Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 17 november 2006
gepubliceerd op 15 december 2006

Besluit van de Vlaamse Regering inzake de minimale weguitrusting

bron
vlaamse overheid
numac
2006036954
pub.
15/12/2006
prom.
17/11/2006
ELI
eli/besluit/2006/11/17/2006036954/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 NOVEMBER 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering inzake de minimale weguitrusting


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, inzonderheid op artikel 195sexies, § 2, ingevoegd bij het decreet van 21 november 2003;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 1 februari 2006;

Gelet op advies 40.899/1 van de Raad van State, gegeven op 26 oktober 2006;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° gebouwencomplex : fysisch al dan niet met elkaar verbonden gebouwen, die samen een functioneel geheel vormen;2° gebouwengroep : minstens drie gebouwen of gebouwencomplexen, al dan niet aan dezelfde kant van de straat gelegen, die samen geen functioneel maar wel een ruimtelijk aaneengesloten geheel vormen.

Art. 2.Er kan in het geval van individuele aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning worden afgeweken van de eisen inzake minimale weguitrusting, vastgelegd in artikel 100, § 1, eerste lid, van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, behoudens voor het elektriciteitsnet, voor het bouwen van een woning, als aan al de volgende voorwaarden voldaan is : 1° de woning komt te liggen in een gebied dat bestemd is voor woningbouw, met uitzondering van woonuitbreidingsgebied voor zover dit gebied op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit deze bestemming heeft;2° de woning komt te liggen in een gebouwengroep;3° de woning ligt aan een openbare weg waar sinds 22 april 1962 minstens vijf vergunningen zijn verleend voor het bouwen, waarmee bedoeld wordt de nieuwbouw of herbouw van verschillende woningen.Een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening kan gebiedsgericht voorzien in afwijkingen van het aantal verleende vergunningen; 4° de grond waarop de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning betrekking heeft, ligt niet in een overstromingsgebied, aangeduid met toepassing van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.

Art. 3.De eisen inzake minimale weguitrusting, vastgelegd in artikel 100, § 1, eerste lid van hetzelfde decreet, hebben geen betrekking op de private toegangsweg tot het commerciële, ambachtelijke of industriële gebouw of tot de woning voor zover deze private toegangsweg aansluit op een voldoende uitgeruste weg.

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 17 november 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN

^