Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 22 juli 2005
gepubliceerd op 16 september 2005

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de Huizen van het Nederlands

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2005036108
pub.
16/09/2005
prom.
22/07/2005
ELI
eli/besluit/2005/07/22/2005036108/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 JULI 2005. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de Huizen van het Nederlands


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 12 januari 1989, 16 januari 1989, 5 mei 1993, 16 juli 1993, 28 december 1994, 5 april 1995, 25 maart 1996, 4 december 1996, 8 februari 1999, 19 maart 1999, 4 mei 1999, 21 maart 2000, 13 juli 2001, 22 januari 2002, 29 april 2002, 5 mei 2003, 10 juli 2003, 12 augustus 2003, 16 maart 2004, gewijzigd bij de bijzondere decreten van 24 juli 1996, 15 juli 1997, 14 juli 1998, 18 mei 1999, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988, inzonderheid artikel 20;

Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands, inzonderheid op de artikelen 3, 4, 5, 11, 12, 15, 17, 17bis, 24 en 25;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 juni 2005 houdende de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 1 juli 2005;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 7 juli 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van state, gezien het decreet van 7 mei 2004 op 1 juli 2005 in werking is getreden en de noodzaak om de continuïteit te verzekeren, zoals geformuleerd in het advies van de Raad van State gegeven op 21 juni 2005 betreffende het ontwerp van besluit van de Vlaamse regering houdende de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands. De rechtszekerheid met betrekking tot de werking, de continuïteit van de dienstverlening, de rechtszekerheid van het personeel en de financiering van de Huizen van het Nederlands, dienen zo snel mogelijk te worden gegarandeerd, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° NT2 : Nederlands als tweede taal.2° Cognitieve vaardigheidstest : een genormeerde en door de Vlaamse regering erkende test die peilt naar de studievaardigheid van de kandidaat-cursist om te oordelen of hij als laaggeschoolde volwassene behoort tot de doelgroep van de Basiseducatie of beter kan worden doorverwezen naar een gelijkaardige opleiding in een Centrum voor Volwassenenonderwijs of een Universitair Talencentrum.3° Instaptoetsen NT2 : toetsen afgenomen door of onder coördinatie van het Huis van het Nederlands die leiden tot de vaststelling van het startniveau NT2 van de cursist.4° Gestandaardiseerd intakeformulier : een door de Vlaamse overheid aangeleverd gestandaardiseerd formulier dat door of onder coördinatie van de Huizen van het Nederlands gebruikt wordt bij de intake van de kandidaat-cursisten. HOOFDSTUK II. - Opdracht

Art. 2.Voor de uitvoering van de intake, testing en doorverwijzing, overeenkomstig artikel 3, § 2 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands, worden volgende instrumenten aangeleverd door de Vlaamse regering : 1° Geautomatiseerd registratiesysteem;2° Cognitieve vaardigheidstest;3° Instaptoetsen NT2;4° Gestandaardiseerd intakeformulier. HOOFDSTUK III. - Antennes

Art. 3.De provinciale Huizen van het Nederlands, overeenkomstig artikel 4, § 1, 1° tot en met 5° van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands, kunnen naast de hoofdvestigingsplaats overeenkomstig artikel 4, § 3, derde lid van hetzelfde decreet, maximaal vijf antennes oprichten.

Art. 4.§ 1. Om voor een forfaitaire toelage, overeenkomstig artikel 11, § 1, 3° van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands, in aanmerking te komen moet een antenne voldoen aan volgende voonvaarden : 1° De opdrachten uitvoeren overeenkomstig artikel 5, 2°, 4°, 5° en 6° van hetzelfde decreet;2° Minimaal twee dagdelen per week geopend zijn, waarvan ten minste twee dagdelen per maand 's avonds en/of tijdens het weekend. Overeenkomstig artikel 4, § 3, tweede lid van hetzelfde decreet, kunnen centra die NT2 aanbieden niet als antenne fungeren. § 2. De rapportage met betrekking tot de werking van de antennes wordt opgenomen in de jaarlijkse rapportage zoals bepaald in artikel 7, 2° van dit besluit.

Art. 5.§ 1. De opdrachten overeenkomstig artikel 4, § 1, 1° van dit besluit worden door de antennes uitgeoefend onder de verantwoordelijkheid van de coördinator van het Huis van het Nederlands. § 2. De coördinator informeert op regelmatige basis de Algemene Vergadering over de uitoefening van de opdrachten overeenkomstig artikel 4, § 1, 1° van dit besluit door de antennes.

Art. 6.De Huizen van het Nederlands ontvangen jaarlijks een forfaitair bedrag van 2.500 euro per antenne. HOOFDSTUK IV. - Behoud van erkenning

Art. 7.Om erkend te blijven moet de Raad van Bestuur van elk Huis van het Nederlands : 1° Een uitgewerkt plan opstellen met betrekking tot de organisatie van en de dienstverlening door het betrokken Huis van het Nederlands.Dit plan moet uiterlijk vijf maanden na de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands ingediend worden bij de bevoegde Vlaamse administratie.

Dit plan omvat ten minste volgende gegevens : a) Een exemplaar van de door de Algemene Vergadering goedgekeurde en aan het Belgisch Staatsblad ter publicatie aangeboden statuten;b) Een opgave van de samenstelling van de Algemene Vergadering en de Raad van Bestuur, die bewijzen dat het Huis van het Nederlands voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 10bis, § 1 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands;c) Het bewijs dat de burgerlijke aansprakelijkheid die ten laste kan worden gelegd van de vereniging en haar medewerkers, gedekt is door een verzekering;d) Een verklaring waarbij het Huis van het Nederlands aanvaardt dat de bevoegde Vlaamse administratie de boekhouding en werking, zonodig ter plaatse, nagaat;e) Een overzicht van het NT2-aanbod van alle centra binnen het werkingsgebied op datum van 31 oktober van het voorgaande kalenderjaar;f) Een overzicht van de inplanting van de antennes en van de leden die deel uitmaken van het Huis van het Nederlands;g) Een overzicht van het personeel;h) Een beschrijving van de procedure van intake, testing en doorverwijzing.Deze procedure wordt opgesteld overeenkomstig de bepalingen in artikel 2 van dit besluit.

Bij indiening moet het uitgewerkte plan ter kennisgeving voorgelegd zijn aan de Algemene Vergadering en rechtsgeldig ondertekend zijn. 2° Jaarlijks volgende stukken aan de bevoegde Vlaamse administratie bezorgen : 1.Voor 31 oktober : a) Een door de Algemene Vergadering goedgekeurde begroting van het volgende kalenderjaar.In functie van de administratieve controle en het globaal vergelijkend onderzoek zal het model van de te gebruiken formulieren worden opgelegd; b) Vanaf de inwerkingtreding van het artikel 12 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands, een lijst van het aantal doorverwezen cursisten met betrekking tot de periode van 1 oktober van het jaar n-1 tot en met 30 september van het jaar n, zoals bedoeld in artikel 8 van dit besluit. Dit wordt het oktoberdossier genoemd. 2. Voor 31 maart : a) Een geactualiseerde versie van het uitgewerkte plan, zoals bepaald in artikel 7, 1° van dit besluit, in het kader van de jaarlijkse rapportering, bedoeld in artikel 15, § 1 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands.Deze geactualiseerde versie van het uitgewerkte plan moet aangevuld worden met een overzicht van de kwantitatieve en kwalitatieve dienstverlening geleverd door de hoofdvestigingsplaats, de antennes en de centra tijdens het voorgaande werkjaar. b) Een financiële afrekening van het kalenderjaar n-1.In functie van administratieve controle en globaal vergelijkend onderzoek zal het model van de te gebruiken formulieren worden opgelegd.

Dit wordt het maartdossier genoemd. 3° De boekhouding ter plaatste beschikbaar houden.In functie van de administratieve controle en het globaal vergelijkend onderzoek zal het model van de te gebruiken formulieren worden opgelegd. HOOFDSTUK V. - Berekening van de variabele toelage

Art. 8.§ 1. Het aantal doorverwezen cursisten, overeenkomstig artikel 12 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands, wordt als volgt bepaald : Voor de berekening van het globaal krediet, na aftrek van de forfaitaire bedragen, van het jaar n wordt het aantal cursisten zonder studiebewijs NT2 in rekening genomen dat tijdens de periode van 1 oktober van het jaar n-2 tot en met 30 september van het jaar n-1 voor de eerste keer geregistreerd werd in het geautomatiseerd registratiesysteem, zoals ter beschikking gesteld aan de Huizen van het Nederlands. § 2. Vanaf de inwerkingtreding van artikel 12 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands beschikken de Huizen van het Nederlands over een lijst van het aantal doorverwezen cursisten met betrekking tot de periode 1 oktober van het] aar n-1 tot en met 1 0 september van het jaar n. HOOFDSTUK VI. - Het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad

Art. 9.Het Huis van het Nederlands met als werkingsgebied het tweetalig gebied BrusselHoofdstad kan naast de hoofdvestigingsplaats bijkomende antennes oprichten, waarvan maximaal één antenne in aanmerking komt voor het forfaitair bedrag vermeld in artikel 6 van dit besluit. HOOFDSTUK VIl. - Aanleveren van gegevens

Art. 10.De Huizen van het Nederlands dienen de door de Vlaamse regering, of haar gemachtigde, opgevraagde gegevens binnen de tien werkdagen aan te leveren, tenzij in de aanvraag of met betrekking tot de aanlevering om specifieke gemotiveerde redenen van deze termijn wordt afgeweken.

Art. 11.Bij het laattijdig opleveren van de gevraagde gegevens door de Huizen van het Nederlands kan een administratieve boete van 50 euro per werkdag, na het verstrijken van de vastgestelde termijn, opgelegd worden. HOOFDSTUK VIII. - Richtlijn

Art. 12.De in artikel 15 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands bedoelde richtlijn omvat : 1° Het maartdossier, zoals bepaald in artikel 7, 2°, 2 van dit besluit.2° De gedragsregels. De in het vorige lid bedoelde gedragsregels bevatten volgende principes : de Huizen van het Nederlands : 1° Mogen informatie verstrekken over de eigen werking en het NT2-aanbod binnen hun werkingsgebied, maar moeten hierbij steeds loyaal zijn ten aanzien van de subsidiërende overheid.Deze informatieverstrekking gebeurt eveneens op basis van wederzijdse loyaliteit tussen het Huis van het Nederlands en de leden die deel uitmaken van het Huis van het Nederlands; 2° Mogen geen politieke propaganda voeren;3° Zijn kosteloos in hun dienstverlening ten aanzien van individuele cursisten;4° Brengen hun objectiviteit, geloofwaardigheid, betrouwbaarheid en onafhankelijkheid niet in liet gedrang, via ondermeer reclame, sponsoring en mediaoptreden. HOOFDSTUK IX. - Overgangsbepalingen

Art. 13.Voor de periode 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005 ontvangen de Huizen van het Nederlands een forfaitair bedrag van 1.250 euro per antenne.

Art. 14.Het globaal krediet, na aftrek van de forfaitaire bedragen, voor de periode van 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005 wordt bepaald overeenkomstig artikel 15 van dit besluit en wordt in twee schijven uitbetaald : 1° Een eerste schijf van 50 % van het globaal krediet voor de periode van 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005, na aftrek van de forfaitaire bedragen, uiterlijk op 30 september 2005;2° Een tweede schijf van 50 % van het globaal krediet voor de periode van 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005, na aftrek van de forfaitaire bedragen, uiterlijk op 31 december 2005.

Art. 15.§ 1. Voor de berekening van het globaal krediet, na aftrek van de forfaitaire bedragen, voor de periode 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005 en voor het jaar 2006, wordt liet aantal cursisten in rekening genomen dat respectievelijk tijdens het jaar 2003 en 2004 ingeschreven was in een cursus NT2 bij één van de volgende centra, in zoverre zij NT2 aanbieden : 1° Een centrum voor basiseducatie, bedoeld in het decreet van 12 juli 1990 houdende de regeling van Basiseducatie voor laaggeschoolde volwassenen;2° Een centrum voor volwassenenonderwijs, bedoeld in het decreet van 2 maart 1999 tot regeling van een aantal aangelegenheden van het volwassenenonderwijs; § 2. De inschrijving van cursisten in de centra gebeurt volgens de bepalingen die van toepassing zijn op de respectievelijke centra. § 3. Tot de inwerkingtreding van artikel 12 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de Huizen van het Nederlands beschikken de Huizen van het Nederlands per centrum. over een lijst van het aantal ingeschreven cursisten van het jaar n-1.

Art. 16.§ 1 Voor de berekening van het globaal krediet voor 2007, na aftrek van de forfaitaire bedragen, wordt het aantal cursisten zonder studiebewijs NT2 in rekening genomen dat tijdens de periode 1 april 2006 tot en met 30 september 2006 voor de eerste keer geregistreerd werd in het geautomatiseerde registratiesysteem, zoals ter beschikking gesteld aan de Huizen van het Nederlands. § 2. Voor 31 oktober 2006 wordt een lijst bezorgd van het aantal doorverwezen cursisten met betrekking tot de periode van 1 april 2006 tot en met 30 september 2006, zoals bedoeld in artikel 16 van dit besluit. HOOFDSTUK X. - Inwerkingstredingsbepalingen

Art. 17.De gegevensuitwisseling gebeurt volledig elektronisch vanaf 1 april 2006. Op deze datum treedt artikel 12 van het decreet van 7 mei betreffende de Huizen van het Nederlands in werking.

Art. 18.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2005, met uitzondering van artikel 8 dat in werking treedt op 1 april 2006.

Art. 19.De Vlaamse minister bevoegd voor inburgering is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 22 juli 2005.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN

^