Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 14 februari 2003
gepubliceerd op 20 maart 2003

Besluit van de Vlaamse regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de zorgverzekering voor het jaar 2003

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2003200358
pub.
20/03/2003
prom.
14/02/2003
ELI
eli/besluit/2003/02/14/2003200358/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 FEBRUARI 2003. - Besluit van de Vlaamse regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de zorgverzekering voor het jaar 2003


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, gewijzigd bij de decreten van 22 december 1999, 8 december 2000 en 18 mei 2001;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 11 februari 2003.

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegend dat de zorgkassen onverwijld rechtszekerheid moet worden geboden omtrent de toekomstige subsidiëring van de zorgkassen zoals bepaald in artikel 17 van het decreet;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1o decreet : het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering; 2o zorgkas : een zorgkas die erkend is krachtens artikel 15, eerste lid, van het decreet of de zorgkas die opgericht is overeenkomstig artikel 14 van het decreet; 3o tenlastenemingen : de tenlastenemingen van de kosten of prestaties zoals omschreven in artikel 6, § 1, eerste lid, van het decreet; 4o minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen; 5o Fonds : het Vlaams Zorgfonds, bedoeld in artikel 11 van het decreet; 6o Lopend dossier : een dossier van een zorgbehoevende dat werd goedgekeurd en waarvan de termijn voor tenlastenemingen nog niet verstreken is. Het Fonds kan bij het opvragen van de stavingsstukken nader bepalen welk dossiers hieraan beantwoorden. HOOFDSTUK II. - Beschrijving van de subsidies

Art. 2.§ 1. De zorgkas ontvangt een subsidie die jaarlijks door het Fonds wordt vastgesteld op basis van artikel 17, eerste lid, 1o en 3o, en op de wijze zoals bepaalt in dit besluit. § 2. De subsidie, bedoeld in artikel 17, eerste lid, 1o, van het decreet, wordt de subsidie voor tenlastenemingen genoemd; § 3. De subsidie, bedoeld in artikel 17, eerste lid, 3o, van het decreet, wordt de subsidie voor werkingskosten genoemd;

Art. 3.Een zorgkas heeft recht op de subsidies genoemd in artikel 2 indien : 1o aan alle erkenningsvoorwaarden wordt voldaan; 2o aan het Fonds de vereiste stavingsstukken voor het berekenen van de definitieve subsidies en de voorschotten op subsidies worden bezorgd.

Het Fonds bepaalt de termijn waarbinnen de stavingsstukken moeten ingediend worden en de nadere regels waaraan de stavingsstukken moeten voldoen. Afdeling I. - Subsidie voor tenlastenemingen

Onderafdeling I. - Vaststelling van de subsidie voor tenlastenemingen

Art. 4.§ 1. De subsidie voor de tenlastenemingen voor het jaar 2003 is gelijk aan de uitgaven voor tenlastenemingen die de zorgkas voor 15 januari 2004 heeft uitbetaald met betrekking tot het jaar 2003 verminderd met het totaal van alle geïnde ledenbijdragen die de zorgkas voor 31 december 2003 heeft ontvangen en verminderd met de terugvorderingen die de zorgkas moet uitvoeren en die vastgesteld zijn voor 15 januari 2004. § 2. Het Fonds kan een vrijstelling van terugvordering verlenen van onrechtmatig uitbetaalde tenlastenemingen onder de volgende voorwaarden : 1o de onverschuldigde betaling mag niet voortvloeien uit een fout, een vergissing of een nalatigheid van de zorgkas; 2o de zorgkas toont aan dat alle haar ter beschikking staande middelen, rechtsmiddelen inbegrepen, werden aangewend om de terugvordering te vorderen; 3o de tenlasteneming voor mantel- en thuiszorg werd uitgevoerd na de 20e dag van de maand en de tenlasteneming voor professionele residentiële zorg na de laatste dag van de maand.

De minister kan nadere regels bepalen waaraan de vrijstelling tot terugvordering moet voldoen. § 3. Het Fonds keert een voorschot uit op de subsidie voor tenlastenemingen volgens de regels in artikel 7 en artikel 8.

Art. 5.Om de vaststelling van de definitieve subsidie mogelijk te maken, bezorgt elke zorgkas voor 15 februari 2004 een jaaroverzicht van alle tenlastenemingen die de zorgkas heeft uitbetaald met betrekking tot het jaar 2003, van alle geïnde ledenbijdragen die de zorgkas heeft ontvangen en de terugvorderingen die de zorgkas moet uitvoeren.

Art. 6.§ 1. Voor 31 maart 2004 gaat het Fonds over tot de uitbetaling van het saldo of tot de terugvordering van de te veel uitbetaalde voorschotten. § 2. Het Fonds bezorgt aan elke zorgkas een gedetailleerd overzicht van de vaststelling van de subsidie voor tenlastenemingen, alle reeds verstrekte voorschotten en het saldo dat het Fonds zal uitbetalen aan of terugvorderen van de zorgkas. § 3. De zorgkassen zijn verplicht om het saldo dat het Fonds terugvordert, voor 15 april 2004 terug te storten aan het Fonds.

Onderafdeling II. - Regeling van een voorschot op de subsidie voor tenlastenemingen

Art. 7.§ 1. Voor 15 januari 2003 betaalt het Fonds een voorschot uit dat wordt bepaald door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 31 oktober 2002 te vermenigvuldigen met het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm uitbetaald kan worden. Voor 15 februari 2003 betaalt het Fonds een voorschot uit dat wordt bepaald door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 30 november 2002 te vermenigvuldigen met het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm kan uitbetaald worden. Het Fonds keert geen voorschot uit aan zorgkassen waarvan de geïnde ledenbijdragen voor het jaar 2002 die worden vastgesteld op basis van het aantal aangesloten leden per 31 oktober 2002, hoger zijn dan de uitgaven voor tenlastenemingen tussen 1 januari 2002 en 31 december 2002 die worden geraamd op basis van het aantal goedgekeurde dossiers per zorgvorm voor ieder van de maanden oktober 2001 tot september 2002. § 2. Voor 15 september 2003 betaalt het Fonds een voorschot uit dat wordt bepaald door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 30 juni 2003 te vermenigvuldigen met het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm uitbetaald kan worden. In voorkomend geval wordt het voorschot verminderd met het positieve verschil tussen enerzijds de geraamde ledenbijdragen voor het jaar 2003 en het reeds uitbetaalde voorschot en anderzijds de geraamde uitgaven voor tenlastenemingen tussen 1 januari 2003 en 31 augustus 2003. De ledenbijdragen van elke zorgkas worden geraamd op basis van het aantal aangesloten leden op 30 juni 2003. Bij de bepaling van de ledenbijdragen van elke zorgkas wordt rekening gehouden met het aantal aangesloten leden dat een verhoogde verzekeringstegemoetkoming genoot op 1 januari 2002. De uitgaven van tenlasteneming worden geraamd door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming van de maanden januari 2003 tot en met augustus 2003 te vermenigvuldigen met het bedrag van de tenlasteneming voor die zorgvorm. Het aantal lopende dossiers voor de maanden juli 2003 en augustus 2003 wordt bepaald op basis van het aantal lopende dossiers per 30 juni 2003.

Voor 15 oktober 2003 betaalt het Fonds een voorschot uit dat wordt bepaald door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 30 juni 2003 te vermenigvuldigen met het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm uitbetaald kan worden. In voorkomend geval wordt het voorschot verminderd met het positieve verschil tussen enerzijds de geraamde ledenbijdragen voor het jaar 2003 en het reeds uitbetaalde voorschot en anderzijds de geraamde uitgaven voor tenlastenemingen tussen 1 januari 2003 en 30 september 2003. De ledenbijdragen van elke zorgkas worden geraamd op basis van het aantal aangesloten leden op 30 juni 2003. Bij de bepaling van de ledenbijdragen van elke zorgkas wordt rekening gehouden met het aantal aangesloten leden dat een verhoogde verzekeringstegemoetkoming genoot op 1 januari 2002. De uitgaven van tenlasteneming worden geraamd door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming van de maanden januari 2003 tot en met september 2003 te vermenigvuldigen met het bedrag van de tenlasteneming voor die zorgvorm. Het aantal lopende dossiers voor de maanden juli 2003, augustus 2003 en september 2003 wordt bepaald op basis van het aantal lopende dossiers per 30 juni 2003.

Voor 15 november 2003 betaalt het Fonds een voorschot uit dat wordt bepaald door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 30 juni 2003 te vermenigvuldigen met het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm uitbetaald kan worden. In voorkomend geval wordt het voorschot verminderd met het positieve verschil tussen enerzijds de geraamde ledenbijdragen voor het jaar 2003 en het reeds uitbetaalde voorschot en anderzijds de geraamde uitgaven voor tenlastenemingen tussen 1 januari 2003 en 31 oktober 2003. De ledenbijdragen van elke zorgkas worden geraamd op basis van het aantal aangesloten leden op 30 juni 2003. Bij de bepaling van de ledenbijdragen van elke zorgkas wordt rekening gehouden met het aantal aangesloten leden dat een verhoogde verzekeringstegemoetkoming genoot op 1 januari 2002. De uitgaven van tenlasteneming worden geraamd door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming van de maanden januari 2003 tot en met oktober 2003 te vermenigvuldigen met het bedrag van de tenlasteneming voor die zorgvorm. Het aantal lopende dossiers voor de maanden juli 2003, augustus 2003, september 2003 en oktober 2003 wordt bepaald op basis van het aantal lopende dossiers per 30 juni 2003.

Voor 15 december 2003 betaalt het Fonds een voorschot uit dat wordt bepaald door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 30 juni 2003 te vermenigvuldigen met het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm uitbetaald kan worden. In voorkomend geval wordt het voorschot verminderd met het positieve verschil tussen enerzijds de geraamde ledenbijdragen voor het jaar 2003 en het reeds uitbetaalde voorschot en anderzijds de geraamde uitgaven voor tenlastenemingen tussen 1 januari 2003 en 30 november 2003. De ledenbijdragen van elke zorgkas worden geraamd op basis van het aantal aangesloten leden op 30 juni 2003. Bij de bepaling van de ledenbijdragen van elke zorgkas wordt rekening gehouden met het aantal aangesloten leden dat een verhoogde verzekeringstegemoetkoming genoot op 1 januari 2002. De uitgaven van tenlasteneming worden geraamd door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming van de maanden januari 2003 tot en met november 2003 te vermenigvuldigen met het bedrag van de tenlasteneming voor die zorgvorm. Het aantal lopende dossiers voor de maanden juli 2003, augustus 2003, september 2003, oktober 2003, november 2003 wordt bepaald op basis van het aantal lopende dossiers per 30 juni 2003. § 3. Indien een zorgkas heeft nagelaten de stavingsstukken, bedoeld in artikel 3, § 1, 2o, tijdig aan het Fonds te bezorgen, wordt de uitbetaling van het voorschot aan die zorgkas uitgesteld tot de vierde week die volgt op het ter beschikking stellen van de stavingsstukken.

Art. 8.Indien de som van de geraamde ledenbijdragen van een zorgkas en het voorschot betaald voor 15 januari 2003 en voor 15 februari 2003 meer bedragen dan de geraamde jaaruitgaven voor tenlastenemingen, moet de zorgkas het verschil terugstorten aan het Fonds voor 31 juli 2003.

De ledenbijdragen worden geraamd op basis van het aantal aangesloten leden op 31 maart 2003. De jaaruitgaven worden geraamd door het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming voor thuiszorg en professionele residentiële zorg op 31 maart 2003 te vermenigvuldigen met het twaalfvoud van het maandelijkse bedrag dat voor de betrokken zorgvorm uitbetaald kan worden. Dit bedrag wordt nog verhoogd met het aantal lopende dossiers per 30 april 2003 voor de tenlasteneming voor professionele residentiële zorg van zorgbehoevenden met een B-score op de Katz-schaal vermenigvuldigd met het negenvoud van het maandelijkse bedrag dat voor de deze zorgvorm uitbetaald kan worden. Afdeling II. - Subsidie voor werkingskosten

Onderafdeling I. - Vaststelling van de subsidie voor werkingskosten

Art. 9.§ 1. De subsidie voor de werkingskosten voor alle zorgkassen voor het jaar 2003 is gelijk aan 4.957.870 euro. Dit bedrag wordt verdeeld onder de zorgkassen volgens de bepalingen in artikel 10. § 2. Indien een zorgkas in de loop van het jaar 2003 erkend wordt, vrijwillig haar activiteiten stopzet of haar erkenning verliest, wordt de subsidie pro rata berekend. § 3. Het Fonds keert een voorschot uit op de subsidie voor werkingskosten volgens de regels in artikel 12.

Art. 10.§ 1. Het Fonds betaalt elk trimester een forfaitaire vergoeding van 15.000 euro aan elke zorgkas die erkend is op 31 maart 2003, 30 juni 2003, 31 oktober 2003 en 31 december 2003 en minimaal 20 000 leden en 400 lopende dossiers heeft. Het Fonds heeft voor het verstrekken van deze vergoeding een maximaal budget van 480.000 euro.

Indien het voorziene budget overschreden wordt, wordt de forfaitaire vergoeding van elke zorgkas evenredig verminderd. § 2. Het Fonds betaalt aan elke zorgkas een forfaitaire vergoeding van 75 euro per dossier dat werd geweigerd na een extra indicatiestelling of na een extra controle. Het Fonds heeft voor het verstrekken van deze vergoeding een maximaal budget van 480.000 euro. Indien het voorziene budget overschreden wordt, wordt de forfaitaire vergoeding van elke zorgkas evenredig verminderd. § 3. Het bedrag, bedoeld in artikel 9, § 1, wordt na voorafname van het gedeelte, bedoeld in artikel 10, § 1 en § 2, in vier gelijke delen gesplitst, waarvan elk trimester 50 % verdeeld wordt op basis van het aantal leden op 31 maart 2003, 30 juni 2003, 30 september 2003 en 31 december 2003 en 50 % op basis van het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming op diezelfde data.

Art. 11.§ 1. Voor 31 maart 2004 gaat het Fonds over tot de uitbetaling van het saldo of tot de terugvordering van de te veel uitbetaalde voorschotten. § 2. Het Fonds bezorgt aan elke zorgkas een gedetailleerd overzicht van de vaststelling van de subsidie voor werkingskosten, alle reeds verstrekte voorschotten en het saldo dat het Fonds zal uitbetalen aan of terugvorderen van de zorgkas. § 3. De zorgkassen zijn verplicht om het saldo dat het Fonds terugvordert, voor 15 april 2004 terug te storten aan het Fonds.

Onderafdeling II. Regeling van de voorschotten op de subsidie voor werkingskosten

Art. 12.§ 1. Het Fonds verdeelt voor de vijftiende dag van elk kwartaal een voorschot van 495.787 euro onder de zorgkassen op basis van het aantal leden op 31 oktober 2002. § 2. Het Fonds verdeelt voor de vijftiende dag van elk kwartaal een voorschot van 495.787 euro verdelen onder de zorgkassen op basis van het aantal lopende dossiers voor tenlasteneming op 31 oktober 2002. § 3. Indien een zorgkas heeft nagelaten de stavingsstukken bedoeld in artikel 3, § 1, 2o, aan het Fonds te bezorgen, wordt de uitbetaling van het voorschot aan die zorgkas uitgesteld tot de eerstvolgende uitbetaling van een voorschot voor werkingskosten dat volgt op het ter beschikking stellen van de stavingsstukken. Afdeling III. - Subsidie voor de tenlastenemingen 2002

Art. 13.§ 1. De zorgkassen hebben recht op een subsidie voor de bedragen die aan de zorgbehoevenden werden uitbetaald tussen 1 maart 2003 en 30 april 2003 naar aanleiding van de kredietopbouw, bedoeld in artikel 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 september 2001 houdende regeling van de uitvoering van de tenlastenemingen in het kader van de zorgverzekering. § 2. De subsidie wordt alleen verstrekt voor de tenlastenemingen die nog niet werden vergoed door het Fonds tijdens de vaststelling van de definitieve subsidies voor het jaar 2002, bedoeld in artikel 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 19 oktober 2001 houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de zorgverzekering voor de jaren 2001 en 2002. § 3. De zorgkassen bezorgen tegen 30 april 2003 en 31 mei 2003 het overzicht van de bedragen die respectievelijk werden uitbetaald in de maand maart 2003 en april 2003. Het Fonds zorgt voor 15 mei 2003 en voor 15 juni 2003 voor de uitbetaling van de subsidies. § 4. Het Vlaams Zorgfonds betaalt een subsidie voor tenlasteneming indien een zorgbehoevende na een positieve beslissing van de bezwaarcommissie recht heeft op een tenlasteneming tijdens het jaar 2002. De zorgkassen bezorgen tegen 30 september 2003 een overzicht van de bedragen die werden uitbetaald na 30 april 2003 en het Fonds betaalt de subsidie tegen 15 oktober 2003. HOOFDSTUK III. - Terugvorderingsprocedure bij controle door het Fonds

Art. 14.Als uit controles door het Fonds blijkt dat een zorgkas tenlastenemingen heeft uitgevoerd in strijd met het decreet of zijn uitvoeringsbesluiten en dat die tenlastenemingen werden gebruikt bij de berekening en de uitbetaling van de jaarlijkse subsidie voor de tenlastenemingen of de jaarlijkse werkingssubsidie, dan vordert het Fonds het ten onrechte uitbetaalde subsidiebedrag terug van de zorgkas.

Het Fonds kan eveneens overgaan tot terugvordering van ten onrechte uitbetaalde subsidies als een zorgkas onjuiste gegevens heeft meegedeeld met betrekking tot het aantal aangesloten leden.

Aan de zorgkas wordt per aangetekende brief het gemotiveerde voornemen van het Fonds om tot terugvordering over te gaan meegedeeld.

Art. 15.§ 1. De zorgkas kan bezwaar aantekenen tegen het voornemen van het Fonds om tot terugvordering over te gaan. § 2. Om ontvankelijk te zijn, moet het bezwaarschrift : 1o met redenen omkleed zijn; 2o vergezeld zijn van alle relevante stukken; 3o binnen dertig dagen na ontvangst van het voornemen van het Fonds per aangetekende brief verstuurd zijn aan het Fonds.

Art. 16.§ 1. Het Fonds onderzoekt de ontvankelijkheid van het bezwaar en bezorgt het origineel van het bezwaarschrift samen met het advies over de ontvankelijkheid van het bezwaar aan de minister binnen 15 dagen na ontvangst van het bezwaarschrift. § 2. Binnen 45 dagen na de ontvangst van het bezwaarschrift en het advies van het Fonds, beslist de minister over de ontvankelijkheid en de gegrondheid van het bezwaar. De zorgkas wordt gehoord als ze hierom uitdrukkelijk heeft verzocht in haar bezwaarschrift. Als de minister geen beslissing neemt binnen de bepaalde termijn, wordt het bezwaar geacht gegrond te zijn. § 3. De beslissing van de minister wordt per aangetekende brief aan de bezwaarindiener meegedeeld en per gewone brief aan het Fonds. § 4. De minister kan nadere regels bepalen voor het verloop van die bezwaarprocedure.

Art. 17.Als er geen bezwaar wordt ingediend binnen de in artikel 16, § 2, 3o, bepaalde termijn of als het bezwaar onontvankelijk, ongegrond of gedeeltelijk gegrond wordt verklaard, voert het Fonds de terugvordering uit door het terug te vorderen bedrag, af te houden bij de eerstvolgende uitbetaling van de voorschotten voor werkingskosten of tenlastenemingen. HOOFDSTUK IV. - Vergoeding voor indicatiestellingen

Art. 18.§ 1. Een zorgkas ontvangt een vergoeding van 75 euro per uitgevoerde indicatiestelling op voorwaarde dat het gaat om een indicatiestelling die uitgevoerd werd door een door de gebruiker of zijn vertegenwoordiger gekozen gemachtigd indicatiesteller en op voorwaarde dat de zorgkas de gemachtigde indicatiesteller voor de indicatiestelling vergoedt.

Elk maand dient de zorgkas hiertoe een aanvraag in bij het Fonds volgens de door het Fonds te bepalen voorwaarden. Het Fonds betaalt de in het eerste lid genoemde vergoeding per maand. § 2. Als de dienst voor gezinszorg of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat over een erkende dienst voor gezinszorg beschikt, als gemachtigde indicatiesteller de indicatiestelling heeft uitgevoerd en als zij binnen zes maanden na die indicatiestelling gezinszorg verstrekken aan de gebruiker, dan vervalt het recht op de vergoeding voor de uitgevoerde indicatiestelling. In voorkomend geval wordt de hiervoor uitbetaalde vergoeding in mindering gebracht op de in het volgende trimester uit te betalen vergoedingen. § 3. Elke maand dienen de gemachtigde indicatiestellers de facturen voor de vergoeding van indicatiestellingen in het kader van de zorgverzekering te sturen naar de zorgkas waarbij de geïndiceerde aangesloten is. Het Fonds kan nadere voorwaarden bepalen waaraan de facturatie moet voldoen. Het Fonds geeft geen vergoeding voor de indicatiestelling indien de factuur van de gemachtigde indicatiesteller niet voldoet aan de voorwaarden opgelegd door het Fonds. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 19.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003.

Art. 20.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 14 februari 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking, M. VOGELS

^