Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 14 februari 2003
gepubliceerd op 06 juni 2003

Besluit van de Vlaamse regering betreffende het ICT-infrastructuurproject voor de informatisering van het onderwijs

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2003200610
pub.
06/06/2003
prom.
14/02/2003
ELI
eli/besluit/2003/02/14/2003200610/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 FEBRUARI 2003. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende het ICT-infrastructuurproject voor de informatisering van het onderwijs


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet betreffende het onderwijs XIV van 14 februari 2003, inzonderheid op de artikelen X.49; X.50 en X.51;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 8 juli 2002;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, gegeven op 15 juli 2002;

Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 19 juli 2002, betreffende de vraag om advies van de Raad van State binnen een maand;

Gelet op het advies nr. 33.947/1/V van de afdeling wetgeving van de Raad van State, gegeven op 19 september 2002 met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1o, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder : 1o onderwijsinstellingen : a) scholen : de scholen van het gewoon en buitengewoon basisonderwijs, het gewoon en buitengewoon voltijds secundair onderwijs en de centra voor deeltijds beroepssecundair onderwijs gefinancierd of gesubsidieerd door de Vlaamse gemeenschap (met inbegrip van de ziekenhuisscholen);b) de instellingen voor het deeltijds kunstonderwijs;c) de centra voor volwassenenonderwijs: de centra voor volwassenenonderwijs die een opleiding voor het behalen van het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid organiseren;d) de centra voor basiseducatie; 2o ziekenhuisschool : school voor buitengewoon basisonderwijs van type 5, verbonden aan een ziekenhuis waar kinderen om ernstige medische redenen opgenomen worden; 3o afdeling secundair onderwijs van een ziekenhuisschool : afdeling secundair onderwijs, verbonden aan een ziekenhuisschool; 4o leerlingen: het aantal regelmatige leerlingen van het basisonderwijs op de eerste schooldag van februari 2002 en van het secundair onderwijs op de eerste lesdag van februari 2002 en het aantal financierbare leerlingen uit het deeltijds kunstonderwijs; 5o VOCB : het Vlaams Ondersteuningscentrum voor de Basiseducatie; 6o deelnemersuren: het aantal lesuren per week, vermenigvuldigd met het aantal weken les, vermenigvuldigd met het aantal cursisten in de basiseducatie; 7o lesurencursist: het aantal lesurencursist in het volwassenenonderwijs in de referteperiode 1 februari 2001- 31 januari 2002.

Art. 2.Via het project worden financiële middelen ter beschikking gesteld aan de scholen om zich uit te rusten met moderne computertechnologie en educatieve software en om hun leerkrachten met die nieuwe technologieën vertrouwd te maken. Dit project heeft betrekking op het schooljaar 2002-2003.

Art. 3.Ten laste van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002, programma 39.20 (coördinatie beleid- en gegevensbeheer), basisallocatie 33.04 (subsidies in verband met nieuwe onderwijsmedia) worden binnen de beschikbare kredieten volgende extra middelen toegekend : 1o aan de scholen van het basisonderwijs, met uitzondering van de ziekenhuisscholen : maximaal 16,44 euro per leerling; 2o aan de ziekenhuisscholen : een forfaitair bedrag van 1.650,00 euro; 3o aan de scholen van het secundair onderwijs, met uitzondering van de ziekenhuisscholen : maximaal 10,53 euro per leerling; 4o aan de afdelingen secundair onderwijs van de ziekenhuisscholen: een forfaitair bedrag van 1.650,00 euro; 5o aan de instellingen voor deeltijds kunstonderwijs: maximaal 8,79 euro per financierbare leerling; 6o aan de centra voor basiseducatie met minder dan 30.000 deelnemersuren: een forfaitair bedrag van maximaal 22.717,00 euro; aan de centra voor basiseducatie met meer dan 30.000 en minder dan 50.000 deelnemersuren: een forfaitair bedrag van maximaal 36.260,00 euro; aan de centra voor basiseducatie met meer dan 50.000 deelnemersuren : een forfaitair bedrag van maximaal 49.600,00 euro; 7o aan het VOCB een forfaitair bedrag van 44.621,00 euro; 8o aan de centra voor volwassenenonderwijs die een GPB-opleiding inrichten : maximaal 1,11 euro per lesurencursist.

De betaling gebeurt in één schijf tegen eind december 2002.

Art. 4.Alle onderwijsinstellingen kunnen deelnemen aan het project.

Onderwijsinstellingen die geen aanspraak wensen te maken op de middelen genoemd in artikel 3, delen dat schriftelijk mee aan het departement Onderwijs.

Art. 5.De extra middelen, genoemd in artikel 3, kunnen aangewend worden voor nascholing van de leerkrachten in informatie- en communicatietechnologie, voor de aankoop of de huur van hard- en softwareproducten en -diensten en randapparatuur, en voor de vergoeding van kosten voor internetaansluiting en -verkeer.

De aangekochte uitrusting moet worden aangewend in het leerproces en mag niet worden gebruikt voor de ondersteuning van de administratie van de onderwijsinstelling. Alleen voor aangekochte netwerkinfrastructuur kan een gedeeld gebruik ten behoeve van de administratie van de onderwijsinstelling worden toegestaan op voorwaarde dat er hierdoor geen bijkomende kosten zijn binnen de informatisering van het onderwijs en het gebruik door de administratie niet ten koste gaat van de capaciteit en performantie die nuttig zouden kunnen worden aangewend op de PC's van de leerlingen en de cursisten.

Art. 6.De extra middelen, genoemd in artikel 3, zijn bestemd voor het schooljaar 2002-2003, met de mogelijkheid de middelen over te dragen naar het volgende schooljaar. Ze kunnen niet gebruikt worden ter vergoeding van kosten gemaakt vóór het schooljaar 1998-1999 voor wat het basisonderwijs betreft en vóór het schooljaar 1999-2000 voor wat het secundair onderwijs betreft. Voor alle andere onderwijsinstellingen niet voor kosten gemaakt vóór het schooljaar 2002-2003.

Art. 7.In het gemeenschapsonderwijs is het college van accountants, zoals bedoeld in artikel 47, § 1, van het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het gemeenschapsonderwijs, en in het gesubsidieerd onderwijs zijn de daartoe gemachtigde ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap belast met de controle op de aanwending van de extra middelen. De onderwijsinstellingen stellen daartoe de nodige documenten tot hun beschikking.

Als uit de controle blijkt, dat de extra middelen, genoemd in artikel 3, niet werden aangewend zoals omschreven in artikel 5, dan moet het schoolbestuur/de inrichtende macht in kwestie de extra middelen onmiddellijk terugbetalen.

Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang vanaf 1 september 2002.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 14 februari 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

^