Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 19 december 2002
gepubliceerd op 07 januari 2003

Besluit van de Franse Gemeenschapsregering tot delegatie van bevoegdheid en van ondertekening aan de leidend ambtenaar en aan sommige andere ambtenaren van de Ondersteuningsdienst van de ministeriële kabinetten

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2002029637
pub.
07/01/2003
prom.
19/12/2002
ELI
eli/besluit/2002/12/19/2002029637/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 DECEMBER 2002. - Besluit van de Franse Gemeenschapsregering tot delegatie van bevoegdheid en van ondertekening aan de leidend ambtenaar en aan sommige andere ambtenaren van de Ondersteuningsdienst van de ministeriële kabinetten


De Franse Gemeenschapsregering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, gewijzigd door de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en door de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op de wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en Gewesten, zoals gewijzigd;

Gelet op de wet van 29 oktober 1846 betreffende de organisatie van het Rekenhof, zoals gewijzigd;

Gelet op de wet van 3 juli 1967 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector, zoals gewijzigd;

Gelet op de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit;

Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten;

Gelet op het Regentsbesluit van 30 maart 1950 de toekenning regelend van toelagen wegens buitengewone prestaties;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 juni 1964 betreffende sommige verloven toegestaan aan personeelsleden van de Rijksbesturen, zoals gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten, gewijzigd door het koninklijk besluit van 12 december 1984;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende de algemene regeling van de vergoedingen en toelagen van alle aard toegekend aan het personeel van de ministeries;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 mei 1975 betreffende de afwezigheden van lange duur gewettigd door familiale redenen;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 april 1977 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 19 augustus 1985 en 19 maart 1990;

Gelet op het ministerieel besluit van 10 augustus 1977 houdende vaststelling van de algemene aannemingsvoorwaarden van de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten;

Gelet op het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 2 mei 1995 waarbij het koninklijk besluit van 28 februari 1991 betreffende de halftijdse loopbaanonderbreking in de rijksbesturen van toepassing wordt verklaard op de ambtenaren van de Diensten van de Regering en van sommige instellingen van openbaar nut van de Franse Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Franse Gemeenschapsregering, zoals gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken;

Gelet op het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 25 november 1996 waarbij het koninklijk besluit van 28 februari 1991 betreffende de loopbaanonderbreking in de besturen en de diensten van de ministeries van toepassing wordt op de ambtenaren van de Diensten van de Regering en van sommige instellingen van openbaar nut van de Franse Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 29 juli 1999 betreffende de samenstelling, de werking van de kabinetten van de ministers van de Franse Gemeenschapsregering en het personeel van de diensten van de Franse Gemeenschapsregering dat opgenomen wordt in een ministerieel kabinet van een minister van de Franse Gemeenschapsregering, zoals gewijzigd;

Overwegende dat de oprichting in de schoot van de Diensten van de Franse Gemeenschapsregering van een Ondersteuningsdienst voor de ministeriële kabinetten noopt tot de invoering van mechanismen voor de delegatie van bevoegdheid en van ondertekening om de werking van deze Dienst mogelijk te maken;

Op de voordracht van de Minister-President en van de Minister van Openbaar Ambt;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van 19 december 2002, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemeen Afdeling 1. - Algemene voorwaarden waaraan het personeel moet voldoen

om een delegatie te kunnen uitoefenen

Artikel 1.§ 1. In dit besluit verstaat men onder : - Dienst : de Ondersteuningsdienst van de ministeriële kabinetten, Dienst van de Franse Gemeenschapsregering, bedoeld in artikel 22ter, eerste lid, van het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 29 juli 1999, betreffende de samenstelling, de werking van de kabinetten van de ministers van de Franse Gemeenschapsregering en het personeel van de diensten van de Franse Gemeenschapsregering dat opgenomen wordt in een ministerieel kabinet van een minister van de Franse Gemeenschapsregering, zoals gewijzigd; - Leidend ambtenaar : de leidend ambtenaar bedoeld in artikel 22ter, tweede lid, 1, van hetzelfde besluit; - Adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst : de leden van het personeel bedoeld in artikel 22ter, tweede lid, 2, van hetzelfde besluit; - Adviseur : het personeelslid bedoeld in artikel 22ter, tweede lid, 2 of 2bis, van hetzelfde besluit; - Regering : de Franse Gemeenschapsregering. § 2. De delegaties van bevoegdheid en van ondertekening bedoeld in dit besluit worden verleend aan de ambtenaren van de Ondersteuningsdienst van de ministeriële kabinetten bedoeld in het tweede lid, 1, 2 en 2bis, van artikel 22ter van het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 29 juli 1999, betreffende de samenstelling, de werking van de kabinetten van de ministers van de Franse Gemeenschapsregering en het personeel van de diensten van de Franse Gemeenschapsregering dat opgenomen wordt in een ministerieel kabinet van een minister van de Franse Gemeenschapsregering, zoals gewijzigd. § 3. De ambtenaren van een overheidsdienst die als opdrachthouder werken op de Dienst kunnen aangeduid worden om delegaties van bevoegdheid en/of van ondertekening uit te oefenen onder dezelfde voorwaarden als de ambtenaren van de Dienst.

Het besluit volgens hetwelk de personen bedoeld in deze paragraaf opdrachthouder zijn in de Dienst verduidelijkt of er een aangelegenheid is om delegaties uit te oefenen zoals bedoeld in het eerste lid en bepaalt, in dit geval, de rang van deze personen die gelijkgesteld is aan deze van de ambtenaren van de Dienst. § 4. Voor de bepalingen in dit besluit die, ingeval de titularis van een delegatie afwezig of verhinderd zou zijn, toelaten dat de gedelegeerde bevoegdheid uitgeoefend word, krachtens een subdelegatie verleend door een vooraf gestelde handeling, door een aan deze afwezige of verhinderd gezagspersoon ondergeschikte ambtenaar, is het aangewezen om "subdelegatie verleend door een vooraf gestelde handeling" te begrijpen als, hetzij de handeling die door de autoriteit die de delegatie heeft is gesteld vóór diens afwezigdheid of verhindering, hetzij de handeling die door de hiërarchische overste ten alle tijde is gesteld krachtens artikel 3 van dit besluit.

Iedere handeling van voorafgaandelijke subdelegatie in de zin van vorig lid moet schriftelijk, en vóór deze ingaat, ter kennis worden gebracht van de hiërarchische overheden bedoeld in artikel 3, elkeen wat betreft zijn hiërarchische bevoegdheden en aan de ondergeschikte ambtenaar.

Art. 2.In geval van dringende noodzakelijkheid, om opdrachten te vervullen of te stellen of voor duidelijke handelingen die zij omschrijven, kunnen de Regeringsleden aan iedere ambtenaar van de Dienst bedoeld in artikel 1, § 2, op schriftelijk bevel en voor de aangelegenheden waarvoor zij bevoegd zijn, delegatie van bevoegdheid of van ondertekening geven die niet voorzien zijn in dit besluit.

Art. 3.De delegaties van bevoegdheid die zijn verleend door of krachtens dit besluit worden uitgeoefend onverminderd het toezicht van de delegerende overheden en onverminderd de uitoefening van de gedelegeerde bevoegdheden door de delegerende overheden of door de hiërarchische overste.

De uitoefening van de gedelegeerde bevoegdheden in de zin van voorgaand lid omvat tevens de rechtstreekse uitoefening van deze bevoegdheden als de mogelijkheid om ter plaatse subdelegaties te verlenen, aan dezelfde voorwaarden, als de gedelegeerde overheid welke zich in de plaats stelt van de delegerende overheid of de hiërarchische overheid.

Onder hiërarchische overste in de zin van deze bepaling verstaan we de leidend ambtenaar van de Dienst.

Ieder voorstel van een personeelslid omtrent de vervulling van een daad waarvoor hij geen delegatie heeft gekregen wordt noodzakelijkerwijs verzonden aan de bevoegde overheid via elkeen van de hiërarchische oversten in de bestaande hiërarchie tussen dit personeelslid en deze overheid.

Onder delegerende overheid in de zin van deze bepaling verstaan we de bevoegde minister(s). Afdeling 2. - Directie van de Dienst

Art. 4.§ 1. De leidend ambtenaar leidt de Dienst onder het gezag van de Regering.

Hij coördineert de werkzaamheden en beheert de Dienst.

Hij verdeelt de taken binnen de Dienst en staat in voor het dagelijks personeelsbeleid.

Hij bezorgt het personeel via hiërarchische weg de informatie en algemene richtlijnen die op hen van toepassing zijn.

Hij bezorgt de cellen van de Dienst de dossiers en instructies van de ministers, samen met de nodige relevante informatie.

Daarenboven kan hij, op eigen initiatief, elk zinvol voorstel fomuleren. § 2. De adviseurs hebben, onder het gezag van de leidend amtenaar, de leiding over een cel waarvan de taken zijn bepaald door de leidend ambtenaar rekening houdend met de opdrachten die de Regering de Dienst heeft toegewezen. § 3. De leidend ambtenaar en de adviseurs richten, in de schoot van de Dienst, een Coördinatiecomité op. § 4. De zaken die worden behandeld door de cellen van de Dienst worden door de leidend ambtenaar onderworpen aan de ministeriële autoriteit. § 5. Bij afwezigheid of verhindering van de leidend ambtenaar en onverminderd artikel 16, wordt zijn plaats ingenomen door ofwel de adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst en aangeduid door de leidend ambtenaar, ofwel bij geschreven akte die vooraf wordt meegedeeld aan alle ministers van de Regering, ofwel, bij ontstentenis, door de oudste adviseur in dienst, toegevoegd aan de directie van de dienst waarbij, in geval van gelijke dienstanciënniteit, rekening wordt gehouden met de leeftijd. HOOFDSTUK II. - Algemene en bijzondere delegaties Afdeling 1. - Delegaties inzake het personeel van de Dienst

Art. 5.Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder "de minister", het lid of de leden van de Regering bevoegd voor het personeel van de Dienst en de Minister-President.

Art. 6.§ 1. Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar : 1° om, na aanwijzing door de minister, de aanwervingscontracten of de tewerkstellingsakten van contractuele ambtenaren te ondertekenen en om, op eigen initiatief, bij afwezigheid, de aanhangsels bij deze contracten te ondertekenen;2° om het personeel waarover hij de leiding heeft, jaarlijks verlof en uitzonderlijk verlof toe te kennen;3° om verlof toe te kennen aan de ambtenaren in onderstaande gevallen : a) om dwingende familiale redenen;b) om een stage of proefperiode te vervullen in een andere betrekking bij een overheidsdienst, in het gesubsidieerd onderwijs, in een gesubsidieerd psycho-medisch-sociaal centrum, in een gesubsidieerde dienst voor beroepsoriëntatie of in een gesusidieerd medisch-pedagogisch instituut, in het universitair onderwijs;c) om tijdelijk een ambt uit te oefenen in een officiële school of in een gesubsidieerde vrije school;d) om zich kandidaat te stellen bij wetgevende of provinciale verkiezingen;e) voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen of wegens persoonlijke redenen;f) om cursussen te volgen teneinde de intellectuele, morele of sociale vorming te vervolledigen in het raam van sociaal promotieverlof en educatief verlof.g) om lessen te volgen in de school voor civiele bescherming, hetzij als vrijwilliger bij het korps, hetzij als leerling die niet tot dit korps behoort;h) om in tijde van vrede prestaties te verrichten voor de civiele bescherming, als vrijwilliger bij dit korps;i) om een kind jonger dan 10 jaar te verwelkomen met het oog op diens adoptie of de officieuse voogdij erop;j) bij de geboorte van een kind, ouderschapsverlof;4° om langdurige afwezigheid toe te laten wegens sociale of familiale redenen;5° om de nodige administratieve daden te stellen wanneer de Administratieve Gezondheidsdienst besluit tot de ongeschiktheid van het personeelslid, met inbegrip van het ontslag of de opruststelling;6° om een ambtenaar die afwezig is wegens ziekte of invaliditeit en waarvan de Administratieve Gezondheidsdienst meent dat hij zijn functies deels terug kan opnemen, terug in dienst te roepen;7° om de identificatiebewijzen aan het personeel af te geven of in te trekken;8° om uitzonderlijke prestaties toe te staan en bijhorende onkostenstaten goed te keuren;9° om personeelsleden die bij contract zijn aangeworven te ontslaan, met uitzondering van de leidend ambtenaar en de adviseurs, hetzij wegens zware fout, hetzij, na voorstel aan de minister bedoeld in artikel 5, bij gebrek aan verzet van dienswege binnen de tien dagen na het voorstel;10° om een ambtenaar te schorsen in het belang van de dienst, met uitzondering van de leidend ambtenaar en van de adviseurs;11° om de kostenstaten van het vervoer goed te keuren, binnen de perken van een kilometergrens die jaarlijks wordt bepaald door de minister wat betreft de vervoersonkosten die overeenstemmen met het gebruik van een eigen wagen voor dienstbehoeften en de verblijfskosten;12° om toelating te geven voor de verplaatsing van het personeel onder zijn leiding en de vorderingen te tekenen die zijn opgemaakt op naam van dit personeel teneinde een vervoerbewijs te krijgen van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;13° om toelating te geven om congressen, colloquia, studiedagen, seminaries en conferenties georganiseerd in België bij te wonen;14° om daden te stellen bij de herstelling van arbeidsongevallen en beroepsziekten, alsook om een ongeval juridisch te kwaliferen als "arbeidsongeval" of "ongeval van of op weg naar het werk" en de beroepen tegen verantwoorelijke derden te bespoedigen;15° om het personeel te laten genieten van maatregelen inzake loopbaanonderbreking en arbeidsherverdeling die van toepassing zijn op dit personeel;16° om het personeel de documenten te bezorgen om een permanent vervoersbewijs te bekomen, desgevallend verminderd met de werkgeversbijdrage en dit vervoerbewijs terug te vragen wanneer de begunsitgde niet langer deel uitmaakt van het personeel;17° om de wedde van het personeel vast te stellen en uit te betalen alsook de vooruitbetaling van de wedde te bepalen. § 2. De leidend ambtenaar is gemachtigd om een akkoord te sluiten met de leidend ambtenaar-generaal van het directoraat-generaal van het Personeel en van het Openbaar Ambt van het Ministerie van de Franse Gemeenschap met het oog op de toepassing van de delegaties bedoeld in § 1, 16° en 17°. § 3. Bij afwezigheid of verhindering van de leidend ambtenaar worden de in § 1 bedoelde bevoegdheden, in dringende gevallen, uitgeoefend door ofwel de adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst die is aangeduid door de leidend ambtenaar, bij geschreven akte en voorafgaandelijk meegedeeld aan alle ministers van de Regering, hetzij, bij ontstentenis, door de oudste in dienst zijnde adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst waarbij, in geval van gelijke dienstanciënniteit, rekening wordt gehouden met de leeftijd. § 4. De leidend ambtenaar bezorgt de Regeringsleden eenmaal om de zes maand een bijgewerkte lijst van alle ambtenaren met vermelding van hun functies en graden. Afdeling 2. - Delegaties bij de gunning en uitvoering van

overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten

Art. 7.Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder "de minister", het lid of de leden van de Regering die de eerste ordonnateurs zijn van de basistoelagen van de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap waarvan het beheer in handen is van de Dienst.

Art. 8.De financiële grenzen van de in dit besluit bedoelde delegaties dienen te worden gelezen als zijnde exclusief de belasting over de toegevoegde waarde.

Art. 9.De bevoegdheid om het bijzonder bestek of de documenten die dit vormen goed te keuren, de bevoegdheid om de gunningswijze van de opdracht te kiezen, de bevoegdheid om de procedure op te starten en de opdrachten goed te keuren worden gedelegeerd aan de leidend ambtenaar binnen onderstaande perken, volgens de weerhouden gunningswijze en het type opdracht : 1° Opdrachten gegund bij openbare aanbesteding of algemene offerteaanvraag : 500.000 EUR; 2° Opdrachten gegund bij beperkte aanbesteding of beperkte offerteaanvraag : 250.000 EUR; 3° Opdrachten gegund via onderhandse aanbesteding of via onderhandelde procedure : 62.500 EUR. Deze delegaties worden slechts uitgeoefend voor zover het voorwerp van de opdracht toelating kreeg door de Regering of door de minister, hetzij door goedkeuring van een specifiek programma waarin dit voorwerp wordt vermeld, hetzij via een bijzondere beslissing omtrent dit voorwerp.

De in het tweede lid van dit artikel bedoelde toelating is evenwel niet vereist wanneer het gaat om uitgaven om normale behoeften van de Dienst (lopende werkings-, consumptie- en uitrustingsuitgaven) of wanneer het gaat om uitgaven waarvan de raming niet meer bedraagt dan 125.000 EUR of nog wanneer het gaat om onderhoudswerken aan goederen die eigendom zijn van de Franse Gemeenschap en die dringend moeten worden uitgevoerd, op voorwaarde dat deze gerechtvaardigd worden.

Art. 10.De bevoegdheid om, na de minister hiervan op de hoogte te hebben gebracht, te beslissen tot afwijkingen op het bijzonder bestek, te beslissen, na de minister hiervan op de hoogte te hebben gebracht, om te werken met voorlopige prijzen of tegen terugbetaling, prijscontrole op te leggen en de uitbetaling van voorschotten te voorzien wordt verleend aan de leidend ambtenaar voor de opdrachten waarvan de raming niet meer bedraagt dan 50.000 EUR.

Art. 11.Wat betreft de te nemen maatregelen en beslissingen in verband met de loutere uitvoering van een overeengekomen opdracht, wordt delegatie van bevoegdheid verleend aan de leidend ambtenaar.

Worden beschouwd als maatregelen en beslissing in verband met de loutere uitvoeing van een overeengekomen opdracht, deze waarbij het voorwerp van de oorspronkelijke aanneming worden bedoeld en die binnen de perken hiervan blijven, met uitzondering van de maatregelen en beslissingen die berusten op een beoordelingsbevoegdheid voorzien in de opdracht.

Art. 12.§ 1. Wat betreft de afrekeningen die het gevolg zijn van de loutere toepassing van de contractuele clausules, alsook wat betreft de afrekeningen waarbij vooraf opgemaakte en goedgekeurde ramingen goedgekeurd worden en waarvan de posten en bedragen bijna de weergave zijn van de ramingen die deze vervangen, wordt delegatie van goedkeuring verleend aan de leidend ambtenaar, zonder beperking van bedrag. § 2. Wat betreft de goedkeuring van een afrekening of achtereenvolgende afrekeningen, andere dan diegene bedoeld in § 1, kan hun bedrag of het totaal van de bedragen van de achtereenvolgende afrekeningen goedgekeurd worden door de leidend ambtenaar naar rato van het percentage van het bedrag van onderstaande regel : vijfentwintig procent tot 250.000 EUR. Wanneer dit percentage of bedrag is bereikt, wordt iedere volgende afrekening steeds door de minister goedgekeurd.

Art. 13.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar binnen de perken die werden vastgelegd voor de goedkeuring van de bestekken, de ramingen en de afrekeningen, om termijnverlengingen toe te staan, hetzij proportioneel vastgelegd, hetzij tengevolge van het feit van het bestuur of wegens omstandigheden die de medecontractant niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon vermijden hoewel hij alle nodige schikkingen had getroffen, hetzij nog tengevolge van afrekeningen. De termijnverlengingen waarvan sprake mogen niet meer bedragen dan 50 %van de oorspronkelijke termijn.

Iedere andere verlenging moet steeds worden goedgekeurd door de bevoegde minister(s), op grond van een met redenen omkleed verslag van het bestuur.

Art. 14.De leidend ambtenaar mag boetes of straffen bij achterstand opleggen ten belope van 25.000 EUR of van een hoger bedrag dat niet meer mag bedragen dan tien procent van het oospronkelijk bedrag van de opdracht met een maximum van 125.000 EUR.

Art. 15.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar om te beslissen over de ambtshalve te nemen maatregelen tegen de in gebreke blijvende opdrachtnemer en om hem deze beslissing ter kennis te brengen overeenkomstig artikel 48, § 4, van het ministerieel besluit van 10 augustus 1977 tot opstelling van het algemeen bestek of artikel 20, § 6, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 26 september 1996 houdende de algemene regels voor de uitvoering van de overheidsopdrachten en de concessies voor openbare werken.

Deze delegatie van bevoegdheden is beperkt tot de opdrachten waarvoor de achterstand in de uitvoering meer bedraagt dan 1/2 N (N = de oorspronkelijke termijn uitgedrukt in werkdagen).

Art. 16.Bij afwezigheid of verhindering van de leidend ambtenaar worden de in deze afdeling opgesomde bevoedheden in dringende gevallen uitgeoefend door de adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst die de leiding heeft over de cel die instaat voor de aankopen en de logistiek, binnen de onderstaande financiële perken en op grond van de gunningswijze en het type opdracht : 1° Opdrachten gegund bij openbare aanbesteding of algemene offerteaanvraag : 250.000 EUR; 2° Opdrachten gegund bij beperkte aanbesteding of beperkte offerteaanvraag : 125.000 EUR; 3° Opdrachten gegund via onderhandse aanbesteding of via onderhandelde procedure : 50.000 EUR. Afdeling 3. - Delegaties inzake de huur van onroerende goederen

Art. 17.Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder "de minister", het lid of de leden van de Regering bevoegd voor de administratieve infrastructuur, met inbegrip van de infrastructuur ingenomen door de ministeriële kabinetten.

Art. 18.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar : 1° om te onderhandelen over de huurovereenkomsten van gebouwen waarvoor de minister zijn goedkeuring heeft gegeven alsook voor hun aanhangsels; 2° om deze overeenkomsten en aanhangsels goed te keuren, voor zover het bedrag van de jaarlijkse huur lager ligt dan 500.000 EUR; 3° om de overeenkomsten goed te keuren die de vergoedingen regelt bij huurschade en waarvan het bedrag lager ligt dan of gelijk is aan 62.500 EUR. Afdeling 4. - Delegaties van ondertekening en financiële delegatie

Art. 19.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar : 1° voor de ondertekening : a) van de bestelbons en brieven met betrekking tot bestellingen, binnen de perken bedoeld in artikel 9 van dit besluit;b) van de betaalopdrachten en de opdrachten voor de opening van kredieten of geldvoorschotten;c) van "persklare afdrukken" voor het Belgisch Staatsblad in het raam van de toepassing van artikel 24;d) van de briefwisseling betreffende de gewone instructiedaden, verzoeken om informatie, de rappelbrieven en de verzendingsverslagen of -brieven;2° voor de goedkeuring van de uitgaven en inkomsten allerhande waarvoor de Dienst bevoegd is;3° voor de ordonnancering van de uitgaven en inkomsten van de Dienst;4° voor de goedkeuring van de formulieren die zijn ingediend door de openbare vervoersmaatschappijen, voor het vervoer op verzoek van de Dienst;5° voor de goedkeuring : a) van de facturen en schuldvorderingen voor leveringen en werken;b) van de rekeningen die moeten worden voorgelegd aan het Rekenhof;c) van de betalingsstaten voor de huuruitgaven;d) van de rekeningen die door elke rekenplichtige van de Dienst moet worden overhandigd;6° voor de aanduiding van iedere rekenplichtige onder het personeel van de Dienst; 7° voor de goedkeuring van de overhandiging of de terugname van de Domeinen van ongebruikte roerende voorwerpen tot een maximumbedrag van 10.000 EUR.

Art. 20.De leidend ambtenaar keurt de uitgaven goed voor de beroepsonkosten van de adviseurs.

De adviseur die de leiding heeft over de cel die instaat voor de begroting van de Dienst keurt de uitgaven goed voor de beroepskosten van de leidend ambtenaar.

Art. 21.De leidend ambtenaar kan de bevoegdheden die hem zijn gedelegeerd krachtens artikel 19, eerste lid, 1°, c, d, delegeren naar een of meerdere adviseurs aan de hand van een voorafgaandelijk geschreven akte.

Het personeel dat is gemachtigd om te tekenen in naam van de leidend ambtenaar op grond van de delegatie bedoeld in voorgaand lid vermelden vóór hun graad en handtekening de formule " Bij volmacht van de leidend ambtenaar ".

Art. 22.De leidend ambtenaar kan via een voorafgaand geschreven akte de bevoegdheden inzake de eensluidend verklaring die hem zijn verleend door artikel 22sexies, tweede lid, van het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 29 juli 1999 betreffende de samenstelling, de werking van de kabinetten van de ministers van de Franse Gemeenschapsregering en het personeel van de diensten van de Franse Gemeenschapsregering dat opgenomen wordt in een ministerieel kabinet van een minister van de Franse Gemeenschapsregering, zoals gewijzigd, delegeren aan een of meerdere adviseurs. Afdeling 5. - Bijzondere delegaties

Art. 23.Op het vlak van de informatica wordt delegatie van bevoegdheid verleend aan de leidend ambtenaar om, in overleg met het Bureau van het Overheidsbedrijf voor nieuwe Informatie- en Communicatietechnologieën van de Franse Gemeenschap (ETNIC), algemene kaders uit te werken voor samenwerking tussen de Dienst en ETNIC bedoeld in het decreet van 27 maart 2002 tot oprichting van het Overheidsbedrijf voor nieuwe Informatie- en Communicatietechnologieën van de Franse Gemeenschap wat betreft de bepalingen van het beheerscontract van het ETNIC.

Art. 24.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar om over te gaan tot de registratie en publicatie in het Belgisch Staatsblad van de officiële berichten en van de besluiten van de Regering of van de ministeriële besluiten betreffende de werking van de Regering, de ministeriële kabinetten en de Dienst en de rangschikking en bewaring van de originelen van deze besluiten.

De leidend ambtenaar kan de hem in vorig lid gedelegeerde bevoegdheden bij vooraf geschreven akte delegeren naar een of meerdere adviseurs.

Art. 25.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar en aan de adviseurs om de ontvangstbewijzen te ondertekenen van de brieven die zijn gericht aan de Dienst, met uitzondering van de briefwisseling betreffende procedures voor de Raad van State, alsook om alle briefwisseling voor de minister-president of voor de Dienst te ondertekenen voor ontvangst, met uitzondering van de dagvaardingen en de akten van de gerechtsdeurwaarders.

Voormelde briefwisseling wordt onverwijld door diegene die ze heeft ontvangen voor verder gevolg bezorgd aan de leidend ambtenaar.

Bij afwezigheid of verhindering van de leidend ambtenaar wordt de briefwisseling voor verder gevolg onverwijld bezorgd aan de adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst die door de leidend ambtenaar is aangeduid bij vooraf opgesteld geschrift of, bij ontstentenis, aan de langst in dienst zijnde adviseur die is toegevoegd aan de directie van de dienst waarbij in geval van gelijke dienstanciënniteit rekening wordt gehouden met de leeftijd.

Art. 26.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar en aan de adviseur, toegevoegd aan de directie van die dienst, die de leiding heeft over de cel die instaat voor de kanselarij om alle dagvaardingen voor het gerecht en de akten van de gerechtsdeurwaarders te ondertekenen welke aan het kabinet van de minister-president zijn betekend.

De leidend ambtenaar kan de hem in vorig lid gedelegeerde bevoegdheden bij vooraf geschreven akte delegeren aan een of meerdere adviseurs of ambtenaren van niveau 1.

Voornoemde dagvaardingen en akten worden door diegene die voor ontvangst heeft getekend onverwijld bezorgd aan de leidend ambtenaar of aan de adviseur, toegevoegd aan de directie van de dienst, die de leiding heeft over de cel die instaat voor de kanselarij met het oog op hun verzending naar de Dienst van de Regering of naar de bevoegde minister.

Art. 27.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar in de onderstaande aangelegenheden die verband houden met de werking van de Dienst : 1° goedkeuring van iedere uitgave en iedere herhaling wat betreft de herstelling van verkeersongevallen, arbeidsongevallen of ongevallen van een andere aard, alsook alle toelagen of vergoedingen toegestaan in dit geval bij vonnis van het gerecht.2° goedkeuring, in aangelegenheden die ressorteren onder de Dienst, van de onkostenstaten en erelonen van de advocaten, procureurs en experten. De leidend ambtenaar kan de hem in vorig lid verleende bevoegdheden delegeren naar een of meerdere adviseurs, behalve wat betreft de goedkeuring van de erelonen hoger dan 2.500 EUR.

Art. 28.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar om, na goedkeuring door de sectoraal bevoegde ministers, aan de Minister bevoegd voor de Internationale Betrekkingen, de aanstelling voor te stellen van de personeelsleden van de Dienst die benaderd worden om deel te nemen aan iedere internationaal getinte vergadering waar het personeelslid de Franse Gemeenschap moet vertegenwoordigen.

Art. 29.Delegatie wordt verleend aan de leidend ambtenaar voor de vaststelling van de verkoopprijs van de publicaties en alle hiermee gelijkgestelde documenten die worden uitgegeven ten laste van de kredieten ingeschreven op de begroting van de Dienst.

Art. 30.In het raam van de opdracht van de Dienst bedoeld in artikel 22quater, eerste lid, 10, van het besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 29 juli 1999, betreffende de samenstelling, de werking van de kabinetten van de ministers van de Franse Gemeenschapsregering en het personeel van de diensten van de Franse Gemeenschapsregering dat opgenomen wordt in een ministerieel kabinet van een minister van de Franse Gemeenschapsregering, zoals gewijzigd, wordt delegatie verleend aan de leidend ambtenaar om het reglement vast te leggen waarin de nadere regels staan betreffende de promotie van artiesten in de verschillende lokalen van het gebouw van de Voorzitter van de Regering. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 31.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003.

Art. 32.De Minister-President en de Minister van Openbaar Ambt zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 december 2002.

Door de Franse Gemeenschapsregering : De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Begroting, Openbaar Ambt, Jeugdzaken en Sport, R. DEMOTTE

^