Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 19 januari 2001
gepubliceerd op 30 maart 2001

Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2001035298
pub.
30/03/2001
prom.
19/01/2001
ELI
eli/besluit/2001/01/19/2001035298/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 JANUARI 2001. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne


De Vlaamse regering, Gelet op de richtlijn 76/464/EEG van 4 mei 1976 betreffende de verontreiniging veroorzaakt door bepaalde gevaarlijke stoffen die in het aquatisch milieu van de gemeenschap worden geloosd;

Gelet op de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, inzonderheid op artikel 3;

Gelet op het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, inzonderheid op artikel 2.2.1.;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 juli 2000;

Gelet op het advies van de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen, gegeven op 5 oktober 2000;

Gelet op het advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen, gegeven op 11 oktober 2000;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat snel duidelijkheid moet worden gegeven aan enerzijds de Europese Commissie inzake de omzetting van artikel 7 van de richtlijn 76/464/EEG inzake het opstellen van reductieprogramma's; dat het Europese Hof op 21 januari 1999 de Belgische Staat, inclusief het Vlaamse Gewest, veroordeeld heeft wegens de onvolledige omzetting van de richtlijn 76/464/EEG van de Raad van 4 mei 1976 betreffende de verontreiniging, veroorzaakt door bepaalde gevaarlijke stoffen die in het aquatisch milieu van de gemeenschap worden geloosd; dat meer bepaald de veroordeling de verplichting in hoofde van de lidstaten betrof om overeenkomstig artikel 7 van de richtlijn voor de zogenaamde "kandidaat-lijst-I-stoffen" reductieprogramma's en onderliggende kwaliteitsdoelstellingen vast te leggen; dat "kandidaatlijst-I-stoffen" gevaarlijke stoffen zijn die in afwachting van hun opname op lijst I (ook "zwarte lijst"), en waarvoor de Europese Commissie zelf de normen opstelt door middel van dochterrichtlijnen bij de hogervermelde richtlijn, tot lijst-II (ook "grijze lijst) behoren; dat de Europese Commissie uitvoering van het op 21 januari 1999 door het Europees Hof van Justitie uitgesproken arrest verwacht uiterlijk 18 maanden na deze veroordeling, d.w.z. 21 juli 2000; dat het dienvolgens dringend geboden is om de ontbrekende milieukwaliteitsnormen voor de vastgestelde relevante stoffen in het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne op te nemen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 15 december 2000, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Overwegende dat de voorgestelde normen vergelijkbaar zijn dan wel gebaseerd zijn op de normen in de buurlanden en dat de grenswaarden dezelfde zijn binnen de Gewesten;

Overwegende dat - in geval van overschrijvingen van de voorgestelde grenswaarde - volgens artikel 2.2.7 van het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid de Vlaamse regering of een door haar aangewezen bestuur of instelling onderzoek en waar nodig een herstelprogramma dient op te stellen, dat de voorgestelde ontwerpnormen deel uitmaken van het reductieprogramma voor gevaarlijke stoffen overeenkomstig artikel 7 van richtlijn 76/464/EEG;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1, § 1, van de bijlage 2.3.1., gevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de tabel "Parameters die duiden op stoffen, afkomstig van specifieke lozingen" worden de woorden "Polycyclische aromatische koolwaterstoffen" vervangen door de woorden "Polycyclische aromatische koolwaterstoffen: 16 van EPA (benzo[b]fluorantheen, indeno[12,3-c,d]pyreen, benzo[k]fluorantheen, benzo[a]pyreen, benzo[g,h,i]peryleen, fluorantheen, naftaleen, anthraceen, fenantreen, acenafteen, chryseen, benzo[ajanthraceen, fluoreen, pyreen, acenaftyleen, dibenzo[a,h]anthraceen)";2° in de tabel "Parameters die duiden op stoffen, afkomstig van specifieke lozingen" worden de woorden "Gechloreerde bifenylen" vervangen door de woorden "Gechloreerde bifenylen (nrs.28, 52, 101, 118, 138, 153 en 180 volgens de Ballschmitter-klassering)".

Art. 2.Aan artikel 2 van de bijlage 2.3.1., gevoegd bij hetzelfde besluit, wordt een § 3 en § 4 toegevoegd, die luiden als volgt : « § 3. Daarnaast gelden voor alle oppervlaktewateren eveneens de volgende basismilieukwaliteitsnormen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 4. De in § 3 vermelde milieukwaliteitsnormen gelden als grenswaarde in de vorm van de mediaanwaarde van de in een jaar verkregen meetresultaten.

De vermelde milieukwaliteitsnormen gelden eveneens als richtwaarde in de vorm van de 90-percentielwaarde van de in een jaar verkregen meetresultaten, en mits de overschrijvingen niet meer dan 50 % afwijken van de milieukwaliteitsnorm. »

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Leefmilieu, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 januari 2001.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

^