17 DECEMBER 1999. - Besluit van de Vlaamse regering houdende toekenning van een subsidie aan het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid - Louis Pasteur - voor het uitbouwen en uittesten van een Vlaams cytologisch register

De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 19 december 1998 houdende de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 1999, gewijzigd bij het decreet van 18 mei 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 1991 houdende coördinatie van de wetten op de rijkscomptabiliteit, inzonderheid de artikels 55 tot en met 58;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 16 november 1994 tot regeling van de begrotingscontrole, gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 8 juli 1997;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor Begroting, gegeven op 9 december 1999.

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor het uitbouwen en het uittesten van een Vlaams cythologisch register voor vroegtijdige kankeropsporing ontvangt het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid - Louis Pasteur een subsidie van 6 717 500 BEF (166 522 EURO). Dit bedrag wordt vastgelegd op de basisallocatie 33.29 van het programma 42.2.

Art. 2.Het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid draagt bij tot het verwezenlijken van volgende doelstellingen : 1° het verhogen van de doelmatigheid en doeltreffendheid van de screeningsactiviteiten inzake baarmoederhalskanker;2° het bezorgen van beleidsinformatie aan de overheid met betrekking tot de effectiviteit van georganiseerde screeningsprogramma's.

Art. 3.Om de in artikel 2 opgesomde doelstellingen te bereiken verbindt het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid zich ertoe volgende opdrachten uit te voeren : § 1. Naar de sector toe : 1. de uitbouw en het uittesten van een centraal register van uitstrijkjes vanuit cytopathologische laboratoria;2. de linkage van data tussen het Vlaams cythologisch register en het Nationaal Kankerregister voor het aangeven van baarmoedezerhalskankers;3. geven van feed-back aan clinici en aangevers; § 2. Naar het beleid toe : 1° mee te werken aan sectoraal overleg in het kader van het informatiesysteem gezondheid; 2° te overleggen met de bevoegde ambtenaren van de administratie gezondheidszorg bij de ontwikkeling van kwaliteitsindicatoren i.v.m. secundaire kankerpreventie; 3° te participeren aan de werkgroepen `optimalisering van de screening' en `registratie';4° op vraag van de administratie de resultaten van de verwerking van de registratie toe te lichten op een ééndagsseminarie;

Art. 4.De subsidies hebben betrekking op activiteiten die worden uitgevoerd van 1 december 1999 tot 31 december 2000.

Art. 5.Aan de administratie Gezondheidszorg wordt in drie exemplaren een eindverslag bezorgd van de activiteiten in de in artikel 4 genoemde periode. Het eindverslag bevat een synthese van maximaal 3 bladzijden die in toegankelijk Nederlands is geschreven.

Art. 6.Bij de publicatie van resultaten die verkregen werden in het raam van dit registratieproject wordt vermeld dat de studie werd uitgevoerd met de steun van de Vlaamse regering, in opdracht van de minister bevoegd voor het gezondheidsbeleid.

Van elke publicatie worden drie exemplaren bezorgd aan de administratie gezondheidszorg en vier exemplaren aan de bibliotheek van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, t.a.v. de informatieambtenaar, Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel.

Art. 7.De Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid - Louis Pasteur ontvangt een voorschot van 50 % van de in artikel 1 genoemde subsidie na ondertekening van onderhavig besluit. Een tweede voorschot van 25 % wordt uitbetaald in juni 2000. Het saldo, zijnde 25 %, wordt uitbetaald na goedkeuring van het eindverslag en na goedkeuring van de financiële verantwoordingsstukken.

Art. 8.Aan de administratie wordt een overzicht van inkomsten en uitgaven bezorgd die betrekking hebben op de activiteiten bedoeld in dit besluit. Dit impliceert dat ook de inkomsten worden vermeld van private, openbare of internationale instanties.

Art. 9.De financiële verantwoordingsstukken bevatten : 1° een voor waar en echt verklaarde schuldvordering;2° een overzichtelijke en genummerde lijst van kosten;3° de genummerde originele verantwoordingsstukken. De verantwoordingsstukken hebben enkel betrekking op het beschreven project.

Art. 10.Enkel de kosten die vallen in de door de Vlaamse Gemeenschap aanvaarde en in de bijlage 1 opgenomen uitgavencategorieën komen in aanmerking voor terugbetaling.

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mevr. M. VOGELS

Bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1999 gavencategorieën die voor subsidie in aanmerking komen zijn : 1. Werkingskosten : - beheers- en werkingskosten, rechtstreeks verbonden aan de opdracht; - het huren van computerapparatuur en -software - informaticaopdrachten uitgevoerd door privéfirma's - verplaatsings- en verblijfkosten. Deze kosten mogen de bedragen, van kracht voor het personeel van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap niet overschrijden. Voor het gebruik van een persoonlijk voertuig wordt maximum 8,16 fr per kilometer aanvaard. - overheadkosten worden aanvaard voor 10 % van het bedrag aan personeelskosten. Bij toepassing van overheadkosten zijn als andere werkingskosten uitgesloten : huur van lokalen, energie, telefoonkosten, portkosten, fotokopiekosten; - reis- en verblijfskosten in het buitenland en reis- en verblijfskosten van buitenlandse experten zijn vergoedbaar indien op voorhand door de administratie Gezondheidszorg toegestaan; - restaurantkosten worden niet terugbetaald; - kosten verbonden aan leningen worden niet terugbetaald 2. Personeelskosten : Voor subsidiëring komen enkel volgende kosten in aanmerking : - de geïndexeerde brutosalarissen; - werkgeversbijdrage R.S.Z.; - de wettelijke verzekeringen; - alle andere wettelijke of reglementaire vergoedingen en toelagen bij het salaris. 3. Uitrustingsgoederen : Voor de uitvoering van het project gebruikt de subsidieverkrijger in principe de eigen installaties, materiaal en uitrusting.In specifieke omstandigheden en in overleg met de administratie kunnen uitrustingsgoederen worden aangekocht ten laste van de begroting van het project. De met overheidssubsidies verworven materiële vaste activa dienen ten belope van het volledig bedrag gespreid worden afgeschreven. De afschrijvingstermijn voor informatica-apparatuur (hard- en software) bedraagt drie jaar.

Brussel, 17 december 1999 De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mme M. VOGELS