Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 08 maart 2002
gepubliceerd op 18 mei 2002

Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het personeelsstatuut van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen van 28 januari 1997, wat betreft de upgrading van niveau E naar D, het verlof voor opdracht en andere dringende bepalingen

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2002035591
pub.
18/05/2002
prom.
08/03/2002
ELI
eli/besluit/2002/03/08/2002035591/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 MAART 2002. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het personeelsstatuut van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen van 28 januari 1997, wat betreft de upgrading van niveau E naar D, het verlof voor opdracht en andere dringende bepalingen


De Vlaamse regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 en de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 16 december 1997, 17 februari 1998, 23 juli 1998, 29 juni 1999, 5 oktober 1999, 4 februari 2000, 17 juli 2000, 2 februari 2001, 30 maart 2001, 5 oktober 2001 en 14 december 2001;

Gelet op het akkoord van de federale minister, bevoegd voor de Pensioenen, gegeven op 22 december 2001;

Gelet op het advies van de directieraad van het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer, gegeven op 31 augustus 2001;

Gelet op het feit dat het advies van de directieraden van het Instituut voor het Archeologisch Patrimonium, het Instituut voor Natuurbehoud, het Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudiën en het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen, geacht wordt gegeven te zijn met toepassing van artikel 6, derde lid, van het voornoemd besluit van 28 januari 1997;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 10 oktober 2001;

Gelet op het protocol nr. 170.508 van 26 oktober 2001 van het Sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap - Vlaams Gewest;

Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering op 12 oktober 2001, betreffende de aanvraag tot advies bij de Raad van State binnen een maand;

Gelet op het advies nr. 32.602/3 van de Raad van State, gegeven op 22 januari 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel I 2 van het personeelsstatuut van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen van 28 januari 1997, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 2001 en 1 juni 2001, wordt 26° vervangen door wat volgt : « 26° raadgever : een personeelslid in actieve dienst of gepensioneerd, een advocaat of een afgevaardigde van een vakorganisatie. »

Art. 2.In artikel II 22, § 2, 3° van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de woorden « niveau D of E » vervangen door de woorden « het niveau D ».

Art. 3.In artikel II 27, § 1, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden na de woorden "samenwonende partner of" de woorden "indien hij/zij weduw(e)(naar) is of de samenwonende partner overleden is," toegevoegd;2° in het derde lid worden na het woord "afzetting" de woorden "of ontslag van ambtswege" toegevoegd.

Art. 4.In artikel III 2 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt § 2 vervangen als volgt : « § 2. De ambtenaar, die in de uitoefening van zijn ambt, nalatigheden, misbruiken of misdrijven vaststelt, brengt zijn hiërarchische meerdere hiervan onmiddellijk op de hoogte.

Indien hij op basis van gegronde redenen vermoedt of vaststelt dat zijn hiërarchische meerdere hem zal verbieden of verhinderen om deze onregelmatigheden bekend te maken, brengt hij rechtstreeks de entiteit Interne Audit en, in geval van misdrijven, de procureur des Konings van deze onregelmatigheden op de hoogte.

De ambtenaar kan, buiten de gevallen van kwade trouw, persoonlijk voordeel, foutieve of valse aangifte welke een dienst of persoon schade toebrengen, niet onderworpen zijn aan een tuchtstraf of een andere vorm van openlijke of verdoken sanctie, om de enkele reden dat hij nalatigheden, misbruiken of misdrijven aangeeft of bekend maakt. »

Art. 5.In artikel V 9 van hetzelfde statuut, vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de woorden "niveau B, C, D of E," vervangen door de woorden "niveau B, C of D,".

Art. 6.In deel V van hetzelfde statuut wordt een titel 4, bestaande uit artikel V 17, toegevoegd die luidt als volgt : TITEL 4. - Overgangsbepalingen Art. V 17. In afwijking van artikel V 5 kan ook de ambtenaar die zich na 1 januari 2002 nog in niveau E bevindt, om persoonlijke of functionele redenen, op eigen verzoek, worden overgeplaatst naar een betrekking van een andere graad van dezelfde rang dan deze die hij bekleedt. »

Art. 7.In artikel VI 5 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 23 juli 1998, 30 maart 2001 en 5 oktober 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, eerste lid, 2°, worden de woorden "en behalve de uitzonderingen bepaald door de Vast Wervingssecretaris" vervangen door de woorden "en behalve de uitzonderingen bepaald in overeenstemming met het Selectiebureau van de Federale Overheid";2° in § 1, eerste lid, 3°, worden de woorden "Vast Wervingssecretariaat" vervangen door de woorden "Selectiebureau van de Federale Overheid";3° in § 1, tweede lid, 3°, worden de woorden "de niveaus D en E," vervangen door de woorden "niveau D";4° in § 2 worden de woorden "De Vast Wervingssecretaris" vervangen door de woorden "Het Selectiebureau van de Federale Overheid".

Art. 8.In de artikelen VI 7, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, VI 12, VI 13, VI 15, VI 16, VI 17, VI 21, VI 24, VI 25, VI 26 van hetzelfde statuut worden de woorden "de Vast Wervingssecretaris" telkens vervangen door de woorden "het Selectiebureau van de Federale Overheid"

Art. 9.In artikel VI 31, § 2 van hetzelfde statuut, worden de woorden "of E" geschrapt.

Art. 10.In artikel VI 32 van hetzelfde statuut, worden de woorden "de niveaus D en E," vervangen door de woorden "niveau D".

Art. 11.In artikel VI 33, § 1 van hetzelfde statuut worden de volgende wijzigingen doorgevoerd : 1° de woorden "Vast Wervingssecretariaat" worden vervangen door de woorden "het Selectiebureau van de federale overheid";2° een tweede lid wordt toegevoegd, dat luidt als volgt : "Indien het Selectiebureau zijn standpunt niet binnen de 15 kalenderdagen heeft meegedeeld, mag de procedure worden verder gezet.»

Art. 12.In deel VI, Titel 5, van hetzelfde statuut wordt een artikel VI 40 toegevoegd dat luidt als volgt : « Art. VI 40. De bestaande wervingsreserves in niveau E worden met ingang van 1 januari 2002 in aanmerking genomen voor de toegang tot niveau D ».

Art. 13.In artikel VII 9 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de woorden "de niveaus B, C, D en E" vervangen door de woorden "de niveaus B, C en D".

Art. 14.In artikel VII 10 van hetzelfde statuut worden de woorden "- in niveau E : 4 maanden" geschrapt.

Art. 15.In deel VII, Hoofdstuk 4, afdeling 3, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het opschrift worden de woorden "niveau B, C, D en E" vervangen door de woorden "niveau B, C en D";2° in artikel VII 18 worden de woorden "niveau D en E" vervangen door de woorden "niveau D".

Art. 16.In de artikelen VII 22, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, VII 24 en VII 27, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2001 van hetzelfde statuut worden de woorden " en betrekking" geschrapt.

Art. 17.Artikel VII 37 van hetzelfde statuut, opgeheven door het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing : « Art. VII 37. De stagiairs in niveau E die in dienst zijn op 1 januari 2002 worden bevorderd in niveau D, overeenkomstig de tabel die als bijlage 1 bij dit besluit is gevoegd. »

Art. 18.Artikel VIII 3 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt vervangen als volgt : « Art. VIII 3. De hiërarchie van de graden omvat vier niveaus en twaalf rangen.

Art. 19.In artikel VIII 4 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "vijf niveaus" worden vervangen door de woorden "vier niveaus";2° de woorden "5° niveau E : geen diploma" worden geschrapt.

Art. 20.In artikel VIII 5, derde lid, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "vijf niveaus" worden vervangen door de woorden "vier niveaus";2° de woorden "niveau E : één rang, genummerd als E1.» worden geschrapt.

Art. 21.In artikel VIII 9, § 2, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, worden de woorden "contractuele personeelsleden met hiërarchische bevoegdheid " vervangen door de woorden "contractuele personeelsleden met hiërarchische bevoegdheid overeenkomstig artikel XIV 22".

Art. 22.In artikel VIII 11 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, worden de woorden « of E » geschrapt.

Art. 23.In artikel VIII 14, § 4, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, worden de woorden « en E » geschrapt.

Art. 24.In artikel VIII 41 van hetzelfde statuut worden de woorden "georganiseerd door het Vast Wervingssecretariaat" telkens geschrapt.

Art. 25.Artikel VIII 44, § 1, 1°, van hetzelfde statuut wordt vervangen door wat volgt : « 1° moet de ambtenaar voldoen aan de anciënniteitsvoorwaarden op de door de leidend ambtenaar van de administratie Ambtenarenzaken bepaalde datum. »

Art. 26.In artikel VIII 52 van hetzelfde statuut worden de woorden "D1," geschrapt.

Art. 27.In artikel VIII 53 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 2001 en 14 december 2001, wordt de bepaling onder 4° opgeheven.

Art. 28.Artikel VIII 58 van hetzelfde statuut wordt opgeheven.

Art. 29.In artikel VIII 69, derde lid van hetzelfde statuut, ingevoegd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de vermelding "d) " wordt vervangen door de vermelding "a) ";2° de vermelding "e) " wordt vervangen door de vermelding "b) ";3° de vermelding "f) " wordt vervangen door de vermelding "c) ".

Art. 30.In artikel VIII 77, § 1, derde lid, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, wordt de eerste zin vervangen door wat volgt : "De ambtenaar wordt schriftelijk ervan in kennis gesteld dat de evaluatie aanleiding kan geven tot loopbaanvertraging en hij wordt door de directieraad op zijn verzoek gehoord vooraleer deze beslissing wordt genomen. »

Art. 31.In artikel VIII 78, § 1, van hetzelfde statuut, wordt de bepaling onder 9° opgeheven.

Art. 32.Artikel VIII 96bis van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt vervangen als volgt : « Art. VIII 96bis . § 1. De ambtenaren van niveau E die met betrekking tot het evaluatiejaar 2000 geen evaluatie "onvoldoende" kregen en niet werden vertraagd in hun functionele loopbaan worden met ingang van 1 januari 2002 bevorderd in niveau D, overeenkomstig de tabel die als bijlage 1 bij dit besluit is gevoegd. § 2. De ambtenaren van niveau E die met betrekking tot het evaluatiejaar 2000 een evaluatie "onvoldoende" kregen of werden vertraagd in hun functionele loopbaan worden bevorderd in niveau D op 1 januari van het jaar volgend op de eerste evaluatie die niet wordt besloten met de eindvermelding "onvoldoende" en die niet leidt tot een loopbaanvertraging. § 3. Op de ambtenaren die zich na 1 januari 2002 nog in niveau E bevinden blijft de hierna vermelde regeling van toepassing : 1° niveau E bestaat uit één rang : de rang E1;2° indien de ambtenaar van niveau E hier schriftelijk om vraagt, wordt het evaluatiegesprek gevoerd in aanwezigheid van een waarnemer van zijn keuze;3° de ambtenaar van niveau E geniet de volgende functionele loopbaan : a) van de eerste naar de tweede salarisschaal na 8 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.33. In Deel VIII, Titel 9, Hoofdstuk 5, van hetzelfde statuut wordt na artikel VIII 102 een artikel VIII 102bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. VIII 102bis. Bij ambtshalve graadverandering behoudt het personeelslid de verworven anciënniteiten. In voorkomend geval gebeurt de inschaling op de overeenkomstige trap van de functionele loopbaan. »

Art. 34.Artikel IX 2 van hetzelfde statuut wordt vervangen als volgt : « Art. IX 2. De volgende tuchtstraffen kunnen worden uitgesproken : 1° blaam;2° inhouding van salaris;3° tuchtschorsing;4° lagere inschaling;5° terugzetting in graad;6° ontslag van ambtswege;7° afzetting.»

Art. 35.Artikel IX 5 van hetzelfde statuut wordt vervangen als volgt : « Art. IX 5. § 1. De lagere inschaling bestaat in de toekenning van een lagere salarisschaal binnen dezelfde graad.

De ambtenaar neemt in de nieuwe salarisschaal rang in op de datum waarop de lagere salarisschaal uitwerking heeft.

De lagere inschaling mag er in geen geval toe leiden dat de betrokken ambtenaar een lager salaris geniet dan indien hij werd teruggezet in graad. § 2. De terugzetting in graad bestaat in de toekenning van een graad van een lagere rang die binnen hetzelfde niveau of binnen een lager niveau is ingedeeld.

De terugzetting in graad heeft tot gevolg dat de salarisschaal wordt toegekend die verbonden is aan de graad waarin de ambtenaar wordt teruggezet.

De ambtenaar neemt in de nieuwe graad rang in op de datum waarop de lagere graad uitwerking heeft. »

Art. 36.In artikel IX 14 van hetzelfde statuut worden de woorden " binnen twee werkdagen" vervangen door de woorden "binnen vijf werkdagen".

Art. 37.In artikel IX 28 van hetzelfde statuut worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, eerste lid worden na de woorden "elke tuchtstraf behalve de afzetting" de woorden " en het ontslag van ambtswege" toegevoegd;2° in § 2 worden de woorden « acht jaar voor de terugzetting in graad » vervangen door de woorden « acht jaar voor de lagere inschaling of de terugzetting in graad ».

Art. 38.In artikel XI 9, § 3 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt het laatste lid vervangen door wat volgt : « In uitzonderlijke gevallen kan de ambtenaar toestemming krijgen om vijf werkdagen over te dragen naar het volgende jaar. »

Art. 39.Artikel XI 45 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt vervangen door wat volgt : « Art. XI 45. Ziekteverlof of bevallingsverlof maakt geen einde aan de loopbaanonderbreking ».

Art. 40.In artikel XI 64 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden tussen de woorden « minister, staatssecretaris » en de woorden "of een lid van de regering van een gemeenschap of gewest" het woord « , regeringscommissaris » ingevoegd en worden tussen de woorden "de gouverneur of vice-gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad" en de woorden "of een Europees commissaris" de woorden "of een bestendig afgevaardigde, burgemeester, schepen, O.C.M.W.-voorzitter of voorzitter van een districtsraad," ingevoegd.

Art. 41.In Hoofdstuk 3 van Titel 8 van deel XI van hetzelfde statuut, bestaande uit artikel XI 75 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In het opschrift van Hoofdstuk 3 worden tussen de woorden « de Koning, » en de woorden « een Prins of een Prinses van België » de woorden « een Koningin, » ingevoegd;2° In artikel XI 75 van hetzelfde statuut, worden in § 1 en § 2 tussen de woorden "de Koning," en de woorden "een Prins of een Prinses" de woorden "een Koningin," ingevoegd.

Art. 42.In artikel XI 86, § 1 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 4 februari 2000 en 30 maart 2001, worden in 1° tussen het woord "huwelijk van de ambtenaar" en de woorden "4 werkdagen" de woorden "en het afleggen van een verklaring van wettelijke samenwoning door de ambtenaar" ingevoegd.

Art. 43.In artikel XI 87 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 2001 en 14 december 2001, wordt in 2° het derde lid vervangen als volgt : « Bovenop dit contingent krijgt de ambtenaar van de instelling die geslaagd is voor een vergelijkend aanwervingsexamen of een vergelijkend examen voor overgang naar een ander niveau ambtshalve verlof in zijn oude betrekking voor de duur van zijn stage in zijn nieuwe betrekking.

Art. 44.In artikel XI 88 van hetzelfde statuut wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 45.In artikel XI 89ter van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2001, wordt een derde lid toegevoegd dat luidt als volgt : « Het politiek verlof wordt naar keuze van de ambtenaar opgenomen in volledige of halve dagen. »

Art. 46.In artikel XII 2 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 2001 en 14 december 2001, wordt 4° vervangen als volgt : « 4° de ambtenaar die wordt ontslagen van ambtswege of die wordt afgezet. »

Art. 47.In artikel XII 5 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt § 2 opgeheven.

Art. 48.In artikel XIII 3, § 1 van hetzelfde statuut wordt de eerste zin vervangen als volgt : « Elke salarisschaal behoort tot een van de vier niveaus aangeduid met de letters A, B, C en D".

Art. 49.Artikel XIII 24, § 1 van hetzelfde statuut wordt vervangen door wat volgt : « § 1. Het maandsalaris is gelijk aan 1/12 van het jaarsalaris.

Wanneer de ambtenaar op een andere datum dan de eerste van een maand wordt bevorderd, wordt het salaris uitbetaald overeenkomstig artikel XIII 27. »

Art. 50.Artikel XIII 27, § 2 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt vervangen als volgt : « § 2. De ambtenaar met verlof voor deeltijdse prestaties, die de leeftijd van vijftig jaar heeft bereikt of de ambtenaar die ten minste twee kinderen ten laste heeft die niet de volle leeftijd van vijftien jaar bereikt hebben, ontvangt het salaris dat verschuldigd is voor verlof voor deeltijdse prestaties zoals bepaald in § 1, vermeerderd met het vijfde van het salaris dat overeenstemt met de ingevolge het verlof voor deeltijdse prestaties niet geleverde diensten. In geval van combinatie van verloven wordt voor de berekening van dit supplement alleen rekening gehouden met het verlof voor deeltijdse prestaties. »

Art. 51.In artikel XIII 35, § 2, 2° van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 2001 en 5 oktober 2001, worden volgende bepalingen geschrapt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 53.In artikel XIII 47 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt een 5° toegevoegd, dat luidt als volgt : " 5° de bevorderingspremie".

Art. 54.In artikel XIII 58quater van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, worden de woorden « en E » geschrapt.

Art. 55.In artikel XIII 65, 4° van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de woorden "15 000 frank voor vergelijkende examens of vergelijkende bekwaamheidsproeven die toegang verlenen tot een graad van niveau D" geschrapt.

Art. 56.Aan artikel XIII 75 van hetzelfde statuut wordt een 5°, 6° en 7° toegevoegd die luiden als volgt : « 5° afwezig was ingevolge een georganiseerde werkonderbreking 6° afwezig was wegens tuchtschorsing 7° afwezig was wegens schorsing in het belang van de dienst.»

Art. 57.In artikel XIII 109, § 2 van hetzelfde statuut, worden de woorden "beambte (E111)" vervangen door de woorden "assistent (D111)".

Art. 58.In artikel XIII 110quater van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1998, wordt een 3° ingevoegd dat luidt als volgt : « 3° Werkplaatsen die zich op minder dan 3 km van een halte van een openbaar vervoermiddel bevinden maar waar de frequentie van het openbaar vervoermiddel zo laag is dat de personeelsleden ook bij normale arbeidstijden geen gebruik kunnen maken van het gemeenschappelijk openbaar vervoer. Werkplaatsen met een glijdende arbeidstijdregeling zijn hiervan uitgesloten. »

Art. 59.Aan Titel 5bis , « Sociale Voordelen » van hetzelfde statuut wordt een hoofdstuk 4, bestaande uit artikel XIII 110undecies , toegevoegd, dat luidt als volgt : HOOFDSTUK 4. - Eurominikit Art. XIII 110undecies . Aan het personeelslid in dienst op 15 december 2001 wordt een eurominikit uitgereikt ter waarde van 500 frank (12,40 euro). »

Art. 60.In artikel XIII 114 van hetzelfde statuut wordt het woord "E," geschrapt.

Art. 61.In artikel XIV 2 van hetzelfde statuut, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder 2° wordt vervangen door wat volgt : « 2° ambtenaren te vervangen bij gehele of gedeeltelijke afwezigheid, ongeacht of ze in dienstactiviteit zijn of niet, wanneer de duur van die afwezigheid tot vervanging noopt »;2° een 4° wordt toegevoegd, die luidt als volgt : « 4° te voorzien in de uitvoering van hooggekwalificeerde taken ».

Art. 62.Artikel XIV 4 van hetzelfde statuut wordt opgeheven.

Art. 63.In artikel XIV 5, § 2 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 29 juni 1999 wordt 2° vervangen door wat volgt : « 2° De betrekkingen van het schoonmaakpersoneel en het cateringpersoneel;"

Art. 64.Aan deel XIV, titel 2, hoofdstuk 1, van hetzelfde statuut, wordt een afdeling 5 toegevoegd, die luidt als volgt : Afdeling 5. - Hooggekwalificeerde contractuele betrekkingen

Art. XIV 6bis . § 1. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, bepaalt in overleg met de functioneel bevoegde Vlaamse minister(s) het aantal, de duur en de soort van de betrekkingen waarin contractueel wordt in dienst genomen voor de uitoefening van hoog gekwalificeerde taken alsmede de aanwervingswijze en -voorwaarden voor deze betrekkingen, en de soort van arbeidsovereenkomst. § 2. De indienstneming in de hoog gekwalificeerde contractuele betrekkingen gebeurt door de Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken. »

Art. 65.In artikel XIV 12, eerste lid van hetzelfde statuut, worden na de woorden « XIV 5, § 2, 3° » de woorden « en het personeelslid bedoeld in artikel XIV 2, 4° » toegevoegd.

Art. 66.Artikel XIV 15 van hetzelfde statuut, opgeheven bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing : « Art. XIV 15. Het contractuele personeelslid met een hooggekwalificeerde betrekking zoals bedoeld in artikel XIV 2, 4° en een bezoldiging minstens gelijk aan A265 wordt beoordeeld door de functioneel bevoegde Vlaamse minister(s) »

Art. 67.Artikel XIV 20 van hetzelfde statuut wordt opgeheven.

Art. 68.Aan deel XIV, titel 3, hoofdstuk 2 van hetzelfde statuut, wordt een afdeling 12 toegevoegd, die luidt als volgt : « Afdeling 12. - Schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. » Art. XIV 42ter . Indien een contractueel personeelslid bij de diensten van de Vlaamse regering tijdelijk met een hoog gekwalificeerde functie zoals bedoeld in artikel XIV 2,4°, wordt belast, wordt de uitvoering van de bestaande arbeidsovereenkomst geschorst voor de periode waarin deze andere functie wordt uitgeoefend ».

Art. 69.In artikel XIV 43 van hetzelfde statuut wordt een § 3 toegevoegd die luidt als volgt : « § 3. De beëindiging van de arbeidsovereenkomst met een contractueel personeelslid dat een hooggekwalificeerde betrekking zoals bedoeld in artikel XIV 2,4° uitoefent met een bezoldiging minstens gelijk aan A265, gebeurt door de functioneel bevoegde Vlaamse minister(s) ».

Art. 70.Aan het artikel XIV 44 van hetzelfde statuut wordt na het eerste lid het volgende lid toegevoegd : « De bezoldiging van het contractuele personeelslid dat in het kader van de tijdelijke en uitzonderlijke personeelsbehoeften, bedoeld in artikel XIV 2, 1°, een betrekking uitoefent die niet vergelijkbaar is met andere statutaire en contractuele functies, en waarvan de bezoldiging niet in dit besluit is vastgelegd, wordt bij de indienstneming vastgesteld door de Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, in overleg met de functioneel bevoegde Vlaamse minister(s).

De bezoldiging van het contractuele personeelslid dat een hooggekwalificeerde betrekking zoals bedoeld in artikel XIV 2, 4° uitoefent, wordt bij de indienstneming vastgesteld door de Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, in overleg met de functioneel bevoegde Vlaamse minister(s) ».

Art. 71.In artikel XIV 44bis van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 29 juni 1999, worden de woorden « E121 » vervangen door de woorden « D121 ».

Art. 72.Artikel XIV 45 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2001 wordt vervangen door wat volgt : « Art. XIV 45. § 1. Het contractuele arbeiderspersoneel wordt uitbetaald op basis van een maandloon.

Het contractuele schoonmaak- en cateringpersoneel wordt bezoldigd overeenkomstig de salarisschaal D111. § 2. Onverminderd artikel XIV 47 wordt de vakantiewerker bezoldigd à rato van 80% van de salarisschaal D111 of van de salarisschaal C111 (hoofdmonitor kinderopvang). »

Art. 73.In artikel XIV 51 van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 oktober 1999 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001, wordt een § 3 toegevoegd die luidt als volgt : « § 3. In afwijking van § 2 wordt de functioneringstoelage aan het contractuele personeelslid met een hooggekwalificeerde betrekking zoals bedoeld in artikel XIV 2, 4°, en een bezoldiging minstens gelijk aan A265 toegekend door de functioneel bevoegde Vlaamse minister(s). »

Art. 74.Aan deel XIV, Titel 4 van hetzelfde statuut, wordt een artikel XIV 55 toegevoegd dat luidt als volgt : « Art. XIV 55. § 1. Het contractuele personeelslid, in dienst op 31 december 2001 in een betrekking met een salarisschaal van niveau E, en met een arbeidsovereenkomst die doorloopt op 1 januari 2002, wordt m.i.v. laatstvermelde datum tewerkgesteld in een contractuele betrekking met een salarisschaal van niveau D, overeenkomstig de tabel die als bijlage 1 bij dit besluit is gevoegd. § 2. In afwijking van § 1 gebeurt de tewerkstelling in een betrekking met een salarisschaal van niveau D, voor het contractuele personeelslid, in dienst op 31 december 2001 in een betrekking met een salarisschaal van niveau E, met een arbeidsovereenkomst die doorloopt op 1 januari 2002, en met een beoordeling « onvoldoende » over het beoordelingsjaar 2000, de eerste januari van het jaar volgend op de eerste gunstige beoordeling, voor zover de arbeidsovereenkomst op deze datum nog loopt. § 3. In afwijking van artikel XIV 4 kan een contractueel personeelslid met een betrekking met een salaris van niveau D, een ambtenaar of contractueel personeelslid vervangen, met een salarisschaal van niveau E. § 4. Het contractuele personeelslid dat op 31 december 2001 één van de hiernavermelde betrekkingen uitoefent met een arbeidsovereenkomst die doorloopt op 1 januari 2002, maar niet wordt tewerkgesteld in een betrekking met een salarisschaal van niveau D, wordt bezoldigd in de hiernavermelde salarisschaal : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 5. Het contractuele personeelslid dat wordt tewerkgesteld in een contractuele betrekking met een salarisschaal van niveau D, heeft steeds een bezoldiging die tenminste 620 euro hoger is dan het salaris in de salarisschaal die het onmiddellijk voorafgaand aan deze inschaling genoot.

Onder "bezoldiging" wordt in het eerste lid begrepen : het salaris in de betrekking met een salarisschaal van niveau D en de upgradingspremie samen.

De upgradingspremie bedraagt maximaal 620 euro (100 %)".

Art. 75.In bijlage 3 bij hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de woorden « Niveau E : Geen diploma of studiegetuigschrift vereist. » Geschrapt.

Art. 76.In bijlage 4 bij hetzelfde statuut, worden de woorden « Niveau E Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 77.In bijlage 5 bij hetzelfde statuut, worden de vermeldingen onder niveau E geschrapt.

Art. 78.In bijlage 9 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2001, wordt pagina 9-3 vervangen door pagina 9-3 die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd.

Art. 79.Dit besluit treedt in werking op de datum van de goedkeuring ervan, met uitzondering van de hierna vermelde artikelen die uitwerking hebben met ingang van de hierna vermelde datum : - artikelen 2, 5, 6, 7 3°, 9, 10, 12, 13, 14, 15, 17, 18, 19, 20, 22, 23, 26, 27, 28, 31, 32, 48, 51, 52, 54, 55, 57, 60, 63, 71, 72, 74, 75, 76, 77, 78 : 1 januari 2002 - artikel 40 : 1 maart 2001; - artikel 43 : 1 april 2001; - artikel 56 : 1 januari 2001; - artikel 59 : 15 december 2001; - artikelen 61, 64, 65, 66, 68, 69, 70, 73 : 9 januari 2001.

Art. 80.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 8 maart 2002.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, P. VAN GREMBERGEN

Bijlage 1 UPGRADING PERSONEEL NIVEAU E Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 8 maart 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel, wat betreft de upgrading van niveau E naar D, het verlof voor opdracht en andere dringende bepalingen.

De minister-president van de Vlaamse regering P. DEWAEL De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid P. VAN GREMBERGEN Bijlage 2 Vlaamse wetenschappelijke instellingen Tabel van de salarisschalen B114 cfr. B211 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 8 maart 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel, wat betreft de upgrading van niveau E naar D, het verlof voor opdracht en andere dringende bepalingen De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, P. VAN GREMBERGEN

^