Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 12 oktober 2018
gepubliceerd op 13 november 2018

Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de regels tot bepaling van de bedragen voor de vergoeding van de creatie van bijkomende tewerkstelling, vastgelegd in de akkoorden van 25 februari 2011 en 24 oktober 2012 die zijn ondertekend door de Federale Regering en de representatieve organisaties van werkgevers en werknemers van de federale gezondheidssectoren voor de sector van de revalidatiecentra en van de psychiatrische verzorgingstehuizen

bron
vlaamse overheid
numac
2018032119
pub.
13/11/2018
prom.
12/10/2018
ELI
eli/besluit/2018/10/12/2018032119/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 OKTOBER 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de regels tot bepaling van de bedragen voor de vergoeding van de creatie van bijkomende tewerkstelling, vastgelegd in de akkoorden van 25 februari 2011 en 24 oktober 2012 die zijn ondertekend door de Federale Regering en de representatieve organisaties van werkgevers en werknemers van de federale gezondheidssectoren voor de sector van de revalidatiecentra en van de psychiatrische verzorgingstehuizen


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, artikel 57 en 59;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 29 september 2017;

Gelet op advies 63.505/3 van de Raad van State, gegeven op 13 juni 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad Van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.§ 1. De vergoeding voor de creatie van tewerkstelling die is opgenomen in de akkoorden die de Federale Regering op 25 februari 2011 en op 24 oktober 2012 heeft gesloten met de betrokken representatieve organisaties van de werkgevers en werknemers, wordt, als ze betrekking heeft op werknemers in de sector van de ambulante revalidatiecentra en de openbare psychiatrische verzorgingstehuizen, vanaf kalenderjaar 2018 en voor al de daaropvolgende kalenderjaren vastgesteld op de wijze, vermeld in het tweede en het derde lid.

De basisbedragen die van toepassing waren in 2011 voor de psychiatrische verzorgingstehuizen en de basisbedragen die van toepassing waren in 2012 voor de ambulante revalidatiecentra, worden gekoppeld aan de afgevlakte gezondheidsindex en worden bij overschrijding van de spilindex geïndexeerd conform artikel 2 tot en met 2quater van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen.

De basisbedragen, vermeld in het tweede lid, zijn: 1° voor de ambulante revalidatiecentra: 26 vte * 50.000 euro * 44,854 %; 2° voor de openbare psychiatrische verzorgingstehuizen: 5 vte * 49.000 euro * 38,46 %. § 2. De bedragen, vermeld in paragraaf 1, derde lid, gelden aan index 119,62 (van 1 december 2012, basis 2004).

Art. 2.De vergoeding, vermeld in artikel 1, paragraaf 1, wordt jaarlijks gestort aan het Fonds Sociale Maribel voor gezondheidsinrichtingen en -diensten 330 voor de revalidatiecentra en aan het Fonds Sociale Maribel van de overheidssector voor de openbare psychiatrische verzorgingstehuizen.

Art. 3.De stortingen aan de betrokken werkgevers door de fondsen, vermeld in artikel 2, zijn afhankelijk van de toepassing door die werkgevers van de akkoorden van 25 februari 2011 en 24 oktober 2012, vermeld in artikel 1, § 1, eerste lid.

De Vlaamse Regering kan in voorkomend geval aan de fondsen, vermeld in artikel 2, gegevens opvragen over de aanwending van de vergoeding, vermeld in artikel 1.

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, legt de vergoeding, vermeld in artikel 1, vast en doet de stortingen, vermeld in artikel 2.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, bepaalt de vorm en de inhoud van de gegevens, vermeld in artikel 3, tweede lid.

Art. 5.De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 12 oktober 2018.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

^