Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 19 maart 2021
gepubliceerd op 24 maart 2021

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de VLAREME van 28 oktober 2016, wat betreft de aangifte en het register voor kunstmest en de bemesting

bron
vlaamse overheid
numac
2021030773
pub.
24/03/2021
prom.
19/03/2021
ELI
eli/besluit/2021/03/19/2021030773/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 MAART 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de VLAREME van 28 oktober 2016, wat betreft de aangifte en het register voor kunstmest en de bemesting


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993; - het Mest decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037097 bron vlaamse overheid Decreet houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen type decreet prom. 22/12/2006 pub. 22/01/2007 numac 2007035045 bron vlaamse overheid Decreet houdende inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid type decreet prom. 22/12/2006 pub. 27/03/2007 numac 2007035398 bron vlaamse overheid Decreet houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/01/2007 numac 2007200226 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot wijziging van artikel L3341-5 van het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, betreffende een aangelegenheid waarvan de uitoefening van de bevoegdheid door de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest is overgeheveld type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037068 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en van het provinciedecreet van 9 december 2005 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 26/02/2007 numac 2007035257 bron vlaamse overheid Decreet houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2006 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037071 bron vlaamse overheid Decreet houdende de Middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2007 sluiten, artikel 4, § 3, ingevoegd bij het decreet van 12 december 2008 en gewijzigd bij het decreet van 12 juni 2015, artikel 13, § 10, vervangen bij het decreet van 12 juni 2015 en gewijzigd bij het decreet van 24 mei 2019, artikel 23, § 7, vervangen bij het decreet van 12 juni 2015, artikel 24, § 2, gewijzigd bij de decreten van 28 februari 2014 en 24 mei 2019, § 5, gewijzigd bij het decreet van 12 juni 2015, en § 6, ingevoegd bij het decreet van 24 mei 2019.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 16 juli 2020. - De Vlaamse toezichtcommissie voor de verwerking van persoonsgegevens heeft advies nr. 2020/46 gegeven op 4 november 2020. - De Raad van State heeft advies 68.157/1 gegeven op 12 november 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. - Dit ontwerp werd op 19 november 2020 meegedeeld aan de Europese Commissie, met toepassing van artikel 5 van richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.In de VLAREME van 28 oktober 2016, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2020Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2020 pub. 05/06/2020 numac 2020030969 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot verlenging van de duur vermeld in artikel 111/38, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding sluiten, wordt een artikel 2.2.1.4 ingevoegd, dat luidt als volgt: "Art. 2.2.1.4. In afwijking van artikel 2.2.1.1 tot en met 2.2.1.3 zijn het tweede tot en met het negende lid van toepassing voor het register voor producenten, verdelers, importeurs of exporteurs van kunstmest, vermeld in artikel 2.2.3.1, en voor het kunstmestregister voor landbouwers, vermeld in artikel 2.2.4.1.

De voormelde registers worden bijgehouden via het internetloket dat de Mestbank ter beschikking stelt.

De voormelde registers worden op de volgende momenten ingevuld: 1° het register voor producenten, verdelers, importeurs of exporteurs van kunstmest, vermeld in artikel 2.2.3.1: uiterlijk de tweede dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden; 2° het kunstmestregister voor landbouwers, vermeld in artikel 2.2.4.1: uiterlijk de zevende dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden.

De stukken voor de staving van het register worden bijgehouden op de plaats waar de registerplichtige activiteit uitgevoerd wordt. Voor bewijsstukken die digitaal worden bijgehouden, wordt onder het bijhouden op de plaats waar de registerplichtige activiteit uitgevoerd wordt, verstaan dat de bewijsstukken consulteerbaar zijn op de plaats waar de registerplichtige activiteit uitgevoerd wordt.

De stukken die nodig zijn voor de staving van het register, worden zo bijgehouden dat duidelijk is op welke notitie in het register het bewijsstuk in kwestie betrekking heeft.

De gegevens, vermeld in artikel 2.2.4.1, § 2, tweede lid, die niet genoteerd zijn door de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel in kwestie behoort, worden door de Mestbank doorgegeven aan de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel in kwestie behoort. De Mestbank geeft de gegevens, vermeld in artikel 2.2.4.1, § 2, tweede lid, door van zodra uit de gegevens van de verzamelaanvraag voor het jaar in kwestie blijkt wie de landbouwer is tot wiens bedrijf het perceel in kwestie behoort.

Met behoud van de toepassing van het zesde lid, kan de minister bepalen dat voor notities in het register die betrekking hebben op verhandelingen van kunstmest, de Mestbank de gegevens die een registerplichtige noteert, doorgeeft aan de andere partijen die bij de verhandeling van kunstmest betrokken zijn. De minister kan daarover de nadere regels bepalen.

In afwijking van het derde lid wordt het register uiterlijk de maand na de maand waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, ingevuld voor wat betreft: 1° de in het register voor producenten, verdelers, importeurs of exporteurs van kunstmest, als vermeld in artikel 2.2.3.1, te noteren gegevens met betrekking tot de export van kunstmest. In afwijking van artikel 2.2.3.1, vierde lid, wordt hierbij per soort kunstmest in het register genoteerd hoeveel kunstmest, uitgedrukt in kg P2O5, in kg N en in ton, in de betreffende maand geëxporteerd werd; 2° de in het register voor producenten, verdelers, importeurs of exporteurs van kunstmest, als vermeld in artikel 2.2.3.1, te noteren gegevens met betrekking tot de leveringen aan particulieren van maximaal 100 kg kunstmest per levering. In afwijking van artikel 2.2.3.1, eerste lid, wordt hierbij per soort kunstmest in het register genoteerd hoeveel kunstmest, uitgedrukt in kg P2O5, in kg N en in ton, in de betreffende maand aan particulieren geleverd werd via leveringen van maximaal 100kg per levering; 3° het kunstmestregister, vermeld in artikel 2.2.4.1, dat betrekking heeft op een registerplichtige landbouwer van wie het bedrijf over een vrijstelling, als vermeld in artikel 14, § 6, van het Mestdecreet, beschikt. De vrijstelling vermeld in artikel 14, § 6, van het Mestdecreet, kan aangevraagd worden door elke landbouwer tot wiens bedrijf er landbouwgrond behoort en dit ongeacht het gebiedstype waarbinnen de percelen van de landbouwer gelegen zijn. In afwijking van artikel 2.2.4.1, § 2, wordt hierbij in het gebruiksregister van een dergelijke landbouwer per tot het bedrijf behorend perceel landbouwgrond in het register genoteerd hoeveel kunstmest, gespecificeerd naar de soort kunstmest en uitgedrukt in kg P2O5, in kg N en in ton, in de betreffende maand op het betreffende perceel gebruikt werd;

De minister kan de nadere regels bepalen met betrekking tot de afwijkingen, vermeld in het achtste lid, kan de situaties waarbij feiten pas in het register vermeld moeten worden, uiterlijk de maand na de maand waarin de feiten hebben plaatsgevonden, als vermeld in het achtste lid, uitbreiden en kan bepalen welke gegevens hierbij, in afwijking van artikel 2.2.3.1 en artikel 2.2.4.1, in het register genoteerd moeten worden.".

Art. 2.In artikel 2.2.3.1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 22/12/2017 pub. 08/02/2018 numac 2018010384 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Mestdecreet van 22 december 2006 en van diverse besluiten in uitvoering van het Mestdecreet van 22 december 2006 type besluit van de vlaamse regering prom. 22/12/2017 pub. 23/02/2018 numac 2018030500 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° tussen de woorden "de naam" en de woorden "van de betrokken" worden telkens de woorden "en het landbouwernummer of het uitbatingsnummer" ingevoegd;2° in het eerste lid wordt punt 5° opgeheven;3° in het tweede lid, 2°, worden tussen de woorden "de naam" en de woorden "en het adres" de woorden "en het landbouwernummer of het uitbatingsnummer" ingevoegd;4° in het tweede lid wordt punt 6° opgeheven;5° in het derde lid wordt punt 5° opgeheven;6° in het vierde lid wordt punt 6° opgeheven; 7° er wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In afwijking van het eerste tot en met het vierde lid wordt, voor de identificatie van de aanbieder, de producent of de ontvanger van meststoffen die niet over een landbouwernummer of uitbatingsnummer beschikt, in het register het ondernemingsnummer van de aanbieder, de producent of de ontvanger van meststoffen in kwestie genoteerd.".

Art. 3.Aan hoofdstuk 2, afdeling 2, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 22/12/2017 pub. 08/02/2018 numac 2018010384 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Mestdecreet van 22 december 2006 en van diverse besluiten in uitvoering van het Mestdecreet van 22 december 2006 type besluit van de vlaamse regering prom. 22/12/2017 pub. 23/02/2018 numac 2018030500 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen sluiten, wordt een onderafdeling 4, die bestaat uit artikel 2.2.4.1, toegevoegd, die luidt als volgt: "Onderafdeling 4. Het kunstmestregister voor landbouwers Art. 2.2.4.1. § 1. Ter uitvoering van artikel 24, § 6, van het Mest decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037097 bron vlaamse overheid Decreet houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen type decreet prom. 22/12/2006 pub. 22/01/2007 numac 2007035045 bron vlaamse overheid Decreet houdende inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid type decreet prom. 22/12/2006 pub. 27/03/2007 numac 2007035398 bron vlaamse overheid Decreet houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/01/2007 numac 2007200226 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot wijziging van artikel L3341-5 van het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, betreffende een aangelegenheid waarvan de uitoefening van de bevoegdheid door de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest is overgeheveld type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037068 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en van het provinciedecreet van 9 december 2005 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 26/02/2007 numac 2007035257 bron vlaamse overheid Decreet houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2006 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037071 bron vlaamse overheid Decreet houdende de Middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2007 sluiten houdt elke landbouwer, vermeld in artikel 23, § 1, eerste lid, 1°, van het voormelde decreet, per kalenderjaar, een kunstmestregister bij.

Het kunstmestregister, vermeld in het eerste lid, bestaat uit twee delen, namelijk: 1° een gebruiksregister waarin het gebruik van kunstmest op perceelsniveau genoteerd wordt conform paragraaf 2;2° een verhandelingsregister waarin de landbouwer de kunstmeststromen op zijn bedrijf verantwoordt conform paragraaf 3. § 2. De landbouwer zorgt dat in het gebruiksregister, vermeld in paragraaf 1, tweede lid, het gebruik van kunstmest op al de tot het bedrijf behorende percelen landbouwgrond genoteerd wordt.

De landbouwer zorgt dat, per tot het bedrijf behorend perceel landbouwgrond, elk gebruik van kunstmest wordt genoteerd. Daarbij worden voor elk gebruik van kunstmest, per bemesting, al de volgende gegevens genoteerd: 1° de identificatie van het perceel of de percelen waarop de kunstmest gebruikt is;2° de datum waarop de kunstmest gebruikt is;3° de identificatie van de soort kunstmest die gebruikt is.Daaronder wordt verstaan: de samenstelling, uitgedrukt in percentage N en percentage P2O5, van de gebruikte kunstmest en de naam van de gebruikte kunstmest; 4° de hoeveelheid kunstmest die gebruikt is, uitgedrukt in kilogram of in liter. Een notitie in het register mag alleen betrekking hebben op een bemesting op verschillende percelen landbouwgrond als de opgebrachte kunstmest op dezelfde dag opgebracht is en gelijkmatig verspreid is over de verschillende percelen in kwestie.

In afwijking van het eerste tot en met het derde lid hoeft het gebruik van kunstmest op een teelt op groeimedium niet genoteerd te worden in het gebruiksregister.

De minister kan in afwijking van het eerste tot en met het derde lid bepalen op welke wijze het gebruik van kunstmest op permanent overkapte landbouwgronden in het gebruiksregister genoteerd moet worden. § 3. De landbouwer verantwoordt in het verhandelingsregister, vermeld in paragraaf 1, tweede lid, 2°, de kunstmeststromen op het bedrijf van de landbouwer.

In het verhandelingsregister noteert de landbouwer alle kunstmest die op zijn bedrijf ontvangen wordt of overgedragen wordt aan een derde.

De landbouwer noteert, voor elke ontvangst van kunstmest van een derde, al de volgende gegevens: 1° de identificatie van de soort kunstmest die ontvangen is.Daaronder wordt verstaan: de samenstelling, uitgedrukt in percentage N en percentage P2O5, van de ontvangen kunstmest en de naam van de ontvangen kunstmest; 2° de hoeveelheid kunstmest die ontvangen wordt, uitgedrukt in kilogram of in liter;3° de datum waarop de kunstmest op het bedrijf van de landbouwer ontvangen is;4° de identificatie van het bedrijf of de uitbating vanwaar de kunstmest afkomstig is. De landbouwer noteert, voor elke overdracht van kunstmest aan een derde, al de volgende gegevens: 1° de identificatie van de soort kunstmest die overgedragen is. Daaronder wordt verstaan: de samenstelling, uitgedrukt in percentage N en percentage P2O5, van de overgedragen kunstmest en de naam van de overgedragen kunstmest; 2° de hoeveelheid kunstmest die overgedragen is, uitgedrukt in kilogram of in liter;3° de datum waarop de kunstmest het bedrijf van de landbouwer verlaten heeft;4° de identificatie van het bedrijf of de uitbating naar waar de kunstmest overgedragen is. De landbouwer die kunstmest gebruikt of laat gebruiken op een perceel landbouwgrond dat niet tot zijn bedrijf behoort, noteert de gegevens, vermeld in paragraaf 2, tweede lid, in het gebruiksregister voor het perceel in kwestie. Van zodra uit de gegevens van de verzamelaanvraag voor het jaar in kwestie blijkt wie de landbouwer is tot wiens bedrijf het perceel in kwestie behoort, zullen de genoteerde gegevens door de Mestbank aan de landbouwer in kwestie doorgegeven worden en voor de landbouwer zichtbaar zijn in het gebruiksregister voor het perceel in kwestie.

Voor de toepassing van deze paragraaf wordt een overdracht van kunstmest tussen verschillende exploitanten die deel uitmaken van dezelfde landbouwer, niet beschouwd als een overdracht van kunstmest aan een derde.

Voor de identificatie van het bedrijf of de uitbating vanwaar de kunstmest afkomstig is, vermeld in het derde lid, 4°, en voor de identificatie van het bedrijf of de uitbating naar waar de kunstmest overgedragen is, vermeld in het vierde lid, 4°, worden de naam en het adres vermeld van de landbouwer of uitbater in kwestie, en het landbouwernummer of het uitbatingsnummer. Als de landbouwer of uitbater in kwestie niet over een landbouwernummer of uitbatingsnummer beschikt, wordt in het register het ondernemingsnummer van de landbouwer of uitbater in kwestie genoteerd.".

Art. 4.Aan hoofdstuk 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 22/12/2017 pub. 08/02/2018 numac 2018010384 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Mestdecreet van 22 december 2006 en van diverse besluiten in uitvoering van het Mestdecreet van 22 december 2006 type besluit van de vlaamse regering prom. 22/12/2017 pub. 23/02/2018 numac 2018030500 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen sluiten, wordt een afdeling 5, die bestaat uit artikel 4.5.1, toegevoegd, die luidt als volgt: "Afdeling 5. De invulling van de bemestingsnormen Art. 4.5.1. De landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel in kwestie behoort, is, voor de toepassing van het Mest decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037097 bron vlaamse overheid Decreet houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen type decreet prom. 22/12/2006 pub. 22/01/2007 numac 2007035045 bron vlaamse overheid Decreet houdende inrichting van een gemeenschappelijke identificatie van landbouwers, exploitaties en landbouwgrond in het kader van het meststoffenbeleid en van het landbouwbeleid type decreet prom. 22/12/2006 pub. 27/03/2007 numac 2007035398 bron vlaamse overheid Decreet houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/01/2007 numac 2007200226 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot wijziging van artikel L3341-5 van het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, betreffende een aangelegenheid waarvan de uitoefening van de bevoegdheid door de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest is overgeheveld type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037068 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en van het provinciedecreet van 9 december 2005 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 26/02/2007 numac 2007035257 bron vlaamse overheid Decreet houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2006 type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037071 bron vlaamse overheid Decreet houdende de Middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2007 sluiten en de uitvoeringsbesluiten ervan, verantwoordelijk voor de bemesting op dat perceel.

Een landbouwer die in de loop van een jaar een perceel landbouwgrond gebruikt dat niet tot zijn bedrijf behoort, mag dat perceel landbouwgrond niet bemesten, tenzij hij van de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel in kwestie behoort, de toestemming heeft om het perceel te bemesten of te laten bemesten. De meststoffen die met toestemming van de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel landbouwgrond behoort, worden opgebracht, worden beschouwd als meststoffen die aangevoerd zijn naar de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel in kwestie behoort. De meststoffen waarvan niet aangetoond kan worden dat deze met toestemming van de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel landbouwgrond behoort, zijn opgebracht, worden niet beschouwd als meststoffen die aangevoerd zijn naar de landbouwer van wie het bedrijf is waartoe het perceel in kwestie behoort. Deze meststoffen worden beschouwd als opgebracht in strijd met de bepalingen van het Mestdecreet, door de landbouwer die bemest op een perceel dat niet tot zijn bedrijf behoort.

De minister kan nadere regels bepalen over de toestemming, vermeld in het tweede lid.".

Art. 5.In de VLAREME van 28 oktober 2016, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2020Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2020 pub. 05/06/2020 numac 2020030969 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot verlenging van de duur vermeld in artikel 111/38, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding sluiten, wordt een artikel 13.1.7 ingevoegd, dat luidt als volgt: "Art. 13.1.7. § 1. In afwijking van artikel 2.2.1.4, derde lid, van dit besluit, mag in het jaar 2021 het register, vermeld in artikel 2.2.3.1, uiterlijk de dertigste dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, ingevuld worden via het internetloket, op voorwaarde dat de betrokkene uiterlijk de zevende dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, tot de dag dat deze feiten ingevuld worden in het register dat ter beschikking wordt gesteld via het internetloket, de gegevens die in het register genoteerd moeten worden, op papier of digitaal bijhoudt.

In het jaar 2021 gelden, in afwijking van artikel 2.2.1.4, derde lid, van dit besluit, de volgende termijnen voor het invullen van het register vermeld in artikel 2.2.4.1: 1° de landbouwer die een kunstmestregister moet bijhouden overeenkomstig de bepalingen van artikel 2.2.4.1, mag het verhandelingsregister, vermeld in artikel 2.2.4.1, § 3, uiterlijk de dertigste dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, invullen; 2° de landbouwer die een kunstmestregister moet bijhouden overeenkomstig de bepalingen van artikel 2.2.4.1, register, vermeld in artikel 2.2.4.1, § 2, uiterlijk de dertigste dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, invullen als de landbouwer aan al de volgende voorwaarden voldoet: a) op de tot het bedrijf van de betrokken landbouwer behorende oppervlakte landbouwgrond worden, behoudens op groeimedium, geen sierteelt, geen boomkweek, geen groenten van groep I, geen groenten van groep II of geen aardbeien geteeld;b) de landbouwer zorgt dat hij vanaf de zevende dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, tot de dag dat deze feiten ingevuld worden in het register dat ter beschikking wordt gesteld via het internetloket, de gegevens die in het register genoteerd moeten worden, op papier of digitaal bijhoudt. In het jaar 2022 gelden, in afwijking van artikel 2.2.1.4, derde lid, van dit besluit, de volgende termijnen voor het invullen van het register vermeld in artikel 2.2.4.1: 1° de landbouwer die een kunstmestregister moet bijhouden overeenkomstig de bepalingen van artikel 2.2.4.1, mag het verhandelingsregister, vermeld in artikel 2.2.4.1, § 3, uiterlijk de vijftiende dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, invullen; 2° de landbouwer die een kunstmestregister moet bijhouden overeenkomstig de bepalingen van artikel 2.2.4.1, mag het register uiterlijk de dertigste dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, invullen als de landbouwer aan al de volgende voorwaarden voldoet: a) op de tot het bedrijf van de betrokken landbouwer behorende oppervlakte landbouwgrond worden, behoudens op groeimedium, geen sierteelt, geen boomkweek, geen groenten van groep I, geen groenten van groep II of geen aardbeien geteeld;b) de verschillende exploitaties die deel uitmaken van het bedrijf van de betrokken landbouwer hebben, in het kalenderjaar in kwestie, op geen enkel ogenblik gezamenlijk een oppervlakte landbouwgrond of groeimedium in gebruik die groter is dan 5 hectare;c) de landbouwer zorgt dat hij vanaf de zevende dag na de dag waarop de feiten hebben plaatsgevonden die in het register vermeld moeten worden, tot de dag dat deze feiten ingevuld worden in het register dat ter beschikking wordt gesteld via het internetloket, de gegevens die in het register genoteerd moeten worden, op papier of digitaal bijhoudt. § 2. In afwijking van paragraaf 1 en van artikel 2.2.1.4, derde en achtste lid, van dit besluit, is in het jaar 2021 het register, vermeld in artikel 2.2.3.1, uiterlijk op 15 mei 2021, ingevuld voor de feiten die in het register vermeld moeten worden en die hebben plaatsgevonden tussen 1 januari 2021 en 15 april 2021.".

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 15 april 2021.

Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 maart 2021.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR

^