Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 12 december 2008
gepubliceerd op 20 februari 2009

Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de regels voor het beheer van de DAB ICT en tot regeling van de bevoegdheden van en de delegatie aan de ICT-manager

bron
vlaamse overheid
numac
2009200620
pub.
20/02/2009
prom.
12/12/2008
ELI
eli/besluit/2008/12/12/2009200620/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 DECEMBER 2008. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de regels voor het beheer van de DAB ICT en tot regeling van de bevoegdheden van en de delegatie aan de ICT-manager


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, en bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur en tot aanvulling van de kieswetgeving met betrekking tot de Gewesten en de Gemeenschappen;

Gelet op de wetten betreffende de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 140;

Gelet op het decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007, inzonderheid op artikel 79;

Overwegende dat de taken van beleidsondersteuning en beleidsuitvoering respectievelijk toevertrouwd worden aan de departementen en de verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse administratie;

Overwegende dat de taken van beleidsuitvoering die niet aan verzelfstandigde agentschappen worden toevertrouwd, vervuld worden door de departementen;

Overwegende dat de ICT-manager houder is van een managementfunctie van niveau N, en dat het in overeenstemming is met de zwaarte van zijn functie om hem voor de entiteit waarover hij de leiding heeft, de bevoegdheden en delegaties toe te kennen die toegewezen zijn aan de hoofden van departementen;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor de begroting, gegeven op 15 juli 2008;

Gelet op het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State, nummer 45.021/1/V, gegeven op 15 september 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid en van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit besluit regelt het beheer van de Dienst met Afzonderlijk Beheer ICT, hierna de DAB ICT te noemen.

Dit besluit regelt tevens de bevoegdheden en de delegaties die toegekend worden aan de ICT-manager als hoofd van de entiteit ICT-Beleid met een managementfunctie van niveau N.

Art. 2.Binnen de organisatiestructuur van de Vlaamse administratie valt de DAB ICT samen met de entiteit ICT-Beleid die binnen het beleidsdomein Bestuurszaken belast is met de beleidsondersteuning en de beleidsuitvoering met betrekking tot het beleidsveld ICT, vermeld in artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 03/06/2005 pub. 22/09/2005 numac 2005036144 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie sluiten met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie.

Art. 3.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het Vlaams personeelsstatuut, afgekort VPS : het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid, met inbegrip van de wijzigingen die daaraan werden aangebracht en eventueel nog aangebracht zullen worden;2° de minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het beleid inzake informatie- en communicatietechnologie in de diensten van de Vlaamse Regering en de instellingen en rechtspersonen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest;3° de ICT-manager : het hoofd van de entiteit ICT-Beleid, aangesteld in een managementfunctie van N-niveau krachtens : a) het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 23/12/2005 pub. 09/02/2006 numac 2006035125 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering houdende aanstelling van de houders van de management- en projectleiderfuncties van N-niveau door herplaatsing bij de diensten van de Vlaamse overheid sluiten houdende aanstelling van de houders van de management- en projectleidersfuncties van N-niveau door herplaatsing bij de diensten van de Vlaamse overheid;b) artikel V 1 van het VPS. Voor de toepassing van het VPS wordt : 1) de entiteit ICT-Beleid beschouwd als een entiteit als vermeld in artikel I 2, 3°, van het VPS;2) de ICT-manager beschouwd als een lijnmanager als vermeld in artikel I 2, 10°, van het VPS. HOOFDSTUK II. - Bepalingen inzake het beheer van de DAB ICT en de organisatie, het management en de werking van de entiteit ICT-Beleid

Art. 4.De ICT-manager, of zijn plaatsvervanger, wordt aangesteld als beheerder en gedelegeerd ordonnateur van de DAB ICT. De ICT-manager is daarbij bevoegd voor : 1° de aanwending van de kredieten die ingeschreven zijn op de begroting van de DAB ICT;2° de aanwending van de wedde-, werkings-, subsidie- en investeringskredieten voor de DAB ICT of de entiteit ICT-Beleid als die nog niet opgenomen zijn in de eigen begroting van de DAB ICT, en ingeschreven zijn in de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap;3° de aanstelling van de rekenplichtige die belast is met de financiële verrichtingen van de DAB ICT. De beslissing met betrekking tot de dagvaarding van de rekenplichtigen van de DAB ICT voor het Rekenhof wordt genomen door de minister. Die beslissing kan niet gedelegeerd worden.

Art. 5.Met betrekking tot het beheer van de DAB ICT en de organisatie, het management en de werking van de entiteit ICT-Beleid worden alle delegaties van beslissingsbevoegdheden die opgenomen zijn in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 10/10/2003 pub. 02/12/2003 numac 2003202017 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries type besluit van de vlaamse regering prom. 10/10/2003 pub. 01/12/2003 numac 2003202028 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de intern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid sluiten tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries, uitgeoefend door de ICT-manager. De ICT-manager oefent die beslissingsbevoegdheden uit in overeenstemming met de bepalingen van het voormelde besluit.

Voor de toepassing van het besluit, vermeld in het eerste lid, met betrekking tot de entiteit ICT-Beleid wordt verstaan onder : 1° minister : de minister vermeld in artikel 3, 2°;2° hoofd van een departement : de ICT-manager;3° departement : de entiteit ICT-Beleid.

Art. 6.§ 1. Met betrekking tot de personeelsleden van de entiteit ICT-Beleid worden alle bevoegdheden die krachtens het VPS toekomen aan de lijnmanager, uitgeoefend door de ICT-manager.

Voor de toepassing van het VPS op de personeelsleden van de entiteit ICT-Beleid geldt dat : 1° de entiteit ICT-Beleid beschouwd wordt als een entiteit als vermeld in artikel I 2, 3°, van het VPS;2° de ICT-manager optreedt als lijnmanager voor de entiteit ICT-beleid als vermeld in artikel I 2, 10°, van het VPS;3° de ICT-manager optreedt als benoemende overheid als vermeld in artikel I 2, 11°, van het VPS;4° de ICT-manager optreedt als indienstnemende overheid voor het contractuele personeelslid als vermeld in artikel I 2, 12°, van het VPS;5° de ICT-manager optreedt als hoofd van het beleidsveld ICT als vermeld in artikel VI 71 van het VPS. § 2. De ICT-manager bepaalt voor de IT-mandaten vermeld in artikel VI 68, § 1, van het VPS, het percentage van de prestatietoelage, vermeld in deel VII, titel 2, hoofdstuk 2, afdeling 8 van het VPS. § 3. In afwijking van artikel I 8 van het VPS richt de ICT-manager het managementorgaan van de entiteit ICT-Beleid op.

Art. 7.Voor de functie van ICT-manager wordt een plaatsvervanger in de volgende gevallen aangewezen : 1° bij tijdelijke afwezigheid of verhindering van de ICT-manager.De aanwijzing van de plaatsvervanger gebeurt in dat geval : a) ofwel door de ICT-manager;b) ofwel, in geval van onvermogen van de ICT-manager, door de minister;2° bij verlof voor opdracht van de ICT-manager.De aanwijzing van de plaatsvervanger die voor de duur van het toegestane verlof belast wordt met de waarneming van de functie van ICT-manager, gebeurt in dat geval door de minister; 3° bij vacantverklaring van de functie van ICT-manager.De aanwijzing van de plaatsvervanger die voor de duur van de selectieprocedure belast wordt met de waarneming van de functie van ICT-manager, gebeurt in dat geval door de minister.

In geval van tijdelijke afwezigheid van de ICT-manager plaatst de plaatsvervanger, boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de formule "voor de ICT-manager, afwezig".

In geval van waarneming van de functie tekent de plaatsvervanger, naast de vermelding van zijn graad en handtekening, met de formule "ICT-manager a.i.". HOOFDSTUK III. - Bepalingen inzake de begroting

Art. 8.De DAB ICT maakt jaarlijks een begroting op van alle ontvangsten en uitgaven.

Een begrotingsjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december van hetzelfde jaar.

Art. 9.Met de jaarlijkse begroting en de aanpassingen eraan : 1° worden de beschikbare middelen en de uitgaven voor het betreffende jaar geraamd;2° wordt machtiging verleend om ontvangsten en uitgaven te realiseren overeenkomstig de wetten, decreten en besluiten die van kracht zijn.

Art. 10.§ 1. De jaarlijkse begroting wordt onderverdeeld in ontvangsten en uitgaven. § 2. De ontvangsten bestaan uit : 1° het van het vorige jaar overgedragen saldo;2° de in het lopende jaar geplande opname uit de reserve die overeenkomstig artikel 17 werd aangelegd;3° de ontvangsten van het lopend jaar die bestaan uit : a) de dotaties die voor het betreffende begrotingsjaar aan de DAB ICT worden toegekend ten laste van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap;b) de bedragen die voortvloeien uit het beheer en de exploitatie door de DAB ICT;c) schenkingen en legaten. § 3. De uitgaven volgen het stelsel van de gesplitste kredieten en omvatten : 1° vastleggingskredieten : de kredieten ten belope waarvan tijdens het betreffende begrotingsjaar verbintenissen mogen worden aangegaan. De vastleggingskredieten zijn limitatief. Behalve als een bijzondere begrotingsmachtiging een hoger bedrag toestaat, wordt het totaal van de aan te gane verbintenissen beperkt tot de ontvangsten, vermeld in § 2; 2° ordonnanceringskredieten : de geraamde bedragen ten belope waarvan tijdens het betreffende begrotingsjaar verplichtingen ten opzichte van crediteuren geboekt zullen worden ten gevolge van verbintenissen die in dat jaar of in vorige jaren zijn ontstaan of aangegaan. De vastleggings- en ordonnanceringskredieten, vermeld in het eerste lid, worden opgedeeld in : 1° apparaatskredieten, bestemd voor de eigen werking van de DAB ICT;2° beleidskredieten, bestemd voor de beleidsondersteuning en de beleidsuitvoering met betrekking tot het beleidsveld ICT, vermeld in artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 03/06/2005 pub. 22/09/2005 numac 2005036144 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie sluiten met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie. § 4. Voor verbintenissen ten laste of ten bate van de DAB ICT en waarvan de uitvoering zich op recurrente wijze over meerdere jaren uitstrekt, worden de ontvangsten, vermeld in § 2, en de uitgaven, vermeld in § 3, alleen begroot voor de bedragen die opeisbaar zullen worden tijdens het begrotingsjaar. § 5. De minister kan de ontvangsten en uitgaven nader indelen in door hem te bepalen economische categorieën.

Art. 11.Het ontwerp van de begroting van de DAB ICT wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de minister en wordt toegevoegd aan het ontwerp van decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 12.De begroting van de DAB ICT is goedgekeurd door de afkondiging van het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 13.De minister kan, met het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, overschrijvingen tussen en overschrijdingen van kredieten op de DAB-begroting toestaan.

Als de kredietoverschrijding in totaal een hogere dotatie ten laste van de Vlaamse Gemeenschap zou meebrengen dan die welke is ingeschreven in de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap, dan moet ze voorafgegaan worden door een overeenstemmende wijziging van die begroting. HOOFDSTUK IV. - Bepalingen inzake de uitvoering van de begroting, de comptabiliteit en het afleggen van de rekeningen

Art. 14.§ 1. Op de uitgavenbegroting van een bepaald jaar worden de volgende bedragen aangerekend : 1° op het vastleggingskrediet : a) de bedragen die tijdens het betreffende begrotingsjaar opeisbaar worden ten gevolge van verbintenissen die aangegaan zijn tijdens dat jaar of tijdens vorige begrotingsjaren, en waarvan de uitvoering zich op recurrente wijze over meerdere jaren uitstrekt;b) het totale bedrag van de niet-recurrente verbintenissen die tijdens het betreffende begrotingsjaar ontstaan of gesloten worden;2° op het ordonnanceringskrediet : de bedragen die tijdens het betreffende begrotingsjaar in betaling gesteld worden ten gevolge van tijdens dat begrotingsjaar of tijdens vorige begrotingsjaren aangegane verbintenissen. Behoudens een bijzondere begrotingsmachtiging wordt het bedrag van de aan te gane verbintenissen, vermeld in het eerste lid, 1°, beperkt door de goedgekeurde limitatieve kredieten en door de gerealiseerde ontvangsten. § 2. De begrotingsboekhouding wordt gevoerd overeenkomstig de aanrekeningsregels, bepaald in het koninklijk besluit van 1 juli 1964 tot vaststelling van de regels van aanrekening van de budgettaire ontvangsten en uitgaven van de diensten van algemeen bestuur van de staat, met uitzondering van de bepalingen vermeld in artikel 5, 1°, artikel 6, artikel 7 en artikel 9 van het voornoemde besluit.

Art. 15.Op 31 december van elk begrotingsjaar wordt het begrotingssaldo van dat jaar bepaald. Het begrotingssaldo wordt gevormd door het verschil tussen : 1° de effectief in de loop van dat jaar gerealiseerde ontvangsten;2° de effectief in de loop van dat jaar goedgekeurde ordonnanceringen.

Art. 16.Op 31 december van elk begrotingsjaar wordt het uitvoeringssaldo van dat jaar bepaald. Het uitvoeringssaldo wordt gevormd door het begrotingssaldo, vermeld in artikel 15, verhoogd met het totale bedrag van de vastgestelde rechten die nog niet effectief werden ontvangen, en verminderd met het totale bedrag van de aangegane verbintenissen die nog niet werden geordonnanceerd.

Art. 17.Het uitvoeringssaldo, vastgesteld overeenkomstig artikel 16, kan geheel of gedeeltelijk aangewend worden voor de vorming van een reserve.

Als dat voorzien is in de jaarlijkse begroting van de DAB of, zoniet, met het akkoord van de minister, bevoegd voor de begroting, kan de reserve in een volgend begrotingsjaar aangewend worden om uitgaven te dekken die voortvloeien uit onvoorziene omstandigheden of uit de specifieke doelstellingen van de DAB ICT.

Art. 18.Op het einde van een begrotingsjaar worden naar het volgende begrotingsjaar overgedragen : 1° het begrotingssaldo, vermeld in artikel 15, verminderd met de overeenkomstig artikel 17 gevormde reserve.Dat bedrag mag in het volgende jaar aangewend worden voor het aangaan van nieuwe verbintenissen, als de voorwaarden, vermeld in artikel 14, § 1, tweede lid, worden nageleefd; 2° de nog openstaande vorderingen;3° de nog openstaande verbintenissen;4° de bij het verstrijken van het vorige jaar beschikbare geldmiddelen;5° de gecumuleerde reserve.

Art. 19.De rekenplichtige die belast is met de financiële verrichtingen van de DAB ICT is tegenover het Rekenhof verantwoording verschuldigd over het behandelen en bewaren van de gelden en waarden van de DAB.

Art. 20.De financieel-administratief beheerder van de entiteit ICT-Beleid, vermeld in artikel VI 68, § 1, 4°, van het VPS is belast met : 1° het opstellen van kwartaalrekeningen;2° het jaarlijks opmaken van een rekening van uitvoering van de begroting;3° het jaarlijks opmaken van een staat van activa en passiva.

Art. 21.Er moet een vermogenscomptabiliteit gevoerd worden. Daarvoor wordt onder meer een inventaris van het vermogen opgemaakt overeenkomstig de geldende bepalingen. HOOFDSTUK V. - Bepalingen inzake de controle

Art. 22.Er moet een systeem van interne controle opgezet worden op zodanige wijze dat de verleende bevoegdheden en delegaties op een doeltreffende en doelmatige wijze worden gebruikt en misbruiken worden vermeden, en dat de principes van functiescheiding worden gerealiseerd.

Art. 23.De bepalingen betreffende de begrotingscontrole zijn van toepassing op de DAB ICT.

Art. 24.De uitgaven van de DAB ICT worden vrijgesteld van het visum van de controleur van de vastleggingen.

Art. 25.De uitgaven van de DAB ICT worden vereffend en betaald zonder voorafgaand visum van het Rekenhof.

Art. 26.De bewijsstukken worden door de DAB ICT ter plaatse bewaard.

Het Rekenhof en het IVA Centrale Accounting van het Vlaams Ministerie van Financiën en Begroting kunnen de rekeningen ter plaatse controleren. Ze mogen zich te allen tijde alle bewijsstukken, staten, inlichtingen of toelichtingen doen verstrekken betreffende de ontvangsten, de uitgaven, de activa en de schulden. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 27.In afwijking van artikel 4, eerste lid, 3°, mogen de financiële verrichtingen voor de DAB ICT uitgevoerd worden door een centrale rekenplichtige van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 28.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007, met uitzondering van artikel 27 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2008.

Art. 29.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 12 december 2008.

De minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN

^