Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 12 mei 2017
gepubliceerd op 29 juni 2017

Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van steun aan ondernemingen voor onderzoeksprojecten voor de uitvoering van doctoraatsonderzoek of postdoctoraal onderzoek in samenwerking met onderzoeksorganisaties

bron
vlaamse overheid
numac
2017020393
pub.
29/06/2017
prom.
12/05/2017
ELI
eli/besluit/2017/05/12/2017020393/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 MEI 2017. - Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van steun aan ondernemingen voor onderzoeksprojecten voor de uitvoering van doctoraatsonderzoek of postdoctoraal onderzoek in samenwerking met onderzoeksorganisaties


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (EU Publicatieblad van 26 juni 2014, L 187);

Gelet op het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002, artikel 41ter, § 2, ingevoegd bij het decreet van 20 november 2015;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 18/12/2015 pub. 31/12/2015 numac 2015036617 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het beheer en de werking van het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid en de werking van het beslissingscomité bij dat fonds sluiten houdende het beheer en de werking van het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid en de werking van het beslissingscomité bij dat fonds;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 25 januari 2017;

Gelet op het advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen, gegeven op 6 maart 2017;

Gelet op advies 61.129/1 van de Raad van State, gegeven op 25 april 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (EU Publicatieblad van 27 juni 2014, C 198/1);

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° Agentschap Innoveren en Ondernemen: het agentschap dat opgericht is bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 oktober 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/10/2005 pub. 16/11/2005 numac 2005036383 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het Agentschap Economie type besluit van de vlaamse regering prom. 07/10/2005 pub. 30/11/2005 numac 2005036448 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust type besluit van de vlaamse regering prom. 07/10/2005 pub. 01/12/2005 numac 2005036483 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Agentschap Infrastructuur sluiten aangaande het Agentschap Innoveren en Ondernemen;2° algemene groepsvrijstellingsverordening: de verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard en alle latere wijzigingen; 3° beslissingscomité bij het Hermesfonds: het comité, vermeld in artikel 41ter, § 1, van het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten;4° daadwerkelijke samenwerking: de samenwerking, vermeld in artikel 2, 90, van de algemene groepsvrijstellingsverordening;decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten: het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002;6° industrieel onderzoek: het onderzoek, vermeld in artikel 2, 85, van de algemene groepsvrijstellingsverordening;7° kaderregeling: de Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (EU Publicatieblad van 27 juni 2014, C 198/1) en alle latere wijzigingen;8° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor het technologisch innovatiebeleid;9° onderneming: de onderneming, vermeld in artikel 41ter, § 2, van het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten;10° onderzoeksorganisatie: de organisatie voor onderzoek en kennisverspreiding, vermeld in artikel 2, 83, van de algemene groepsvrijstellingsverordening;11° steun: de steun, vermeld in artikel 41ter, § 2, van het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten;12° steunpercentage: het brutosteunbedrag, uitgedrukt als percentage van de in aanmerking komende kosten van het project.Als de steun in een andere vorm dan een subsidie wordt verleend, is het steunbedrag het brutosubsidie-equivalent van de steun; 13° Vlaamse universiteit: de instellingen, vermeld in artikel II.2 van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013.

Art. 2.Alle steun die toegekend wordt met toepassing van dit besluit en de uitvoeringsbesluiten ervan, wordt verleend binnen de grenzen en de voorwaarden, vermeld in de algemene groepsvrijstellingsverordening.

Indien de individuele aanmeldingsdrempels, vermeld in artikel 4 van voormelde verordening, overschreden worden, zal de voorgenomen steun voorafgaandelijk worden aangemeld bij de Europese Commissie.

In afwijking van het eerste lid kan steun worden toegekend met toepassing van dit besluit en de uitvoeringsbesluiten ervan, binnen de grenzen en de voorwaarden, vermeld in artikel 107 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie, dan wel binnen de grenzen en de voorwaarden, vermeld in de kaderregeling, op voorwaarde dat de steun wordt aangemeld bij de Europese Commissie.

Art. 3.De onderneming die een steunaanvraag indient, mag op de datum van de toekenning van de steun geen achterstallige schulden hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, geen onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in artikel 2, 18, van de algemene groepsvrijstellingsverordening, en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd als vermeld in artikel 1, lid 4, van de voormelde verordening.

Er kan geen steun worden toegekend met toepassing van dit besluit voor werkzaamheden die verband houden met de uitvoer naar derde landen of voor werkzaamheden die afhangen van het gebruik van binnenlandse goederen als vermeld in artikel 1, lid 2, van de voormelde verordening.

Er kan geen steun worden toegekend met toepassing van dit besluit voor activiteiten van ondernemingen in de sectoren, vermeld in artikel 1, lid 3, van de voormelde verordening.

De steun kan niet worden toegekend als ze zou leiden tot een schending van het Unierecht als vermeld in artikel 1, lid 5, van de voormelde verordening.

Het beslissingscomité bij het Hermesfonds is ertoe gebonden bij steuntoekenning de verplichtingen voor de publicatie en de informatie, vermeld in artikel 9 van de voormelde verordening, na te leven. Als een onderneming een individuele steuntoekenning krijgt van meer dan 500.000 euro, worden de gegevens, vermeld in bijlage 3 van de voormelde verordening, gepubliceerd op de transparantiewebsite die de Europese Commissie heeft ontwikkeld. HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied

Art. 4.Binnen de perken van de begrotingskredieten wordt aan ondernemingen steun toegekend voor de uitvoering van onderzoeksprojecten die onderzoekers de kans bieden om een doctoraat uit te voeren in samenwerking met het bedrijfsleven in Vlaanderen, of die onderzoekers die houder zijn van een doctoraat en al resultaten behaald hebben, de kans bieden om zich te bekwamen voor een latere valorisatie of transfer naar het bedrijfsleven.

De steun wordt toekend aan de onderneming die daadwerkelijk een samenwerking aangaat met een onderzoeksorganisatie en instaat voor de volledige vergoeding van de kosten van de onderzoeksorganisatie.

Art. 5.Alleen ondernemingen met rechtspersoonlijkheid en met een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest komen in aanmerking voor steun.

Ondernemingen die zich ertoe verbinden een exploitatiezetel op te richten in het Vlaamse Gewest komen in aanmerking waarbij de eigenlijke steuntoekenning afhankelijk blijft van de vestiging van de exploitatiezetel.

Aan ondernemingen met rechtspersoonlijkheid van publiekrechtelijke aard kan alleen steun toegekend worden voor een project waarin er daadwerkelijk wordt samengewerkt met ondernemingen met rechtspersoonlijkheid van privaatrechtelijke aard, waarbij de samenwerkende onderneming met rechtspersoonlijkheid van publiekrechtelijke aard in het gesteunde project niet meer dan 70% van de in aanmerking komende kosten voor haar rekening neemt, en steun die toegekend is met toepassing van dit besluit geen betrekking heeft op de kosten die verbonden zijn aan de uitoefening van die publieke opdracht.

In afwijking van het eerste lid maar onverminderd de modaliteiten die gelden voor ondernemingen met rechtspersoonlijkheid van publiekrechtelijke aard komen ondernemingen met rechtspersoonlijkheid van publiekrechtelijke aard met een exploitatiezetel in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest die een publieke opdracht hebben in Vlaanderen, in aanmerking voor steun. HOOFDSTUK 3. - In aanmerking komende projecten en steunintensiteit

Art. 6.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan met toepassing van dit besluit steun toekennen aan ondernemingen voor projecten van industrieel onderzoek als vermeld in artikel 25 van de algemene groepsvrijstellingsverordening. De steunintensiteit per begunstigde bedraagt maximaal de steunpercentages, vermeld in artikel 25, lid 5 en lid 6, van de voormelde verordening.

Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan voor de onderzoeksprojecten de kosten, vermeld in artikel 25, lid 3, van de voormelde verordening, in aanmerking nemen.

Art. 7.De steun wordt toegekend aan een project dat nominatief verbonden is aan een mandataris die bekend is bij de indiening en die bij de beslissing bevestigd wordt door het beslissingscomité bij het Hermesfonds. Alleen de personeelskosten voor de mandataris en de werkingskosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het project van de mandataris, worden aanvaard.

Art. 8.De onderneming is de begunstigde van de steun en werkt daadwerkelijk samen met een of meer onderzoeksorganisaties, waarbij de onderneming instaat voor de vergoeding van de kosten van de onderzoeksorganisaties.

Art. 9.De bepalingen over cumulering, vermeld in artikel 8 van de algemene groepsvrijstellingsverordening, zijn van toepassing.

Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan een verbod van cumulatie van steun voor dezelfde investeringen of kosten opleggen.

Als een project andere financiële steun geniet van een publiekrechtelijk persoon, kan steun worden toegekend, met dien verstande dat voor de berekening van het maximale steunpercentage, vermeld in artikel 6, rekening wordt gehouden met de samengestelde steun. HOOFDSTUK 4. - Procedure voor de behandeling van aanvragen en de beslissing tot steuntoekenning Afdeling 1. - Toepassingsgebied

Art. 10.Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder werkdagen: de werkdagen zoals ze gelden voor de Vlaamse overheid.

Art. 11.De procedure, vermeld in dit hoofdstuk, is van toepassing op de steunaanvragen, vermeld in dit besluit. Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan aanvullende procedurele voorschriften opleggen. Afdeling 2. - Indiening van de steunaanvraag

Art. 12.De aanvraag wordt ingediend door de onderneming. De samenwerkende onderzoeksorganisaties en de mandataris die het project zal uitvoeren, moeten bekend zijn bij de indiening.

Art. 13.De steunaanvrager, de steunaanvraag en de activiteiten waarvoor steun aangevraagd wordt, moeten voldoen aan de modaliteiten voor de indiening, zoals bepaald door het beslissingscomité bij het Hermesfonds, die publiek kenbaar gemaakt worden aan potentiële aanvragers.

Art. 14.Aanvragen worden ingediend in oproepen. Het beslissingscomité bij het Hermesfonds legt het aantal oproepen en de uiterste indieningsdata per werkjaar vast.

De gegevens, vermeld in het eerste lid, worden publiek kenbaar gemaakt aan potentiële aanvragers.

Art. 15.De steunaanvrager krijgt een schriftelijke ontvangstmelding binnen vijf werkdagen na de ontvangst van de steunaanvraag. Afdeling 3. - Ontvankelijkheid

Art. 16.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds toetst de steunaanvraag aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden, vermeld in artikel 3 en 5, en aan de volgende ontvankelijkheidsvoorwaarden: 1° de steunaanvrager of de eventuele partners hebben voldoende financiële draagkracht om het project uit te voeren of te doen slagen;2° de steunaanvrager of de partners in het project voldoen aan de verplichtingen of de vergunningen van de overheid;3° de steunaanvrager of de partners in het project hebben geen blijk gegeven van niet-correct gedrag naar aanleiding van vorige aanvragen;4° de steunaanvraag bevat voldoende informatie om beoordeeld te kunnen worden op basis van de criteria, vermeld in artikel 22;5° de activiteiten waarvoor steun aangevraagd wordt, voldoen bij een prima-faciebeoordeling aan de minimale vereisten om als industrieel onderzoek te worden beschouwd;6° de aanvraag voldoet aan de modaliteiten, vermeld in artikel 8, 12 en 13;7° bij een mandaat voor een doctoraat is er altijd minstens één Vlaamse universiteit betrokken.Andere onderzoeksorganisaties kunnen optreden als gastinstelling als ze samenwerken met een promotor die verbonden is aan een Vlaamse universiteit voor de promovering; 8° de aanvragende onderneming en de betrokken onderzoeksorganisaties sluiten een afsprakennota die minstens het engagement tot financiering door de onderneming omvat, alsook de principes van eigendom en gebruik van de resultaten in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen, met inbegrip van de kaderregeling;9° voor de persoon die optreedt als mandataris van het project als vermeld in artikel 7 en 12, gelden de volgende bepalingen: a) bij een mandaat voor een doctoraat is de mandataris formeel toegelaten tot het doctoraat door een Vlaamse universiteit en niet in het bezit van een doctoraatsdiploma;b) bij een mandaat voor postdoctoraal onderzoek is de mandataris in het bezit van een doctoraatsdiploma;c) de mandataris kan maximaal twee keer optreden als kandidaat-mandataris voor de uitvoering van een doctoraatsproject en maximaal twee keer als kandidaat voor een postdoctoraal project.

Art. 17.Alle onderzoeksorganisaties in het Vlaamse Gewest worden aanvaard als een onderzoeksorganisatie die een daadwerkelijke samenwerking aangaat met de aanvragende onderneming.

Buiten het Vlaamse Gewest worden onderzoeksorganisaties die vallen onder de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap aanvaard, alsook andere onderzoeksorganisaties, op voorwaarde dat bij die onderzoeksorganisaties minstens de helft van de totale projectbegroting in het Vlaamse Gewest gerealiseerd wordt. De steun kan nooit meer bedragen dan de helft van de totale projectbegroting.

Art. 18.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds beslist binnen vijftien werkdagen na de ontvangst van de steunaanvraag of de steunaanvraag al dan niet ontvankelijk is.

Art. 19.De steunaanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing tot onontvankelijkheid binnen vijf werkdagen na de beslissing, vermeld in artikel 18. Afdeling 4. - Evaluatie van steunaanvragen

Art. 20.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds toetst de ontvankelijke steunaanvraag aan de beoordelingsdimensies, bepaald in de steunmaatregelen, vermeld in artikel 22.

Art. 21.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds stelt de colleges van externe deskundigen aan en bepaalt de procedure voor de adviesverstrekking conform de criteria, vermeld in artikel 22, en in voorkomend geval de elementen, vermeld in artikel 24. De identiteit van de aanvrager wordt bekendgemaakt aan de externe deskundigen. Afdeling 5. - Beoordeling

Art. 22.§ 1. Het beslissingscomité bij het Hermesfonds steunt zijn beslissing om aan een project al dan niet steun te verlenen op de volgende beoordelingsdimensies: 1° de wetenschappelijke kwaliteit van de doelstellingen en de uitvoering.Vooral de volgende aspecten zullen daarbij beoordeeld worden: a) voor de kandidaat-mandataris: 1) het redeneervermogen en de kritische geest;2) de wetenschappelijke kennis en het inzicht in het project;b) voor het project: 1) de wetenschappelijke kwaliteit, de uitdaging en de innovativiteit;2) de uitvoering: de aanpak en de haalbaarheid;2° het valorisatiepotentieel, namelijk de mogelijke toegevoegde economische waarde voor de aanvrager en de potentiële sociaal-economische effecten als gevolg van de onderzoeksresultaten. Vooral de volgende aspecten zullen daarbij beoordeeld worden: a) voor de kandidaat-mandataris: 1) het inzicht in het strategische belang;2) het inzicht in het valorisatiepotentieel;b) voor het project: 1) het strategische belang voor de onderneming;2) de omvang en waarschijnlijkheid van de te verwachten valorisatie met aandacht voor voldoende toegevoegde economische waarde voor Vlaanderen. § 2. Het beslissingscomité bij het Hermesfonds staat in voor de verdere invulling en verfijning van de criteria.

Het beslissingscomité bij het Hermesfonds bepaalt binnen de perken van de begrotingskredieten en de algemene beleidsprioriteiten van de politieke overheid, zoals vastgelegd door de Vlaamse Regering, de selectiemechanismen voor de beoordeling van de projecten. Daarbij wordt op basis van een appreciatie voor elk van de criteria een algemene score of appreciatie gegeven en wordt steun toegekend volgens een rangorde binnen de beschikbare begroting, waarbij dit algemeen geldend is voor alle aanvragen. § 3. Het beslissingscomité bij het Hermesfonds zal bij de nadere invulling van zijn opdracht, ook rekening houden met de algemene en specifieke beleidslijnen van de Vlaamse Regering, vermeld in de afspraken tussen het Agentschap Innoveren en Ondernemen en de Vlaamse minister, bevoegd voor het technologisch innovatiebeleid, conform het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, of met de concrete verzoeken van de Vlaamse Regering aan het beslissingscomité bij het Hermesfonds om initiatieven te ontwikkelen voor een specifiek programma of voor een specifiek accent binnen de algemene bedrijfssteun.

De Vlaamse Regering machtigt de Vlaamse minister, bevoegd voor het technologisch innovatiebeleid, om de nodige afspraken te maken met het beslissingscomité bij het Hermesfonds voor de nadere invulling van de opdracht. Afdeling 6. - Beslissing tot steuntoekenning

Art. 23.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds beslist binnen negentig werkdagen na de ontvangst van de steunaanvraag of de steunaanvraag voldoet aan de beoordelingsvoorwaarden, vermeld in 22, en in voorkomend geval de elementen, vermeld in artikel 24, en verleent in voorkomend geval steun conform de voorwaarden.

Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan de steunverlening afhankelijk maken van bijkomende concrete voorwaarden die het heeft opgelegd, zodat een project bij de uitvoering voldoet aan de bepalingen, vermeld in dit besluit.

Art. 24.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan een negatieve beslissing nemen of extra voorwaarden stellen op basis van een van de volgende elementen: 1° de steunaanvrager of de eventuele partners hebben onvoldoende financiële draagkracht om het project uit te voeren of te doen slagen;2° de steunaanvrager of de partners in het project voldoen niet aan de overige verplichtingen of vergunningen van de overheid;3° de aanvrager of de partners in het project hebben blijk gegeven van niet-correct gedrag naar aanleiding van vorige aanvragen, onder meer met betrekking tot de informatieverstrekking, de inhoudelijke en financiële verplichtingen of de verslaggeving;4° de uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde overheid ontbreekt voor een steunaanvraag met militaire affiniteit of voor een steunaanvraag die projectresultaten beoogt of kan beogen voor militaire doeleinden;5° de aanvraag voldoet na een evaluatie ten gronde niet aan de vereisten voor een project waaraan steun toegekend kan worden conform de bepalingen voor industrieel onderzoek. Als een steunaanvraag beantwoordt aan de indieningsvoorwaarden van andere lopende steunmaatregelen, kan het beslissingscomité bij het Hermesfonds beslissen om het project binnen dat specifieke kader te behandelen, zonder dat een nieuwe aanvraag hoeft te worden ingediend.

Art. 25.De steunaanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de steunbeslissing, binnen vijf werkdagen na de beslissing, vermeld in artikel 23.

Art. 26.Het project kan op zijn vroegst starten op de datum van ontvangst van de steunaanvraag, op voorwaarde dat voldaan is aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden, vermeld in artikel 16, en de kandidaat toegelaten is door de Vlaamse universiteit om doctoraatsonderzoek te verrichten. Het project wordt opgestart binnen zes maanden na de beslissing door het beslissingscomité bij het Hermesfonds, vermeld in artikel 23.

Art. 27.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds sluit een steunovereenkomst met de steunaanvrager conform de voorwaarden, vermeld in dit besluit, volgens een typeovereenkomst die goedgekeurd is door het beslissingscomité bij het Hermesfonds. HOOFDSTUK 5. - Opvolging van steundossiers

Art. 28.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds houdt toezicht op de naleving van de voorwaarden en de aanwending van de steun door de begunstigden van de steun die krachtens dit besluit wordt toegekend.

Art. 29.De begunstigde van de steun brengt op geregelde tijdstippen en telkens als het beslissingscomité bij het Hermesfonds daarom verzoekt, schriftelijk verslag uit aan het beslissingscomité bij het Hermesfonds over de vordering van het project en de aanwending van de steun. Na afloop van het project maakt hij een eindverslag op.

De begunstigde van de steun brengt het beslissingscomité bij het Hermesfonds onmiddellijk en schriftelijk op de hoogte van elke gebeurtenis of omstandigheid die een impact heeft of kan hebben op de ononderbroken en zorgvuldige uitvoering van het gesteunde project.

Art. 30.Als de voorwaarden, vermeld in het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten, in dit besluit, in de steunbeslissing of in de steunovereenkomst, vermeld in artikel 27 van dit besluit, niet worden nageleefd, kan het beslissingscomité bij het Hermesfonds de volgende maatregelen treffen: 1° de steunaanvrager in gebreke stellen;2° de uitbetaling van de steun opschorten voor alle projecten waarvoor steun is toegekend door het beslissingscomité bij het Hermesfonds;3° de steun niet uitbetalen;4° de steun herzien;5° bijkomende voorwaarden opleggen.

Art. 31.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds vordert de steun terug binnen tien jaar na de ontvangst van de steunaanvraag, met behoud van de toepassing van de bepalingen in de wet van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/05/2003 pub. 25/06/2003 numac 2003003343 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof sluiten tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof, het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof en de wet van 7 juni 1994 tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen te doen in verband met subsidies, vergoedingen en toelagen van elke aard, die geheel of gedeeltelijk ten laste zijn van de Staat als: 1° de voorwaarden, vermeld in artikel 41ter § 2 van het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten, deze vermeld in dit besluit, in de steunbeslissing of in de steunovereenkomst zoals bedoeld in artikel 27 van dit besluit, gedurende de duur van de steunovereenkomst niet worden nageleefd;2° de wettelijke informatie- en raadplegingsprocedures bij collectief ontslag binnen vijf jaar na de beëindiging van het project niet worden nageleefd;3° de subsidiebegunstigde nalaat gefactureerde en opeisbare financiële verplichtingen ten overstaan van een onderzoeksorganisatie te voldoen. In geval van terugvordering wordt de Europese referentierentevoet voor terugvordering van onrechtmatig verleende staatssteun toegepast, geldend op het moment van de steuntoekenning, vanaf het tijdstip van de eerste ingebrekestelling. HOOFDSTUK 6. - Georganiseerd beroep

Art. 32.De steunaanvrager of de begunstigde van steun kan beroep aantekenen bij het beslissingscomité bij het Hermesfonds tegen de volgende beslissingen: 1° de beslissing van onontvankelijkheid;2° de beslissing tot weigering van de selectie van de steunaanvraag;2° de beslissing tot weigering van de toekenning van de steun;3° de beslissing tot ingebrekestelling;4° de beslissing tot herziening van de steun;5° de beslissing tot terugvordering van steun. Het georganiseerd beroep is niet mogelijk als het beslissingscomité bij het Hermesfonds beslist tot ingebrekestelling, herziening of terugvordering van de steun op grond van feiten die direct eenvoudig vastgesteld kunnen worden.

Het betreft het niet tijdig indienen van de verslaggeving of het niet tijdig storten van de betalingen aan een onderzoeksorganisatie, vermeld in dit besluit.

Art. 33.Het beroep wordt schriftelijk ingediend binnen een termijn van zestig werkdagen na de kennisgeving van de beslissing, vermeld in artikel 32, eerste lid.

Art. 34.De verzoeker in beroep krijgt een schriftelijke ontvangstmelding binnen vijf werkdagen na de ontvangst van het beroep.

Art. 35.Het beroep wordt door het beslissingscomité bij het Hermesfonds beslist binnen vijfenveertig werkdagen na de ontvangst van het beroep.

Art. 36.De verzoeker in beroep wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beroepsbeslissing binnen twee werkdagen na de beslissing, vermeld in artikel 35.

Art. 37.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds kan een of meerdere externe deskundigen aanstellen en een bijkomend advies inwinnen.

In het geval, vermeld in het eerste lid, wordt de termijn, vermeld in artikel 35, met dertig werkdagen verlengd.

Art. 38.Het beslissingscomité bij het Hermesfonds werkt de nadere modaliteiten uit voor de indiening en de behandeling van aanvragen van een georganiseerd beroep. HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 18/12/2015 pub. 31/12/2015 numac 2015036617 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het beheer en de werking van het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid en de werking van het beslissingscomité bij dat fonds sluiten houdende het beheer en de werking van het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid en de werking van het beslissingscomité bij dat fonds

Art. 39.In artikel 6, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 18/12/2015 pub. 31/12/2015 numac 2015036617 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het beheer en de werking van het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid en de werking van het beslissingscomité bij dat fonds sluiten houdende het beheer en de werking van het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid en de werking van het beslissingscomité bij dat fonds wordt een punt 9° punt toegevoegd, dat luidt als volgt: "9° het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2017 tot regeling van steun aan ondernemingen voor onderzoeksprojecten met het oog op de uitvoering van doctoraatsonderzoek of postdoctoraal onderzoek in samenwerking met onderzoeksorganisaties.". HOOFDSTUK 8. - Slotbepalingen

Art. 40.Het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/12/2008 pub. 10/03/2009 numac 2009200846 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de steun aan projecten van onderzoek en ontwikkeling van het bedrijfsleven in Vlaanderen sluiten tot regeling van de steun aan projecten van onderzoek en ontwikkeling van het bedrijfsleven in Vlaanderen, zoals van kracht vóór de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2017 tot regeling van steun aan ondernemingen voor onderzoek en ontwikkeling met een kennisintensief karakter in Vlaanderen, is van toepassing op de steunaanvragen beslist vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit. Het beslissingscomité bij het Hermesfonds is bevoegd om alle beslissingen te nemen over de afhandeling van de voormelde steunaanvragen. Het is ook bevoegd voor de opvolging van de steunbeslissingen, gebaseerd op de voormelde steunaanvragen.

Art. 41.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2017.

Art. 42.De Vlaamse minister, bevoegd voor het technologisch innovatiebeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 12 mei 2017 De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS

^