Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 21 september 2007
gepubliceerd op 12 oktober 2007

Besluit van de Vlaamse Regering tot samenstelling van de toezichtcommissie in het kader van het gezondheidsinformatiesysteem en tot bepaling van de presentiegelden en vergoedingen van de leden

bron
vlaamse overheid
numac
2007036717
pub.
12/10/2007
prom.
21/09/2007
ELI
eli/besluit/2007/09/21/2007036717/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 SEPTEMBER 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering tot samenstelling van de toezichtcommissie in het kader van het gezondheidsinformatiesysteem en tot bepaling van de presentiegelden en vergoedingen van de leden


De Vlaamse Regering, Gelet de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20;

Gelet op het decreet van 16 juni 2006 betreffende het gezondheids-informatiesysteem, inzonderheid op artikel 55 tot en met 59 en op artikel 62;

Gelet op het decreet van 13 juli 2007 houdende bevordering van een meer evenwichtige participatie van vrouwen en mannen in advies- en bestuursorganen van de Vlaamse overheid, inzonderheid op artikel 3;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begrotingen, gegeven op 18 juli 2007;

Gelet op het advies 43.440/1/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2007, met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° agentschap: het Agentschap Zorg en Gezondheid;2° decreet: het decreet van 16 juni 2006 betreffende het gezondheidsinformatiesysteem;3° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid;4° toezichtcommissie: de commissie, opgericht door artikel 55 van het decreet. HOOFDSTUK II. - Toezichtcommissie Afdeling I. - Procedure

Art. 2.Drie leden van de toezichtcommissie, onder wie de voorzitter, alsook een plaatsvervanger voor elk van hen worden, ter uitvoering van artikel 56, § 1, eerste lid, van het decreet, door de minister benoemd onder de leden of plaatsvervangende leden van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

De minister stuurt een uitnodiging tot kandidaatstelling naar de commissie. In de uitnodiging wordt de mogelijkheid tot overleg met de minister aangeboden zodat de commissie toelichting kan geven bij de kandidaatstellingen.

De minister wijst de drie leden aan, onder wie de voorzitter, en de drie plaatsvervangers.

Art. 3.§ 1. De minister benoemt, ter uitvoering van artikel 56, § 1, tweede lid, van het decreet, ook de andere drie leden, namelijk een beroepsbeoefenaar van de gezondheidszorg, een deskundige in het informaticarecht en een deskundige in de informaticatechnologie, alsook voor elk van hen een plaatsvervanger.

De minister plaatst hiervoor een oproep tot kandidaatstelling, eventueel met aanvullende voorwaarden, in het Belgisch Staatsblad. § 2. Om tot lid of plaatsvervangend lid als vermeld in § 1, benoemd te kunnen worden en benoemd te kunnen blijven, moet de kandidaat aan de volgende voorwaarden voldoen: 1° de burgerlijke en politieke rechten genieten;2° geen lid zijn van het Europees Parlement, de Senaat, de Kamer van Volksvertegenwoordigers, het Vlaams Parlement of een andere gemeenschaps- of gewestraad;3° niet onder het hiërarchische gezag staan van het Vlaams Parlement of van de Vlaamse Regering;4° geen medewerker zijn van een intermediaire organisatie als vermeld in artikel 2, 10°, van het decreet.

Art. 4.Hoogstens twee derden van de leden van de toezichtcommissie zijn van hetzelfde geslacht. Dit quotum is afzonderlijk van toepassing op de effectieve leden en op de plaatsvervangende leden.

Art. 5.Als de kandidaturen, vermeld in artikel 2 en 3, zijn ingediend, beslist de minister wie benoemd wordt als effectief of plaatsvervangend lid.

De benoemde leden, zowel de effectieve als de plaatsvervangende, worden door het versturen van hun benoemingsbesluit hiervan op de hoogte gebracht.

Art. 6.Als het mandaat van een lid van de toezichtcommissie een einde neemt voor de vastgestelde datum, voorziet de minister, overeenkomstig artikel 56, § 2, tweede lid, van het decreet, binnen zes maanden in de vervanging ervan, overeenkomstig de bepalingen in artikel 2 tot en met 4, en artikel 5, tweede lid. Het nieuwe lid voleindigt het mandaat van zijn voorganger. Afdeling II. - Presentiegeld en vergoedingen

Onderafdeling I. - Presentiegeld en vergoeding van reis- en verblijfskosten

Art. 7.§ 1. De leden van de toezichtcommissie ontvangen per deelname aan een zitting van de toezichtcommissie presentiegeld voor een bedrag van 246,41 euro per lid. De voorzitter van de toezichtcommissie ontvangt per deelname aan een zitting dubbel presentiegeld voor een bedrag van 492,82 euro.

Die bedragen zijn uitgedrukt tegen 100 % op basis van de spilindex, die van toepassing was op 1 januari 2007. Binnen de begroting worden die bedragen geïndexeerd overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. § 2. Er wordt voor maximaal zesentwintig zittingen per jaar een presentiegeld toegekend. § 3. Twee of meer vergaderingen op dezelfde dag gelden als één zitting.

Art. 8.De leden van de toezichtcommissie ontvangen ook een vergoeding voor reis- en verblijfskosten per deelname aan een zitting van de toezichtcommissie. Die vergoeding wordt toegekend overeenkomstig de regeling die geldt voor de personeelsleden van de Vlaamse overheid.

Onderafdeling II. - Vergoeding voor opzoekingswerk, studiewerk en rapportering

Art. 9.§ 1. Ter uitvoering van artikel 59, § 2, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van het decreet bedraagt de vergoeding voor het door de leden van de toezichtcommissie geleverde opzoekings- en studiewerk en voor de rapportering daarover in het kader van een vraag, een dossier of probleem dat aan de toezichtcommissie wordt voorgelegd, 125 euro per persoon en per uur.

Dit bedrag is uitgedrukt tegen 100 % op basis van de spilindex, die van toepassing was op 1 januari 2007. Binnen de begroting wordt dit bedrag geïndexeerd overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. § 2.Voor het door de leden van de toezichtcommissie te leveren opzoekings- en studiewerk en voor de rapportering daarover in het kader van een afzonderlijke vraag die of dossier of probleem dat aan de toezichtcommissie wordt voorgelegd, maakt de toezichtcommissie een kostenraming op.

De toezichtcommissie mag het opzoekings- en studiewerk en de rapportering daarover, vermeld in het eerste lid, slechts uitvoeren op voorwaarde dat de minister voorafgaandelijk deze kostenraming goedkeurt.

De minister kan bijkomende regels bepalen. § 3. De leden van de toezichtcommissie ontvangen de vergoeding na het indienen van een schuldvordering en het voorleggen van de resultaten van het opzoekings- of studiewerk of de rapportering erover. HOOFDSTUK III. - Secretariaat van de toezichtcommissie

Art. 10.Ter uitvoering van artikel 62 van het decreet, wordt vanaf 1 januari 2008 een personeelslid voor het agentschap aangeworven van niveau A. Dit personeelslid wordt ter beschikking gesteld van de toezichtcommissie en verzorgt het secretariaat. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 11.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2007.

Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 september 2007.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, S. VANACKERE

^