Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 01 februari 2008
gepubliceerd op 26 maart 2008

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 1993 tot veralgemening van het stelstel van gesubsidieerde contractuelen

bron
vlaamse overheid
numac
2008200915
pub.
26/03/2008
prom.
01/02/2008
ELI
eli/besluit/2008/02/01/2008200915/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 FEBRUARI 2008. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 1993 tot veralgemening van het stelstel van gesubsidieerde contractuelen


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, inzonderheid op artikel 6, § 1, IX, 2°, vervangen bij de bijzondere wet van 13 juli 2001;

Gelet op de programmawet van 30 december 1988, inzonderheid op artikel 94, 95, 96 en 97;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 1993 tot veralgemening van het stelsel van gesubsidieerde contractuelen, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 2006;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 9 november 2007;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 13 december 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming en de Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Aan artikel 1, 9°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 1993 tot veralgemening van het stelsel van gesubsidieerde contractuelen wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : "Voor topsportprojecten wordt het hoger premiebedrag vastgesteld op : a) 28.778,34 euro (premiebedrag op 1 januari1990 : 780.300 BEF of 19.346,25 euro) voor een elitesporter A en een sportassistent A; b) 22.051,31 euro (premiebedrag op 1 januari1990 : 626.000 BEF of 15.518,13 euro) voor een elitesporter B en een sportassistent B; c) 21.283,17 euro (premiebedrag op 1 januari1990 : 573.000 BEF of 14.204,30 euro) voor een beloftevolle jongere A en een sportassistent C; d) 19.757,34 euro (premiebedrag op 1 januari1990 : 531.000 BEF of 13.163,15 euro) voor een beloftevolle jongere B en een sportassistent D. Het bedrag van de loonpremie evolueert op dezelfde wijze en in dezelfde mate als de gezondheidsindex met als basismaand november 2006. » Art.2. Aan artikel 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997, 8 december 1998, 1 juni 1999, 8 juni 1999, 6 juli 2001, 24 juli 2001, 14 mei 2004, 14 december 2001 en 8 juli 2005, wordt een punt 36° toegevoegd, dat luidt als volgt : « 36° overeenkomst voor een topsportproject : overeenkomst met : a) een elitesporter of beloftevolle jongere van minstens 18 jaar oud, die geen of onvoldoende middelen genereert uit de beoefening van een sport.De elitesporter of de beloftevolle jongere kan worden tewerkgesteld in categorie A en B; b) een sportassistent als de persoon die ondersteunend instaat voor de omkadering van de elitesporter of beloftevolle jongere, vermeld in punt a).De sportassistent kan worden tewerkgesteld in categorie A tot en met D. »

Art. 3.In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering van 6 juli 2001 en 14 mei 2004, wordt punt 13 vervangen door wat volgt : « 13. de niet-werkende werkzoekenden of uitkeringsgerechtigd volledig werklozen die behoren tot de kansengroepen, die tewerkgesteld worden in een knelpuntberoep of die tewerkgesteld worden in een topsportproject. »

Art. 4.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden tussen het woord « arbeidsmarkt » en het woord « en » de woorden « , voor de aanwerving van personen in een overeenkomst voor een topsportproject » ingevoegd.

Art. 5.In artikel 17, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 juni en 15 juli 2005, worden na het woord « Regio » de woorden « met uitzondering van de tewerkstelling van gesubsidieerde contractuelen in een overeenkomst voor een topsportproject » toegevoegd.

Art. 6.Aan artikel 23, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 10 maart 1998, wordt volgende zin toegevoegd : « De bepalingen van deze § zijn niet van toepassing op de overeenkomst met het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media « .

Art. 7.Aan artikel 26 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004, wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 4. De bepalingen van § 1 en § 3 zijn niet van toepassing voor de gesubsidieerde contractuelen, die tewerkgesteld zijn met een overeenkomst voor een topsportproject, als vermeld in artikel 1, 36°. »

Art. 8.Aan artikel 27 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997, wordt een tweede lid toegevoegd dat luidt als volgt : « Het eerste lid is niet van toepassing op de werknemers die als gesubsidieerde contractuelen zullen tewerkgesteld worden met een overeenkomst voor een topsportproject, als vermeld in artikel 1, 36°. »

Art. 9.Aan artikel 28 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Om tewerkgesteld te worden als elitesporter, beloftevolle jongere of sportassistent en in afwijking van het eerste lid, maar rekening houdend met het reglementaire kader, moet de gesubsidieerde contractueel die tewerkgesteld is met een overeenkomst voor een topsportproject, minstens voldoen aan de criteria die de Vlaamse minister bevoegd, voor de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven daarvoor bepaald heeft. »

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2008.

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid en de Vlaamse minister bevoegd de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 1 februari 2008.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, F. VANDENBROUCKE De Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, B. ANCIAUX

^