Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 03 april 1998
gepubliceerd op 12 augustus 1998

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van 6 maart 1995 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het brevet van ziekenhuisverpleger en dat van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie, worden toegekend

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
1998029215
pub.
12/08/1998
prom.
03/04/1998
ELI
eli/besluit/1998/04/03/1998029215/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

3 APRIL 1998. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van 6 maart 1995 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) en dat van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie, worden toegekend


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs, zoals gewijzigd, inzonderheid op de artikelen 2 en 5;

Gelet op het besluit van de Regering van 6 maart 1995 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) en dat van ziekenhuisverpleger (verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie, worden toegekend;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 23 juli 1997 tot goedkeuring van het verwijzingsdossier voor de afdeling « ziekenhuisverpleger » ingedeeld op het vlak van het secundair onderwijs van het onderwijs voor sociale promotie van stelsel 1;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 september 1997 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) in het onderwijs voor sociale promotie, wordt toegekend;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 september 1997 tot vaststelling van het programma van het klinisch onderwijs voor het behalen van het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) in het onderwijs voor sociale promotie;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, vervangen bij de wet van 9 augustus 1980 en gewijzigd bij de wetten van 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de onderwijsinrichtingen voor sociale promotie waarbij studies voor ziekenhuisverpleger (verpleegster) ingericht worden, vanaf 1997-1998, op het niveau van het eerste jaar van deze studies, een structuur, een uurregeling en een programma voortkomend uit bovenvermeld besluit van 2 september 1997, hebben aangenomen;

Overwegende dat dit nieuwe organisatiestelsel, dat geleidelijk aan zal worden toegepast, na een cyclus van vijf studiejaren, op het uitreiken van het brevet van verpleger (-verpleegster) door onderwijsinrichtingen voor sociale promotie zal uitkomen;

Overwegende dat gelijktijdig de Examencommissie van de Franse Gemeenschap belast met de organisatie van de proeven voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), en op geleidelijke wijze vanaf de zittijden 1998, enkel de kandidaten inschrijft die houder zijn, ofwel van een gelijkwaardigheidsbeslissing voor het in acht genomen jaar mits slagen voor een aantal proeven voor de Examencommissie, ofwel van een attest van schoolbezoek zonder vrucht van hetzelfde jaar in een onderwijsinrichting met volledig leerplan of voor sociale promotie, ofwel nog, bij overgangsmaatregel voor één jaar enkel, het bewijs van de vorige aflegging zonder vrucht van examens van een zittijd ingericht door de Examencommissie voor het betrokken studiejaar;

Gelet op de dringende noodzaak om onverwijld de bepalingen te treffen rekening houdend met de naderende inrichting van de zittijd van januari van de Examencommissie;

Op de voordracht van de Minister Voorzitster van de Regering van de Franse Gemeenschap, belast met Onderwijs;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 23 maart 1998, Besluit :

Artikel 1.In de inleidende zin van artikel 4, § 1, van het besluit van de Regering van 6 maart 1995 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) en dat van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie, worden toegekend, worden de woorden « of bij het examen voor het eerste studiejaar voor een examencommissie » opgeheven.

Art. 2.Paragraaf 2 van artikel 4 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : « § 2. Om regelmatig ingeschreven te worden voor het examen van het eerste studiejaar bij de Examencommissie, dient de kandidaat, naast de documenten bedoeld in de punten 1° en 2° van § 1 van dit artikel, - ofwel een attest waarin vermeld wordt dat, na de lessen regelmatig te hebben volgen en ten minste 60 % van de punten bij de voortgezette evaluatie van het klinisch onderwijs te hebben behaald, hij toegelaten werd tot het afleggen in een school van het examen van het eerste studiejaar voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie, over te leggen; - ofwel een beslissing van gelijkwaardigheid met het attest van slagen voor het eerste studiejaar voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van ziekenhuisverpleger (verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie in te dienen, mits aflegging van sommige proeven voor de Examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het secundair onderwijs; deze beslissing van gelijkwaardigheid dient, desgevallend, vergezeld te gaan van attesten van stageaflegging die vereist zijn door vermeld bericht; - ofwel het bewijs te leveren dat hij eerder zonder vrucht voor de Examencommissie het geheel of een deel van beide zittijden van het examen van het eerste studiejaar van de studies die leiden tot het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) - richting geestelijke gezondheid en psychiatrie heeft afgelegd. Deze bepaling is enkel van toepassing voor de twee zittijden ingericht in 1998; - ofwel, vanaf 1 januari 1999, een attest over te leggen waarin vermeld wordt dat hij, in een onderwijsinrichting voor sociale promotie, de volgende opleidingseenheden heeft gevolgd : « Ziekenhuisverpleger : Verpleegkundige wetenschappen I en II », « Ziekenhuisverpleger : basiswetenschappen I en II », « ziekenhuisverpleger : sociale wetenschappen I en II », en minstens 60 % van de punten heeft behaald bij de volgende opleidingseenheden : « stages : ziekenhuisverpleger - klinisch verwervingsonderwijs Ia en Ib, IIa en IIb ».

Art. 3.In de inleidende zin van artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden « of bij het examen voor het tweede studiejaar voor een examencommissie » opgeheven.

Art. 4.Paragraaf 2 van artikel 5 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : « § 2. Om regelmatig ingeschreven te worden voor het examen van het tweede studiejaar bij de Examencommissie, dient de kandidaat, naast de documenten bedoeld in de punten 1° en 2° van § 1 van artikel 4 : - ofwel een attest in te dienen waarin vermeld wordt dat, na de lessen regelmatig te hebben gevolgd en ten minste 60 % van de punten bij de voortgezette evaluatie van het klinisch onderwijs te hebben behaald, hij toegelaten werd tot het afleggen in een school van het examen van het tweede studiejaar voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie; - ofwel een beslissing van gelij kwaardigheid met het attest van slagen voor het tweede studiejaar voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) of van ziekenhuisverpleger (verpleegster), richting geestelij ke gezondheid en psychiatrie over te leggen, mits aflegging van sommige proeven voor de Examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het secundair onderwijs; deze beslissing van gelij kwaardigheid dient, desgevallend, vergezeld te gaan van attesten van stageaflegging die vereist zijn door vermeld bericht »; - ofwel het bewijs te leveren dat hij eerder zonder vrucht voor de Examencommissie het geheel of een deel van beide zittijden van het examen van het tweede studiejaar van de studies die leiden tot het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) - richting geestelijke gezondheid en psychiatrie heeft afgelegd. Deze bepaling is enkel van toepassing voor de twee zittijden ingericht in 1999; - ofwel, vanaf 1 januari 2001, een attest over te leggen waarin vermeld wordt dat hij, in een onderwijsinrichting voor sociale promotie, de volgende opleidingseenheden heeft gevolgd : « Zekenhuisverpleger : Verpleegkundige wetenschappen III en IV », « Ziekenhuisverpleger : basiswetenschappen III en IV », « Ziekenhuisverpleger : sociale wetenschappen III en IV », en minstens 60 % van de punten heeft behaald bij de volgende opleidingseenheden : « Stages : ziekenhuisverpleger-klinisch verwervingsonderwijs III en IV ».

Art. 5.In de inleidende zin van artikel 6, § 1, van hetzelde besluit worden de woorden « of bij het examen voor het derde studiejaar voor een examencommissie » opgeheven.

Art. 6.Paragraaf 2 van artikel 6 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : « § 2. Om regelmatig ingeschreven te worden voor het examen van het derde studiejaar bij de Examencommissie, dient de kandidaat, naast de documenten bedoeld in de punten 1° en 2° van § 1 van artikel 4 : - ofwel een attest in te dienen waarin vermeld wordt dat, na de lessen regelmatig te hebben gevolgd en ten minste 60% van de punten van de voortgezette evaluatie in het klinisch onderwijs te hebben behaald, hij toegelaten werd tot het afleggen in een school van het examen van het derde studiejaar voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van ziekenhuisverpleger (-verpleegster), richting geestelij ke gezondheid en psychiatrie; - ofwel een beslissing van gelijkwaardigheid met het attest van slagen voor het derde studiejaar voor het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) of van ziekenhuisverpleger (verpleegster), richting geestelijke gezondheid en psychiatrie over te leggen, mits aflegging van sommige proeven voor de Examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het secundair onderwijs; deze beslissing van gelijkwaardigheid dient, desgevallend, vergezeld te gaan van attesten van stageaflegging die vereist zijn door vermeld bericht »; - ofwel het bewijs te leveren dat hij eerder zonder vrucht voor de Examencommissie het geheel of een deel van beide zittijden van het examen van het derde studiejaar van de studies die leiden tot het bekomen van het brevet van ziekenhuisverpleger (-verpleegster) of van het brevet van ziekenhuisverpleger (verpleegster) - richting geestelijke gezondheid en psychiatrie heeft afgelegd. Deze bepaling is enkel van toepassing voor de twee zittijden ingericht in 2000; - ofwel, vanaf 1 januari 2002, een attest over te leggen waarin vermeld wordt dat hij, in een onderwijsinrichting voor sociale promotie, de volgende opleidingseenheden heeft gevolgd : « Ziekenhuisverpleger : Verpleegkundige wetenschappen V », « Ziekenhuisverpleger : basiswetenschappen V » « Ziekenhuisverpleger : sociale wetenschappen V », en minstens 60 % van de punten heeft behaald bij de volgende opleidingseenheden : « Stages : « Ziekenhuisverpleger - klinisch verwervingsonderwijs Va en Vb ».

Art. 7.De artikelen 1 en 2 treden in werking op 1 januari 1998, de artikelen 3 en 4 treden in werking op 1 januari 1999 en de artikelen 5 en 6 treden in werking op 1 januari 2000.

Art. 8.De Minister-Voorzitster, tot wier bevoegdheid het Onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 3 april 1998.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-Voorzitster, belast met Onderwijs, Mevr. L. ONKELINX

^