Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 14 september 2018
gepubliceerd op 20 december 2018

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving betreffende het landbouw- en visserijbeleid

bron
vlaamse overheid
numac
2018015336
pub.
20/12/2018
prom.
14/09/2018
ELI
eli/besluit/2018/09/14/2018015336/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

14 SEPTEMBER 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving betreffende het landbouw- en visserijbeleid


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op de wet van 23 september 1931 op de aanwerving van het personeel der zeevisscherij, artikel 3, § 3, tweede lid, vervangen bij wet van 13 augustus 1990, en gewijzigd bij wet van 6 juni 2010 en het decreet van 30 juni 2017;

Gelet op het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, artikel 6bis, § 3, ingevoegd bij het decreet van 7 mei 2004 en gewijzigd bij het decreet van 27 oktober 2017;

Gelet op het decreet van 22 december 1993 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1994, artikel 12, § 1/1, ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014, § 3, derde lid, vervangen bij het decreet van 28 juni 2013, § 3/1, 2°, ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014, en § 6, 1° en 2°, ingevoegd bij het decreet van 28 juni 2013;

Gelet op het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, artikel 45, gewijzigd bij het decreet van 12 december 2008, en artikel 46, gewijzigd bij de decreten van 12 december 2008 en 9 mei 2014;

Gelet op het decreet van 8 december 2000 houdende diverse bepalingen, artikel 4;

Gelet op het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden, artikel 6, § 1;

Gelet op het decreet van 22 december 2006 houdende inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid, artikel 3, § 1 en § 3;

Gelet op het decreet van 6 juli 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij, artikel 5 en artikel 6, gewijzigd bij het decreet van 3 juli 2015;

Gelet op het decreet van 3 april 2009 houdende de organisatie van co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen, artikel 16, § 5, derde lid;

Gelet op het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, 1°, 2°, a), b), en c), 3°, 5° /1, ingevoegd bij het decreet van 30 juni 2017, en 8°, artikel 6, 9, 10, 11, 16, artikel 17, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, artikel 18, 19, artikel 20, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, artikel 21, 24, 1°, 3°, 4° en 6°, artikel 45, 58, § 3, artikel 59 en 72;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 mei 1978 tot inrichting van de keuring van begoniazaad en -knollen;

Gelet op het koninklijk besluit van 31 december 1975 tot regeling van de samenstelling en werkwijze van het Fonds voor scheepsjongens;

Gelet op het koninklijk besluit van 11 mei 1983 houdende reglementering van de handel in begoniazaad;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2004 tot erkenning van de geïntegreerde productiemethode voor pitfruit en van de producenten die volgens deze methode telen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 betreffende het erkennen van centra en subsidiëren van sensibiliseringsacties ter bevordering van een duurzame landbouw;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2005 houdende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van groentezaad;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006 betreffende de loontriage van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen die bestemd zijn om te worden ingezaaid;

Gelet op besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 betreffende de erkenning en subsidiëring van centra ter bevordering van meer duurzame landbouwproductiemethoden in de sierteelt;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 februari 2007 houdende bepalingen tot inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008 tot inwerkingtreding van het decreet van 6 juli 2007 houdende de oprichting van de strategische adviesraad voor landbouw en visserij en tot regeling van de samenstelling van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2008 betreffende het erkennen van centra voor landbouweducatie en het subsidiëren van landbouweducatieve activiteiten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2010 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 maart 2010 betreffende de verzameling van boekhoudkundige gegevens voor de uitvoering van het communautaire visserijbeleid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2010 houdende de vaststelling van algemene maatregelen voor de co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 december 2010 betreffende de certificering van hop en hopproducten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 december 2011 houdende de installatie van de satellietvolgapparatuur en het elektronische registratie- en meldsysteem op vissersvaartuigen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013 houdende de subsidiëring van bedrijfsadvisering in de biologische landbouw;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 juli 2014 betreffende het verlenen van subsidies voor de aanplant van boslandbouwsystemen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014-2020;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieu- en klimaatmaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 september 2014 tot oprichting en samenstelling van het toezichtcomité ter implementatie van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2014 tot uitvoering van het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 2006 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werking van de Raad van het Fonds voor Landbouw en Visserij en tot vaststelling van het bijzonder reglement betreffende het beheer en van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014 betreffende steun aan de investeringen en aan de overname in de landbouw;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 2015 betreffende het combineren van agromilieumaatregelen, beheerovereenkomsten, biohectaresteun en ecologisch aandachtsgebied met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014 - 2020, en tot wijziging van artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2015 betreffende steun voor innovaties in de landbouw;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2015 betreffende steun aan investeringen in de agrovoedingssector tot verhoging van de toegevoegde waarde, de kwaliteit en de voedselveiligheid van landbouwproducten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015 betreffende steun aan niet-productieve investeringen en aan de ontwikkeling van kleine landbouwbedrijven;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2015 betreffende het subsidiëren van operationele groepen inzake het Europees Partnerschap voor Innovatie - netwerk voor de productiviteit en duurzaamheid in de landbouw;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 betreffende de taken, het beheer en de werkwijze van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2016 tot vaststelling van aanvullende nationale maatregelen voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden en voor controle op de visserijactiviteiten;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 mei 1978 betreffende de uitvoeringsmodaliteiten van het koninklijk besluit van 25 mei 1978 tot inrichting van de keuring van begoniazaad en -knollen;

Gelet op het het ministerieel besluit van 13 februari 2003 tot vaststelling van het lastenboek en het veldboek betreffende de geïntegreerde productiemethode van pitfruit;

Gelet op het ministerieel besluit van 13 februari 2003 tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden tot erkenning van controleorganen inzake geïntegreerde productie van pitfruit;

Gelet op het ministerieel besluit van 3 oktober 2003 betreffende de toekenning van subsidies voor het toepassen van de geïntegreerde productiemethode voor pitfruit met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling;

Gelet op het ministerieel besluit van 12 december 2006 betreffende de erkenning van de vzw Vlaams Milieuplan Sierteelt als centrum ter bevordering van meer duurzame landbouwproductiemethoden in de sierteelt;

Gelet op het ministerieel besluit van 7 maart 2008 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen;

Gelet op het ministerieel besluit van 7 maart 2008 tot benoeming van de leden van de adviescommissie, vermeld in artikel 1, 9°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen;

Gelet op het ministerieel besluit van 28 juli 2011 tot erkenning van CKCert CVBA als controleorgaan geïntegreerde productiemethode voor pitfruit;

Gelet op het ministerieel besluit van 4 mei 2012 houdende de benoeming van de leden van de adviescommissie, vermeld in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken;

Gelet op het ministerieel besluit van 4 mei 2012 tot bepaling van de bevoegde entiteit, de samenstelling van de adviescommissie en het behoud van de bestaande erkenningen, vermeld in artikelen 12 en 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 23 mei 2018;

Gelet op advies 63.758/1/V van de Raad van State, gegeven op 16 augustus 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 31 december 1975 tot regeling van de samenstelling en werkwijze van het Fonds voor scheepsjongens

Artikel 1.In het opschrift van het koninklijk besluit van 31 december 1975 tot regeling van de samenstelling en werkwijze van het Fonds voor scheepsjongens worden de woorden "Fonds voor scheepsjongens" vervangen door de woorden "Fonds voor de Scheepsjongeren".

Art. 2.In het opschrift van hoofdstuk II van hetzelfde besluit worden de woorden "Fonds voor scheepsjongens" vervangen door de woorden "Fonds voor de Scheepsjongeren".

Art. 3.In artikel 2 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 8 juli 1992, wordt het woord "scheepsjongens" vervangen door de woorden "de Scheepsjongeren".

Art. 4.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 3.Het Fonds ressorteert onder de Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw.".

Art. 5.In artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, 1°, wordt de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid en de zeevisserij" vervangen door de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw";2° in paragraaf 2, eerste, tweede en vierde lid, wordt de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid en de zeevisserij" vervangen door de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw".

Art. 6.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de woorden "Minister van Landbouw" vervangen door de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw,".

Art. 7.In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de woorden "Minister van Landbouw" vervangen door de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw,".

Art. 8.In artikel 17 van hetzelfde besluit worden de woorden "Minister van Landbouw" vervangen door de zinsnede "Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw,".

Art. 9.In artikel 19 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, 2°, wordt het woord "scheepsjongens" vervangen door het woord "scheepsjongeren";2° in paragraaf 3 worden de woorden "Fonds voor Scheepsjongens" vervangen door het woord "Fonds";3° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt: " § 4.Opdat de scheepsjongeren en de schepelingen, vermeld in paragraaf 3, hun rechten op bezoldiging zouden verwerven, vermeldt de monsterrol uitdrukkelijk dat de aanmonstering ten laste komt van het Fonds.". HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 betreffende het erkennen van centra en subsidiëren van sensibiliseringsacties ter bevordering van een duurzame landbouw

Art. 10.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 betreffende het erkennen van centra en subsidiëren van sensibiliseringsacties ter bevordering van een duurzame landbouw, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en 6 juni 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 2° worden de woorden "het Landbouwbeleid" vervangen door de woorden "de landbouw";2° in punt 5° wordt de zinsnede "als bedoeld in artikel 16" vervangen door de zinsnede "als vermeld in artikel 17".

Art. 11.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014 en vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 12.In artikel 4, vierde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en 6 juni 2014, wordt de zinsnede "en 18" opgeheven.

Art. 13.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "bij de bevoegde entiteit kan aangevraagd worden" vervangen door de woorden "door de bevoegde entiteit ter beschikking gesteld wordt"; 2° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt: "De minister kan de wijze waarop de projectaanvraag ingediend moet worden, bepalen.".

Art. 14.In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de woorden "een begeleidende ambtenaar" vervangen door de woorden "een begeleidend personeelslid".

Art. 15.In artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het derde lid worden de woorden "bij de bevoegde entiteit kan aangevraagd worden" vervangen door de woorden "door de bevoegde entiteit ter beschikking gesteld wordt"; 2° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan de vorm en de inhoud van het tussentijdse rapport en de wijze waarop dat ingediend moet worden, nader bepalen.".

Art. 16.In artikel 12 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het derde lid worden de woorden "bij de bevoegde entiteit kan aangevraagd worden" vervangen door de woorden "door de bevoegde entiteit ter beschikking gesteld wordt";2° in het zesde lid worden de woorden "bij de bevoegde entiteit kunnen aangevraagd worden" vervangen door de woorden "door de bevoegde entiteit ter beschikking gesteld worden"; 3° er wordt een zevende lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan de vorm en de inhoud van het eindrapport en van de financiële afrekening en de wijze waarop die ingediend moeten worden, nader bepalen.".

Art. 17.In artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het woord "gedrukte" wordt opgeheven;2° de woorden "zes exemplaren" worden vervangen door de woorden "een digitale versie"; 3° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan de wijze waarop de publicaties aan de bevoegde entiteit bezorgd moeten worden, bepalen.". HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2005 houdende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van groentezaad

Art. 18.In het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2005 houdende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van groentezaad, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, 27 april 2007, 17 januari 2014 en 19 december 2014, wordt voor artikel 1, dat artikel 1/1 wordt, een nieuw artikel 1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Artikel 1.Dit besluit voorziet in de omzetting van richtlijn 2008/72/EG van de Raad van 15 juli 2008 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad.".

Art. 19.In het bestaande artikel 1, dat artikel 1/1 wordt, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt tussen het woord "soorten" en de woorden "zijn opgenomen" de zinsnede ", alsook op hybriden daarvan," ingevoegd; 2° er wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie wijzigingen aanbrengen aan de lijst van geslachten en soorten die als bijlage bij dit besluit zijn opgenomen.".

Art. 20.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt de datum "3 mei 1994" vervangen door de datum "10 augustus 2005"; 2° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt: "De minister stelt conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie de uitvoeringsmaatregelen betreffende de identificatie en de afzondering, vermeld in het eerste lid, vast.".

Art. 21.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en 19 december 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° er wordt een punt 5° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "5° /1 controleorgaan: een publiek- of privaatrechtelijke rechtspersoon die door de minister erkend wordt om de toepassing van dit besluit te controleren;"; 2° in punt 7° worden tussen het woord "een" en de woorden "publiek- of privaatrechtelijke dienst" de woorden "door de minister erkende" ingevoegd;3° in punt 8° worden de woorden "het landbouwbeleid" vervangen door de woorden "de landbouw";4° in punt 9° wordt het woord "Gemeenschap" vervangen door het woord "Unie".

Art. 22.Artikel 3/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 23.In artikel 4, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° tussen het woord "stelt" en de woorden "voor elk van de geslachten en soorten" worden de woorden "conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie" ingevoegd;2° de datum "3 mei 1994" wordt vervangen door de datum "10 augustus 2005".

Art. 24.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 5.De minister brengt conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie wijzigingen aan aan de schema's, vermeld in artikel 4, en aan de voorwaarden en bepalingen ter uitvoering van dit besluit.".

Art. 25.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 worden de woorden "fytosanitaire aspecten" vervangen door het woord "kwaliteitsaspecten";2° in paragraaf 2 worden de woorden "Gemeenschappelijke rassenlijst" vervangen door de zinsnede "gemeenschappelijke rassenlijst voor groentegewassen, vermeld in artikel 1, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen".

Art. 26.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt de datum "3 mei 1994" vervangen door de datum "10 augustus 2005" en worden de woorden "volledige planten" vervangen door de woorden "plantgoed van groentegewassen";2° aan het tweede lid worden de woorden "conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie" toegevoegd.

Art. 27.In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 worden de woorden "volledige planten" vervangen door de woorden "plantgoed van groentegewassen";2° in paragraaf 2, eerste lid, inleidende zin, wordt tussen het woord "leverancier" en het woord "op" de zinsnede, "door de bevoegde entiteit of door een controleorgaan" ingevoegd;3° in paragraaf 2, eerste lid, 4°, worden de woorden "volledige planten" vervangen door de woorden "plantgoed van groentegewassen";4° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de zinsnede ", volledige planten of plantgoed," vervangen door de woorden "of plantgoed van groentegewassen";5° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de zinsnede ", de volledige planten en het plantgoed" vervangen door de woorden "of plantgoed van groentegewassen";6° in paragraaf 3 wordt de zinsnede "een of meer van de schadelijke stoffen, genoemd in het koninklijk besluit van 3 mei 1994, voorkomen, of dat" opgeheven.

Art. 28.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 11.De minister stelt als dat nodig is conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie de uitvoeringsbepalingen van artikel 10, § 2, tweede lid, vast.".

Art. 29.In artikel 12 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt het woord "bedrijfsvoorzieningen" vervangen door het woord "bedrijf"; 2° aan paragraaf 1 wordt de volgende zin toegevoegd: "Als een leverancier besluit andere activiteiten te verrichten dan die waarvoor hij is erkend, is een nieuwe erkenning nodig."; 3° in paragraaf 2 wordt de zinsnede ", de bedrijfsvoorzieningen en het personeel" vervangen door de woorden "en de bedrijfsvoorzieningen";4° in paragraaf 2 worden tussen het woord "eisen" en het woord "preciseren" de woorden "conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie" ingevoegd;5° in paragraaf 3 worden de woorden "Als een laboratorium niet voldoet aan de eisen" vervangen door de woorden "Als een laboratorium of een leverancier niet meer voldoet aan de eisen";6° in paragraaf 3 worden tussen de woorden "dat laboratorium" en de zinsnede ", eventueel tijdelijk" de woorden "of van die leverancier" ingevoegd;7° in paragraaf 4 wordt: a) het woord "stelt" vervangen door de zinsnede "kan conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie";b) het woord "vast" vervangen door het woord "vaststellen".

Art. 30.In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 worden het eerste tot en met het derde lid vervangen door wat volgt: " § 1.Onder voorbehoud van artikel 2, worden teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen die behoren tot de geslachten en soorten die zijn opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, en die ook vallen onder het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen, binnen de Europese Unie alleen in de handel gebracht als ze behoren tot een ras dat conform artikel 6 tot en met 10 en artikel 15 tot en met 18 van het voormelde besluit toegelaten is.

Met behoud van de toepassing van paragraaf 2 en onder voorbehoud van artikel 2, worden het teeltmateriaal en het plantgoed van groentegewassen die behoren tot de geslachten en soorten die zijn opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, en die niet onder het voormelde besluit vallen, alleen in de handel gebracht als ze behoren tot een ras dat in ten minste één lidstaat officieel toegelaten is.

Wat de toelatingsvoorwaarden, de procedures en formaliteiten voor de toelating en de op instandhouding gerichte selectie betreft, zijn artikel 4, 6, § 1, § 3, § 4 en § 5, artikel 7, § 1, § 2 en § 3, artikel 8 tot en met 11, artikel 12, § 1, § 2, § 3 en § 4, en artikel 13 tot en met artikel 18 van het voormelde besluit van toepassing."; 2° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: " § 2.De rassen die conform paragraaf 1, tweede lid, officieel toegelaten zijn, worden opgenomen in de rassenlijst voor groentegewassen, vermeld in artikel 1, 9°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen.

Artikel 19, § 2, artikel 20 en 21 van het voormelde besluit zijn op de in het eerste lid vermelde rassen van toepassing.".

Art. 31.In artikel 18 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid, 1°, wordt tussen het getal "16" en het woord "aan" de zinsnede "en 17" ingevoegd;2° in het eerste lid, 2°, wordt tussen het getal "22," en het woord "voor" de zinsnede "tweede lid," ingevoegd; 3° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt: "De minister stelt conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie uitvoeringsbepalingen vast betreffende andere eisen aan de ontheffingen, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, in het bijzonder voor de begrippen "kleine producenten" en "lokale markt" en betreffende de procedures daarvoor.".

Art. 32.In artikel 19 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de zinsnede "kunnen volgens de procedure door de minister vastgesteld, maatregelen worden genomen" wordt vervangen door de woorden "kan de minister conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie maatregelen vaststellen";2° de datum "3 mei 1994" wordt vervangen door de datum "10 augustus 2005";3° het woord "insecten" wordt vervangen door het woord "organismen".

Art. 33.In artikel 20 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid opgeheven.

Art. 34.In artikel 21 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het woord "Gemeenschap" wordt telkens vervangen door het woord "Unie";2° de woorden "fytosanitaire aspecten" worden vervangen door het woord "kwaliteitsaspecten".

Art. 35.In artikel 22, tweede lid, van hetzelfde besluit worden tussen het woord "minister" en het woord "vastgesteld" de woorden "conform de beslissingen van de instellingen van de Europese Unie" ingevoegd.

Art. 36.Artikel 23 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 23.De bevoegde entiteit voert proeven of als dat nodig is analyses op monsters uit om na te gaan of het teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen voldoet aan de voorschriften en voorwaarden van dit besluit.".

Art. 37.In artikel 24, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, wordt het woord "Gemeenschap" vervangen door het woord "Unie".

Art. 38.In artikel 25 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: " § 2.De minister kan de technische controle die in principe door de bevoegde entiteit wordt uitgevoerd, delegeren aan door hem erkende controleorganen."; 2° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.Om erkend te worden moet het controleorgaan aan de volgende voorwaarden voldoen: 1° een geldige erkenningsaanvraag indienen bij de bevoegde entiteit;2° beschikken over een geldige erkenning die toegekend is door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen als vermeld in artikel 10 van het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende autocontrole, meldingsplicht en traceerbaarheid in de voedselketen;3° beschikken over personeel met een grondige kennis van de voorwaarden, vermeld in dit besluit.Dat wordt bewezen door een officieel examen, georganiseerd door de bevoegde entiteit.

De attesten die de voorwaarden vermeld in het tweede lid, 2° en 3°, bewijzen, worden bij de erkenningsaanvraag gevoegd.

De minister kan de inhoud van de erkenningsaanvraag en de procedure voor de erkenning verder bepalen."; 3° er worden een paragraaf 4, 5, 6 en 7 ingevoegd, die luiden als volgt: " § 4.Een controleorgaan als vermeld in paragraaf 3: 1° voert de controles uit, vermeld in dit besluit, en in het algemene controlereglement groentegewassen, dat de bevoegde entiteit opgemaakt heeft;2° legt jaarlijks voor 31 maart van het jaar dat volgt op de controles en volgens de instructies van de bevoegde entiteit aan de bevoegde entiteit de lijst voor van de gecontroleerde leveranciers met de resultaten van de uitgevoerde controles;3° brengt de bevoegde entiteit onmiddellijk op de hoogte van overtredingen;4° laat het personeel dat de controles uitvoert, deelnemen aan een bijscholing die georganiseerd wordt door de bevoegde entiteit. § 5. De bevoegde entiteit voert toezicht uit op de erkende controleorganen. Daarbij wordt nagegaan of het controleorgaan voldoet aan de eisen, vermeld in paragraaf 4. § 6. Als uit het toezicht, vermeld in paragraaf 5, blijkt dat het controleorgaan niet voldoet aan de eisen, vermeld in paragraaf 4, brengt de bevoegde entiteit het controleorgaan daarvan op de hoogte met een brief. Bij die brief wordt het verslag van de controleactiviteiten en de vastgestelde tekortkomingen gevoegd.

Het controleorgaan bezorgt de bevoegde entiteit binnen twee maanden na de ontvangst van het verslag, vermeld in het eerste lid een voorstel met correctieve acties en een termijn waarin die uitgevoerd zullen worden.

Op basis van het voorstel, vermeld in het tweede lid, neemt de bevoegde entiteit een beslissing over de correctieve acties en de termijn waarin die uitgevoerd moeten zijn.

Als het controleorgaan de correctieve acties niet of niet binnen de opgelegde termijn, vermeld in derde lid, uitvoert, kan het met een brief opgeroepen worden om zich te verantwoorden voor de bevoegde entiteit. Het resultaat van die oproeping kan zijn dat aan het controleorgaan een laatste termijn wordt opgelegd om de correctieve acties uit te voeren.

Als het controleorgaan de correctieve acties niet of niet binnen de opgelegde termijn, vermeld in derde of vierde lid, uitvoert, stelt de bevoegde entiteit de minister voor om de erkenning op te heffen. De bevoegde entiteit brengt het controleorgaan van dat voorstel op de hoogte. § 7. De minister beslist of de erkenning van het controleorgaan al dan niet wordt opgeheven. De opheffing van de erkenning wordt met een brief meegedeeld aan het controleorgaan, met vermelding van de beschikbare rechtsmiddelen. De opheffing wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Bij een opheffing van zijn erkenning brengt het controleorgaan op eigen kosten en zonder uitstel al zijn marktdeelnemers individueel en via zijn website op de hoogte van de officiële beslissing. Het vestigt daarbij hun aandacht op de dringende noodzaak om zich onder controle te stellen van een ander controleorgaan.".

Art. 39.Artikel 27 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 40.In de bijlage bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 27 april 2007 en 17 januari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de zinsnede "Antrhiscus cerefolium (L.) Hoffm." wordt vervangen door de zinsnede "Anthriscus cerefolium (L.) Hoffm."; 2° de zinsnede "Beta vilgaris L." wordt vervangen door de zinsnede "Beta vulgaris L."; 3° het woord "stoppenknol" wordt vervangen door het woord "stoppelknol";4° het woord "Citrulus" wordt vervangen door het woord "Citrullus";5° het woord "Cardoen" wordt vervangen door het woord "Kardoen";6° het woord "Ramenas" wordt vervangen door het woord "Rammenas". HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006 betreffende de loontriage van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen die bestemd zijn om te worden ingezaaid

Art. 41.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006 betreffende de loontriage van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen die bestemd zijn om te worden ingezaaid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 februari 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 6° wordt vervangen door wat volgt: "6° loontrieerder: de natuurlijke of rechtspersoon die aan loontriage doet, zonder daarbij een beroep te doen op derden, of de natuurlijke of rechtspersoon die een mobiele trieerinstallatie ter beschikking stelt, ongeacht de omstandigheden van die terbeschikkingstelling;"; 2° punt 8° wordt vervangen door wat volgt: "8° landbouwernummer: het nummer dat wordt toegekend in het kader van de verplichting van een systeem van unieke identificatie van iedere landbouwer, vermeld in verordening (EU) nr.1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad; 3° in punt 12° worden de woorden "het Landbouwbeleid en de Zeevisserij" vervangen door de woorden "de landbouw.".

Art. 42.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 43.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 2.Alleen natuurlijke of rechtspersonen die de minister erkent als loontrieerder mogen aan loontriage doen.".

Art. 44.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 3.§ 1. Om erkend te worden als vermeld in artikel 2, moet de loontrieerder aan al de volgende voorwaarden voldoen: 1° beschikken over een aangepaste installatie die een samenhangende eenheid vormt en die ten minste bestaat uit: a) een reinigings- en trieertoestel;b) een geijkt weegtoestel;c) een ontsmettingstoestel voor een chemische behandeling van de zaden;d) een lokaal dat of een kast die bestemd is voor de goede bewaring van de monsters;2° beschikken over een ruimte waar de partijen in afwachting van de loontriage duidelijk gescheiden en goed geïdentificeerd bewaard kunnen worden;3° in geval van het opslaan van zaden die bestemd zijn om te worden ingezaaid, beschikken over een infrastructuur die de goede bewaring van de zaden verzekert;4° alle retributies betalen die in het kader van de erkenning verschuldigd zijn. Als de loontrieerder meer dan een installatie gebruikt in het kader van dit besluit, moeten alle installaties aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, voldoen. Eenzelfde installatie mag niet tegelijk in aanmerking komen voor de erkenning als loontrieerder en voor de erkenning als handelaar-bereider van zaaizaden van de soorten, vermeld in artikel 1, 1°, die wordt verleend conform de reglementering houdende inrichting van de keuring van zaaizaad van landbouwgewassen. § 2. Voor de loontrieerder die trieert bij de landbouwer met behulp van een mobiele installatie, geldt paragraaf 1 met uitzondering van het eerste lid, 2° en 3°. Bovendien deelt de loontrieerder op eenvoudig verzoek van de bevoegde entiteit mee waar de mobiele installatie zich bevindt. § 3. Om erkend te blijven, moet de loontrieerder naast de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1, aan al de volgende voorwaarden voldoen: 1° de procedure, vermeld in artikel 7, bij elke loontriage doorlopen;2° alle vierde exemplaren van het begeleidende document, waarvan vak 1, 2 en 3 ingevuld en ondertekend zijn, vermeld in artikel 7, § 8, elk jaar voor 15 mei bij de bevoegde entiteit indienen;3° een register bijhouden dat bestaat uit het klassement van alle begeleidende documenten, vermeld in artikel 7, § 9, al dan niet volledig of gedeeltelijk ingevuld naargelang van de toestand van elke zaadpartij gedurende een periode van drie jaar vanaf de datum van teruggave van de getrieerde zaden;4° toegang verschaffen aan de landbouwer of zijn afgevaardigde tot de plaatsen waar de zaden worden bewaard en getrieerd, zolang de zaden zich bij de loontrieerder bevinden;5° geen zaden van verschillende partijen mengen of omwisselen of een gedeelte van een partij wegnemen of er zaden aan toevoegen bij het aanbieden met het oog op de loontriage, gedurende het opslaan, het triëren, het reinigen, het ontsmetten, het verpakken en het vervoeren;6° bewijzen voorleggen van de bestemming van de hoeveelheid zaden die de landbouwer heeft aangeboden en die niet tegen loon getrieerd zijn; 7° alle retributies betalen die in het kader van de erkenning verschuldigd zijn.".

Art. 45.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: " § 2.De minister verleent de erkenning aan de loontrieerder voor een welbepaalde installatie en voor een termijn van ten hoogste vijf jaar, die begint op 1 juli van het lopende jaar.

De bevoegde entiteit kent een erkenningsnummer toe aan iedere erkende installatie. Die erkende installatie kan niet tegelijk door een andere loontrieerder aangegeven worden in het kader van een erkenningsaanvraag."; 2° in paragraaf 3 en 4 wordt telkens het woord "jaarlijks" opgeheven;3° in paragraaf 5 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: " § 5.Met behoud van de toepassing van eventuele handhavingsmaatregelen die opgelegd zijn conform het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, schorst de minister de erkenning als er tekortkomingen worden vastgesteld in de naleving van artikel 3 van dit besluit, tijdens een periode die vastgesteld wordt afhankelijk van de ernst van de vastgestelde tekortkomingen. Alvorens de beslissing tot schorsing genomen wordt, heeft de betrokkene het recht om gehoord te worden binnen veertien kalenderdagen vanaf de kennisgeving van het voornemen tot schorsing.

De minister brengt de loontrieerder met een aangetekende brief op de hoogte van zijn beslissing tot schorsing van de erkenning. Hij stelt de duur van de schorsing vast, alsook de manier om er in voorkomend geval een vervroegd einde aan te stellen."; 4° in paragraaf 5 wordt in het derde lid de zinsnede " § 2" vervangen door de zinsnede " § 1".

Art. 46.In artikel 6, 2°, van hetzelfde besluit wordt de zin "Dit begeleidende document wordt vervangen door een analoog document als de landbouwer heeft laten triëren tegen loon buiten Vlaanderen." opgeheven.

Art. 47.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "3, 2° " vervangen door de zinsnede "3, § 1, eerste lid, 2° ";2° in paragraaf 6, vierde lid, wordt de zinsnede "3, 1°, d)" vervangen door de zinsnede "3, § 1, eerste lid, 1°, d)";3° in paragraaf 8 wordt de zinsnede "3, 6° " vervangen door de zinsnede "3, § 3, 2° ";4° in paragraaf 9 wordt de zinsnede "3, 7° " vervangen door de zinsnede "3, § 3, 3° ".

Art. 48.In artikel 8, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 ter uitvoering van de reglementaire voorschriften, verbonden aan de bedrijfstoeslagregeling" vervangen door de zinsnede "verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad".

Art. 49.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 februari 2007 houdende bepalingen tot inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid

Art. 50.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 februari 2007 houdende bepalingen tot inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid, gewijzigd bij 19 december 2014, wordt punt 4° vervangen door wat volgt: "4° verzamelaanvraag: de verzamelaanvraag, vermeld in artikel 11 van gedelegeerde verordening (EU) nr. 640/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem en de voorwaarden voor weigering of intrekking van betalingen en voor administratieve sancties in het kader van rechtstreekse betalingen, plattelandsontwikkelingsbijstand en de randvoorwaarden;".

Art. 51.In artikel 2, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 52.In artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, 23 maart 2012 en 25 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.De verzamelaanvraag is de basis voor: 1° de aangifte van alle landbouwareaal, vermeld in artikel 4, lid 1, e), van verordening (EU) nr.1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad; 2° de aangifte van de vergroeningselementen, vermeld in hoofdstuk 3, afdeling 3, van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, die de landbouwer wil gebruiken in het kader van de vergroeningspremie en om te voldoen aan de verplichting van het ecologisch aandachtsgebied;3° de aangifte van stallen, gebouwen, niet-landbouwareaal en percelen in het kader van het Mestdecreet van 22 december 2006;4° de aanvraag voor de jonge landbouwersbetaling, vermeld in hoofdstuk 3, afdeling 4, van het voormelde besluit van 24 oktober 2014;5° de aangifte van percelen voor biocertificering en de percelen die al gecertificeerd zijn;6° de betalingsaanvraag voor inkomenscompensatie en onderhoudssubsidie voor bebossing van landbouwgronden, vermeld in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015 betreffende het verlenen van subsidies voor bebossing en voor herbebossing;7° de aangifte van de teelten waarvoor steun wordt aangevraagd in het kader van het doel, vermeld in artikel 33, lid 1, e), van verordening (EU) nr.1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad; 8° de aangifte van percelen waarop dieren geplaatst zijn, in het kader van diergebonden steunmaatregelen;9° de aangifte en de aanvraag van een teelttoestemming voor hennep als vermeld in artikel 21 van het voormelde besluit van 24 oktober 2014;10° een aanvraag van nieuwe betalingsrechten of van een verhoging van betalingsrechten uit de reserve als vermeld in artikel 33, § 3, eerste lid, van het voormelde besluit van 24 oktober 2014;11° de facultatieve aangifte van boslandbouwsystemen met het oog op de vrijstelling van de vergunningsplicht, vermeld in artikel 8, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu;12° de aangifte van percelen, de verbintenisaanvragen en betalingsaanvragen voor beheerovereenkomsten en agromilieuverbintenissen vermeld in artikel 12, § 3, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieu- en klimaatmaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020;13° de activering van betalingsrechten conform artikel 27 van het voormelde besluit van 24 oktober 2014;14° de aanvraag voor nieuwe verbintenissen en de betalingsaanvraag voor de hectaresteun voor biologische productiemethode, vermeld in artikel 6, eerste en vierde lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaamse Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014-2020;15° de betalingsaanvraag voor de aanplantsubsidie voor boslandbouwsystemen, vermeld in artikel 5, § 3, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 juli 2014 betreffende het verlenen van subsidies voor de aanplant van boslandbouwsystemen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014-2020;16° de aangifte van niet-productieve investeringen, vermeld in artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015 betreffende steun aan niet-productieve investeringen en aan de ontwikkeling van kleine landbouwbedrijven; 17° de aangifte van activiteiten als vermeld in artikel 8 van het voormelde besluit van 24 oktober 2014, waardoor men niet als actieve landbouwer wordt beschouwd."; 2° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.De terzake bevoegde minister bepaalt de verdere voorwaarden en regels ter uitvoering en beheer van § 1 en § 2 en de regels aangaande de werking van de verzamelaanvraag.". HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen

Art. 53.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015, wordt punt 8° opgeheven.

Art. 54.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 55.In artikel 3 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 2 wordt opgeheven; 2° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zin "Het advies van de adviescommissie wordt, samen met het registratieaanvraag en de eventuele bezwaren en antwoorden, onverwijld aan de minister bezorgd." vervangen door de zin "Na het verstrijken van de termijnen, vermeld in paragraaf 1, bezorgt de bevoegde entiteit de eventueel herwerkte registratieaanvraag en de eventuele bezwaren en antwoorden aan de minister."; 3° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "na ontvangst van het advies" opgeheven.

Art. 56.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 en 19 december 2014, wordt een artikel 3/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 3/1.De producent die wil gebruikmaken van een beschermde oorsprongsbenaming, beschermde geografische aanduiding of gegarandeerde traditionele specialiteit, meldt dat vooraf aan de bevoegde entiteit.". HOOFDSTUK 7. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008 tot inwerkingtreding van het decreet van 6 juli 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij en tot regeling van de samenstelling van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij

Art. 57.In artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008 tot inwerkingtreding van het decreet van 6 juli 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij en tot regeling van de samenstelling van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij worden de woorden "Katholieke Landelijke Jeugd vzw" vervangen door de woorden "Katholieke Landelijke Jeugd & Groene Kring vzw".

Art. 58.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "Natuurpunt vzw" vervangen door de zinsnede "Natuurpunt, vereniging voor natuur en landschap in Vlaanderen vzw".

Art. 59.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° wordt de zinsnede "Fedagrim, de Belgische Federatie van de uitrusting voor de Landbouw, de Tuinbouw, de Veeteelt en de Tuin vzw" vervangen door de zinsnede "de Belgische Federatie van de Toeleveranciers van machines, gebouwen en uitrustingen en aanverwante diensten voor de Landbouw en voor de Groenvoorzieningen vzw";2° in punt 2° worden de woorden "Beroepsverening van de mengvoederfabrikanten vzw" vervangen door de woorden "Belgian Feed Association vzw".

Art. 60.In artikel 10, 1°, van hetzelfde besluit worden de woorden "het Federatie Voedingsindustrie" vervangen door het woord "Fevia".

Art. 61.In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de woorden "V.B.T. vzw" vervangen door de woorden "het Verbond van Belgische Tuinbouwcoöperaties vzw".

Art. 62.In artikel 17 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 mei 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 2° worden de woorden "de Stichting voor Duurzame Visserijontwikkeling vzw" vervangen door de woorden "VISGRO vzw";2° in punt 6° worden de woorden "Nationale Federatie der Viskleinhandelaars VZW" vervangen door de woorden "Vlaamse Federatie van Vishandelaars vzw";3° in punt 7° worden de woorden "Groepering der Visnijverheden" vervangen door de woorden "Belgische groepering van de visindustrie";4° in punt 9° worden de woorden "Nieuwpoortse Visveiling" vervangen door de woorden "Stedelijke Vismijn Nieuwpoort;5° in punt 10 wordt tussen het woord "Instituut" en het woord "van" het woord "Mercator" ingevoegd; 6° punt 11° wordt vervangen door wat volgt: "11° een vertegenwoordiger, die samen door Bond Beter Leefmilieu vzw en Natuurpunt, vereniging voor natuur en landschap in Vlaanderen vzw, wordt voorgedragen.". HOOFDSTUK 8. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen

Art. 63.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 64.In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 24 februari 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° twee vertegenwoordigers van de bevoegde entiteit, waarvan één vertegenwoordiger door de voorzitter van het Comité als verslaggever aangewezen wordt;"; 2° in het eerste lid wordt punt 5° opgeheven; 3° tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "Het Comité kan tijdelijk en afhankelijk van de concrete dossiers een beroep doen op andere vertegenwoordigers van de diensten en instellingen van de Vlaamse overheid en externe deskundigen.".

Art. 65.In artikel 6, § 5, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "vermeld in Verordening (EG) nr. 1467/94 van de Raad van 20 juni 1994 inzake de instandhouding, de karakterisering, de verzameling en het gebruik van genetische hulpbronnen in de landbouw" opgeheven.

Art. 66.In artikel 7, § 1, derde lid, 2°, van hetzelfde besluit worden de woorden "het verzoek om" vervangen door de woorden "de aanvraag van".

Art. 67.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.De procedure van de aanvraag van toelating tot de rassenlijst van landbouwgewassen of de rassenlijst van groentegewassen wordt door de minister vastgesteld.

Bij het indienen van de aanvraag van toelating tot de rassenlijst van een ras moet de aanvrager aanduiden of er voor dat ras al een aanvraag is ingediend in een ander gewest of lidstaat en zo ja, in welk gewest of welke lidstaat de aanvraag is ingediend en tot welk resultaat de aanvraag heeft geleid.".

Art. 68.In artikel 12, § 6, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "Verordening (EG) nr. 930/2000 van de Commissie van 4 mei 2000 tot vaststelling van nadere bepalingen betreft de geschiktheid van rasbenamingen voor landbouw- en groentegewassen" vervangen door de zinsnede "verordening (EG) nr. 637/2009 van de Commissie van 22 juli 2009 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen betreffende de geschiktheid van rasbenamingen voor landbouw- en groentegewassen".

Art. 69.In artikel 19, § 2, 3°, worden de woorden "25 februari 2005" vervangen door de zinsnede "21 februari 2005 tot reglementering van de doelbewust introductie in het leefmilieu evenals van het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde organisemen of van producten die er bevatten".

Art. 70.In artikel 20 van hetzelfde besluit worden de woorden "25 februari 2005" vervangen door de zinsnede "21 februari 2005 tot reglementering van de doelbewust introductie in het leefmilieu evenals van het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde organisemen of van producten die er bevatten".

Art. 71.In artikel 22, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "Onverminderd Verordening (EG) nr. 1467/94 van de Raad van 20 juni 1994 inzake de instandhouding, de karakterisering, de verzameling en het gebruik van genetische hulpbronnen in de landbouw, stelt de minister" vervangen door de woorden "De minister stelt".

Art. 72.Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2008 betreffende het erkennen van centra voor landbouweducatie en het subsidiëren van landbouweducatieve activiteiten

Art. 73.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2008 betreffende het erkennen van centra voor landbouweducatie en het subsidiëren van landbouweducatieve activiteiten, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° wordt de zinsnede "3 maart 2004 inzake de subsidiëring van meer duurzame landbouwproductiemethoden en de erkenning van centra voor meer duurzame landbouw" vervangen door de zinsnede "28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid";2° in punt 2° worden de woorden "het Landbouwbeleid en de Zeevisserij" vervangen door de woorden "de landbouw";3° in punt 4°, 5° en 9° wordt de zinsnede "artikel 20" telkens vervangen door de zinsnede "artikel 19".

Art. 74.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 75.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de inleidende zin wordt de zinsnede "artikel 21" vervangen door de zinsnede "artikel 20";2° in punt 2° wordt het woord "producent" telkens vervangen door het woord "landbouwer".

Art. 76.In artikel 3 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 21" vervangen door de zinsnede "artikel 20".

Art. 77.In artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt de zinsnede "artikel 21" vervangen door de zinsnede "artikel 20".

Art. 78.In artikel 7, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt de zinsnede "artikel 21" vervangen door de zinsnede "artikel 20".

Art. 79.In artikel 22, derde lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikelen 55 tot en met 58 van de gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit" vervangen door de zinsnede "artikel 13 van de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof".

Art. 80.In artikel 24 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt de zinsnede "artikel 55 tot en met 58 van de gecoördineerde wetten" vervangen door de zinsnede "artikel 13 van de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof".

Art. 81.Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 25.Het door de bevoegde entiteit ter beschikking gestelde logo moet vermeld worden in alle communicatievormen over de activiteiten, vermeld in dit besluit. Uitzonderingen daarop zijn alleen toegelaten op voorwaarde dat daarvoor voorafgaandelijk schriftelijk of elektronisch een gemotiveerde aanvraag ingediend wordt en op voorwaarde dat de bevoegde entiteit die aanvraag schriftelijk of elektronisch goedgekeurd heeft.". HOOFDSTUK 1 0. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten

Art. 82.In artikel 1, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten worden de woorden "het landbouwbeleid en de zeevisserij" vervangen door de woorden "de landbouw".

Art. 83.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2015, wordt opgeheven.

Art. 84.In artikel 14, derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "met een aangetekende brief" worden vervangen door het woord "schriftelijk";2° de woorden "die brief" worden vervangen door de woorden "die kennisgeving".

Art. 85.Artikel 25 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2015, wordt opgeheven.

Art. 86.In artikel 46, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2015, worden de woorden "geeft elke producent de toestemming aan zijn controleorgaan om over de gegevens van de database over zijn veebeslag te beschikken" vervangen door de woorden "kunnen de gegevens van het veebeslag van de producenten door de bevoegde entiteit en door de controleorganen rechtstreeks opgevraagd worden via dat systeem". HOOFDSTUK 1 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2010 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt

Art. 87.Artikel 2/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2010 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 88.In artikel 12, § 2, van hetzelfde besluit wordt het jaartal "2010" vervangen door het jaartal "2018".

Art. 89.Artikel 20 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. HOOFDSTUK 1 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 maart 2010 betreffende de verzameling van boekhoudkundige gegevens voor de uitvoering van het communautaire visserijbeleid

Art. 90.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 maart 2010 betreffende de verzameling van boekhoudkundige gegevens voor de uitvoering van het communautaire visserijbeleid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° boekhoudkundige gegevens: de lijst van economische variabelen, vermeld in tabel 5A van het uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1251 van de Commissie van 12 juli 2016 tot vaststelling van een meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserij- en de aquacultuursector voor de periode 2017-2019;".

Art. 91.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 92.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt het woord "communautaire" vervangen door het woord "gemeenschappelijk".

Art. 93.In artikel 4 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten" vervangen door de zinsnede "het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid". HOOFDSTUK 1 3. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2010 houdende de vaststelling van algemene maatregelen voor de co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen

Art. 94.In artikel 22 van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2010 houdende de vaststelling van algemene maatregelen voor de co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt punt 6° opgeheven; 2° aan paragraaf 1 wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De erkenning voor staalname en de contactgegevens van de dienst worden gepubliceerd."; 3° in paragraaf 2, eerste lid, wordt punt 4° opgeheven; 4° aan paragraaf 2 wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De erkenning voor analyses en de contactgegevens van het laboratorium worden gepubliceerd.". HOOFDSTUK 1 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 december 2010 betreffende de certificering van hop en hopproducten

Art. 95.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 december 2010 betreffende de certificering van hop en hopproducten, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° hop: de producten, vermeld in bijlage I, deel VI van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, en nader omschreven in de definities, vermeld in bijlage II, deel III, van de voormelde verordening;".

Art. 96.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 97.In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 117 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten ("Integrale-GMO-verordening")" vervangen door de zinsnede "artikel 77 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad".

Art. 98.In artikel 3 van hetzelfde besluit wordt het derde lid vervangen door wat volgt: "De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, erkent de certificeringscentra overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1850/2006. De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, kan de erkenning intrekken als het certificeringscentrum niet meer voldoet aan een van de voorwaarden, vermeld in het eerste of het tweede lid.".

Art. 99.In artikel 6 van hetzelfde besluit wordt het getal "1580" vervangen door het getal "1850".

Art. 100.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.In het kader van de certificering, en in het bijzonder voor de controle ter plaatse op de voorwaarden, vermeld in artikel 4, 6, 9, 11, 13, 14, 16 en 20 van de verordening (EG) nr. 1850/2006, betaalt de aanvrager een retributie aan het Vlaams Landbouwfonds van 30 euro per verplaatsing, ongeacht het aantal certificeringen dat op die plaats wordt verricht.

Op 1 juli van het jaar (x) wordt het bedrag van de retributie, vermeld in het eerste lid, met 5 % verhoogd als het indexcijfer van de consumptieprijzen in minstens een van de maanden van het jaar ervoor (x-1) met 5 % of een veelvoud van 5% is gestegen ten opzichte van het basisindexcijfer. Het basisindexcijfer is het indexcijfer van de consumptieprijzen van juli 2017.

De aanvrager stort de verschuldigde retributie op de rekening van het Vlaams Landbouwfonds binnen dertig kalenderdagen na de verzending van de factuur.".

Art. 101.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. HOOFDSTUK 1 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 december 2011 houdende de installatie van de satellietvolgapparatuur en het elektronische registratie- en meldsysteem op vissersvaartuigen

Art. 102.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 december 2011 houdende de installatie van de satellietvolgapparatuur en het elektronische registratie- en meldsysteem op vissersvaartuigen, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 103.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 december 2014 en 9 september 2016, wordt een artikel 8/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 8/1.Naar gelang de ernst van de inbreuk, worden inbreuken op artikel 14, 15, 23, 24, 62 en 63 van Verordening (EG) nr. 1224/2009, bestraft conform artikel 56 en hoofdstuk 3, afdeling 2, van het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid.". HOOFDSTUK 1 6. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken

Art. 104.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 4° worden de woorden "het landbouwbeleid" vervangen door de woorden "de landbouw";2° punt 6° en 7° wordt vervangen door wat volgt: "6° product: de producten, vermeld in artikel 92, lid 1, van verordening (EU) nr.1308/2013;" 7° productdossier: het productdossier, vermeld in artikel 94, lid 2, van verordening (EU) nr.1308/2013;"; 3° punt 10° wordt vervangen door wat volgt: "10° verordening (EU) nr.1308/2013: de verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad;"; 4° er wordt een punt 12° toegevoegd, dat luidt als volgt: "12° bevoegde entiteit: het Departement Landbouw en Visserij van het Vlaams Ministerie van Landbouw en Visserij.".

Art. 105.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede "118sexies van Verordening (EG) nr.1234/2007" vervangen door de zinsnede "94 van verordening (EU) nr. 1308/2013"; 2° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "118quater, 1, van Verordening (EG) nr.1234/2007" vervangen door de zinsnede "94, lid 1, van verordening (EU) nr. 1308/2013".

Art. 106.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "118quater, 2, van Verordening 1234/2007" vervangen door de zinsnede "94, lid 2, van verordening (EU) nr.1308/2013"; 2° paragraaf 2 wordt opgeheven;3° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "en het advies" opgeheven;4° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "Verordening (EG) nr. 1234/2007" vervangen door de zinsnede "verordening (EU) nr. 1308/2013; 5° in paragraaf 4, eerste lid, wordt de zinsnede "118quater, 1, van Verordening (EG) nr.1234/2007" vervangen door de zinsnede "94, lid 1, van verordening (EU) nr. 1308/2013"; 6° in paragraaf 4, tweede lid, wordt de zinsnede "118septies, 5, van Verordening (EG) nr.1234/2007" vervangen door de zinsnede "96, lid 5, van verordening (EU) nr. 1308/2013"; 7° in paragraaf 5 wordt de zinsnede "118octodecies, 2, van Verordening (EG) nr.1234/2007" vervangen door de zinsnede "105 van verordening (EU) nr. 1308/2013".

Art. 107.In hetzelfde besluit worden hoofdstuk 5, dat bestaat uit artikel 12, en hoofdstuk 6, dat bestaat uit artikel 13, opgeheven. HOOFDSTUK 1 7. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens

Art. 108.In artikel 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2016, wordt een punt 18° toegevoegd, dat luidt als volgt: "18° algemene verordening gegevensbescherming: verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming).".

Art. 109.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.Met toepassing van artikel 2, lid 1, van verordening (EU) nr. 2017/1182 is de indeling van geslachte runderen, vermeld in artikel 6 van dit besluit, niet bindend voor inrichtingen waar op jaarbasis gemiddeld minder dan 75 runderen van ten minste acht maanden oud per week worden geslacht.

De inrichtingen die toch vrijwillig indelen, delen in conform verordening (EU) nr. 1308/2013, verordening (EU) nr. 2017/1182, uitvoeringsverordening (EU) nr. 2017/1184 en dit besluit, en melden dat vooraf schriftelijk aan de bevoegde autoriteit.".

Art. 110.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 14.Met toepassing van artikel 2, lid 1, van verordening (EU) nr. 2017/1182 is de indeling van geslachte varkens, vermeld in artikel 6 van dit besluit, niet bindend voor inrichtingen waar op jaarbasis gemiddeld minder dan 200 varkens per week worden geslacht.

De inrichtingen die toch vrijwillig indelen, delen in conform verordening (EU) nr. 1308/2013, verordening (EU) nr. 2017/1182, uitvoeringsverordening (EU) nr. 2017/1184 en dit besluit, en melden dat vooraf schriftelijk aan de bevoegde autoriteit.".

Art. 111.In artikel 36 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de zinsnede "van persoonsgegevens, vermeld in artikel 1, § 5, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens" wordt vervangen door de zinsnede ", vermeld in artikel 4, 8), van de algemene verordening gegevensbescherming";2° de zinsnede "verantwoordelijke voor de verwerking, vermeld in artikel 1, § 4, van de voormelde wet" wordt vervangen door de zinsnede "verwerkingsverantwoordelijke, vermeld in artikel 4, 7), van de algemene verordening gegevensbescherming".

Art. 112.In artikel 41 van hetzelfde besluit worden de woorden "verantwoordelijke voor de verwerking" vervangen door het woord "verwerkingsverantwoordelijke".

Art. 113.In artikel 42 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zin "Een actor die een elektronische mededeling van gegevens wil verkrijgen die vallen onder de persoonsgegevens, vermeld in artikel 1, § 1, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, dient daarvoor een aanvraag tot machtiging van de Vlaamse Toezichtcommissie in, met toepassing van artikel 8 van het decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer" vervangen door de zin "De mededeling van persoonsgegevens, vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming, gebeurt met toepassing van de regelgeving inzake de bescherming van natuurlijke personen bij de verwerking van persoonsgegevens die van toepassing zijn bij de mededeling van persoonsgegevens, zoals ze in voorkomend geval op federaal of Vlaams niveau verder zijn of worden gespecificeerd."; 2° in paragraaf 4, eerste lid, worden de woorden "De IVB bezorgt na machtiging door de Vlaamse Toezichtcommissie" vervangen door de zinsnede "Met toepassing van de regelgeving inzake de bescherming van natuurlijke personen bij de verwerking van persoonsgegevens die van toepassing zijn bij de mededeling van persoonsgegevens, zoals ze in voorkomend geval op federaal of Vlaams niveau verder zijn of worden gespecificeerd, bezorgt de IVB".

Art. 114.Artikel 71 en 72 wordt opgeheven. HOOFDSTUK 1 8. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013 houdende de subsidiëring van bedrijfsadvisering in de biologische landbouw

Art. 115.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013 houdende de subsidiëring van bedrijfsadvisering in de biologische landbouw, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 116.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "gedateerd en" worden opgeheven; 2° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan nadere regels bepalen over de inhoud van het contract, vermeld in het eerste lid, de te volgen procedure, en de wijze van ondertekening, afsluiting en indiening van het contract.".

Art. 117.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid en het vijfde tot en met het zevende lid worden opgeheven; 2° het bestaande achtste lid, dat het vierde lid wordt, wordt vervangen door wat volgt: "De minister kan de wijze waarop de kennisgeving, vermeld in dit artikel, moet gebeuren, bepalen.".

Art. 118.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt het woord "ondertekende" opgeheven;2° in het derde lid worden tussen het woord "subsidie" en het woord "bepalen" de woorden "en de wijze waarop de aanvraag ingediend moet worden" ingevoegd; 3° er wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Uiterlijk na de datum van het laatste bedrijfsbezoek in het kader van de bedrijfsadvisering bezorgt de erkende adviesdienst het schriftelijk verslag of de schriftelijke verslagen van de geleverde bedrijfsadvisering aan de betrokken landbouwer, kandidaat-biologische landbouwer of land- en tuinbouwschool.".

Art. 119.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "op een evaluatieformulier" opgeheven;2° in het eerste lid wordt het woord "elementen" vervangen door het woord "advieselementen"; 3° in het eerste lid wordt de zin "Dit wordt gedateerd en ondertekend door de landbouwer, kandidaat-biologische landbouwer of de land- en tuinbouwschool en bezorgd aan de bevoegde entiteit." opgeheven; 4° in het tweede lid worden tussen het woord "evaluatie" en het woord "bepalen" de woorden "en de wijze waarop de evaluatie ingediend moet worden" ingevoegd.

Art. 120.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.De erkende adviesdienst moet altijd op het advies en in alle communicatievormen over de activiteiten, vermeld in dit besluit, het door de bevoegde entiteit ter beschikking gestelde logo vermelden.".

Art. 121.In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de woorden "Het erkende centrum stemt ermee in dat op de website van de Vlaamse overheid een beschrijving weergegeven wordt" vervangen door de woorden "Op de website van de Vlaamse overheid wordt van elk erkend centrum een beschrijving weergegeven".

Art. 122.Aan artikel 15 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "en van wijzigingen aan de gegevens, vermeld in artikel 12, eerste lid" toegevoegd.

Art. 123.In artikel 16 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt het woord "vals" vervangen door de woorden "niet correct";2° in het eerste lid worden de woorden "niet voldoet" vervangen door de woorden "als het centrum niet meer voldoet";3° het tweede lid wordt opgeheven.

Art. 124.Artikel 17 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 17.Een erkenning kan worden aangevraagd ofwel voor de types omschakelingsadvies en biobedrijfsplan ofwel voor de types startersadvies en bedrijfsadvies ofwel voor de vier voormelde types.

Een erkenning voor omschakelingsadvies en biobedrijfsplan wordt per sector toegekend.

Een erkenning voor startersadvies en bedrijfsadvies wordt per sector of per thema toegekend.

De sectoren, vermeld in het tweede en derde lid, zijn: 1° groenteteelt;2° glastuinbouw;3° akkerbouw;4° varkenshouderij;5° pluimveehouderij;6° melkveehouderij;7° geiten en schapen;8° vleesvee;9° pit- en steenfruit;10° kleinfruit;11° andere veehouderij;12° voederteelten;13° andere teelten; De thema's, vermeld in het derde lid, zijn: 1° bodembeheer;2° afzet en marketing;3° bedrijfsmanagement;4° bedrijfseconomie, kostprijsberekening en bedrijfseconomische berekening. De minister erkent de bedrijfsadviseurs op voorstel van de bevoegde entiteit.".

Art. 125.In artikel 20 van hetzelfde besluit, worden de woorden "De erkende bedrijfsadviseurs stemmen ermee in dat op de website van de Vlaamse overheid een beschrijving weergegeven wordt" vervangen door de woorden "Op de website van de Vlaamse overheid wordt van de erkende bedrijfsadviseurs een beschrijving weergegeven".

Art. 126.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt een artikel 21/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 21/1.De erkende bedrijfsadviseur brengt de bevoegde entiteit onmiddellijk op de hoogte van wijzigingen van de gegevens, vermeld in artikel 18, eerste lid.".

Art. 127.In artikel 22 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt het woord "vals" vervangen door de woorden "niet correct";2° in het eerste lid worden de woorden "die niet voldoet" vervangen door de woorden "als de bedrijfsadviseur niet meer voldoet";3° het tweede lid wordt opgeheven.

Art. 128.Aan artikel 23 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Om in aanmerking te komen voor subsidiëring moet van de bedrijfsadvisering een schriftelijk verslag gegeven worden.".

Art. 129.Aan artikel 26 van hetzelfde besluit wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan maximale subsidiebedragen per omschakelingsadvies bepalen.".

Art. 130.In artikel 28 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 131.Aan artikel 29 van hetzelfde besluit wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan maximale subsidiebedragen per biobedrijfsplan bepalen.".

Art. 132.Aan artikel 32 van hetzelfde besluit wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan maximale subsidiebedragen per starters bepalen.".

Art. 133.Aan artikel 35 van hetzelfde besluit wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan maximale subsidiebedragen per bedrijfsadvies bepalen.".

Art. 134.In artikel 36 van hetzelfde besluit wordt het derde lid opgeheven.

Art. 135.In artikel 36 van hetzelfde besluit wordt het vierde lid opgeheven.

Art. 136.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt een artikel 36/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 36/1.Als de voorwaarden van dit besluit en zijn uitvoeringsbepalingen niet zijn nagekomen, of als de kwaliteit van het gegeven advies onvoldoende is, wordt de erkende adviesdienst daarvan op de hoogte gebracht en wordt de subsidie geheel of gedeeltelijk niet uitbetaald of teruggevorderd overeenkomstig artikel 13 van de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof.".

Art. 137.In artikel 37 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 15 van verordening (EG) nr. 1857/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen die landbouwproducten produceren, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 70/2001" vervangen door de zinsnede "artikel 22 van verordening (EU) nr. 702/2014 van de commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (L 193/1) van 1 juli 2014". HOOFDSTUK 1 9. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020

Art. 138.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 139.In artikel 5, § 2, van hetzelfde besluit worden de woorden "de wettelijke omschakelingstermijn doorlopen heeft en" opgeheven. HOOFDSTUK 2 0. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 juli 2014 betreffende het verlenen van subsidies voor de aanplant van boslandbouwsystemen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014-2020

Art. 140.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 juli 2014 betreffende het verlenen van subsidies voor de aanplant van boslandbouwsystemen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014-2020, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 141.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt voor het eerste lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "De begunstigde kan een subsidie ontvangen van ten hoogste 80% van de kosten voor het planten van de bomen."; 2° in paragraaf 3 wordt punt 3° vervangen door wat volgt: "3° Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, valse Acacia of andere invasieve soorten die door de minister kunnen worden aangeduid.". HOOFDSTUK 2 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieu- en klimaatmaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020

Art. 142.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieu- en klimaatmaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven. HOOFDSTUK 2 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 september 2014 tot oprichting en samenstelling van het toezichtcomité ter implementatie van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020

Art. 143.In artikel 1, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 september 2014 tot oprichting en samenstelling van het toezichtcomité ter implementatie van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020 wordt de zinsnede "van Omgeving, Natuur en Landbouw", vervangen door de woorden "bevoegd voor de landbouw".

Art. 144.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt het getal "tweeëntwintig" vervangen door het getal "eenentwintig";2° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.De tien raadgevende leden zijn: 1° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Europese Commissie, directoraat-generaal Landbouw;2° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen;3° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen;4° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Strategische Adviesraad Landbouw en Visserij;5° één vertegenwoordiger, voorgedragen door het Agentschap voor Natuur en Bos;6° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Vlaamse Landmaatschappij;7° één vertegenwoordiger, voorgedragen door het Vlaams Betaalorgaan;8° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Vereniging van de Vlaamse Provincies vzw;9° één vertegenwoordiger, voorgedragen door de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw;10° één vertegenwoordiger, voorgedragen door het Vlaams Ruraal Netwerk. HOOFDSTUK 2 3. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2014 tot uitvoering van het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 2006 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werking van de Raad van het Fonds voor Landbouw en Visserij en tot vaststelling van het bijzonder reglement betreffende het beheer en van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten

Art. 145.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2014 tot uitvoering van het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 2006 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werking van de Raad van het Fonds voor Landbouw en Visserij en tot vaststelling van het bijzonder reglement betreffende het beheer en van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 6° worden de woorden "het landbouw- en visserijbeleid" vervangen door de woorden "de landbouw".2° punt 7° en punt 8° worden opgeheven.

Art. 146.Artikel 1/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven. HOOFDSTUK 2 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2014 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

Art. 147.Artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt opgeheven.

Art. 148.In artikel 8, paragraaf 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° uitbater van vastgoeddiensten: een vastgoedmakelaar als vermeld in artikel 1, 4°, van de wet van 11 februari 2013 houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar, die is ingeschreven op het tableau van vastgoedmakelaars of de lijst van stagiairs, vermeld in artikel 3, eerste lid, van de voormelde wet, alsook de natuurlijke persoon en de rechtspersoon of de groep van natuurlijke personen of rechtspersonen uit wiens activiteitencode in de Kruispuntbank van Ondernemingen van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, blijkt dat ze vastgoedactiviteiten uitoefenen, hoewel ze niet ingeschreven zijn op het voormelde tableau;".

Art. 149.In artikel 21, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt de zinsnede "45 van uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014' vervangen door de zinsnede "9 van gedelegeerde verordening (EU) nr. 639/2014".

Art. 150.In artikel 41, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt de zinsnede "25 %" vervangen door de zinsnede" 50 %". HOOFDSTUK 2 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014 betreffende steun aan de investeringen en aan de overname in de landbouw

Art. 151.Artikel 1/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014 betreffende steun aan de investeringen en aan de overname in de landbouw wordt opgeheven.

Art. 152.In artikel 3, vierde lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 1, 3° " vervangen door de zinsnede "artikel 1, 14° ".

Art. 153.In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, zesde lid, worden punt 1° en 2° vervangen, door wat volgt: "1° nieuwe fruitvariëteiten zijn de appelvariëteiten B3F45 (Sweet SurpriseR), BELGICA, BRUGGERS FESTIVALE (SissiredR), FRESCO (WellantR), Gala Mutanten (ALVINA, GALINETTE en ZOUK G1 (Gala One TM)), KIZURI (B3F 33/1/77), MORED (Joly RedR), NICOTER (KanziR), PREMA96 RockitTM, SANTANA, SQ159, VASARA (R1 25 95) en ZOUK 16, en de perenvariëteiten CELINA (QTeeR), CEPUNA (MigoR), CH 201, DICOLOR, GRÄFIN GEPA (Early DesireR), RODE DOYENNE VAN DOORN (Sweet SensationR) en THIMO (Queens's ForelleR);2° geavanceerde spuitmachines zijn: a) een tunnelspuit;b) een dwarsstroomspuit met groendetectiesensoren, reflectieschermen, collectors, variabele luchtondersteuning of automatische positionering op basis van gemeten windrichting en -snelheid;c) spuit met luchtondersteuning voor de bespuiting van veldgewassen. Onder luchtondersteuning wordt alleen verstaan ofwel een systeem met separate luchtstroom die een geforceerde neerwaartse richting van het gewasbeschermingsmiddel creëert, ofwel een luchtondersteunde dop waarbij de vloeistofstroom en een geforceerde luchtstroom die geproduceerd wordt door een op het spuittoestel gemonteerde compressor, samenkomen in de dop. Luchtmengdoppen worden niet beschouwd als een systeem met luchtondersteuning; d) spuit met afgeschermde spuitbomen;e) een rijen- of beddenspuit;f) spuitmachine voor plaatsspecifiek toedienen van gewasbeschermingsmiddelen met meting van ziekte- of onkruiddruk inclusief driftbeperkend systeem van ten minste 75% driftreductie; g) spuit met verlaagde spuitboom, 30 cm of minder, met automatische hoogteregeling, spuitkegelbescherming en drukregelsysteem;"; 2° in paragraaf 1, zesde lid, wordt punt 6° vervangen door wat volgt: "6° hoevetoerisme is verblijfstoerisme op een actieve hoeve.De investeringen kunnen betrekking hebben op het verbouwen, uitrusten en inrichten van bestaande landbouwbedrijfsgebouwen in het kader van een functiewijziging. Ze kunnen ook betrekking hebben op vernieuwbouw, op voorwaarde dat het volume van het gebouw niet toeneemt. De verbouwde bedrijfsgebouwen maken samen met de andere bedrijfsgebouwen en de bedrijfswoning een structureel geheel uit. De andere bedrijfsgebouwen worden normaal geëxploiteerd door de landbouwer die in de bedrijfswoning woont;"; 3° in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "In het eerste lid, 8°, wordt verstaan onder gewone vervangingsinvestering: een investering voor de eenvoudige vervanging van onroerende goederen die minder dan tien jaar oud zijn of van roerende goederen die minder dan vijf jaar oud zijn, tenzij de investering past bij een significante uitbreiding van de productiecapaciteit of gebruikmaakt van fundamenteel nieuwe technologie.".

Art. 154.In artikel 6, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° een investeringskrediet, een straight loan of een krediet op afbetaling;".

Art. 155.In artikel 7, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt de zinsnede "in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 1996 houdende vaststelling van de regelen tot de werking en het beheer van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds" vervangen door de zinsnede "in artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 betreffende de taken, het beheer en de werkwijze van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds".

Art. 156.In artikel 9, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt de zinsnede "vermeld in artikel 7 van verordening (EG) nr. 1857/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen die landbouwproducten produceren, en tot wijziging van verordening (EG) nr. 70/2001" vervangen door de zinsnede "vermeld in artikel 18 van verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard".

Art. 157.In artikel 12, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 1996 houdende vaststelling van de regelen tot de werking en het beheer van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds" vervangen door de zinsnede "in artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 betreffende de taken, het beheer en de werkwijze van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds".

Art. 158.In artikel 13 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "Binnen het beschikbare budget worden de hoogst gerangschikte vestigingsprojecten in aanmerking genomen voor het verkrijgen van steun, op voorwaarde dat een vestigingsproject significant bijdraagt aan de realisatie van de doelstellingen, wat blijkt uit het behalen van een minimaal noodzakelijke doelmatigheidsscore."; 2° er wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minimaal noodzakelijke doelmatigheidsscore waaruit de bijdrage aan de realisatie van de doelstellingen blijkt, wordt vastgesteld door de bevoegde entiteit.".

Art. 159.In artikel 14, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt punt 4° vervangen door wat volgt: "4° de investeringspremie wordt uitbetaald na het beëindigen van de investering en na controle van de investerings- en betalingsbewijzen, op voorwaarde dat de opgelegde voorwaarden zijn vervuld.".

Art. 160.In artikel 16 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het derde lid wordt vervangen door wat volgt: "De voorwaarden die van kracht waren bij de aanvraag van de steun, moeten bij steun voor investeringen gedurende vijf jaar vanaf de laatste betaling van de steun vervuld blijven.De landbouwer voldoet gedurende de voormelde periode van vijf jaar aan al de volgende voorwaarden: 1° de wettelijke normen over leefmilieu, hygiëne, dierenwelzijn en ruimtelijke ordening respecteren;2° een bedrijfseconomische boekhouding, een bewijskrachtige fiscale boekhouding of in voorkomend geval een vennootschapsboekhouding bijhouden;3° de bevoegde entiteit informeren over een wijziging van de juridische structuur van het landbouwbedrijf of een wijziging van exploitant;4° de bevoegde entiteit informeren over de stopzetting van de landbouwactiviteiten of een vervreemding of buitengebruikstelling van de gesubsidieerde goederen;5° geen andere aanvraag voor steun indienen bij een andere overheidsinstantie voor dezelfde investeringen of vestigingsverrichtingen of voor een gedeelte ervan;6° toelating geven voor het opvragen bij andere overheidsdiensten van noodzakelijke informatie in het kader van de dossierafhandeling of -opvolging; 7° zowel interne Vlaamse als externe controle over de ontvangen steun aanvaarden."; 2° het vijfde lid wordt vervangen door wat volgt: "Behalve in geval van overmacht kan de verleende steun vanaf het tijdstip dat de voorwaarden niet meer vervuld zijn, geheel of gedeeltelijk stopgezet worden. De investeringspremie wordt herrekend en in verhouding teruggevorderd voor de periode waarin de voorwaarden niet meer vervuld zijn, vanaf de eerste dag die volgt op de laatste betaling van de steun. De voorwaarden moeten minstens één jaar vervuld geweest zijn.".

Art. 161.In artikel 17 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid, 1° en 2°, wordt de zinsnede "artikel 1, 3°, a) en b)" vervangen door de zinsnede "artikel 1, 14°, a) en b)";2° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt: "Behalve in geval van overmacht kan, bij andere wijzigingen van de exploitant, de verleende steun teruggevorderd worden in verhouding tot de termijn waarin niet aan de voorwaarden voldaan is, vanaf de eerste dag die volgt op de laatste betaling van de steun.De voorwaarden moeten minstens één jaar vervuld geweest zijn.". HOOFDSTUK 2 6. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 2015 betreffende het combineren van agromilieumaatregelen, beheerovereenkomsten, biohectaresteun en ecologisch aandachtsgebied met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014 - 2020, en tot wijziging van artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling 2014-2020

Art. 162.Bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 2015 betreffende het combineren van agromilieumaatregelen, beheerovereenkomsten, biohectaresteun en ecologisch aandachtsgebied met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de programmeringsperiode 2014 - 2020, en tot wijziging van artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2014 tot het verlenen van hectaresteun voor de biologische productiemethode met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling 2014-2020 wordt vervangen door bijlage 1 die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 163.Bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 2 die bij dit besluit is gevoegd. HOOFDSTUK 2 7. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2015 betreffende steun voor innovaties in de landbouw

Art. 164.Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2015 betreffende steun voor innovaties in de landbouw wordt opgeheven.

Art. 165.In artikel 6, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° al de vennoten zijn landbouwer;".

Art. 166.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.De toegekende steun wordt uitbetaald in één schijf na de indiening van een aanvraag van uitbetaling.

De steun wordt uitbetaald na de voorlegging van alle facturen en betalingsbewijzen, en nadat een controle ter plaatse heeft plaatsgevonden waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden is voldaan.".

Art. 167.In hetzelfde besluit wordt een artikel 10/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 10/1.De steun is pas verworven als de gesubsidieerde investeringen in gebruik worden gehouden voor de doeleinden waarvoor de steun is toegekend gedurende minimaal vijf jaar na de eindbetaling.

Als de minimale periode van gebruik voor de doeleinden waarvoor de steun is toegekend, niet wordt bereikt, wordt de steun herberekend en in verhouding teruggevorderd.". HOOFDSTUK 2 8. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2015 betreffende steun aan investeringen in de agrovoedingssector tot verhoging van de toegevoegde waarde, de kwaliteit en de voedselveiligheid van landbouwproducten

Art. 168.Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2015 betreffende steun aan investeringen in de agrovoedingssector tot verhoging van de toegevoegde waarde, de kwaliteit en de voedselveiligheid van landbouwproducten wordt opgeheven.

Art. 169.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.De toegekende steun wordt uitbetaald in één schijf na de indiening van een aanvraag van uitbetaling.

De steun wordt uitbetaald na de voorlegging van alle facturen en betalingsbewijzen, en nadat een controle ter plaatse heeft plaatsgevonden waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden is voldaan.".

Art. 170.In artikel 11, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 1° en 2° worden vervangen door wat volgt: "1° vijf jaar na de eindbetaling voor machines en installaties, software en sturingsprogramma's; 2° tien jaar na de eindbetaling voor gebouwen en hun inrichting."; 2° punt 3° wordt opgeheven. HOOFDSTUK 2 9. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015 betreffende steun aan niet-productieve investeringen en aan de ontwikkeling van kleine landbouwbedrijven

Art. 171.Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015 betreffende steun aan niet-productieve investeringen en aan de ontwikkeling van kleine landbouwbedrijven wordt opgeheven.

Art. 172.In artikel 3, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt: "1° een omgevingsvergunning bij het uitvoeren van investeringen in onroerende staat waarvoor een omgevingsvergunning vereist is en die de uitoefening van alle bestaande en nieuw geplande bedrijfsactiviteiten, die onderworpen zijn aan het bezit van een omgevingsvergunning, toelaat op het landbouwbedrijf waar de investering uitgevoerd wordt dan wel een melding van handelingen in of aan gebouwen.De uitvoering van de werkzaamheden, de bestemming en de exploitatie van het vergunde bedrijfsgebouw of de vergunde installaties zijn in overeenstemming met de omgevingsvergunning of met de melding, in het bijzonder wat betreft bijzondere voorwaarden die worden opgelegd ter voorkoming van schade aan de natuur;"; 2° punt 4° wordt opgeheven.

Art. 173.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: "Binnen het beschikbare budget worden de hoogst gerangschikte investeringen in aanmerking genomen voor het verkrijgen van steun, op voorwaarde dat de investering bijdraagt aan de realisatie van de doelstellingen, wat blijkt uit het behalen van een minimaal noodzakelijke doelmatigheidsscore."; 2° in het tweede lid wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° twee jaar na het afsluiten van de blokperiode waarin de aanvraag geregistreerd werd voor de eventueel noodzakelijke vergunningen of de noodzakelijke toelating, vermeld in artikel 3, tweede lid;".

Art. 174.In artikel 10, vierde lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt: "1° een omgevingsvergunning bij het uitvoeren van investeringen in onroerende staat waarvoor een omgevingsvergunning vereist is en die de uitoefening van alle bestaande en nieuw geplande bedrijfsactiviteiten, die onderworpen zijn aan het bezit van een omgevingsvergunning, toelaat op het landbouwbedrijf waar de investering uitgevoerd wordt dan wel een melding van handelingen in of aan gebouwen.De uitvoering van de werkzaamheden, de bestemming en de exploitatie van het vergunde bedrijfsgebouw of de vergunde installaties zijn in overeenstemming met de omgevingsvergunning of met de melding;"; 2° punt 6° wordt opgeheven.

Art. 175.In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: "Binnen het beschikbare budget worden de hoogst gerangschikte investeringen in aanmerking genomen voor het verkrijgen van steun, op voorwaarde dat de investering significant bijdraagt aan de realisatie van de doelstellingen, wat blijkt uit het behalen van een minimaal noodzakelijke doelmatigheidsscore."; 2° in het tweede lid worden punt 1° en 2° vervangen door wat volgt: "1° twee jaar na het afsluiten van de blokperiode waarin de aanvraag geregistreerd is, voor de noodzakelijke omgevingsvergunning; 2° twee jaar na het afsluiten van de blokperiode waarin de aanvraag geregistreerd is, voor het landbouwer-zijn, het gepaste sociaal en fiscaal statuut van zelfstandige, de minimaal vereiste bedrijfsomvang;"; 3° in het tweede lid, 8°, wordt het woord "één" vervangen door het woord "twee".

Art. 176.In artikel 17 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het tweede lid worden de woorden "moeten bij het verkrijgen van een investeringspremie voor de niet-productieve investeringen of een aanlooppremie gedurende een termijn van vijf jaar na de uitvoering van de investering of de aanloopverrichting" vervangen door de woorden "moeten bij het verkrijgen van een investeringspremie voor de niet-productieve investeringen gedurende een termijn van vijf jaar vanaf de laatste betaling van de steun";2° het derde lid wordt vervangen door wat volgt: "De investeringspremie wordt herrekend en in verhouding teruggevorderd voor de periode waarin de voorwaarden niet meer vervuld zijn, vanaf de eerste dag die volgt op de laatste betaling van de steun.De voorwaarden moeten minstens één jaar vervuld geweest zijn.".

Art. 177.In artikel 18 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "De investeringspremie wordt herrekend en in verhouding teruggevorderd voor de periode die volgt op de wijziging, vanaf de eerste dag die volgt op de laatste betaling van de steun.".

Art. 178.Bijlage 1 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 3, die bij dit besluit is gevoegd. HOOFDSTUK 3 0. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2015 betreffende het subsidiëren van operationele groepen inzake het Europees Partnerschap voor Innovatie - netwerk voor de productiviteit en duurzaamheid in de landbouw

Art. 179.Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2015 betreffende het subsidiëren van operationele groepen inzake het Europees Partnerschap voor Innovatie - netwerk voor de productiviteit en duurzaamheid in de landbouw wordt opgeheven.

Art. 180.In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid opgeheven.

Art. 181.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt opgeheven;2° in het tweede lid wordt het woord "nader" vervangen door de woorden "en de wijze waarop die ingediend moeten worden".

Art. 182.In artikel 18 van hetzelfde besluit wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan bepalen op welke wijze de stukken, vermeld in het eerste lid, bij de bevoegde entiteit moeten worden ingediend.".

Art. 183.Aan artikel 22 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De minister kan de wijze waarop de publicaties moeten worden bezorgd, bepalen.". HOOFDSTUK 3 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 betreffende de taken, het beheer en de werkwijze van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds

Art. 184.In artikel 10, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 betreffende de taken, het beheer en de werkwijze van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds wordt de zinsnede ", namens de kredietnemer" opgeheven.

Art. 185.In artikel 16, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "De VLIF-waarborg wordt uitgedrukt als een percentage van de hoofdsom van het gewaarborgde krediet, bepaald op basis van het bedrag van de investering of het project waarvan de investering, die voor selectie in aanmerking komt, deel uitmaakt, en van de gestelde zekerheden.".

Art. 186.In artikel 23, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de inleidende zin wordt vervangen door wat volgt: "Als er VLIF-waarborg is toegekend, kan de kredietverlener de uitbetaling vragen, in verhouding tot het percentage, vermeld in artikel 16, eerste lid, van het openstaande kapitaal van het gewaarborgde krediet op de datum van de opzegging, van:"; 2° punt 1° wordt vervangen door wat volgt: "1° het openstaande kapitaal verminderd met de uitstellen van kapitaalaflossing waarvoor het VLIF geen voorafgaande toestemming heeft verleend;".

Art. 187.Artikel 24 en 25 van hetzelfde besluit worden vervangen door wat volgt: "

Art. 24.Het bedrag dat als waarborg uitbetaald wordt als hoofdsom van het gewaarborgde krediet, kan nooit hoger zijn dan de toegekende waarborg, vermeld in artikel 16.

Art. 25.De gerecupereerde bedragen die voortvloeien uit de uitwinning van de zekerheden van de kredietnemer, worden afgetrokken van de bedragen, vermeld in artikel 23, na verdeling op dezelfde wijze als de kosten, vermeld in artikel 23, eerste lid, 3°, ongeacht of de waarborg al dan niet uitbetaald is.". HOOFDSTUK 3 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2016 tot vaststelling van aanvullende nationale maatregelen voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden en voor controle op de visserijactiviteiten

Art. 188.In artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2016 tot vaststelling van aanvullende nationale maatregelen voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden en voor controle op de visserijactiviteiten worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt: "De verboden, vermeld in het eerste lid, gelden niet voor de zeereizen van vaartuigen zonder visvergunning als tijdens die zeereizen uitsluitend het zeehengelen wordt beoefend en als die vaartuigen geen ander vistuig aan boord hebben dan vistuig voor het niet-geautomatiseerd zeehengelen."; 2° er wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In afwijking van het tweede lid wordt de ontheffing voor het zeehengelen op TAC of quotumsoorten ingetrokken voor die soorten waarvan het quotum in het ICES-gebied IV (Noordzee en Schelde-estuarium) uitgeput is verklaard.". HOOFDSTUK 3 3. - Slotbepalingen

Art. 189.De volgende regelingen worden opgeheven: 1° het koninklijk besluit van 25 mei 1978 tot inrichting van de keuring van begoniazaad en -knollen;2° het ministerieel besluit van 25 mei 1978 betreffende de uitvoeringsmodaliteiten van het koninklijk besluit van 25 mei 1978 tot inrichting van de keuring van begoniazaad en -knollen;3° het koninklijk besluit van 11 mei 1983 houdende reglementering van de handel in begoniazaad;4° het ministerieel besluit van 13 februari 2003 tot vaststelling van het lastenboek en het veldboek betreffende de geïntegreerde productiemethode van pitfruit, het laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 24 februari 2015;5° het ministerieel besluit van 13 februari 2003 tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden tot erkenning van controleorganen inzake geïntegreerde productie van pitfruit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 19 mei 2006 en 24 februari 2015;6° het ministerieel besluit van 3 oktober 2003 betreffende de toekenning van subsidies voor het toepassen van de geïntegreerde productiemethode voor pitfruit met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 19 mei 2006;7° het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2004 tot erkenning van de geïntegreerde productiemethode voor pitfruit en van de producenten die volgens deze methode telen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en 19 december 2014;8° het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 betreffende de erkenning en subsidiëring van centra ter bevordering van meer duurzame landbouwproductiemethoden in de sierteelt, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014;9° het ministerieel besluit van 12 december 2006 betreffende de erkenning van de vzw Vlaams Milieuplan Sierteelt als centrum ter bevordering van meer duurzame landbouwproductiemethoden in de sierteelt;10° het ministerieel besluit van 28 juli 2011 tot erkenning van CKCert CVBA als controleorgaan geïntegreerde productiemethode voor pitfruit;11° het ministerieel besluit van 7 maart 2008 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 8 juni 2012, 24 februari 2015 en 14 september 2015;12° het ministerieel besluit van 7 maart 2008 tot benoeming van de leden van de adviescommissie, vermeld in artikel 1, 9°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 26 januari 2011, 8 juni 2012 en 23 april 2013;13° het ministerieel besluit van 4 mei 2012 houdende de benoeming van de leden van de adviescommissie, vermeld in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 20 mei 2014;14° het ministerieel besluit van 4 mei 2012 tot bepaling van de bevoegde entiteit, de samenstelling van de adviescommissie en het behoud van de bestaande erkenningen, vermeld in artikelen 12 en 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 24 februari 2015. Het artikel 18 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 2006 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werking van de Raad van het Fonds voor Landbouw en Visserij en tot vaststelling van het bijzonder reglement betreffende het beheer wordt opgeheven op een door de minister, bevoegd voor de landbouw, te bepalen datum.

Art. 190.Het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieu- en klimaatmaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, 26 juni 2015 en 8 december 2017, zoals van kracht vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijft van toepassing op de verbintenissen die aangegaan werden overeenkomstig artikel 3, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieu- en klimaatmaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling voor de periode 2014-2020, voor de datum van de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 191.De besluiten, vermeld in artikel 189, 8° en 9°, zoals van kracht vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijven van toepassing op de werkingssubsidies die zijn toegekend voor de datum van de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 192.De erkenning van de controleorganen die erkend zijn conform artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2004 tot erkenning van de geïntegreerde productiemethode voor pitfruit en van de producenten die volgens deze methode telen, zoals van kracht vóór de inwerkingtreding van dit besluit, wordt opgeheven.

Art. 193.Artikel 85 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2018.

Artikel 116, 117, 118, 119, 135 en artikel 145, 2°, treden in werking op een datum die wordt vastgesteld door de Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw.

Artikel 148 en 150 treden in werking op 1 januari 2019.

Art. 194.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het leefmilieu en het waterbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 14 september 2018.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^