzaamheden;2° de bewijsstukken in verband met alle in 1° bedoelde uitgaven.Deze stukken moeten in tweevoud worden afgegeven en in volgende orde op een samenvattende lijst, ook in tweevoud opgemaakt, worden opgenomen; 3° een activiteitsverslag in vijf exemplaren, dit verslag moet een synthesenota omvatten over de concrete werkzaamheden betreffende de door dit besluit gedekte periode.

Art. 8.De begunstigde houdt een afzonderlijke boekhouding bij voor de aanwending van de toelage.

Art. 9.De toelage wordt bepaald ten belope van de strikt nodige uitgaven die reeds gefinancierd worden door andere bronnen dan de in dit besluit bepaalde toelage. De eventuele intresten zullen het voorwerp zijn van dezelfde bestemmingen en dezelfde rechtvaardigingen; zoniet worden ze van de toelagen afgetrokken. De in 1997-1998 niet aangewende bedragen kunnen voor de opleidingsprogramma's van het 1e kwaartaal van het schooljaar 1998-1999 worden aangewend. De bedragen zullen van de eerste of de tweede schijf van de toelagen betreffende het schooljaar 1998-1999 afgetrokken worden.

Art. 10.§ 1. Er wordt een Begeleidingscomité opgericht; de taak ervan is toezicht te houden over de eensluidendheid van de werkzaamheden ten opzichte van de clausules van dit besluit.

Worden aangesteld om deel uit te maken van dit Comité: - drie vertegenwoordigers van de Regering; - de Directeur-generaal van het secundair onderwijs; - de Inspecteurs-generaal van het secundair onderwijs; - een vertegenwoordiger van het confessioneel secundair onderwijs.

Dit Comité wordt voorgezeten door de Directeur-generaal van het secundair onderwijs. De beslissingen worden met een meerderheid van twee derde van de aanwezige personen genomen. § 2. De rechthebbende legt het Begeleidingscomité een driemaandelijks verslag over de verwezenlijking van het activiteitsprogramma voor. § 3. Op gunstig advies van het Begeleidingscomité en met inachtneming van de bepalingen van het decreet d.d. 16 juli 1993 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de personeelsleden van de inrichtingen voor secundair onderwijs, inzonderheid op artikel 13, mogen overhevelingen tussen de verschillende voorziene programma's gemachtigd door de Minister tot wiens bevoegdheid het secundair onderwijs behoort.

In elk programma worden overhevelingen gemachtigd, met uitzondering van de verhoging van de posten in verband met de huurkosten waarvoor de toelating van de Minister vereist is, op de voordracht van het Begeleidingscomité.

Art. 11.De verantwoordelijkheid van de Minister mag niet betrokken zijn bij de overeenkomsten, de handelingen van onderaanneming, de inhoud van de voorgelegde documenten voor de verwezenlijking van het krachtens dit besluit uitgevoerde besluit, of de schade veroorzaakt aan mensen en goederen.

Art. 12.§ 1. De begunstigde is verantwoordelijk voor het project en de voorgelegde documenten, hij behoudt de eigendom ervan en is vrij ze na de uitvoeringstermijnen van dit besluit te benutten, mits hij er het officieel symbool en het officieel logo van de Franse Gemeenschap op vermeldt. § 2. Ingeval deze toelage de volledige kosten dekt in verband met het creëren van documenten, behoudt de Minister zich het recht voor die documenten in onbeperkt aantal om educatieve doeleinden opnieuw te doen afdrukken en verspreiden. De nieuwe afdruk en het verspreiden ervan worden van het innen van rechten vrijgesteld. Indien het creëren van visuele of audiovisuele documenten wordt voorzien, mag de Minister in dit kader de bovenvermelde rechten aan de VZW "Médiathèque de la Communauté française de Belgique" afstaan, in het raam van de taak die hij haar heeft opgedragen met het oog op de reproduktie en verspreiding en volgens de algemene voorwaarden van de lening.

Brussel, 21 oktober 1997.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-Voorzitster, belast met Onderwijs, de Audiovisuele Media, Jeugdzorg, Kinderzorg en Gezondheid, Mevr. L. ONKELINX

^