Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 21 november 2003
gepubliceerd op 11 februari 2004

Besluit van de Vlaamse regering houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2004035036
pub.
11/02/2004
prom.
21/11/2003
ELI
eli/besluit/2003/11/21/2004035036/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 NOVEMBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet betreffende het onderwijs XIII - mozaïek van 13 juli 2001, inzonderheid op artikel IX 2, § 2;

Gelet op het decreet betreffende het onderwijs XIV van 14 februari 2003, inzonderheid op artikel X 40;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat, inzonderheid op artikel 1 en op de tabel van de weddenschalen gevoegd als bijlage bij het besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 mei 1976, 31 mei 1976, 8 juli 1976, 15 september 1976, 1 oktober 1976, 26 mei 1983, 21 april 1988 en 13 januari 1989 en bij de besluiten van de Vlaamse regering van 17 juli 1991, 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 8 juni 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met volledig leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, alsmede van de personeelsleden van de inspectiedienst belast met het toezicht op de inrichtingen voor kunstonderwijs, inzonderheid op artikel 1 en op de tabel van de weddenschalen gevoegd als bijlage bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 24 mei 1995, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met beperkt leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, inzonderheid op artikel 2 en op de tabel van de weddenschalen gevoegd als bijlage bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 24 mei 1995, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs, inzonderheid op artikel 11, § 1, en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage IX bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 27 juni 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het gewoon kleuter-, lager en basisonderwijs, inzonderheid op artikel 11 en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage 4 bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs, inzonderheid op artikel 12, § 1, en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage X bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen "Muziek", "Woordkunst" en "Dans", inzonderheid op artikel 11, § 1, en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage V bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994 en 31 januari 1996;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting "Beeldende kunst", inzonderheid op artikel 11, § 1, en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage VI bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994 en 31 januari 1996;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 26 september 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling van de leermeesters godsdienst en de godsdienstleraars, inzonderheid op artikel 9, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002 en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage II bij het besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 1991 tot uitvoering van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor Onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten, inzonderheid op artikel 52, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996, 10 december 1999 en 12 januari 2001, op artikel 52bis ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 10 december 1999 en op artikel 59, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996, 4 mei 1999, 10 december 1999 en 12 januari 2001;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 15 december 1993 tot uitvoering van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken, inzonderheid op artikel 8, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 januari 1996;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 31 januari 1996 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de ambten van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 januari 2000 tot vaststelling van de bekwaamheidsbewijzen en de weddenschalen voor de ambten van opsteller en intercultureel medewerker in de psycho-medisch-sociale centra, inzonderheid op artikellen 3 en 4, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2000 tot vaststelling van de bekwaamheidsbewijzen en de weddenschalen van de personeelsleden van de centra voor leerlingenbegeleiding, inzonderheid op het artikel 5, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 7 september 2001 en 11 januari 2002 en op artikel 6;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 9 februari 2001 betreffende de bekwaamheidsbewijzen en de prestatie- en bezoldigingsregeling voor de personeelsleden van de centra voor volwassenenonderwijs, inzonderheid op artikel 9 en op de tabel van de salarisschalen gevoegd als bijlage II bij het besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij op 1 april 1972 worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 8 mei 2003;

Gelet op het protocol nr. 516 van 3 oktober 2003 houdende de conclusies van de onderhandelingen, die werden gevoerd in de gemeenschappelijke vergaderingen van Sectorcomité X en van onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op het protocol nr. 284 van 3 oktober 2003 houdende de conclusies van de onderhandelingen, die werden gevoerd in het overkoepelend onderhandelingscomité, bedoeld in het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs;

Gelet op het advies nr. 36.015/1 van de Raad van State, gegeven op 30 oktober 2003 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de volgende personeelsleden : 1° de personeelsleden, bedoeld in artikel 2, § 1, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs;2° de personeelsleden, bedoeld in artikel 4, § 1, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding;3° de leden van de inspectie voor het onderwijs georganiseerd door de Vlaamse Gemeenschap, bedoeld in artikel 4 van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten;4° de leden van de inspectie voor de PMS/CLB-centra georganiseerd door de Vlaamse Gemeenschap, bedoeld in artikel 4 van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten;5° de personeelsleden van de dienst voor onderwijsontwikkeling, bedoeld in artikel 9 van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten;6° de personeelsleden van de pedagogische begeleidingsdiensten, bedoeld in artikel 88 van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten;7° de personeelsleden, bedoeld in artikel 10 van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken. HOOFDSTUK II. - Vaststelling van de salarisschalen

Art. 2.De salarisschalen die gelden voor de personeelsleden, genoemd in artikel 1 worden, overeenkomstig de op hen van toepassing zijnde bezoldigingsregeling, aangeduid door een kengetal of door de benaming van het ambt. Het kengetal of de benaming van het ambt wordt vermeld boven elke salarisschaal die voorkomt in dit besluit en in de bijlagen bij dit besluit.

Art. 3.§ 1. De salarisschalen verbonden aan de ambten van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen, van kracht met ingang van 1 december 2001, worden vastgesteld in deel I van de bijlage I bij dit besluit. § 2. De salarisschalen verbonden aan de ambten van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs, van kracht met ingang van 1 december 2001, worden vastgesteld in deel II van de bijlage I bij dit besluit. § 3. De salarisschalen verbonden aan de ambten van de personeelsleden genoemd in artikel 1 en niet bedoeld in §§ 1 en 2 van dit artikel, worden met ingang van 1 december 2001, vastgesteld in deel III van de bijlage I bij dit besluit.

Art. 4.§ 1. De bijlage bedoeld in artikel 3 van dit besluit wordt met ingang van 1 januari 2002 vervangen door de bijlage II bij dit besluit. § 2. De bijlage bedoeld in artikel 3 van dit besluit wordt met ingang van 1 september 2002 vervangen door de bijlage III bij dit besluit. § 3. De bijlage bedoeld in artikel 3 van dit besluit wordt met ingang van 1 juni 2003 vervangen door de bijlage IV bij dit besluit. § 4. De bijlage bedoeld in artikel 3 van dit besluit wordt met ingang van 1 september 2003 vervangen door de bijlage V bij dit besluit. § 5. De bijlage bedoeld in artikel 3 van dit besluit wordt met ingang van 1 september 2004 vervangen door de bijlage VI bij dit besluit. HOOFDSTUK III. - Bijzondere bepalingen m.b.t. het vaststellen van het salaris van sommige personeelsleden Afdeling 1. - Onderwijs voor sociale promotie of met beperkt leerplan

Art. 5.§ 1.Onverminderd de in dit besluit vastgestelde salarisschalen en rekening houdend met de diverse wijzigingen van sommige salarisschalen op de in dit besluit genoemde data, wordt met ingang van 1 december 2001, het salaris van het personeelslid dat zich in één van de hierna vermelde toestanden bevindt, vastgesteld rekening houdend met de volgende elementen : 1° voor een personeelslid dat zijn prestaties in het onderwijs uitoefent als bijbetrekking in de zin van artikel 2 van het koninklijk besluit nr.63 van 20 juli 1982 houdende wijziging van de bezoldigingsregels van toepassing op het onderwijzend en daarmee gelijkgesteld personeel van het onderwijs met volledig leerplan en van het onderwijs voor sociale promotie of met beperkt leerplan, wordt de vastgestelde salarisschaal verminderd met 44.996 BEF; 2° voor een personeelslid dat in het onderwijs twee of meer hoofdambten met onvolledige prestaties uitoefent in de zin van titel IV van het koninklijk besluit van 10 maart 1965 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der leergangen met beperkt leerplan afhangend van het Ministerie van Nationale Opvoeding en Cultuur, waarvan de gezamenlijke opdracht de eenheid overtreft, wordt de volgende formule toegepast : (jw' x OB1 + jw' x OB2 +... + jw' x OBx) + 44.113 BEF; 3° voor een personeelslid dat in het onderwijs fungeert in een niet-vacante betrekking en bezoldigd wordt op grond van artikel 24, § 3, van het voormelde koninklijk besluit van 10 maart 1965, wordt de volgende formule toegepast : [{jw' x (dp/30)} + {44.113 BEF x (dp'/30)}]. § 2. Voor de toepassing van de formules, genoemd in § 1, moet worden verstaan onder : 1° jw : het jaarsalaris à 100 %; 2° jw' : jw B 44.113 BEF; 3° OB : opdrachtbreuk, dit is een breuk waarvan de teller een getal is dat gelijk is aan het aantal uren dat het betrokken personeelslid presteert in het ambt en waarvan de noemer een getal is dat gelijk is aan het minimum aantal uren dat vereist is opdat hetzelfde ambt een ambt met volledige prestaties zou zijn;4° dp : aantal prestatiedagen, dit is het aantal dagen dat het personeelslid tijdens de maand in kwestie heeft gefungeerd;5° dp' : is gelijk aan dp, met dien verstande dat het altijd gelijk is aan 30 als het personeelslid een volledige maand heeft gefungeerd. § 3. Onverminderd de in dit besluit vastgestelde salarisschalen en rekening houdend met de diverse wijzigingen van sommige salaris-schalen op de in dit besluit genoemde data, wordt met ingang van 1 december 2001 voor het bepalen van de uitgestelde bezoldiging, bedoeld in artikel 7, § 1, 3°, van het voormelde koninklijk besluit nr. 63 van 20 juli 1982, gewijzigd bij de koninklijke besluiten nr. 161 van 30 december 1982 en nr. 269 van 31 december 1983 en bij het besluit van de Vlaamse regering van 27 oktober 1998, de volgende formule toegepast : [(jw' x dp + 14.708 BEF x dp') x OB]-(jw x dp) x OB 300360360 § 4. Voor de toepassing van de formule, genoemd in § 3, moet worden verstaan onder : 1° jw : het jaarsalaris à 100 %; 2° jw' : jw B 14.708 BEF; 3° OB : opdrachtbreuk, dit is een breuk waarvan de teller een getal is dat gelijk is aan het aantal uren dat het betrokken personeelslid presteert in het ambt en waarvan de noemer een getal is dat gelijk is aan het minimum aantal uren dat vereist is opdat hetzelfde ambt een ambt met volledige prestaties zou zijn;4° dp : aantal prestatiedagen, dit is het aantal dagen dat het personeelslid tijdens de maand in kwestie heeft gefungeerd;5° dp' : is gelijk aan dp, met dien verstande dat het altijd gelijk is aan 30 als het personeelslid een volledige maand heeft gefungeerd. Afdeling 2. - Onderwijs met volledig leerplan

Art. 6.§ 1. Onverminderd de in dit besluit vastgestelde salarisschalen en rekening houdend met de diverse wijzigingen van sommige salarisschalen op de in dit besluit genoemde data, wordt met ingang van 1 december 2001 het salaris van het personeelslid dat zich in een van de hierna vermelde toestanden bevindt, vastgesteld rekening houdend met de volgende elementen : 1° voor een personeelslid dat zijn prestaties in het onderwijs uitoefent als bijbetrekking in de zin van artikel 5 van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs, wordt de vastgestelde salarisschaal verminderd met 44.996 BEF; 2° voor een personeelslid dat zijn prestaties in het onderwijs uitoefent als niet-uitsluitend ambt in de zin van het voormelde artikel 5 van het koninklijk besluit van 15 april 1958 en tevens in het onderwijs een hoofdambt uitoefent in de zin van hetzelfde artikel 5 of van artikel 2 van het koninklijk besluit nr.63 van 20 juli 1982 houdende wijziging van de bezoldigingsregels van toepassing op het onderwijzend en daarmee gelijkgesteld personeel van het onderwijs met volledig leerplan en van het onderwijs voor sociale promotie of met beperkt leerplan, wordt de volgende formule toegepast : (jw' x OB hoofdambt + jw' x OB niet-uitsluitend ambt) + 44.113 BEF; 3° voor een personeelslid dat in het onderwijs twee of meer hoofdambten met onvolledige prestaties uitoefent in de zin van artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 29 augustus 1985 houdende harmonisering van de bezoldigingsregels van toepassing op het onderwijzend en daarmee gelijkgesteld personeel van het onderwijs met volledig leerplan en van het onderwijs voor sociale promotie of met beperkt leerplan of in de zin van titel III van het voormelde koninklijk besluit van 15 april 1958, waarvan de gezamenlijke opdracht de eenheid overtreft, en van wie het salaris wordt vastgesteld op grond van artikel 42, § 2, van hetzelfde besluit, wordt de volgende formule toegepast : (jw' x OB1 + jw' x OB2 +... + jw' x OBx) + 44.113 BEF; 4° voor een personeelslid dat in het onderwijs fungeert in een niet-vacante betrekking en bezoldigd wordt op grond van artikel 31, § 3, van het voormelde koninklijk besluit van 15 april 1958, wordt de volgende formule toegepast : [{jw' x (dp/30)} + {44.113 BEF x (dp'/30)}]. § 2. Voor de toepassing van de formules, genoemd in § 1, moet worden verstaan onder : 1° jw : de jaarsalaris à 100 %; 2° jw' : jw B 44.113 BEF; 3° OB : opdrachtbreuk, dit is een breuk waarvan de teller een getal is dat gelijk is aan het aantal uren dat het betrokken personeelslid presteert in het ambt en waarvan de noemer een getal is dat gelijk is aan het minimum aantal uren dat vereist is opdat hetzelfde ambt een ambt met volledige prestaties zou zijn;4° dp : aantal prestatiedagen, dit is het aantal dagen dat het personeelslid tijdens de maand in kwestie heeft gefungeerd;5° dp' : is gelijk aan dp, met dien verstande dat het altijd gelijk is aan 30 als het personeelslid een volledige maand heeft gefungeerd. § 3. Onverminderd de in dit besluit vastgestelde salarisschalen en rekening houdend met de diverse wijzigingen van sommige salaris-schalen op de in dit besluit genoemde data, wordt met ingang van 1 december 2001 voor het bepalen van de uitgestelde bezoldiging, bedoeld in artikel 7, § 1, 3°, van het voormelde koninklijk besluit nr. 63 van 20 juli 1982, gewijzigd bij de koninklijke besluiten nr. 161 van 30 december 1982 en nr. 269 van 31 december 1983 en bij het besluit van de Vlaamse regering van 27 oktober 1998 de volgende formule toegepast : [(jw' x dp + 14.708 BEF x dp') x OB]-(jw x dp) x OB 300360 360 § 4. Voor de toepassing van de formule, genoemd in § 3, moet worden verstaan onder : 1° jw : het jaarsalaris à 100 %; 2° jw' : jw B 14.708 BEF; 3° OB : opdrachtbreuk, dit is een breuk waarvan de teller een getal is dat gelijk is aan het aantal uren dat het betrokken personeelslid presteert in het ambt en waarvan de noemer een getal is dat gelijk is aan het minimum aantal uren dat vereist is opdat hetzelfde ambt een ambt met volledige prestaties zou zijn;4° dp : aantal prestatiedagen, dit is het aantal dagen dat het personeelslid tijdens de maand in kwestie heeft gefungeerd;5° dp' : is gelijk aan dp, met dien verstande dat het altijd gelijk is aan 30 als het personeelslid een volledige maand heeft gefungeerd. HOOFDSTUK IV. - Concordantie van kengetallen

Art. 7.De kengetallen die in de koninklijke besluiten vóór 1 september 1989 salarisschalen aanduidden, komen voor in de linker kolom van de hierna vermelde tabel. Elk kengetal vermeld in de linker kolom stemt overeen met het kengetal dat er in de rechter kolom van dezelfde tabel tegenover staat en dat een salarisschaal aanduidt, bekrachtigd bij decreet of bij besluit van de Vlaamse regering. Een kengetal van de linker kolom kan overeenstemmen met meer dan één kengetal, als dit in de rechter kolom is aangegeven.

Salarisschalen klasse 20 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen Afdeling 1. - Wijzigende bepalingen

Onderafdeling A. - Wijziging van het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat

Art. 8.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 1.De salarisschalen zijn met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. Elke salarisschaal wordt in dit besluit aangeduid door een kengetal dat boven de salarisschaal is geplaatst.

De tabel in artikel 7 van vermeld besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 bepaalt de overeenstemming tussen de kengetallen van de salarisschalen die voorkomen in de hierna volgende artikelen en de kengetallen vervat in genoemd besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 ».

Onderafdeling B. - Wijziging van het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met volledig leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, alsmede van de personeelsleden van de inspectiedienst belast met het toezicht op de inrichtingen voor kunstonderwijs

Art. 9.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met volledig leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, alsmede van de personeelsleden van de inspectiedienst belast met het toezicht op de inrichtingen voor kunstonderwijs wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 1.De salarisschalen zijn met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. Elke salarisschaal wordt in dit besluit aangeduid door een kengetal dat boven de salarisschaal is geplaatst.

De tabel in artikel 7 van vermeld besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 bepaalt de overeenstemming tussen de kengetallen van de salarisschalen die voorkomen in de hierna volgende artikelen en de kengetallen vervat in genoemd besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 ».

Onderafdeling C. - Wijziging van het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met beperkt leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur

Art. 10.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met beperkt leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 2.De salarisschalen zijn met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. Elke salarisschaal wordt in dit besluit aangeduid door een kengetal dat boven de salarisschaal is geplaatst.

De tabel in artikel 78 van vermeld besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 bepaalt de overeenstemming tussen de kengetallen van de salarisschalen die voorkomen in de hierna volgende artikelen en de kengetallen vervat in genoemd besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 ».

Onderafdeling D. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs

Art. 11.In artikel 11 van het besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs wordt § 1 vervangen door wat volgt : « § 1. De personeelsleden bedoeld in artikel 1, eerste lid, van dit besluit worden bezoldigd overeenkomstig de salarisschalen die in de bijlagen I tot VIII van dit besluit naast elk bekwaamheidsbewijs zijn vermeld.

Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling E. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 27 juni 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het gewoon kleuter-, lager en basisonderwijs

Art. 12.Artikel 11 van het besluit van de Vlaamse regering van 27 juni 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het gewoon kleuter-, lager en basisonderwijs, wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 11.De personeelsleden bedoeld in artikel 2, van dit besluit worden bezoldigd overeenkomstig de salarisschalen die in de bijlagen 1 tot 3 van dit besluit naast elk bekwaamheidsbewijs zijn vermeld.

Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. »

Art. 13.De bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 29 juni 1994, wordt met ingang van 1 september 2002, vervangen door de bijlage VII gevoegd bij dit besluit.

Onderafdeling F. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs

Art. 14.In artikel 12 van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 15 december 1998, wordt § 1 vervangen door wat volgt : « § 1. De personeelsleden bedoeld in artikel 2, §§ 1 en 2, van dit besluit worden bezoldigd overeenkomstig de salarisschalen die in de bijlagen I tot IX van dit besluit naast elk bekwaamheidsbewijs zijn vermeld.

Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. »

Art. 15.In hetzelfde besluit wordt een artikel 13bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. 13bis . Voor de directeurs van de instellingen voor buitengewoon basisonderwijs, bedoeld in bijlage II bij dit besluit, met uitzondering van de medisch-pedagogische instituten georganiseerd door de Vlaamse Gemeenschap, wordt met ingang van 1 september 2002 de salarisschaal bepaald in functie van het aantal leerlingen. Dit aantal wordt als volgt bepaald : 1° op de teldatum die geldt voor de instelling wordt het aantal regelmatige leerlingen per type vastgesteld;2° dit aantal wordt, naargelang het type, vermenigvuldigd met de volgende coëfficiënt : Type 1 5; Type 2 8,9;

Type 3 7,1;

Type 4 10;

Type 6 8,1;

Type 7 8,9;

Type 8 5. 3° ongeacht het type buitengewoon onderwijs geldt voor de leerlingen die geïntegreerd onderwijs volgen de coëfficiënt 3.Het aantal van deze leerlingen wordt op de eerste schooldag van oktober van het voorafgaand schooljaar vastgesteld; 4° de producten, bekomen volgens 1°, 2° en 3°, worden samengeteld;5° het resultaat van deze som is het aantal leerlingen dat bepalend is voor het toekennen van de salarisschaal zoals bepaald in bijlage II.»

Art. 16.De bijlage II bij hetzelfde besluit, vervangen bij de besluiten van de Vlaamse regering van 29 juni 1994 en 15 december 1998, wordt met ingang van 1 september 2002 vervangen door de bijlage VIII gevoegd bij dit besluit.

Onderafdeling G. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen "Muziek", "Woordkunst" en "Dans"

Art. 17.In artikel 11 van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen "Muziek", "Woordkunst" en "Dans" wordt § 1 vervangen door wat volgt : « § 1. De personeelsleden bedoeld in artikel 1 van dit besluit worden bezoldigd overeenkomstig de salarisschalen die in de bijlagen I tot IV van dit besluit naast elk bekwaamheidsbewijs zijn vermeld.

Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling H. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting "Beeldende kunst"

Art. 18.In artikel 11 van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting "Beeldende kunst", wordt § 1 vervangen door wat volgt : « § 1. De personeelsleden bedoeld in artikel 1 van dit besluit worden bezoldigd overeenkomstig de salarisschalen die in de bijlagen I tot V van dit besluit naast elk bekwaamheidsbewijs zijn vermeld.

Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling I. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 26 september 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling van de leermeesters godsdienst en de godsdienstleraars

Art. 19.Artikel 9 van het besluit van de Vlaamse regering van 26 september 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling van de leermeesters godsdienst en de godsdienstleraars, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002, wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 9.De personeelsleden bedoeld in artikel 2, van dit besluit worden bezoldigd overeenkomstig de salarisschalen die in de bijlage I van dit besluit naast elk bekwaamheidsbewijs zijn vermeld.

Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling J. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 1991 tot uitvoering van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor Onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten

Art. 20.In artikel 52 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 1991 tot uitvoering van het decreet van 17 juli 1991 betreffende inspectie, Dienst voor Onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996, 10 december 1999 en 12 januari 2001, wordt de salarisschaal 167 als volgt vervangen : 1° op 1 september 1999 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.21. Aan artikel 52 van het hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, wordt een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. De salarisschalen die voorkomen in § 1 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. »

Art. 22.Aan artikel 52bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 10 december 1999 wordt een § 5 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 5. De salarisschalen die voorkomen in de §§ 1, 2 en 3 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. »

Art. 23.In artikel 59, § 1, van het hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996, 4 mei 1999, 10 december 1999 en 12 januari 2001 wordt de salarisschaal 167 als volgt vervangen : 1° op 1 september 1999 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.24. Aan artikel 59 van het hetzelfde besluit, wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 4. De salarisschalen die voorkomen in de §§ 1 en 2 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling K. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 15 december 1993 tot uitvoering van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken

Art. 25.In artikel 8 van het besluit van de Vlaamse regering van 15 december 1993 tot uitvoering van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 januari 1996, wordt de salarisschaal 167 als volgt vervangen : 1° op 1 september 1999 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.26. Aan artikel 8 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, wordt een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. De salarisschalen die voorkomen in § 1 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling L. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 januari 1996 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de ambten van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen

Art. 27.Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 31 januari 1996 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de ambten van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen, gewijzigd op 1 september 1999, 1 september 2000 en op 1 september 2001 bij het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Voor de rekenplichtig correspondent wordt de salarisschaal als volgt vervangen : a) op 1 september 1999 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Onderafdeling M.- Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 14 januari 2000 tot vaststelling van de bekwaamheidsbewijzen en de weddenschalen voor de ambten van opsteller en intercultureel medewerker in de psycho-medisch-sociale centra

Art. 28.Aan artikel 3 van het besluit van de Vlaamse regering van 14 januari 2000 tot vaststelling van de bekwaamheidsbewijzen en de weddenschalen voor de ambten van opsteller en intercultureel medewerker in de psycho-medisch-sociale centra, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, wordt een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. De salarisschalen die voorkomen in § 1 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. »

Art. 29.Aan artikel 4 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, wordt een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. De salarisschalen die voorkomen in § 1 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling N. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2000 tot vaststelling van de bekwaamheidsbewijzen en de weddenschalen van de personeelsleden van de centra voor leerlingenbegeleiding

Art. 30.In artikel 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2000 tot vaststelling van de bekwaamheidsbewijzen en de weddenschalen van de personeelsleden van de centra voor leerlingenbegeleiding, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 7 september 2001 en 11 januari 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 4, tweede lid, worden tussen de woorden "dienstanciënniteit" en "in" de woorden "verworven in het ambt van medewerker in een centrum voor leerlingenbegeleiding" ingevoegd;2° er wordt een § 6 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 6.De salarisschalen die voorkomen in de §§ 1 tot 4 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » .

Art. 31.Aan artikel 6 van het hetzelfde besluit wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 4. De salarisschalen die voorkomen in de §§ 1 en 2 worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling O. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 9 februari 2001 betreffende de bekwaamheidsbewijzen en de prestatie- en bezoldigingsregeling voor de personeelsleden van de centra voor volwassenenonderwijs

Art. 32.Artikel 9 van het besluit van de Vlaamse regering van 9 februari 2001 betreffende de bekwaamheidsbewijzen en de prestatie- en bezoldigingsregeling voor de personeelsleden van de centra voor volwassenenonderwijs wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 9.De salarisschalen worden aangegeven door een kengetal dat de klasse, de minimumwedde en de maximumwedde aangeeft en dat ook de periodiciteit van de verhoging, het aantal periodieke verhogingen en het bedrag van de periodieke verhogingen vermeldt. Deze salarisschalen worden, met ingang van 1 december 2001, vastgesteld bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs. » Onderafdeling P. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij op 1 april 1972 worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat

Art. 33.De bijlage 3 bedoeld in artikel 4 van het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij op 1 april 1972 worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat wordt ingetrokken.

Art. 34.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 4.In de bijlage bij het voormeld besluit van 27 juni 1974, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 mei 1976, 31 mei 1976, 8 juli 1976, 15 september 1976, 1 oktober 1976, 26 mei 1983, 21 april 1988 en 13 januari 1989 en de besluiten van de Vlaamse regering van 17 juli 1991, 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 8 juni 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002, worden de salarisschalen die met de code 315 en de code 315/1 worden aangeduid en die behoren tot de rubriek « Weddenschalen klasse 22 jaar » met ingang van 1 juli 2001 als volgt vastgesteld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Onderafdeling Q. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs

Art. 35.De bijlage X bedoeld in artikel 11 van het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs wordt ingetrokken.

Art. 36.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 11.In de bijlage X bij het voormelde besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002, wordt de salarisschaal die met de code 337 wordt aangeduid en die behoort tot de rubriek "weddenschalen klasse 22 jaar" met ingang van 1 juli 2001 als volgt vastgesteld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 37.§ 1. Vanaf 1 januari 2002 zijn in de plaats van de bedragen van 44.996 BEF en 44.113 BEF, vermeld in artikel 56, §§ 1 en 2 en in artikel 67, §§ 1 en 2 de bedragen van 1.115,42 EUR en 1.093,53 EUR van toepassing. § 2. Vanaf 1 juni 2003 zijn in de plaats van de bedragen 1.115,42 EUR en 1.093,53 EUR, vermeld in § 1 de bedragen 1.137,54 EUR en 1.115,19 EUR van toepassing. § 3. Vanaf 1 januari 2002 is in de plaats van het bedrag van 14.708 BEF, vermeld in artikel 56, §§ 3 en 4 en in artikel 67, §§ 3 en 4 het bedrag van 364,60 EUR van toepassing. Afdeling 2. - Opheffingsbepalingen

Art. 38.De volgende regelingen worden opgeheven : 1° de tabel gevoegd als bijlage bij het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij worden vastgesteld de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het schriftelijk onderwijs en van het gesubsidieerd lager onderwijs en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 mei 1976, 31 mei 1976, 8 juli 1976, 15 september 1976, 1 oktober 1976, 26 mei 1983, 21 april 1988 en 13 januari 1989 en de besluiten van de Vlaamse regering van 17 juli 1991, 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 8 juni 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;2° de tabel gevoegd als bijlage bij het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met volledig leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, alsmede van de personeelsleden van de inspectiedienst belast met het toezicht op de inrichtingen voor kunstonderwijs gewijzigd, bij de besluiten van de Vlaamse regering van 24 mei 1995,31 januari 1996 en 11 januari 2002;3° de tabel gevoegd als bijlage bij het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling van de weddenschalen van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met beperkt leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 24 mei 1995, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;4° de tabel gevoegd als bijlage IX bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;5° de tabel gevoegd als bijlage 4 bij het besluit van de Vlaamse regering van 27 juni 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het gewoon kleuter-, lager en basisonderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;6° de tabel gevoegd als bijlage X bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;7° de tabel gevoegd als bijlage V bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen "Muziek", "Woordkunst" en "Dans" gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994 en 31 januari 1996;8° de tabel gevoegd als bijlage VI bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting "Beeldende kunst" gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994 en 31 januari 1996;9° de tabel gevoegd als bijlage II bij het besluit van de Vlaamse regering van 26 september 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling van de leermeesters godsdienst en de godsdienstleraars gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 15 juli 1992, 3 februari 1993, 7 juli 1993, 18 mei 1994, 14 december 1994, 31 januari 1996 en 11 januari 2002;10° het besluit van de Vlaamse regering van 31 januari 1996 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de ambten van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen;11° de tabel gevoegd als bijlage II bij het besluit van de Vlaamse regering van 9 februari 2001 betreffende de bekwaamheidsbewijzen en de prestatie- en bezoldigingsregeling voor de personeelsleden van de centra voor volwassenenonderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002. Afdeling 3. - Inwerkingtreding - Uitvoeringsbepalingen

Art. 39.§ 1. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2001 met uitzondering van de artikelen 20, 23, 25 en 27 die uitwerking hebben op 1 september 1999; artikel 30, 1°, dat uitwerking heeft op 1 september 2000; de artikelen 33 tot en met 36 die uitwerking hebben op 1 juli 2001; artikel 37, §§ 1 en 3 die uitwerking hebben op 1 januari 2002; de artikelen 13, 15 en 16 die uitwerking hebben op 1 september 2002; artikel 37, § 2, dat uitwerking heeft op 1 juni 2003. § 2. Artikel 5, §§ 3 en 4 en artikel 6, §§ 3 en 4 houden op van kracht te zijn op 31 augustus 2002.

Art. 40.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

BIJLAGE I Salarisschalen uitgedrukt in frank en van kracht met ingang van 1 december 2001 DEEL I De salarisschalen van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL II De salarisschalen van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL III De salarisschalen van de personeelsleden niet bedoeld onder de delen I en II worden vastgesteld als volgt : Salarisschalen klasse 18 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

BIJLAGE II Salarisschalen uitgedrukt in euro en van kracht met ingang van 1 januari 2002 DEEL I De salarisschalen van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL II De salarisschalen van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL III De salarisschalen van de personeelsleden niet bedoeld onder de delen I en II worden vastgesteld als volgt : Salarisschalen klasse 18 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

BIJLAGE III Salarisschalen uitgedrukt in euro en van kracht met ingang van 1 september 2002 DEEL I De salarisschalen van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL II De salarisschalen van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL III De salarisschalen van de personeelsleden niet bedoeld onder de delen I en II worden vastgesteld als volgt : Salarisschalen klasse 18 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

BIJLAGE IV Salarisschalen uitgedrukt in euro en van kracht met ingang van 1 juni 2003 DEEL I De salarisschalen van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL II De salarisschalen van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL III De salarisschalen van de personeelsleden niet bedoeld onder de delen I en II worden vastgesteld als volgt : Salarisschalen klasse 18 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

BIJLAGE V Salarisschalen uitgedrukt in euro en van kracht met ingang van 1 september 2003 DEEL I De salarisschalen van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL II De salarisschalen van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL III De salarisschalen van de personeelsleden niet bedoeld onder de delen I en II worden vastgesteld als volgt : Salarisschalen klasse 18 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

BIJLAGE VI Salarisschalen uitgedrukt in euro en van kracht met ingang van 1 september 2004 DEEL I De salarisschalen van de leden van het administratief personeel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs en van het gesubsidieerd administratief personeel van de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL II De salarisschalen van de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van het door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde onderwijs worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

DEEL III De salarisschalen van de personeelsleden niet bedoeld onder de delen I en II worden vastgesteld als volgt: Salarisschalen klasse 18 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

Bijlage VII BIJLAGE 2. - Bekwaamheidsbewijzen en salarisschalen van de bevorderingsambten van het bestuurs- en onderwijzend personeel van het gewoon kleuter-, lager en basisonderwijs Directeur gewoon basisonderwijs van toepassing vanaf 1 september 2002 : - school met op de teldatum 350 of meer leerlingen Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

Bijlage VIII Bijlage II. - Bekwaamheidsbewijzen en salarisschalen voor de bevorderingsambten van het bestuurs- en onderwijzend personeel van het buitengewoon basisonderwijs Buitengewoon kleuteronderwijs : directeur - bekwaamheidsbewijzen en salarisschalen van toepassing tot 31 augustus 2002 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs.

Brussel, 21 november 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

^