Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 29 augustus 2013
gepubliceerd op 18 september 2013

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van het decreet van 14 november 2008 tot instelling van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2013029499
pub.
18/09/2013
prom.
29/08/2013
ELI
eli/besluit/2013/08/29/2013029499/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

29 AUGUSTUS 2013. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van het decreet van 14 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/11/2008 pub. 25/02/2009 numac 2009029046 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot oprichting van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap sluiten tot instelling van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 14 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/11/2008 pub. 25/02/2009 numac 2009029046 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot oprichting van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap sluiten tot instelling van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap, zoals gewijzigd bij het decreet van 4 juli 2013;

Gelet op het decreet van 20 juli 2000Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/07/2000 pub. 26/08/2000 numac 2000029296 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van de voorwaarden voor de erkenning en de subsidiëring van jeugdhuizen, van ontmoetings- en accommodatiecentra, van jongeren informatiecentra en van hun federaties sluiten tot bepaling van de voorwaarden voor de erkenning en de subsidiëring van jeugdhuizen, van ontmoetings- en huisvestingscentra en van informatiecentra voor jongeren en van hun federaties;

Gelet op het decreet van 26 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 26/03/2009 pub. 10/06/2009 numac 2009029312 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de subsidiëring van de jeugdorganisaties sluiten tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de subsidiëring van de jeugdorganisaties;

Gelet op de wetten betreffende de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991;

Gelet op het advies van de Adviescommissie voor jeugdorganisaties, gegeven op 5 juli 2013;

Gelet op het advies van de Adviescommissie voor jeugdcentra en -huizen, gegeven op 4 juli 2013;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 10 juli 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 17 juli 2013;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 53.809/2/V, gegeven op 7 augustus 2013 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State van 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Jeugd;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° "Decreet" : het decreet van 14 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/11/2008 pub. 25/02/2009 numac 2009029046 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot oprichting van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap sluiten tot instelling van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap;2° "Jeugdraad" : De Jeugdraad van de Franse Gemeenschap ingesteld door het decreet;3° "Minister" : het lid van de Regering bevoegd voor de Jeugd;4° "Jeugddienst" : de Jeugddienst van de Algemene Directie Cultuur van het Ministerie van de Franse Gemeenschap;5° "Inspectie" : de Algemene Inspectiedienst van de Algemene Directie Cultuur van het Ministerie van de Franse Gemeenschap;6° "Ministerie" : het Ministerie van de Franse Gemeenschap;7° "ETNIC" : het Entreprise publique des Technologies nouvelles de l'Information et de la Communication van de Franse Gemeenschap, instelling van openbaar nut opgericht door het decreet van 27 maart 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2002 pub. 17/05/2002 numac 2002029247 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de begeleiding van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap type decreet prom. 27/03/2002 pub. 17/05/2002 numac 2002029246 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende de oprichting van het Overheidsbedrijf voor de Nieuwe Informatie- en Communicatietechnologieën van de Franse Gemeenschap (1) type decreet prom. 27/03/2002 pub. 16/04/2002 numac 2002029187 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 juni 1998 dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie, en houdende verschillende wijzigingsbepalingen sluiten;8° "Secretaris-generaal" : de persoon die ertoe gemachtigd wordt door de raad van bestuur om voor het dagelijkse beheer te zorgen van de Jeugdraad. HOOFDSTUK II. - De nadere regels voor de sponsoring van de kandidaten voor de Jeugdraad

Art. 2.§ 1. De nadere regels voor de sponsoring bedoeld bij artikel 3/2, § 1, derde streepje, van het decreet, worden als volgt bepaald : 1° de bij de sponsoring betrokken lokale jeugdraden zijn deze waarvan meer dan de helft leden hebben met een leeftijd van 16 tot 30 op de eerste dag van de maand waarop de verkiezingsperiode van de werkende leden van de jeugdraad een aanvang neemt;2° een persoon die een sponsorvereniging geldig kan vertegenwoordigen en verbinden, zoals bedoeld bij artikel 3/2, § 1, derde streepje, van het decreet, ondertekent een "sponsoringdocument" waarbij gestaafd wordt dat : - de jonge kandidaat lid van of verbonden is met de vereniging; - hij, in de mate van het mogelijke, zich ertoe verbindt de communicatie te bevorderen voor de verkiezingen van de werkende leden van de Jeugdraad; - hij door de vereniging wordt gesteund om, in de mate van het mogelijke, het werk van de jongere die verkozen wordt binnen de Jeugdraad te vergemakkelijken; 3° het "sponsoringdocument" wordt bij de kandidaatstelling van de jonge kandidaat gevoegd.Het wordt als geldig beschouwd voor zover de sponsorvereniging overeenstemt met een van de verenigingen bedoeld bij artikel 3/2, § 2, derde streepje, van het decreet.

De Jeugdraad wordt, met de hulp van de bevoegde diensten, belast met het nagaan of de verenigingen die bij artikel 3/2, § 2, derde streepje, van het decreet bedoeld zijn, in de werkelijkheid bestaan en, desgevallend, de controle van hun erkenning door de Franse Gemeenschap of hun aansluiting bij een jeugdbeweging erkend door de Franse Gemeenschap; 4° indien de jongere verkozen wordt, zal de sponsorvereniging, in de mate van haar mogelijkheden, hem bijstaan in zijn actie (doorgeven van informatie, pedagogische steunverlening, infrastructuur, logistiek, enz.). Het behoort, nochtans, tot de verantwoordelijkheid van de jongere die verkozen werd de dynamiek van de Jeugdraad op lokaal niveau te brengen met het oog voor de diversiteit van de gewezen, huidige en komende netwerken, in de mate van het mogelijke en met de steun van de Jeugdraad. § 2. De vijf types sponsoring bedoeld bij artikel 3/2, derde streepje, van het decreet om voor de grootst mogelijke representativiteit van de jongeren te zorgen en dus ook hun diversiteit, moeten daartoe evenwichtig zijn om die diversiteit te waarborgen. Daartoe zal de Jeugdraad ervoor zorgen dat een maximum van acht jongeren per type sponsoring verkozen wordt.

Indien het maximum van acht verkozenen per type sponsoring er niet toe leidt een totaal van vierentwintig jongeren die gesponsord en verkozen worden, te bereiken, wordt dit aantal kandidaten met een eenheid vermeerderd totdat er 24 verkozenen zijn. HOOFDSTUK III. - Subsidies aan de Jeugdraad, hulpverlening en presentiegeld Afdeling 1. - Subsidies

Onderafdeling 1. - Indiening van de subsidieaanvraag

Art. 3.§ 1. - Om de forfaitaire subsidie te genieten bedoeld bij artikel 9, derde streepje van het decreet, moet de Jeugdraad zijn aanvraagdossier indienen, tegen 1 juni ten laatste, bij de Jeugddienst, hetzij elektronisch, hetzij in drie papierexemplaren.

Dit dossier moet uit de volgende elementen bestaan : - het voorwerp of het opschrift van het opleidingsproject; - de nagestreefde doelstellingen en de verwachte resultaten en de slaagindicatoren; - het verwezenlijkingsprogramma van het opleidingsproject (programmatiefases, duur plaatsen en datums); - het aantal beoogde deelnemers; - de beschrijving van de inhoud en de methodes voorgesteld met inbegrip van de pedagogische instrumenten en de beschrijving van het evaluatieproces; - de samenstelling van het pedagogische team (namen, technische of pedagogische kwalificaties); - een begrotingsontwerp; - de evaluatie van de opleidingen ingericht gedurende het verleden mandaat. § 2. Worden niet in aanmerking genomen de animatieprojecten, de conferenties, de informatiesessies, de informatievergaderingen ten bate van de kaderleden, de vergaderingen voor de uitwerking en de voorbereiding van de actiecampagnes, de studie- en evaluatiedagen voor de permanente leden en de opleiders die onder de gewone actie van de Jeugdraad ressorteren.

Art. 4.Om de forfaitaire subsidie te genieten bedoeld bij artikel 9, vierde streepje van het decreet, moet de Jeugdraad zijn aanvraagdossier indienen, tegen 1 juni ten laatste, bij de Jeugddienst, hetzij elektronisch, hetzij in drie papierexemplaren.

Dit dossier moet uit de volgende elementen bestaan : - een algemene identificatie van het project; - de nagestreefde doelstellingen en de verwachte resultaten (aantal kandidaatstellingen, deelneming aan de verkiezingen, mediapresentie van het evenement,...); - het verwezenlijkingsprogramma voor de inrichting van de verkiezingen (geplande activiteiten, programmatiefases, duur, plaatsen en datums); - het verkiezingsreglement en de verbintenis om voor de zo grootst mogelijke verspreiding ervan te zorgen; - het beoogde publiek; - de beschrijving van de voorgenomen pedagogische aanpak en de beschrijving van het evaluatieproces; - de voorstelling van het omkaderingsteam; - een begrotingsontwerp; - de evaluatie van de inrichting van de verlopen verkiezingen van de Jeugdraad.

Onderafdeling 2. - Procedure voor de toekenning van subsidies

Art. 5.§ 1. De Jeugddienst bericht ontvangst van de subsidieaanvraag bedoeld bij de artikelen 3 en 4 van dit besluit binnen de vijf dagen van de ontvangst ervan. Desgevallend, binnen een termijn van veertien dagen na de toezending van het ontvangstbericht, vraagt hij aan de Jeugdraad de elementen van het dossier die ontbreken.

De Jeugdraad beschikt over veertien dagen om de aanvullingen gevraagd door de Jeugddienst te bezorgen. § 2. De subsidieaanvraag wordt op de datum waarop de Jeugddienst in het bezit komt van het volledige dossier in aanmerking genomen.

De Minister neemt een beslissing binnen de veertien dagen vanaf de inaanmerkingneming van de aanvraag, op met redenen omklede beslissing van de Jeugdraad.

Wanneer de Minister zijn beslissing heeft genomen, wordt van zijn beslissing aan de Jeugdraad door de Jeugddienst kennisgegeven.

Onderafdeling 3. - Vereffening van de subsidies

Art. 6.§ 1. De subsidie bedoeld bij artikel 9, tweede streepje, van het decreet wordt voor een burgerlijk jaar toegekend. Deze subsidie wordt verantwoord op basis van de resultatenrekening van datzelfde burgerlijk jaar. § 2. De Jeugdraad wordt ertoe gehouden, tegen 31 juli uiterst, aan de Jeugdraad zijn jaarlijkse rekeningen mee te delen, die door de algemene vergadering goedgekeurd moeten worden en betreffende het vorige burgerlijke jaar. Deze jaarrekeningen bevatten de balans en de resultatenrekening volgens het schema bepaald bij de wet van 27 juni 1921Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1921 pub. 19/08/2013 numac 2013000498 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen. § 3. De Jeugddienst vereffent, tegen 31 maart uiterst, 85 % van de subsidie bedoeld bij § 1.

Hij vereffent het saldo van de voornoemde subsidie in één schijf ten laatste binnen de drie maanden na de indiening bij de Jeugddienst van de documenten bedoeld bij § 2. § 4. Onverminderd artikel 13 van de wet van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/05/2003 pub. 25/06/2003 numac 2003003343 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof sluiten tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof, trekt de Jeugddienst van de vereffening van deze schijven de delen van de subsidie af die betrekking hebben op de vorige burgerlijke jaren waarvoor de jeugdraad geen verantwoording van gebruik kon geven.

Art. 7.§ 1. De forfaitaire subsidies bedoeld bij artikel 9, derde en vierde streepjes, van het decreet, worden in twee gelijke schijven vereffend. De eerste schijf wordt, na goedkeuring van het aanvraagdossier, v~~r 15 september van het jaar van de indiening van genoemd dossier uitbetaald. Het saldo wordt het volgende jaar vereffend v~~r 15 september, op indiening van de specifieke ontvangsten- en uitgavenbegroting betreffende respectief de bovenvermelde subsidies en de goedkeuring van het evaluatiedossier, bedoeld bij § 2 van dit artikel. § 2. Het dossier voor de evaluatie van de opleiding bedoeld bij artikel 3, § 1, bevat een evaluatie van de opleiding verwezenlijkt door de Jeugdraad en een ontvangsten/uitgavenrekening.

Het evaluatiedossier van de verkiezingen bedoeld bij artikel 4, bevat een evaluatie van de verkiezingen verwezenlijkt door de Jeugdraad en een ontvangsten/uitgavenrekening.

Onderafdeling 4. - Schorsing en afschaffing van de subsidies

Art. 8.Indien de Jeugddienst, na advies van de Inspectie, acht dat de Jeugdraad zijn opdrachten zoals bedoeld krachtens artikel 2 van het decreet, de regels voor de samenstelling en de werking bedoeld bij de artikelen 3 tot 7 van het decreet of deze die betrekking hebben op de deelnemingsstructuren bepaald bij artikel 8 van het decreet, niet vervult, geeft hij er bericht van aan de Jeugdraad met vermelding van de problemen en stelt hem in gebreke er een oplossing aan te vinden binnen de door hem bepaalde termijn, termijn die naar rata van de maatregelen die door de Jeugdraad genomen moeten worden, bepaald wordt, en, hoe dan ook, niet minder dan drie maanden mag bedragen.

De Jeugddienst geeft er aan de Minister simultaan kennis van.

Vanaf de kennisgeving van de ingebrekestelling bedoeld bij het eerste lid, beschikt de Jeugdraad over een termijn van één maand om een mogelijke nota met op- en aanmerkingen aan de Jeugddienst toe te zenden.

Art. 9.Indien, op het einde van de termijn bedoeld bij artikel 8 van dit besluit en gelet op de mogelijke nota met op- en aanmerkingen van de Jeugdraad, de Jeugddienst, na advies van de inspectie, nog altijd meent dat de problemen verwoord in de ingebrekestelling aanwezig zijn, licht de Jeugddienst de Jeugdraad in per aangetekende brief dat hij een voorstel indient, gericht aan de Minister, om tot de schorsing over te gaan van de subsidies bedoeld bij artikel 9, tweede, derde en vierde streepje, van het decreet en brengt hem ter herinnering de bepalingen van het decreet dat niet meer in acht worden genomen alsook de voorgenomen duur van de schorsing, die niet langer kan zijn dan negen maanden.

De Jeugddienst geeft er aan de Minister simultaan kennis van.

Art. 10.Alvorens een beslissing te nemen over het voorstel tot schorsing van de subsidies bedoeld bij artikel 9, tweede, derde en vierde streepje, van het decreet, hoort de Minister, of diens afgevaardigde, de vertegenwoordigers van de Jeugdraad, in aanwezigheid van de verantwoordelijke van de Jeugddienst.

De oproeping om verhoord te worden wordt aan de Jeugdraad bij aangetekende brief toegestuurd. Er moet een minimale termijn van 20 dagen zijn tussen de toezending van de oproepingsbrief en de datum van het verhoor.

In de oproepingsbrief wordt bepaald dat de Jeugdraad een nota met op- en aanmerkingen kan indienen ter gelegenheid van het verhoor.

Art. 11.De Minister beslist binnen de twee maanden op met redenen omkleed voorstel van de Jeugddienst over de schorsing van de subsidies bedoeld bij artikel 9, tweede, derde en vierde streepje, van het decreet, in de vorm van een ontwerp van besluit, waarbij de voorafgaande ingebrekestelling wordt gevoegd, het advies van de inspectie en de mogelijke nota's met de op- en aanmerkingen van de Jeugdraad met toepassing van de artikelen 8 en 10 van dit besluit.

Wordt tot schorsing besloten, dan bepaalt de Minister de datum van inwerkingtreding en de duur van de schorsing van de subsidies bedoeld bij artikel 9, tweede, derde en vierde streepje, van het decreet.

Art. 12.§ 1. Indien, op het einde van de schorsingperiode voor de subsidies bedoeld bij artikel 9, tweede, derde en vierde streepje, van het decreet, de Jeugddienst acht dat de Jeugdraad de problemen niet heeft rechtgezet zoals bedoeld bij de voorafgaande schorsing, bericht de Jeugddienst de Jeugdraad ervan bij aangetekende brief dat hij aan de Minister voorstelt de subsidies af te schaffen. § 2. De Minister beslist binnen de twee maanden op met redenen omkleed voorstel van de Jeugddienst over de afschaffing van de subsidies bedoeld bij artikel 9, tweede, derde en vierde streepje, van het decreet, in de vorm van een ontwerp van besluit, waarbij de beslissing tot schorsing van de Minister en de aangetekende brief van de Jeugddienst bedoeld bij de eerste paragraaf worden gevoegd. De beslissing van de Minister heeft uitwerking met ingang van de kennisgeving aan de Jeugdraad door de Jeugddienst en is van toepassing minstens tot de rechtzetting van de problemen en ten laatste tot de volgende verkiezing.

Onderafdeling 5. - Beroepsprocedures

Art. 13.§ 1. Vanaf de kennisgeving van één van de beslissingen bedoeld bij de artikelen 11 en 12 van dit besluit, beschikt de Jeugdraad over 20 dagen om, bij aangetekende brief gericht aan de Jeugddienst, een beroep in te stellen bij de Regering tegen de bestreden beslissing. § 2. Zodra het beroep ontvangen wordt, zendt de Jeugddienst er een afschrift van, om advies, aan de Inspectie en stuurt een bericht van ontvangst aan de Jeugdraad binnen de vijf dagen na de ontvangst van het beroep.

Art. 14.De Inspectie brengt haar advies over het beroep uit aan de Jeugddienst binnen de 20 dagen vanaf de ontvangst van het afschrift van het beroep.

Vanaf de ontvangst van het advies van de Inspectie, beschikt de Jeugddienst over 20 dagen om een met redenen omkleed voorstel tot beslissing aan de Regering over te zenden, in de vorm van een besluit samen met het advies van de Inspectie.

Dit voorstel tot met redenen omklede beslissing wordt tegelijkertijd aan de Jeugdraad door de Jeugddienst medegedeeld.

Art. 15.Alvorens een beslissing over het beroep te treffen, hoort de Regering of haar vertegenwoordiger de Jeugdraad, in aanwezigheid van de verantwoordelijke van de Jeugddienst.

De oproeping om gehoord te worden wordt aan de Jeugdraad door de Jeugddienst bij aangetekende brief gestuurd. Er moeten minstens 20 dagen zijn tussen de zending van de oproeping en de dag van het verhoor.

In de oproepingsbrief wordt gepreciseerd dat de Jeugdraad een nota met aan- en opmerkingen kan indienen ter gelegenheid van het verhoor of, desgevallend, dat dit verhoor door de enkele indiening van een dergelijke nota vervangen kan worden.

Art. 16.De Regering beslist binnen de twee maanden over het beroep bedoeld bij artikel 13 van dit besluit, op met redenen omkleed advies van de Jeugdraad, advies dat de vorm aanneemt van een ontwerp van besluit.

De Regering deelt haar beslissing aan de Jeugddienst mee om verdere kennisgeving aan de Jeugdraad per aangetekende brief ten laatste binnen de vijf dagen na de beslissing.

Art. 17.De beslissing van de Regering omtrent het beroep heeft uitwerking met ingang van de datum waarop de Jeugddienst deze aan de Jeugdraad heeft bekend gemaakt. Afdeling 2. - Steunverlening

Art. 18.§ 1. De logistieke hulpverlening bedoeld bij artikel 9, vijfde streepje, van het decreet stemt a minima overeen met de gratis terbeschikkingstelling van het volgende materiaal : 1° computers, met inbegrip, desgevallend, van laptops met een internetaansluiting;2° printers, waaronder minstens één kleurprinter;3° scanners;4° vaste telefonen en fax;5° kasten, burelen en bureaustoelen;6° bureaubenodigdheden;7° vergaderingtafels en -stoelen. § 2. De administratieve hulpverlening bedoeld bij artikel 9, vijfde streepje, van het decreet stemt a minima overeen met de kosteloze levering van de volgende diensten en prestaties : 1° hulpverlening door het ETNIC, indien nodig;2° het gebruik van de postdiensten of, indien nodig, van deze van een leveringsbedrijf. § 3. De hulpverlening inzake infrastructuur en huisvesting bedoeld bij artikel 9, vijfde streepje, van het decreet, stemt a minima overeen met de gratis prestaties, in voldoende hoeveelheid, van : 1° lokalen in de nabijheid van de openbare vervoermiddelen, waarvan de oppervlakte plaats biedt voor het materiaal bedoeld bij § 1, 1° tot 6° en een afzonderlijke vergaderingszaal;2° een kuisdienst voor de lokalen bedoeld bij het punt 1° ;3° de toegankelijkheid van de lokalen bedoeld bij het punt 1° buiten de diensturen;4° de infrastructuren van het Centre culturel Marcel Hicter van La Marlagne (met uitzondering van de kamers en de intendantendienst), volgens nadere regels die in overleg met het Algemeen Bestuur Cultuur van de Franse Gemeenschap bepaald moeten worden. Afdeling 3 - Presentiegeld, reis- en verblijfskosten

Art. 19.§ 1. Met toepassing van artikel 11 van het decreet wordt het bedrag van het presentiegeld per werkzitting op 25,97 euro bepaald.

De reis- en verblijfskosten betreffende de exclusieve werkzaamheden van de werkende leden van de Jeugdraad (vergaderingen van de algemene vergadering en raad van bestuur) worden volgens de voorwaarden en de rata bepaald door de reglementering die terzake van toepassing is op de personeelsleden van het Ministerie vastgelegd.

Te dien einde worden de werkende leden van de Jeugdraad bedoeld bij artikel 3/2 van het decreet met de personeelsleden van het Ministerie die titularis zijn van een graad gerangschikt in rang 12 gelijkgesteld.

De werkende leden van de Jeugdraad worden ertoe gemachtigd gebruik te maken van hun eigen motorvervoermiddel voor de verplaatsingen die nodig worden geacht voor hun deelname aan de vergaderingen van de Jeugdraad.

Ze genieten een vergoeding die gelijk is aan het bedrag dat door de Franse Gemeenschap betaald had moeten worden indien ze de openbare vervoermiddelen hadden gebruikt.

De Franse Gemeenschap zorgt niet voor de dekking van de risico's die voortvloeien uit het gebruik door de leden, van het persoonlijke voertuig. § 2. De bedragen bedoeld bij § 1 worden om de twee jaar vanaf 1 januari 2015 aangepast volgens het gezondheidsindexcijfer.

Diezelfde bedragen worden maandelijks op vervallen termijn uitbetaald. HOOFDSTUK IV. - Verkiezingsreglement voor de verkiezingen van oktober 2013

Art. 20.Met toepassing van artikel 14/8, § 2, van het decreet, bepaalt dit besluit de nadere regels voor de kandidaatstellingen, de inrichting van de campagne, het verloop van de stemming en de telling van de stemmen betreffende de verkiezingen tot vernieuwing van de algemene vergadering met januari 2014 in zicht. Het heeft tevens tot doel de instelling van een verkiezingscommissie, belast met het goede verloop van deze verkiezingen.

In het kader van alle verwerkingen van persoonsgegevens zoals bepaald in dit besluit, is de Jeugdraad verantwoordelijk voor de verwerking in de zin van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens. Afdeling 1 - Kandidaatstellingen

Art. 21.De ontvankelijkheid van de kandidaatstellingen behoort tot de bevoegdheid van de Verkiezingscommissie bedoeld bij de afdeling 5 van dit hoofdstuk.

Om een ontvankelijke kandidaatstelling in te dienen, moet de kandidaat aan de volgende verkiezingsvoorwaarden voldoen : - minstens 16 jaar oud zijn en minder dan 31 jaar op 1 oktober 2013; - zijn woonplaats hebben in één van de zones opgesomd bij artikel 3/1, § 1, van het decreet; - in het bezit zijn van een nummer in het rijksregister; - het kandidaatstellingsformulier bedoeld bij artikel 22 van dit besluit tussen 1 september en 30 september 2013 hebben ingediend; - bewijzen dat hij niet het voorwerp uitmaakt van enige voorwaarden inzake onverenigbaarheid bedoeld bij artikel 3/6, § 1, van het decreet; - zich ertoe verbinden het Verdrag inzake de rechten van het kind aangenomen door de algemene vergadering van de Verenigde Naties op 20 november 1989, het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, aangenomen en open verklaard voor ondertekening, bekrachtiging en toetreding door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in haar resolutie van 16 december 1966, en het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, aangenomen en open verklaard voor ondertekening, bekrachtiging en toetreding door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in haar resolutie van 16 december 1966.

Art. 22.§ 1. Twee types kandidaatstellingsformulieren, respectief voor de gesponsorde kandidaten en voor de onafhankelijke kandidaten, kunnen vanuit de website van de Jeugdraad (www.conseildelajeunesse.be) gedownload worden.

Een papierversie kan door de Jeugdraad bezorgd worden op aanvraag op 02/4132930 v~~r 23 september 2013.

Het formulier moet daarna teruggestuurd worden aan het volgende adres : boulevard Léopold II 44, te 1080 Molenbeek-Saint-Jean.

Voor de gesponsorde kandidaten moet de ingevulde en ondertekende overeenkomst verplicht gevoegd worden bij de kandidaatstellingsakte, op straffe van weigering. § 2. Het kandidaatstellingsformulier bevat de volgende inlichtingen over de kandidaat : - naam en voornaam; - geslacht; - woonplaatsadres - provincie; - geboortedatum en nummer van het rijksregister; - e-mailadres en gsm-nummer; - een recente foto (van het type identiteitskaart) en die gebruikt zal worden gedurende de campagne; - een presentatieruimte waar de kandidaat de motivatie van zijn kandidaatstelling aan de Jeugdraad zal uitleggen alsook zijn belangstelling voor de Jeugd (maximum 2500 letters), met inachtneming van de democratische principes bedoeld bij artikel 3/6, § 3, vierde streepje van het decreet.

Indien de kandidaat op de lijst van de gesponsorde kandidaten opgenomen wenst te worden, zal hij de identiteit van de sponsor (type sponsor + precieze benaming van de sponsor) moeten vermelden. Het sponsoringdocument bedoeld bij artikel 2, § 1, 2°, van dit besluit, zal bij de presentatieruimte van de kandidaat gevoegd worden.

Indien de kandidaat door een lokale jeugdraad gesponsord wordt, zal hij bij zijn kandidaatstelling de lijst voegen van de leden van deze raad, alsook hun respectieve geboortedatums, in een document getekend door de overheid van de gemeente waar deze raad ingesteld wordt of door haar vertegenwoordiger. § 3. De kandidaat moet ook de vakken van het formulier aankruisen waardoor hij vermeldt dat : - hij de regels en de opdrachten van de Jeugdraad kent zoals deze opgenomen worden op zijn website en dat hij zich ertoe verbindt de voortgezette opleiding te volgen bestemd voor de leden van de algemene vergadering van de Jeugdraad; - hij kennis heeft genomen van het volledige verkiezingsreglement zoals bekendgemaakt op de site van de Jeugdraad en verkrijgbaar op aanvraag; - hij niet het voorwerp uitmaakt van een voorwaarde van onverenigbaarheid zoals bedoeld bij artikel 3/6, § 1 en § 2, van het decreet; - hij er zich toe verbindt de democratische principes bedoeld bij artikel 3/6, § 3, vierde streepje, van het decreet na te leven; - hij aanvaardt om gefotografeerd of gefilmd te worden en dat hij ermee akkoord gaat dat het resultaat daarvan gepubliceerd of uitgezonden wordt. § 4. De voorstelling van de opdrachten van de Jeugdraad en het verkiezingsreglement uitgewerkt door de Verkiezingscommissie bedoeld bij de afdeling 5 van dit hoofdstuk zijn beschikbaar op de website van de Jeugdraad of op papier op aanvraag gericht aan de Jeugdraad.

Art. 23.§ 1. De Jeugdraad publiceert tegelijkertijd op zijn website de profielen van alle kandidaten waarvan de kandidaatstelling ontvankelijk werd geacht in de zin van artikel 21 van dit besluit. Het profiel van elke kandidaat bevat zijn naam, voornaam, woonplaatsgemeente, provincie of zone, een mogelijk URL-adres, de motivatie van de kandidaatstelling voor de CJCF, de aard van de kandidaatstelling (onafhankelijk of gesponsord) en, desgevallend, de sponsorvereniging. § 2. De volgorde van presentatie van de kandidaten is wisselvallig zodat bij elke raadpleging van de betrokken pagina deze verschillend is. Een onderzoeksveld (per naam of per geografische zone) zal voor de kiezers beschikbaar zijn. Afdeling 2 - De verkiezingscampagne

Art. 24.§ 1. De Verkiezingscommissie bedoeld bij de afdeling 5 van dit hoofdstuk bepaalt het kader van de middelen waarvan de kandidaten gebruik kunnen maken, met uitzondering van gadgets en elke promotieaanpak die een eigen financiële en materiële investering van de kandidaten of hun sponsorstructuur tot gevolg zou hebben.

Er kan geen enkel ander middel worden gebruikt dan deze bepaald door de Verkiezingscommissie, op straffe van sancties zoals bedoeld bij artikel 37, § 2, van dit besluit. § 2. Bij de Verkiezingscommissie kan ook elke aangelegenheid betreffende het campagnemateriaal dat de kandidaten wensen te gebruiken en elke vaststelling van niet-inachtneming van het kader bepaald bij § 1, alsook elke inbreuk, gedurende de campagne, op de democratische principes bedoeld bij artikel 3/6, § 3, vierde streepje, van het decreet, of op de waarden van kosteloosheid en respect voor iedereen verdedigd door de Jeugdraad, aanhangig worden gemaakt.

Ze kan, desgevallend, sancties treffen bedoeld bij artikel 37, § 2, van dit besluit.

Art. 25.De Jeugdraad bezorgt de kandidaten, met inachtneming van artikel 24, § 1, van dit besluit en met zorg voor proportionaliteit en gelijkheid ten bate van de kandidaten, een "campagnekit".

Deze kit bepaalt het kader van de toegelaten middelen en van het materiaal en de adviezen om campagne te voeren.

Art. 26.Tijdens hun campagne zullen de kandidaten ervoor waken om een ethisch kader te volgen dat noch aan het imago van de jeugd schade zou toebrengen, noch, meer specifiek, aan het imago van de Jeugdraad. Afdeling 3 - Het verkiezingsproces

Art. 27.§ 1. De verkiezingen van de werkende leden van de algemene vergadering van de Jeugdraad vinden plaats van 7 oktober 2013 om 6 uur tot 19 oktober 2013 tot middernacht. Ze hebben betrekking op de kandidaatstellingen bekendgemaakt overeenkomstig artikel 23 van dit besluit. § 2. De stemming is open voor alle jongeren die hun woonplaats hebben in één van de zones opgesomd bij artikel 3/1, § 1, van het decreet en die minstens 16 jaar oud zijn en niet minder dan 31 jaar op de datum van 1 oktober 2013. De stemming gebeurt elektronisch via de website van de Jeugdraad (www.conseildelajeunesse.be), ofwel vanuit een persoonlijke computer, ofwel vanuit een computer die ter beschikking van de kiezers gesteld wordt in één van de stembureaus bedoeld bij artikel 29. § 3. Het proces van de elektronische stemming bestaat uit de volgende etappes : 1. inschrijving op de site www.conseildelajeunesse.be (naam, voornaam, nummer rijksregister), met als doel het genereren voor iedere kiezer van een identificatienaam en een wachtwoord voor de toegang tot het stemmingssysteem; 2. toegang tot de lijst van de kandidaten;3. toekenning van zijn stem aan maximum vier kandidaten;4. validatie van de stemming. De stap voor de validatie van de stemming genereert, in een elektronisch register van de stemmingen, een naamloos stemmingsbulletin voor iedere kiezer, met een wisselvallig nummer dat overeenstemt, en behoudt, in een elektronisch register van de kiezers, de naam, voornaam en nummer in het rijksregister van elke kiezer na controle bij het rijksregister van de overeenstemming van deze informatie door de Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit besluit.

Art. 28.Elke kiezer stemt in zijn eigen naam, één keer en voor een maximum van vier kandidaten onder deze bedoeld bij artikel 23 van dit besluit. De inachtneming van de ethiek van de persoonlijke stemming garandeert de geloofwaardigheid en de legitimiteit zowel van de kandidaten als van de Jeugdraad.

De kiezers die voor minder dan vier kandidaten wensen te stemmen, worden op de hoogte gebracht van de gevolgen van het aantal stemmen die ze gebruiken op het gewicht van hun stemming in de resultaten van de stemming.

Art. 29.De verkiezingen kunnen in een stembureau plaatsvinden, mits inachtneming van de procedures en de voorwaarden opgesomd bij de artikelen 30 en 31.

Art. 30.§ 1. Elke jeugdvereniging en elke gemeente die wenst een stembureau in te richten moet er bericht van geven aan de Jeugdraad en zich er voorafgaandelijk toe verbinden de volgende algemene voorwaarden in acht te nemen : - de kiezers te mobiliseren, binnen de voorwaarden die de geheimhouding van de stemming in acht nemen alsook de neutraliteit van de stembureaus; - voor de publiciteit van de verkiezing zorgen, zijn deelneming en de nadere algemene regels voor de inrichting van de verkiezing op lokaal niveau (plaats, uren,...); - voor een toegang zorgen tot het stemmingssysteem voor een periode van minimum vier uur; - terbeschikkingstelling van de kiezers van een computer met internetconnectie; - aanwijzing van een voorzitter en van twee bijzitters waaronder één een verantwoordelijkheidsambt bekleedt in de vereniging die het stembureau verwelkomt, de tweede van buiten de vereniging komt en de derde een lid of een vertegenwoordiger is van de verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk; - op aanvraag van de Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk enige informatie bezorgen die toelaat de overeenstemming van het stembureau met het kader dat ze bepaald zal hebben, te evalueren. § 2. De verenigingen en de gemeenten bedoeld bij § 1 dienen hun aanvraag om opening van een stembureau bij de Jeugdraad v~~r 1 oktober 2013.

Ze delen hun adres mede alsook de dagen en de openingsuren met het oog op de inrichting van de stemming. § 3. De Jeugdraad maakt de lijst bekend, op zijn website, van de stembureaus die aan de voorwaarden bedoeld bij de §§ 1 tot 2 van dit artikel bekend. Deze lijst kan bezorgd worden op papier door de Jeugdraad op aanvraag.

Art. 31.De inrichting van de stemming in de bovenvermelde bureaus vindt tussen 7 oktober en 19 oktober 2013 plaats.

Vooraleer hun stembureau te openen, ondertekenen de voorzitter en de bijzitters bedoeld bij artikel 30, § 1, een verklaring op ere die door de Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk bezorgd wordt, waardoor ze er zich toe verbinden dit reglement in acht te nemen en doen naleven.

De voorwaarden van de stemming moeten de geheimhouding van de stemming garanderen.

Art. 32.Het komt de Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk toe, na te gaan of de stemmingsprocedures tot waarborg van de doorzichtigheid en de geheimhouding van de stemming in acht worden genomen en, desgevallend, maatregelen te treffen. Afdeling 4 - Resultaten van de verkiezing van oktober 2013

Art. 33.De stemopneming gebeurt onder de verantwoordelijkheid van de Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk, binnen de drie werkdagen na het einde van de stemming.

Art. 34.De verkozen leden zijn de kandidaten die het grootste aantal stemmen hebben gekregen, doch rekening houdend met de criteria in verband met de zones, de woonplaatsgemeente, de verdeling per type sponsor en het geslacht, zoals bepaald bij artikel 3/2, § 1 tot 3, van het decreet.

Voor de selectie van de kandidaten, past de Verkiezingscommissie de bovenvermelde criteria toe met inachtneming van de hierna beschreven procedure : 1. sorteren van de lijst van de kandidaten uitgaande van deze die het grootste aantal stemmen heeft bekomen;2. uitgaande van boven de lijst, keuze van drie kandidaten die vertegenwoordigers zijn van elke van de zes zones;3. nagaan of deze 18 kandidaten afkomstig zijn van verschillende gemeentes (met uitzondering van de kandidaten die hun woonplaats hebben in een gemeente van meer dan 75 000 inwoners);bij gebreke daaraan, verwijdering van de verkozen kandidaat die het kleinste aantal stemmen heeft en vervanging door de volgende kandidaat op de lijst; 4. controle van het aantal onafhankelijke kandidaten in de zin van artikel 3/2, § 1, vierde streepje, van het decreet, onder deze 18 kandidaten;indien dit aantal hoger ligt dan 12, verwijdering van de onafhankelijke kandidaten die zich op de dertiende of hogere plaats bevinden; is dit aantal kleiner dan 12, selectie, in de volgorde van de lijst opgesteld onder 1, van de onafhankelijke kandidaten die ontbreken, met inachtneming van het criterium bedoeld bij artikel 3/1, § 2, tweede streepje, van het decreet; 5. voor de toepassing van het criterium bedoeld onder 4, in het geval dat een gesponsorde kandidaat afkomstig is van dezelfde gemeente als een onafhankelijke kandidaat, wordt de kandidaat verkozen die de meeste stemmen heeft gekregen.De verwijderde kandidaat wordt vervangen door de volgende kandidaat (een onafhankelijke kandidaat indien de verwijderde kandidaat onafhankelijk is, een kandidaat voortkomend uit hetzelfde type sponsoring indien de verwijderde kandidaat een gesponsorde kandidaat is); 6. selectie van de overblijvende kandidaten in functie van hun aantal stemmen, voor zover ze aan het criterium inzake woonplaats per gemeente voldoen en voor zover het aantal kandidaten die verkozen worden per type sponsor niet acht overschrijdt;7. indien het aantal verkozenen per type sponsor de grens van acht bereikt, en het aantal van 24 verkozenen niet bereikt wordt, wordt het aantal verkozen kandidaten per type sponsor met één eenheid verhoogd, enzovoort totdat de 24 verkozenen aangewezen worden;8. nagaan of het criterium van het geslacht vervuld wordt;bij gebreke daaraan, verwijdering van de 36ste kandidaat van het meerderheidsgeslacht alsook van de volgenden, en toevoeging aan de lijst van de verkozenen van de eerste kandidaat van het andere geslacht die nog niet op de lijst voorkomt, er goed voor zorgend dat de criteria vermeld bij de vorige punten in acht worden genomen; 9. Bij gelijke verdeling van de stemmen over de laatste kandidaten die op dezelfde wijze, wordt het criterium van de leeftijd toegepast en heeft de jongste voorrang.

Art. 35.De mededeling van de resultaten van de verkiezingen wordt door de Secretaris-generaal van de Jeugdraad waargenomen, op basis van de informatie bezorgd door de Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk. De lijst van de verkozen kandidaten, overeenkomstig de procedure bedoeld bij afdeling 4 van dit hoofdstuk, wordt op de website van de Jeugdraad bekendgemaakt binnen het uur na de officiële aankondiging van de resultaten. Met de verkozen kandidaten wordt binnen het uur telefonisch contact opgenomen.

Art. 36.De Verkiezingscommissie bedoeld bij afdeling 5 van dit hoofdstuk stelt een lijst van de verkozen kandidaten en een lijst van de niet-verkozen kandidaten op. Deze tweede lijst wordt niet bekendgemaakt. Ze wordt gebruikt voor de algemene vergadering van de Jeugdraad om voor de mogelijke aanstelling van vervangers te zorgen, ten gevolge van ontslagnemingen, uitsluitingen of domicilieringen buiten de zones opgenomen bij artikel 3/1 van het decreet, die plaats zouden kunnen vinden gedurende de mandaatvoering. De selectie van deze vervangers geschiedt volgens dezelfde nadere regels als deze bepaald bij artikel 34 van dit besluit. Afdeling 5 - De Verkiezingscommissie

Art. 37.§ 1. De Verkiezingscommissie is belast met de goede inrichting en het opvolgen van de verkiezingen. Ze wordt formeel met de validatie van de stemming belast.

Daartoe vervult de Verkiezingscommissie de volgende opdrachten : - onderzoek van de ontvankelijkheid van de kandidaatstellingen, overeenkomstig artikel 21 van dit besluit; - bepaling van de toegelaten campagnemiddelen en opvolgen van de inachtneming van de bepalingen betreffende deze middelen, overeenkomstig artikel 24 van dit besluit; - opvolgen van de inachtneming van het verkiezingsreglement, met inbegrip van de erkenning van de stembureaus en de deelneming aan de stemmingen die ze inrichten, overeenkomstig de artikelen 30 en 32 van dit besluit; - supervisie van de stemopneming, overeenkomstig artikel 34 van dit besluit. § 2. Om de Verkiezingscommissie toe te laten haar opdrachten te vervullen, vraagt de Jeugdraad, als verantwoordelijke voor de verwerking, een toegang aan tot het rijksregister, met inachtneming van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen en de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.

De Jeugddienst wordt belast met de controle op de gegevens van het elektronische register van de kiezers bedoeld bij artikel 27, § 3, tweede lid, van dit besluit. Hij handelt als onderaannemer in het kader van de controles in het rijksregister.

In afwezigheid van een geautomatiseerd systeem voor de controle in het rijksregister, wordt een wisselvallige selectie van 10 % van de gegevens van het elektronische register van de kiezers gecontroleerd.

Indien meer dan 1 % van deze selectie niet overeenstemt met de gegevens in het rijksregister, moet een controle van het geheel van het elektronische register gedaan worden.

Ingeval er kiezersgegevens zijn die niet overeenstemmen met het rijksregister, deelt de Jeugddienst het wisselvallige nummer dat overeenstemt met de betrokken kiezer aan de Verkiezingscommissie mee. § 3. In geval van niet-inachtneming van hetgeen bepaald wordt in dit hoofdstuk of in geval van vermoede fraude, kan de Verkiezingscommissie de volgende sancties treffen : 1° de terugroeping tot de orde, waardoor de Commissie de persoon(-en) ertoe uitnodigt zich te schikken naar dit besluit;2° de uitsluiting van één of meerdere kandidaten;3° de nietigverklaring van één of meerdere stemmen;4° de vernietiging van de stemming binnen één of meerdere stembureaus;5° de algemene vernietiging van de stemming. De sancties van de Verkiezingscommissie worden degelijk met redenen omkleed en er wordt er, zonder verwijl, van kennisgegeven aan de betrokken personen bij aangetekende brief. § 4. De Verkiezingscommissie wordt ertoe gemachtigd een klacht bij het gerecht in te dienen als er een bewezen fraude is geweest.

Art. 38.De Verkiezingscommissie bestaat uit : - de Secretaris-generaal en de persoon van de Raad die belast is met de inrichting van de verkiezingen; - twee leden van de huidige algemene vergadering van de Jeugdraad die niet meer kandidaat zijn; - twee vertegenwoordigers van CCOJ en twee vertegenwoordigers van CCMCJ die niet kandidaat zijn, in de zin van de artikelen 21 en 22 van dit besluit. § 2. De leden van de Verkiezingscommissie bedoeld bij § 1 worden door de Regering op de voordracht van de betrokken instanties benoemd.

Art. 39.§ 1. De Verkiezingscommissie vergadert volgens het tijdsschema dat ze bepaalt en, desnoods, binnen de vijf werkdagen die op de aanvraag van drie van haar leden volgen, die minstens twee van de drie betrokken adviesinstanties vertegenwoordigen. § 2. De beslissingen van de Verkiezingscommissie worden bij een tweederde meerderheid van de stemmen genomen, onder voorbehoud dat minimum vijf leden van genoemde commissie aanwezig zijn. HOOFDSTUK V - Opheffings-, overgangs- en slotbepalingen

Art. 40.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 14 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 14/05/2009 pub. 23/12/2009 numac 2009029902 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van het decreet van 14 november 2008 tot instelling van de Jeugdraad van de Franse Gemeenschap sluiten houdende uitvoering van het decreet van 14 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/11/2008 pub. 25/02/2009 numac 2009029046 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot oprichting van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap sluiten tot instelling van de Jeugdraad in de Franse Gemeenschap, wordt opgeheven.

Art. 41.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2013.

Art. 42.De Minister bevoegd voor de Jeugd is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 29 augustus 2013.

De Minister-president, R. DEMOTTE De Minister van Jeugd, Mevr. E. HUYTEBROECK

^