Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 11 december 2015
gepubliceerd op 30 december 2015

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse artikelen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot opheffing van diverse ministeriële besluiten

bron
vlaamse overheid
numac
2015036619
pub.
30/12/2015
prom.
11/12/2015
ELI
eli/besluit/2015/12/11/2015036619/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 DECEMBER 2015. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse artikelen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot opheffing van diverse ministeriële besluiten


De Vlaamse Regering, Gelet op verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad, gewijzigd bij verordening (EU) nr. 1310/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013;

Gelet op verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad, het laatst gewijzigd bij gedelegeerde verordening (EU) 2015/851 van de Commissie van 27 maart 2015;

Gelet op gedelegeerde verordening (EU) nr. 639/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot wijziging van bijlage X bij die verordening, gewijzigd bij gedelegeerde verordening (EU) 2015/1383 van de Commissie van 28 mei 2015;

Gelet op het decreet van 28 juni 2013Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/06/2013 pub. 12/09/2013 numac 2013204905 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het landbouw- en visserijbeleid sluiten betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, 1° ;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid;

Gelet op het ministerieel besluit van 7 december 2010Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 07/12/2010 pub. 12/01/2011 numac 2010036034 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor noten en voor zaaizaden van vezelvlas en spelt in de bedrijfstoeslag sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor noten en voor zaaizaden van vezelvlas en spelt in de bedrijfstoeslag;

Gelet op het ministerieel besluit van 10 april 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 10/04/2012 pub. 11/06/2012 numac 2012035575 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor eiwithoudende gewassen in de bedrijfstoeslag sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor eiwithoudende gewassen in de bedrijfstoeslag;

Gelet op het ministerieel besluit van 13 april 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 13/04/2012 pub. 10/05/2012 numac 2012035493 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de slachtpremie kalveren in de bedrijfstoeslag sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de slachtpremie kalveren in de bedrijfstoeslag;

Gelet op het ministerieel besluit van 27 april 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 27/04/2012 pub. 07/12/2012 numac 2012206871 bron waalse overheidsdienst Ministerieel besluit houdende overdracht van kredieten tussen programma 31 van organisatieafdeling 16 en programma 01 van organisatieafdeling 32 van de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type ministerieel besluit prom. 27/04/2012 pub. 23/05/2012 numac 2012031267 bron brussels hoofdstedelijk gewest Ministerieel besluit betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de verwerkingssteun voor vezelvlas en -hennep in de bedrijfstoeslag;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 juni 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 25/06/2012 pub. 16/07/2012 numac 2012203959 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende regeling van specifieke steunmaatregelen die een meerwaarde opleveren voor het landbouwmilieu ter uitvoering van artikel 2decies tot en met 2duodecies van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden sluiten houdende regeling van specifieke steunmaatregelen die een meerwaarde opleveren voor het landbouwmilieu ter uitvoering van artikel 2decies tot en met 2duodecies van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 oktober 2015;

Gelet op advies 57.823/1/V van de Raad van State, gegeven op 18 augustus 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op advies 58.423/3 van de Raad van State, gegeven op 4 december 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt een punt 13° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "13° /1 hoofdteelt: de teelt die op 31 mei van het kalenderjaar op het perceel aanwezig is. Als op die datum geen teelt, een grasachtige voorteelt of een gewas dat uitsluitend als groenbedekker bestemd is en nog niet vernietigd is, aanwezig is op het perceel, dan is de hoofdteelt de eerstvolgende teelt die op het perceel wordt ingezaaid;".

Art. 2.Aan artikel 9 van hetzelfde besluit wordt een zin toegevoegd, die luidt als volgt: "Landbouwers die in 2013 geen recht hadden op rechtstreekse betalingen, maar in dat jaar groenten, fruit, consumptieaardappelen, pootaardappelen, siergewassen of wijn verbouwden, kunnen conform artikel 24, lid 1, derde alinea, a, i), van verordening (EU) nr. 1307/2013 ook betalingsrechten ontvangen.".

Art. 3.In artikel 37, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° een derde en vierde lid worden toegevoegd, die luiden als volgt: "De minister baseert zich voor de aanwijzing, vermeld in het eerste en tweede lid, op: 1° de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en in voorkomend geval op de bevindingen van de verificatiecommissie, vermeld in paragraaf 2/1, vijfde lid, in het kader van de biologische waardering van areaal. De minister legt de criteria voor de aanwijzing op algemene wijze vast."; 2° aan het derde lid, ingevoegd bij punt 1°, wordt een punt 2° toegevoegd, dat luidt als volgt: "2° de historische permanente graslanden, definitief vastgesteld bij artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 29/12/2015 numac 2015036604 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende definitieve vaststelling van de kaarten van de historisch permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders en houdende vaststelling van bijhorende beschermingsbepalingen type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 23/02/2016 numac 2016035143 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning sluiten houdende de definitieve vaststelling van de kaarten van de historische permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders en houdende vaststelling van bijhorende beschermingsbepalingen en in voorkomend geval op de bevindingen van de verificatiecommissie, vermeld in paragraaf 2/1, zesde lid, in het kader van de biologische waardering van areaal.". 3° er wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, die luidt als volgt: " § 2/1.De landbouwer wordt via de verzamelaanvraag op de hoogte gebracht van de arealen die als ecologisch kwetsbaar blijvend grasland zijn aangeduid.

Als de landbouwer niet akkoord gaat met de aanduiding als ecologisch kwetsbaar blijvend grasland van een areaal, kan hij eenmalig een aanvraag tot correctie indienen. De correctie wordt aangevraagd uiterlijk op de uiterste indieningsdatum van de verzamelaanvraag van het jaar van de aanwijzing.

In afwijking van het tweede lid, is een aanvraag tot correctie niet mogelijk voor arealen die definitief zijn vastgesteld bij artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 29/12/2015 numac 2015036604 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende definitieve vaststelling van de kaarten van de historisch permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders en houdende vaststelling van bijhorende beschermingsbepalingen type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 23/02/2016 numac 2016035143 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning sluiten houdende de definitieve vaststelling van de kaarten van de historische permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders en houdende vaststelling van bijhorende beschermingsbepalingen, en beschermd zijn op basis van artikel 7 en 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/10/1997 pub. 10/01/1998 numac 1997036441 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu sluiten betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.

Voor arealen die definitief zijn vastgesteld bij artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 29/12/2015 numac 2015036604 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende definitieve vaststelling van de kaarten van de historisch permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders en houdende vaststelling van bijhorende beschermingsbepalingen type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 23/02/2016 numac 2016035143 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning sluiten houdende de definitieve vaststelling van de kaarten van de historische permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders en houdende vaststelling van bijhorende beschermingsbepalingen, maar niet beschermd zijn op basis van artikelen 7 en 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/10/1997 pub. 10/01/1998 numac 1997036441 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu sluiten betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, kan een aanvraag tot correctie als vermeld in het tweede lid enkel betrekking hebben op de aanwezigheid van microreliëf op het betrokken areaal en voor zover die aanwezigheid van microreliëf niet werd betwist tijdens het openbaar onderzoek dat werd gehouden overeenkomstig artikel 9bis, § 3, van het decreet van 21 oktober 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/10/1997 pub. 10/01/1998 numac 1997036441 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu sluiten betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.

Als de aanvraag tot correctie betrekking heeft op de juistheid en nauwkeurigheid van de biologische waardering van het areaal, zoals die is opgenomen in de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, of betrekking heeft op de aanwezigheid van microreliëf op arealen als vermeld in het vierde lid, wordt de bevoegde entiteit bij de behandeling van die aanvraag bijgestaan door een verificatiecommissie.

De verificatiecommissie, vermeld in artikel 9bis, § 6, van het decreet van 21 oktober 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/10/1997 pub. 10/01/1998 numac 1997036441 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu sluiten betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, en ingesteld bij artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2014 houdende de voorlopige vaststelling van de historisch permanente graslanden in de landbouwstreek de Polders, krijgt als bijkomende opdracht de advisering van de bevoegde entiteit bij de behandeling van aanvragen tot correctie conform het vijfde lid.

Onverminderd de opdrachten die de verificatiecommissie vervult ter uitvoering van artikel 9bis, § 1, van het decreet van 21 oktober 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/10/1997 pub. 10/01/1998 numac 1997036441 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu sluiten betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, blijft de verificatiecommissie ten minste opgericht voor de volledige duur van de opdracht, vermeld in het vijfde lid.

De bevoegde entiteit bezorgt de aanvragen tot correctie, vermeld in het vierde lid, aan de verificatiecommissie. De verificatiecommissie brengt uiterlijk op 1 november van het jaar waarin de aanvraag tot correctie is ingediend, een gemotiveerd advies uit over de juistheid en nauwkeurigheid van de biologische waardering. Het advies van de verificatiecommissie is bindend voor de bevoegde entiteit.

De bevoegde entiteit brengt de landbouwer in kwestie uiterlijk op 30 november van het jaar waarin de aanvraag tot correctie werd ingediend op de hoogte van de beslissing. Bij de kennisgeving van de beslissing is in voorkomend geval een kopie gevoegd van het advies van de verificatiecommissie.

De minister kan: 1° bijkomende procedurele bepalingen vastleggen voor de indiening van een aanvraag tot correctie;2° voor de opdracht, vermeld in het tweede lid: a) de samenstelling van de verificatiecommissie wijzigen; b) nadere regels opleggen voor de werking van de verificatiecommissie.".

Art. 4.In hoofdstuk 4, afdeling 2, van hetzelfde besluit, wordt het opschrift "Onderafdeling 1. Definities" opgeheven.

Art. 5.In artikel 48 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het tweede lid wordt de zin "Als de premierechten in een campagne niet of onvoldoende worden benut, vervallen de niet benutte premierechten aan de zoogkoeienreserve." opgeheven; 2° tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "Als een veehouder de premierechten waarover hij beschikt in een campagne, onder een minimumpercentage benut, verliest de veehouder het geheel of een deel van zijn premierechten en vervallen die premierechten aan de zoogkoeienreserve."; 3° in het derde lid, dat het vierde lid wordt, worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) tussen de woorden "van de premierechten" en de woorden "en de nadere regels van overdrachten" wordt de zinsnede ", het gedeelte van premierechten dat aan de zoogkoeienreserve vervalt door onderbenutting en de gevallen waarin het geheel van de premierechten door onderbenutting vervalt aan de zoogkoeienreserve, conform het derde lid," ingevoegd;b) tussen de woorden "van de overdrachten van premierechten" en de zinsnede ", rekening houdend met de doelstellingen" wordt de zinsnede "met inbegrip van het percentage, vermeld in artikel 48, tweede lid" ingevoegd.

Art. 6.In artikel 49 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° tussen het woord "eerste" en het woord "lid" worden de woorden "en tweede" ingevoegd;2° de zinsnede "artikel 47, tweede lid" wordt vervangen door de zinsnede "artikel 47, derde lid";3° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Een veehouder verliest de aan hem toegekende premierechten voor deelname aan de premieregeling als aan de start van een campagnejaar het individuele maximum van de veehouder in kwestie minder dan twintig premierechten bedraagt.De minister kan bepalen dat een landbouwer die rechten heeft verkregen uit de zoogkoeienreserve, waarbij een procentuele vermindering is toegepast waardoor de toegekende premierechten minder dan twintig bedragen, toch premierechten toegekend krijgt.".

Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 49/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 49/1.Aan een veehouder worden geen premies uitbetaald als het aantal benutte premierechten in het campagnejaar waarop de uitbetaling betrekking heeft, lager is dan het minimumaantal premierechten dat benut moet worden.

Het minimumaantal premierechten dat benut moet worden, wordt verkregen door het minimumpercentage, vermeld in artikel 48, derde lid, toe te passen op twintig premierechten. Als na de berekening geen geheel getal wordt verkregen, wordt het resultaat afgerond op het eerstvolgende geheel getal.".

Art. 8.In artikel 54 van hetzelfde besluit wordt na de woorden "eerste lid" de zinsnede ", en bepaalt de nadere regels voor de toekenning van de premie bij de overname van een vleeskalverhouderij" toegevoegd.

Art. 9.In artikel 59 van hetzelfde besluit worden paragraaf 2 en 3 vervangen door wat volgt: " § 2. Op percelen met een zeer hoge erosiegevoeligheid is de landbouwer verplicht erosiebestrijdingsmaatregelen als vermeld in bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd, toe te passen. De toe te passen erosiebestrijdingsmaatregelen op een dergelijk perceel variëren naargelang van de verbouwde teelt. § 3. Op percelen met een hoge erosiegevoeligheid is de landbouwer verplicht om erosiebestrijdingsmaatregelen als vermeld in bijlage 3, die bij dit besluit is gevoegd, toe te passen. De toe te passen erosiebestrijdingsmaatregelen op een dergelijk perceel variëren naargelang van de verbouwde teelt.".

Art. 10.Bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 11.Bijlage 3 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 12.De volgende regelingen worden opgeheven: 1° het ministerieel besluit van 7 december 2010Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 07/12/2010 pub. 12/01/2011 numac 2010036034 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor noten en voor zaaizaden van vezelvlas en spelt in de bedrijfstoeslag sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor noten en voor zaaizaden van vezelvlas en spelt in de bedrijfstoeslag;2° het ministerieel besluit van 10 april 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 10/04/2012 pub. 11/06/2012 numac 2012035575 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor eiwithoudende gewassen in de bedrijfstoeslag sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de steun voor eiwithoudende gewassen in de bedrijfstoeslag;3° het ministerieel besluit van 13 april 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 13/04/2012 pub. 10/05/2012 numac 2012035493 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de slachtpremie kalveren in de bedrijfstoeslag sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de slachtpremie kalveren in de bedrijfstoeslag;4° het ministerieel besluit van 27 april 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 27/04/2012 pub. 07/12/2012 numac 2012206871 bron waalse overheidsdienst Ministerieel besluit houdende overdracht van kredieten tussen programma 31 van organisatieafdeling 16 en programma 01 van organisatieafdeling 32 van de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type ministerieel besluit prom. 27/04/2012 pub. 23/05/2012 numac 2012031267 bron brussels hoofdstedelijk gewest Ministerieel besluit betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen sluiten betreffende de bepaling en de herziening van de referentiegegevens bij integratie van de verwerkingssteun voor vezelvlas en -hennep in de bedrijfstoeslag;5° het ministerieel besluit van 25 juni 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 25/06/2012 pub. 16/07/2012 numac 2012203959 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende regeling van specifieke steunmaatregelen die een meerwaarde opleveren voor het landbouwmilieu ter uitvoering van artikel 2decies tot en met 2duodecies van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden sluiten houdende regeling van specifieke steunmaatregelen die een meerwaarde opleveren voor het landbouwmilieu ter uitvoering van artikel 2decies tot en met 2duodecies van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 28 februari 2013 en 26 mei 2014.

Art. 13.De besluiten, vermeld in artikel 12 blijven van toepassing op steunaanvragen en betalingsaanvragen die betrekking hebben op de campagnes die voorafgaan aan 1 januari 2015.

Art. 14.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2015, met uitzondering van artikel 3, 2°, artikel 9, 10 en 11, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2016.

Art. 15.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 11 december 2015.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE

Bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 tot wijziging van diverse artikelen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot opheffing van diverse ministeriële besluiten Bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid Bijlage 2. - Erosiebestrijdingsmaatregelen als vermeld in artikel 59, § 2 1. In deze bijlage wordt verstaan onder: 1° basispakket: a) als de teelt geoogst wordt vóór 15 oktober, minstens één van de volgende maatregelen: i) het inzaaien van een groenbedekker voor 1 december; ii) het inzaaien van een andere teelt voor 1 december; b) als de teelt geoogst wordt na 15 oktober, minstens één van de volgende maatregelen: i) het inzaaien van een groenbedekker voor 1 december; ii) de bodem niet-kerend bewerken voor 1 december; iii) het inzaaien van een andere teelt voor 1 december; iv) het behouden van een bodembedekking door oogstresten bij korrelmais, spruiten en andere koolsoorten tot de inzaai van de volgende teelt; v) het toepassen van wintervoorploegen (`winterlabeur') voor percelen met een klei- of leembodem;c) als de teelt niet geoogst is op 1 december, minstens één van de volgende maatregelen: i) het behouden van de teelt of van de teeltresten tot de inzaai van de volgende teelt; ii) het toepassen van wintervoorploegen (`winterlabeur') voor percelen met een klei- of leembodem; 2° keuzepakket bufferstrook voor percelen met een zeer hoge erosiegevoeligheid: minstens één van de volgende maatregelen: a) het hebben of aanleggen van een grasbufferstrook van minstens 9 meter breed bij een perceel met een uniforme helling, in samenwerking met een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator;b) het hebben of aanleggen van een grasgang van minstens 12 meter breed bij een perceel met een sonk of een droge vallei, in samenwerking met een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator;c) het hebben of aanleggen van een graszone bij een perceel met een complexe topografie, in samenwerking met een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator;d) het hebben of aanleggen van een dam uit plantaardige materialen bij een perceel met een complexe topografie, eventueel in combinatie met een grasbufferstrook, in samenwerking met een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator;3° keuzepakket teelttechnische maatregelen voor percelen met een zeer hoge erosiegevoeligheid: minstens één van de volgende maatregelen uitvoeren: a) niet kerende bodembewerking toepassen voor de inzaai van de teelt;b) directe inzaai toepassen;c) strip-till toepassen bij de inzaai van de teelt;d) het aanleggen van drempeltjes bij niet-biologische aardappelen.Bij biologische aardappelteelt is schoffelen en wieden toegelaten als alternatief voor drempeltjes; e) het aanleggen van drempeltjes of toepassen van een diepe tandbewerking bij andere ruggenteelten dan aardappelen;4° keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken: minstens één van de volgende maatregelen uitvoeren: a) het hebben of aanleggen van een bufferende aarden dam met een erosiepoel, eventueel met geleidende aarden dam;b) het hebben of aanleggen van een bufferbekken, eventueel met geleidende aarden dam; De maatregelen zijn gebonden aan de volgende voorwaarden: a) de aanleg van de structurele erosiebestrijdingswerken voldoet aan de code goede praktijk voor erosiebestrijdingswerken en gebeurt verplicht onder coördinatie van een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator.De aanleg van de maatregel moet goedgekeurd worden door de overheid of uitgevoerd worden in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 mei 2009 betreffende de erosiebestrijding, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2010, hierna het erosiebesluit genoemd; b) eerder aangelegde structurele erosiebestrijdingswerken komen in aanmerking nadat deze zijn goedgekeurd door de overheid of aangelegd werden in het kader van het erosiebesluit;c) de maatregel moet op een akkerbouwperceel, dat de landbouwer zelf gebruikt, aanwezig zijn.Maatregelen aanwezig op een openbaar domein komen niet in aanmerking; d) enkel het perceel waarop de maatregel is aangelegd voldoet aan het pakket structurele erosiebestrijdingswerken.Andere percelen waarvan water en sediment in de buffervoorziening terecht komt, voldoen niet aan het pakket structurele erosiebestrijdingswerken; 5° directe inzaai: het direct inzaaien in een voldoende bodembedekking.Om gunstige zaaicondities te creëren wordt bij directe inzaai toegestaan dat de bodem, vóór de insnijding van de zaaikouters, wordt geopend en verkruimeld. Concreet gaat het om schijven of een combinatie van schijven en tanden die werkzaam zijn in dezelfde lijn als de zaaikouter en met een werkbreedte per schijf van maximaal 3 cm; 6° strip-till: de techniek waarbij de teelt ingezaaid wordt op een strook bewerkte grond van maximaal 30 cm breed, terwijl de rest van het veld onbewerkt blijft en een voldoende bodembedekking heeft;7° drempeltjes: aanaardingen aangebracht dwars tussen de ruggen met een aangepaste machine.2. Afhankelijk van de teeltcategorie zijn de volgende maatregelen verplicht: 1° teelten die het jaar rond een volledige bedekking van de bodem bieden: a) het omzetten van blijvend grasland naar akkerland is verboden, met uitzondering van blijvend grasland aangelegd ter uitvoering van een beheersovereenkomst of een overeenkomst gesloten in het kader van het erosiebesluit;2° teelten ingezaaid vóór 1 januari: a) een maatregel toepassen uit het basispakket b) een maatregel toepassen uit ofwel het keuzepakket bufferstroken, ofwel het keuzepakket teelttechnische maatregelen, ofwel het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken;3° teelten ingezaaid na 1 januari: a) een maatregel toepassen uit het basispakket b) een maatregel toepassen zowel uit het keuzepakket bufferstroken als uit het keuzepakket teelttechnische maatregelen, ofwel een maatregel uit het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken;4° meerjarige teelten: er voor zorgen dat de bodem voor minstens 80 % bedekt is door de combinatie van enerzijds de teelt zelf en anderzijds gras of een andere waterdoorlatende bodembedekking tussen de rijen, ofwel een maatregel toepassen uit het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken. Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 tot wijziging van diverse artikelen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot opheffing van diverse ministeriële besluiten.

Brussel, 11 december 2015.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE

Bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 tot wijziging van diverse artikelen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot opheffing van diverse ministeriële besluiten Bijlage 3 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid Bijlage 3. - Erosiebestrijdingsmaatregelen als vermeld in artikel 59, § 3 1. In deze bijlage wordt verstaan onder: 1° basispakket: a) als de teelt geoogst wordt vóór 15 oktober, minstens één van de volgende maatregelen: i) het inzaaien van een groenbedekker voor 1 december; ii) het inzaaien van een andere teelt voor 1 december; b) als de teelt geoogst wordt na 15 oktober, minstens één van de volgende maatregelen: i) het inzaaien van een groenbedekker voor 1 december; ii) de bodem niet-kerend bewerken voor 1 december; iii) het inzaaien van een andere teelt voor 1 december; iv) het behouden van een bodembedekking door oogstresten bij korrelmais, spruiten en andere koolsoorten tot de inzaai van de volgende teelt; v) het toepassen van wintervoorploegen (`winterlabeur') voor percelen met een klei- of leembodem;c) als de teelt niet geoogst is op 1 december, minstens één van de volgende maatregelen: i) het behouden van de teelt of de teeltresten tot de inzaai van de volgende teelt; ii) het toepassen van wintervoorploegen (`winterlabeur') voor percelen met een klei- of leembodem; 2° keuzepakket bufferstrook voor percelen met een hoge erosiegevoeligheid: minstens één van de volgende maatregelen: a) het hebben of aanleggen van een grasbufferstrook van minstens 9 meter breed bij een perceel met een uniforme helling;b) het hebben of aanleggen van een grasgang van minstens 12 meter breed bij een perceel met een sonk of een droge vallei;c) het hebben of aanleggen van een graszone bij een perceel met een complexe topografie, in samenwerking met een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator;d) het hebben of aanleggen van een dam uit plantaardige materialen bij een perceel met een complexe topografie, eventueel in combinatie met een grasbufferstrook, in samenwerking met een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator;3° keuzepakket teelttechnische maatregelen voor percelen met een hoge erosiegevoeligheid: minstens één van de volgende maatregelen uitvoeren: a) niet kerende bodembewerking toepassen voor de inzaai van de teelt;b) directe inzaai toepassen;c) strip-till toepassen bij de inzaai van de teelt;d) zaaien volgens de hoogtelijnen bij andere dan ruggenteelten;e) het aanleggen van drempeltjes bij niet-biologische aardappelen.Bij biologische aardappelteelt is schoffelen en wieden toegelaten als alternatief voor drempeltjes; f) het aanleggen van drempeltjes of uitvoeren van een diepe tandbewerking bij andere ruggenteelten dan aardappelen;g) de kopakkers inzaaien met gras in de groeifase van de teelt.4° keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken: minstens één van de volgende maatregelen uitvoeren: a) het hebben of aanleggen van een bufferende aarden dam met een erosiepoel, eventueel met geleidende aarden dam;b) het hebben of aanleggen van een bufferbekken, eventueel met geleidende aarden dam; De maatregelen zijn gebonden aan de volgende voorwaarden: a) de aanleg van de structurele erosiebestrijdingswerken voldoet aan de code goede praktijk voor erosiebestrijdingswerken en gebeurt verplicht onder coördinatie van een bedrijfsplanner of een erosiecoördinator.De aanleg van de maatregel moet goedgekeurd worden door de overheid of uitgevoerd worden in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 mei 2009 betreffende de erosiebestrijding, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2010, hierna het erosiebesluit genoemd; b) eerder aangelegde structurele erosiebestrijdingswerken komen in aanmerking nadat deze zijn goedgekeurd door de overheid of aangelegd werden in het kader van het erosiebesluit;c) de maatregel moet op een akkerbouwperceel dat de landbouwer zelf gebruikt aanwezig zijn.Maatregelen aanwezig op een openbaar domein komen niet in aanmerking; d) enkel het perceel waarop de maatregel is aangelegd voldoet aan het pakket structurele erosiebestrijdingswerken.Andere percelen waarvan water en sediment in de buffervoorziening terecht komt, voldoen niet aan het pakket structurele erosiebestrijdingswerken; 5° directe inzaai: het direct inzaaien in een voldoende bodembedekking.Om gunstige zaaicondities te creëren wordt bij directe inzaai toegestaan dat de bodem, vóór de insnijding van de zaaikouters, wordt geopend en verkruimeld. Concreet gaat het om schijven of een combinatie van schijven en tanden die werkzaam zijn in dezelfde lijn als de zaaikouter en met een werkbreedte per schijf van maximaal 3 cm; 6° strip-till: de techniek waarbij de teelt ingezaaid wordt op een strook bewerkte grond van maximaal 30 cm breed, terwijl de rest van het veld onbewerkt blijft en een voldoende bodembedekking heeft;7° drempeltjes: aanaardingen aangebracht dwars tussen de ruggen met een aangepaste machine.2. Afhankelijk van de teeltcategorie zijn de volgende maatregelen verplicht: 1° teelten ingezaaid vóór 1 januari: ofwel een maatregel toepassen onder a) ofwel onder b) a) een maatregel toepassen uit het basispakket;b) minstens één maatregel toepassen uit een van de volgende keuzepakketten: i) het keuzepakket bufferstroken; ii) het keuzepakket teeltechnische maatregelen; iii) het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken; 2° teelten ingezaaid na 1 januari: a) een maatregel toepassen uit het basispakket;b) een maatregel toepassen uit ofwel het keuzepakket bufferstroken, ofwel het keuzepakket teelttechnische maatregelen, ofwel het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken.Indien een maatregel uit het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken wordt toegepast, is het toepassen van een maatregel onder a) niet verplicht; 3° meerjarige teelten: ofwel een maatregel toepassen van a) ofwel van b): a) er voor zorgen dat de bodem voor minstens 80 % bedekt is door de combinatie van enerzijds de teelt zelf en anderzijds gras of een andere waterdoorlatende bodembedekking tussen de rijen;b) minstens één maatregel toepassen uit ofwel het keuzepakket bufferstroken ofwel het keuzepakket structurele erosiebestrijdingswerken. Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 tot wijziging van diverse artikelen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/10/2014 pub. 08/12/2014 numac 2014036845 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot opheffing van diverse ministeriële besluiten.

Brussel, 11 december 2015.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE

^