Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 19 juni 2009
gepubliceerd op 31 augustus 2009

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten

bron
vlaamse overheid
numac
2009035810
pub.
31/08/2009
prom.
19/06/2009
ELI
eli/besluit/2009/06/19/2009035810/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 JUNI 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten


De Vlaamse Regering, Gelet op artikel 20 van de bijzondere wet tot hervorming der instellingen;

Gelet op artikel 1.2, 2°, artikel 3.1.4, § 4, artikel 3.1.7, § 1 en § 3, en artikel 3.1.9 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 31 maart 2009;

Gelet op advies 46.450/1 van de Raad van State, gegeven op 28 mei 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening en de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1°aanslagjaar : het jaar dat volgt op het kalenderjaar dat het belastbaar tijdperk vormt; 2° agentschap : het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Wonen-Vlaanderen;3° belastbaar tijdperk : het kalenderjaar waarin belastbare inkomsten verkregen zijn;4° decreet grond- en pandenbeleid : het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid; 5° renovatieovereenkomstenregister : het register waarin renovatieovereenkomsten ter registratie worden opgenomen, vermeld in artikel 3.1.7, § 3, van het decreet grond- en pandenbeleid. HOOFDSTUK 2. - Procedure voor de registratie van de renovatieovereenkomsten

Art. 2.De renovatieovereenkomst wordt opgesteld aan de hand van het modelformulier dat als bijlage bij dit besluit gevoegd is. Ze wordt opgemaakt in drie originele exemplaren en volledig, waarachtig en accuraat verklaard bij de ondertekening ervan door de kredietgever en de kredietnemer.

Art. 3.Op straffe van verval van de belastingvermindering bezorgt de kredietgever binnen de termijn van vijfenveertig dagen, vermeld in artikel 3.1.7, § 1, van het decreet grond- en pandenbeleid, een origineel, volledig en correct ingevuld exemplaar ervan aan het agentschap.

Als de renovatieovereenkomst voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 3.1.4 tot en met 3.1.6 van het decreet grond- en pandenbeleid, dan deelt het agentschap binnen de termijn van dertig dagen, vermeld in artikel 3.1.7, § 2, van het decreet grond- en pandenbeleid, aan de kredietgever mee met welk registratienummer de overeenkomst in het renovatieovereenkomstenregister is opgenomen. Als de renovatieovereenkomst niet voldoet aan die voorwaarden, deelt het agentschap binnen dezelfde termijn aan de kredietgever mee waarom de overeenkomst niet werd geregistreerd, met vermelding van de termijn waarbinnen en de wijze waarop een bezwaarschrift kan worden ingediend tegen de niet-registratie.

Als er een bezwaarschrift wordt ingediend tegen de niet-registratie, dan beslist de administrateur-generaal van het agentschap daarover binnen de termijn van dertig dagen, vermeld in artikel 3.1.7, § 4, vijfde lid, van het decreet grond- en pandenbeleid. Hij deelt binnen dezelfde termijn aan de kredietgever het registratienummer of de niet-registratie van de renovatieovereenkomst mee.

De indiening van de renovatieovereenkomst en van een bezwaarschrift gebeurt met een aangetekende brief of door afgifte tegen ontvangstbewijs op het centrale adres van het agentschap of met een elektronisch aangetekende zending op mailadres renovatieovereenkomsten@rwo.vlaanderen.be. De kennisgevingen en mededelingen, vermeld in het tweede en het derde lid gebeuren met een aangetekende brief, door afgifte tegen ontvangstbewijs, of, als de kredietgever die mogelijkheid bij de indiening van de renovatieovereenkomst heeft aangegeven, via elektronisch aangetekende zending.

Het agentschap brengt de kredietnemer op de hoogte van de registratie van een renovatieovereenkomst. HOOFDSTUK 3. - Inhoud van het renovatieovereenkomstenregister

Art. 4.Het renovatieovereenkomstenregister wordt beheerd door het agentschap en bevat voor elke geregistreerde renovatieovereenkomst minstens de volgende gegevens : 1° het unieke nummer voor elke geregistreerde renovatieovereenkomst;2° de identificatiegegevens van het te renoveren onroerend goed;3° de identificatiegegevens van de kredietgever;4° de identificatiegegevens van de kredietnemer;5° de datum van de eerste opname in het register, de inventaris of de lijsten waarin het onroerend goed opgenomen is op het ogenblik dat de renovatieovereenkomst wordt gesloten;6° het bedrag van de hoofdsom, vermeld in de renovatieovereenkomst;7° de looptijd van het krediet. Na de kennisgevingen, vermeld in artikel 5, eerste lid, wordt het renovatieovereenkomstenregister aangevuld met de volgende gegevens : 1° de datum van opname van het toegekende krediet of van de eerste schijf ervan;2° de datum waarop het onroerend goed als hoofdverblijfplaats van een kredietnemer in gebruik genomen wordt;3° het totaalbedrag van het opgenomen kapitaal op 31 december van het jaar dat voorafgaat aan de jongste kennisgeving van opname;4° de datum van schrapping uit het register, de inventaris of de lijsten, vermeld in het eerste lid, 5°. Het agentschap zorgt tot acht jaar nadat een geregistreerde renovatieovereenkomst verstreken is voor de fysieke bewaring van alle documenten die het heeft ontvangen in het kader van de registratie van de renovatieovereenkomst. HOOFDSTUK 4. - Aflevering van het attest van belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten

Art. 5.De kredietgever brengt het agentschap onverwijld op de hoogte van de datum en het bedrag van elke opname, door de kredietnemer, van het toegekende krediet of een deel ervan, van de aanvang en het einde van de renovatiewerkzaamheden en van de datum waarop het gerenoveerde onroerend goed effectief in gebruik genomen wordt als hoofdverblijfplaats door ten minste een van de kredietnemers. Elke kennisgeving gebeurt met vermelding van het registratienummer van de geregistreerde renovatieovereenkomst en op de wijze zoals voor de indiening van de renovatieovereenkomst bepaald is in artikel 3, vierde lid.

Onder voorbehoud van de kennisgevingen, vermeld in het eerste lid, bezorgt het agentschap, voor 31 mei van het aanslagjaar dat volgt op het jaar waarin het onroerend goed effectief in gebruik is genomen als hoofdverblijfplaats door een kredietnemer, aan de kredietgever het attest van belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten, waaruit blijkt dat hij voor het belastbaar tijdperk in kwestie voldoet aan de voorwaarden om de belastingvermindering te genieten.

Vervolgens bezorgt het agentschap gedurende de looptijd van de renovatieovereenkomst en zolang ten minste een van de kredietnemers op 31 december van het belastbaar tijdperk het onroerend goed als hoofdverblijfplaats bewoont, voor 31 mei van elk aanslagjaar aan de kredietgever een nieuw attest als vermeld in het tweede lid.

De attesten, vermeld in het tweede lid en het derde lid, bevatten de gegevens, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1°, 2°, 3°, 4° en 6°, en tweede lid, 2° en 3°.

Art. 6.De kredietgever die aanspraak maakt op de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten, levert bij zijn aangifte van de personenbelasting het bewijs dat hij in het belastbaar tijdperk een of meer renovatieovereenkomsten had lopen, door het totaalbedrag van alle kapitalen die op 1 januari en op 31 december van het betreffende belastbare tijdperk door kredietnemers opgenomen zijn, te vermelden in de daartoe in het aangifteformulier opgenomen vakken, en door voor elke geregistreerde renovatieovereenkomst een kopie van het attest, vermeld in artikel 5, tweede of derde lid, bij de aangifte te voegen. HOOFDSTUK 5. - Controle

Art. 7.Het agentschap oefent ambtshalve controle uit op de naleving van de voorwaarden en voorschriften, vermeld in dit besluit en in artikel 3.1.4 tot en met 3.1.8 van het decreet grond- en pandenbeleid, en deelt elke inbreuk op de voorwaarden, vermeld in artikel 3.1.4 tot en met 3.1.6 van het decreet grond- en pandenbeleid mee aan de federale belastingadministratie. HOOFDSTUK 6. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 8.In afwachting van de inwerkingtreding van artikel 2.2.10 van het decreet grond- en pandenbeleid bezorgen respectievelijk het intern verzelfstandigd agentschap RO-Vlaanderen en de gemeenten aan het agentschap de gegevens van : 1° de inventaris van leegstaande of verwaarloosde bedrijfsruimten, vermeld in artikel 3, § 1, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten; 2° de leegstandsregisters, vermeld in artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid.

Het agentschap stelt op schriftelijk verzoek van natuurlijke personen die zich bekendmaken als kandidaat-kredietgever of -kredietnemer, de gegevens ter beschikking die betrekking hebben op de ligging, in de uitdrukkelijk in het verzoek aangegeven gemeenten, van onroerende goederen die ten hoogste vier opeenvolgende jaren opgenomen zijn in een register of inventaris als vermeld in het eerste lid, of op een lijst van ongeschikte of onbewoonbare woningen of verwaarloosde gebouwen of woningen als vermeld in artikel 28, § 1, van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2009.

Art. 10.De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 juni 2009.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN

Bijlage : Modelformulier als vermeld in artikel 2 RENOVATIEOVEREENKOMST Kredietovereenkomst die voldoet aan de voorwaarden en voorschriften van artikel 3.1.4 tot en met 3.1.6 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, hierna het decreet te noemen Tussen enerzijds : . . . . . . . . . . . . . . . hierna de kredietgever te noemen, voornaam of voornamen, achternaam, straat en nummer, postnummer en gemeente, rijksregisternummer, eventueel e-mailadres en anderzijds : . . . . . . . . . . . . . . . hierna de kredietnemer te noemen, voornaam of voornamen, achternaam, straat en nummer, postnummer en gemeente, rijksregisternummer, eventueel e-mailadres wordt een kredietovereenkomst gesloten met de volgende voorwaarden : 1. voorwerp van de overeenkomst : De kredietgever verleent een krediet aan de kredietnemer, die het krediet aanvaardt, met als uitsluitende bestemming de renovatie van het onroerend goed, dat ligt in : .. . . . . . . . .

Kadastrale gegevens : afdeling : . . . . . sectie . . . . . nummer : . . . . . . . . . .

De kredietnemer wendt het krediet uitsluitend aan buiten het kader van zijn eventuele beroepsactiviteiten.

Het te renoveren onroerend goed is opgenomen in : (aankruisen en invullen wat past) O het leegstandsregister, vermeld in artikel 2.2.6 of 7.3.2 van het decreet, sinds . . . . .

O de inventaris van leegstaande of verwaarloosde bedrijfsruimten, vermeld in artikel 3, § 1, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, sinds . . . . .

O de lijsten van ongeschikte of onbewoonbare woningen en verwaarloosde gebouwen of woningen, vermeld in artikel 28, § 1, van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, sinds . . . . . 2. hoofdsom : .. . . . .. euro 3. duurtijd : De looptijd van de kredietovereenkomst bedraagt .. . . . jaar, en gaat in op . . . . . ...... en eindigt op . . . . . 4. bankrekeningnummer (waarop het bedrag van de lening ter beschikking werd of zal worden gesteld als het niet anders bepaald is het opnameplan - zie 8) : .. . . . .. 5. rentevoet (indien van toepassing) : .. . . . .

Als er een rentevoet wordt vastgesteld mag die niet hoger zijn dan de referentierentevoet voor de leningen die de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen toestaat aan particulieren, die zes maanden voor het sluiten van de kredietovereenkomst van toepassing was. 6. eisbaarheid van het kapitaal en van de eventuele interest (aankruisen en invullen wat past O de hoofdsom is eisbaar op het einde van de overeenkomst O de vervaldatum van de jaarlijkse interest is .. . . .

O het kapitaal en de interest zijn eisbaar in . . . . . . maandelijkse/jaarlijkse/ . . . . . (andere periodiciteit) bedragen van . . . . . . euro, overeenkomstig het bijgevoegde aflossingsplan 7. bankrekeningnummer (waarop de jaarlijkse interesten, indien van toepassing, moeten worden gestort en waarop de hoofdsom zal worden terugbetaald) : .. . . . 8. aanvullende bepalingen (opname- en aflossingsplan en aanvullende voorwaarden en regelingen) .. . . . . . . . . . . . . .

Als er geen opnameplan is overeengekomen, verbindt de kredietgever zich ertoe om de hoofdsom uiterlijk bij de effectieve ingebruikname van het onroerend goed te storten op het bankrekeningnummer van de kredietnemer (zie 4).

De aanvullende bepalingen worden buiten beschouwing gelaten als ze strijden met de voorwaarden en voorschriften van artikel 3.1.4, 3.1.5 en 3.1.6 van het decreet of met het uitvoeringsbesluit betreffende de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten, hierna het besluit te noemen. 9. verklaringen overeenkomstig het decreet en het besluit : De kredietgever en de kredietnemer komen overeen en aanvaarden dat alle voorwaarden en voorschriften van artikel 3.1.4, 3.1.5 en 3.1.6 van het decreet en het besluit onverkort gelden voor deze kredietovereenkomst.

De kredietgever en de kredietnemer verklaren op eer dat de bovenvermelde gegevens waarachtig, accuraat en volledig zijn. Zij verklaren, door deze overeenkomst te ondertekenen, elk voor zich op eer, dat ze aan alle voorwaarden en voorschriften van artikel 3.1.4, 3.1.5 en 3.1.6 van het decreet en aan het besluit voldoen en zullen voldoen.

De kredietgever verklaart op eer dat hij geen kredietnemer is bij een andere renovatieovereenkomst en dat ook niet zal worden gedurende de looptijd van deze kredietovereenkomst. Hij verklaart op eer dat het bedrag dat wordt uitgeleend of ter beschikking wordt gesteld, niet voortkomt uit handelingen als vermeld in artikel 3 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme.

De kredietnemer verklaart op eer dat hij geen kredietgever of kredietnemer is bij een andere renovatieovereenkomst en dat ook niet zal worden gedurende de looptijd van deze kredietovereenkomst. Hij verbindt er zich toe het onroerend goed minimaal acht jaar te zullen bewonen.

De kredietnemer verklaart dat hij de kredietgever binnen een week na de gebeurtenis in kwestie in kennis zal stellen van : 1° de aanvang van de renovatiewerkzaamheden;2° het einde van de renovatiewerkzaamheden;3° de effectieve ingebruikname van het gerenoveerde onroerend goed als zijn hoofdverblijfplaats of als hoofdverblijfplaats van ten minste een van de kredietnemers.10. wijzigingen : Deze kredietovereenkomst bevat de integrale overeenkomst tussen de kredietnemer en de kredietgever en vervangt alle andere mondelinge of schriftelijke overeenkomsten tussen die partijen.De gegevens, opgenomen in de overeenkomst, zijn niet vatbaar voor wijzigingen, onverminderd de mogelijkheid om de overeenkomst te beëindigen, na melding aan het agentschap Wonen-Vlaanderen, en onverminderd de mogelijke herziening van de bedongen rentevoet conform artikel 3.1.4, § 3, tweede lid, van het decreet. 11. niet-overdraagbaarheid : Behoudens in de gevallen, vermeld in artikel 3.1.5, derde lid, van het decreet, kunnen noch deze kredietovereenkomst, noch enige rechten daarin, geheel of gedeeltelijk worden overgedragen aan derde partijen. 12. toepasselijk recht : Deze kredietovereenkomst is onderworpen aan het Belgisch recht.Alleen de hoven en rechtbanken van de woonplaats van de kredietnemer of de kredietgever of van de ligging van het onroerend goed zijn bevoegd, onverminderd de mogelijkheden, voorzien in het Gerechtelijk Wetboek, om een arbitrageprocedure te starten. 13. correspondentie : De kredietgever bezorgt één origineel exemplaar van deze kredietovereenkomst aan het agentschap Wonen-Vlaanderen. De kredietgever wordt door Wonen-Vlaanderen op de hoogte gebracht van de registratie van deze kredietovereenkomst : - ofwel schriftelijk op het bovenvermelde adres (gewone procedure) - ofwel, als de kredietgever dat wenst, met een elektronisch bericht op het volgende e-mailadres : . . . . .

Opgemaakt in . . . . ., op . . . . ., in drie originele exemplaren, waarvan elke partij verklaart er een ontvangen te hebben, en waarvan één exemplaar door de kredietgever zal worden bezorgd aan het agentschap Wonen-Vlaanderen om de kredietovereenkomst te registreren. .............................. .............................. handtekening handtekening(en) kredietgever kredietnemer(s) (Handtekeningen, voorafgegaan door de eigenhandig geschreven woorden « Gelezen en goedgekeurd ») Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juni 2009 betreffende de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN

^