Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 20 maart 2009
gepubliceerd op 04 mei 2009

Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de nadere regels voor de registratie alsook de inwerkingtreding van het decreet van 14 maart 2008 houdende de ontsluiting en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels en leidingen

bron
vlaamse overheid
numac
2009201590
pub.
04/05/2009
prom.
20/03/2009
ELI
eli/besluit/2009/03/20/2009201590/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

20 MAART 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de nadere regels voor de registratie alsook de inwerkingtreding van het decreet van 14 maart 2008 houdende de ontsluiting en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels en leidingen


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 14 maart 2008 houdende de ontsluiting en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels en leidingen, artikel 4, tweede lid, artikel 20 en artikel 21;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 november 2008;

Gelet op het advies nr. 45.916/3 van de Raad van State, gegeven op 2 maart 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de minister-president van de Vlaamse Regering;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° het decreet van 14 maart 2008 : het decreet van 14 maart 2008 houdende de ontsluiting en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels en leidingen;2° centraal meldpunt : het meldpunt, vermeld in artikel 1, 9°, van het koninklijk besluit van 21 september 1988 betreffende de voorschriften en de verplichtingen van raadpleging en informatie bij het uitvoeren van werken in de nabijheid van installaties van vervoer van gasachtige en andere producten door middel van leidingen. De definities genoemd in artikel 2 van het decreet van 14 maart 2008 zijn eveneens van toepassing in dit besluit. HOOFDSTUK II. - Procedure en voorwaarden voor de registratie, de controle van de aanvraag tot registratie en de schorsing en de opheffing van de registratie

Art. 2.Het AGIV voert, nadat het een elektronische aanvraag tot registratie heeft ontvangen, binnen drie werkdagen een controle uit.

Bij de controle wordt nagegaan of de persoon die om de registratie verzoekt als een professionele planaanvrager, KLB of ODB, voldoet aan de definitie, vermeld in artikel 2 van het decreet van 14 maart 2008, en of zijn registratie als professionele planaanvrager of ODB niet eerder al opgeheven was en wat hiervoor in voorkomend geval de reden was.

Art. 3.§ 1. Als uit de controle blijkt dat de aanvrager voldoet aan de definities, vermeld in artikel 2 van het decreet van 14 maart 2008 en er geen opheffing is van een eerdere registratie als professionele planaanvrager of ODB of als de reden hiervoor volgens AGIV een nieuwe registratie niet verhindert, wordt de aanvrager als KLB, professionele planaanvrager of ODB geregistreerd in het KLIP. De aanvraagdatum geldt als datum van effectieve registratie.

Het AGIV brengt de aanvrager met een elektronisch bericht op de hoogte van de registratie. De betrokkene kan, na validatie van het paswoord, gebruikmaken van de functionaliteiten van het KLIP waarvoor hij werd geregistreerd. § 2. Als het AGIV op grond van de controle van oordeel is dat de aanvrager niet voldoet aan de definities, vermeld in artikel 2 van het decreet van 14 maart 2008, of als er een opheffing is van een eerdere registratie als professionele planaanvrager of ODB en de reden hiervoor volgens AGIV een nieuwe registratie verhindert, wordt de aanvrager door het AGIV met een elektronisch bericht op de hoogte gebracht van het voornemen om zijn registratie te weigeren. De aanvrager kan dan binnen drie werkdagen met een elektronisch bericht nadere toelichting verstrekken bij zijn aanvraag en opmerkingen formuleren bij het voornemen van het AGIV om de registratie te weigeren. In het licht van die nadere toelichting of het ontbreken ervan dient het AGIV vervolgens binnen drie werkdagen te beslissen over de registratie en de aanvrager daarvan vervolgens met een elektronisch bericht op de hoogte te brengen. Als alsnog beslist wordt tot registratie, geldt de aanvraagdatum als datum van effectieve registratie.

Art. 4.§ 1. Tot de opheffing van de registratie van een KLB kan door het AGIV worden besloten als hij effectief geen kabels en leidingen meer in beheer heeft. § 2. Tot de opheffing of de schorsing van de registratie als een professionele planaanvrager kan door het AGIV worden besloten als hij voldoet aan de voorwaarden om gestraft te worden met een geldboete vermeld in artikel 17, 3°, of 4°, van het decreet van 14 maart 2008, als de registratie heeft plaatsgevonden in strijd met de procedure of voorwaarden om geregistreerd te worden of indien hij niet meer voldoet aan de definitie van professionele planaanvrager. Bij een schorsing of een opheffing van de registratie als professionele planaanvrager valt hij terug op de hoedanigheid van particuliere planaanvrager. § 3. Tot de opheffing of de schorsing van de registratie van een ODB kan door het AGIV worden besloten als hij voldoet aan de voorwaarden om gestraft te worden met een geldboete als vermeld in artikel 17, 4°, van het decreet van 14 maart 2008. Bij een schorsing of een opheffing van de registratie als ODB valt hij terug op de hoedanigheid van particuliere planaanvrager. § 4. Als het AGIV van oordeel is dat een professionele planaanvrager of ODB zich bevindt in een van de toepassingsgevallen om tot een schorsing of opheffing van de registratie over te gaan, brengt het AGIV de desbetreffende professionele planaanvrager of ODB daarvan met een elektronisch bericht op de hoogte.

De aanvrager kan dan binnen vijf werkdagen via een elektronisch bericht opmerkingen formuleren bij het voornemen van het AGIV om de registratie te schorsen of op te heffen. In het licht van die nadere toelichting of het ontbreken ervan dient het AGIV vervolgens binnen vijf werkdagen definitief te beslissen over de schorsing of opheffing en de geregistreerde professionele planaanvrager of ODB daarvan vervolgens met een elektronisch bericht op de hoogte te brengen. Als beslist wordt tot schorsing of opheffing, geldt de datum van de definitieve beslissing als datum van effectieve schorsing of opheffing. § 5. Een schorsing van de registratie geldt, behoudens andersluidend besluit van het AGIV, voor een periode van drie maanden. HOOFDSTUK III. - Koppeling van internettoepassingen met vergelijkbaar doel

Art. 5.§ 1. In uitvoering van artikel 20 van het decreet van 14 maart 2008 kunnen de houders van een vervoersvergunning als vermeld in de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, en de beheerder van het transmissienet, vermeld in de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, zich, in afwijking van artikel 6 van het decreet van 14 maart 2008, registreren en hun initiële KLB-zone invoeren en activeren, en wijzigingen aan hun KLB-zone invoeren via het centraal meldpunt, uiterlijk op de data, vermeld in artikel 6 van het decreet van 14 maart 2008. § 2. Het KLIP wisselt voor de KLB die gebruik maakt van de mogelijkheid uit § 1 de nodige informatie uit met het centraal meldpunt zodat de registratie of invoering en activering van de initiële KLB-zone en de wijziging van de KLB-zone rechtsgeldig zijn. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 6.Hoofdstukken I, II, III, VI, VII, VIII, IX en X van het decreet van 14 maart 2008 treden in werking.

Hoofdstukken IV en V van het decreet van 14 maart 2008, treden in werking drie maanden na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand nadat een termijn van tien dagen verstreken is, die ingaat op de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 8.De Vlaamse minister, bevoegd voor de uitbouw van een geografische informatie-infrastructuur, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 20 maart 2009.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS

^