Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 23 december 2010
gepubliceerd op 08 februari 2011

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw

bron
vlaamse overheid
numac
2011035097
pub.
08/02/2011
prom.
23/12/2010
ELI
eli/besluit/2010/12/23/2011035097/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 DECEMBER 2010. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/11/2000 pub. 14/02/2001 numac 2001035128 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw sluiten betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 22 december 1993 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1994, artikel 12, § 3, gewijzigd bij de decreten van 19 juli 2002, 24 december 2004 en 23 juni 2006;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/11/2000 pub. 14/02/2001 numac 2001035128 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw sluiten betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw;

Gelet op het gezamenlijk advies van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij en de Minaraad, gegeven op 28 en 29 oktober 2010;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 september 2010.;

Gelet op advies 48.931/3 van de Raad van State, gegeven op 7 december 2010 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het noodzakelijk is de steunmaatregelen in overeenstemming te brengen met het gewijzigde programma voor plattelandsontwikkeling van Vlaanderen voor de programmeringsperiode 2007-2013, om de steunmaatregelen te vereenvoudigen met het oog op een snellere doorlooptijd van de dossiers, en om de steunmaatregelen beter af te stemmen op de beschikbare budgettaire middelen;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/11/2000 pub. 14/02/2001 numac 2001035128 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw sluiten betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2006 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten, wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° de landbouwer : de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die een bedrijf exploiteert met alleen activiteiten inzake land- of tuinbouw en land- of tuinbouwverbreding, hierna het land- of tuinbouwbedrijf te noemen, met een voldoende economische bedrijfsomvang, die voldoet aan de voorwaarden, vermeld in punt 2° of 3°;2° de natuurlijke persoon, landbouwer : de natuurlijke persoon die de exploitatie van een land- of tuinbouwbedrijf en de verhandeling van de voortgebrachte producten als belangrijkste beroepsactiviteit heeft; die op jaarbasis meer dan 12.000 euro beroepsinkomen haalt uit de activiteiten op dat bedrijf en minder dan 12.000 euro beroepsinkomen uit andere beroepsactiviteiten, en die geen ouderdomspensioen geniet; 3° de rechtspersoon, landbouwer : a) de handelsvennootschap, vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen, met uitzondering van het economisch samenwerkingsverband, die aan al de volgende voorwaarden voldoet : 1) de exploitatie van een land- of tuinbouwbedrijf en de verhandeling van de voortgebrachte producten is een doelstelling van de vennootschap;2) alle zaakvoerders of bestuurders zijn natuurlijke personen;3) voor alle zaakvoerders of bestuurders is de beroepsactiviteit in de vennootschap de belangrijkste activiteit; 4) alle zaakvoerders of bestuurders halen op jaarbasis meer dan 12.000 euro beroepsinkomen uit hun activiteiten in de vennootschap en minder dan 12.000 euro beroepsinkomen uit activiteiten buiten de vennootschap, en ze genieten geen ouderdomspensioen; 5) de zaakvoerders of bestuurders worden onder de vennoten aangewezen en bezitten elk minstens 25 % van de aandelen;6) alle aandelen zijn op naam en zijn ingeschreven in een aandelenregister;7) de vennootschap is opgericht voor onbepaalde duur of voor ten minste twintig jaar; b) de landbouwvennootschap, vermeld in artikel 2, § 3, van het Wetboek van Vennootschappen, waarvan de beherende vennoten op jaarbasis meer dan 12.000 euro beroepsinkomen halen uit hun activiteiten in de vennootschap en minder dan 12.000 euro beroepsinkomen uit activiteiten buiten de vennootschap, en die geen ouderdomspensioen genieten; c) de vereniging zonder winstoogmerk met een maatschappelijke of sociale doelstelling die een land- of tuinbouwactiviteit uitoefent, hierna de sociale instelling te noemen, die aan al de volgende voorwaarden voldoet : 1) de vereniging is erkend als sociale werkplaats met toepassing van artikel 7 van het decreet van 14 juli 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/07/1998 pub. 02/09/1998 numac 1998035982 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet inzake sociale werkplaatsen sluiten inzake sociale werkplaatsen;2) de exploitatie van een land- of tuinbouwbedrijf en de verhandeling van de voortgebrachte producten zijn doelstellingen van de vereniging;3) de bestuurders worden onder de leden aangewezen;4) ten minste één bestuurder, hierna de bestuurder-landbouwer te noemen, is belast met de bedrijfseconomische opvolging van het land- of tuinbouwbedrijf;5) de vereniging is opgericht voor onbepaalde duur of voor ten minste twintig jaar;d) de consumentencoöperatie, namelijk een handelsvennootschap zoals vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen, die aan al de volgende voorwaarden voldoet : 1) de exploitatie van een land- of tuinbouwbedrijf en de verhandeling van de voortgebrachte producten zijn doelstellingen van de coöperatie;2) de bestuurders worden onder de vennoten aangewezen;3) voor ten minste één bestuurder, hierna de bestuurder-landbouwer te noemen, is de beroepsactiviteit in de vennootschap de belangrijkste beroepsactiviteit; 4) de bestuurder-landbouwer haalt op jaarbasis meer dan 12.000 euro beroepsinkomen uit de activiteiten in de vennootschap en minder dan 12.000 euro beroepsinkomen uit activiteiten buiten de vennootschap, en geniet geen ouderdomspensioen; 5) de coöperatie is opgericht voor onbepaalde duur of voor ten minste twintig jaar.».

Art. 2.Artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 16 juni 2006 en 17 oktober 2008, wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 4.De landbouwer, uitgezonderd de consumentencoöperatie of de sociale instelling, die een landbouwbedrijf exploiteert met een voldoende economische bedrijfsomvang; die de wettelijke normen inzake leefmilieu, hygiëne, dierenwelzijn en ruimtelijke ordening respecteert, en die investeringen uitvoert die de naleving van die normen niet in het gedrang brengen, kan investeringssteun genieten die in aanmerking komt voor cofinanciering uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO).

De natuurlijke persoon, landbouwer en alle beherende vennoten, zaakvoerders of bestuurders van de rechtspersoon, landbouwer, uitgezonderd de consumentencoöperatie en de sociale instelling, moeten voldoende vakbekwaam zijn. Bij de sociale instelling of de consumentencoöperatie moet alleen de bestuurder-landbouwer voldoende vakbekwaam zijn.

Een landbouwbedrijf met een voldoende economische bedrijfsomvang is een bedrijf dat een brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider behaalt dat groter is dan het minimaal vereiste brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider.

Er wordt een bedrijfsplan opgesteld dat beantwoordt aan de voorwaarden, vermeld in artikel 5.

De landbouwer houdt een bedrijfseconomische of een bewijskrachtige fiscale boekhouding bij.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, bepaalt de minimale vereisten inzake vakbekwaamheid, de criteria waaraan de bedrijfseconomische boekhouding moet voldoen, de voorwaarden waaronder een bewijskrachtige fiscale boekhouding aanvaard wordt, en de wijze waarop de naleving van de wettelijke normen inzake leefmilieu, hygiëne, dierenwelzijn en ruimtelijke ordening aangetoond wordt. »

Art. 3.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 5.In het bedrijfsplan, vermeld in artikel 4, worden de aard van de bedrijfsactiviteiten, de onvolkomenheden in de bedrijfsstructuur, de voorgenomen investeringen, de nagestreefde doelstellingen bij de uitvoering van het plan en een aantal kengetallen over de bedrijfsomvang weergegeven. Bij een bedrijfsplan waarin voorzien is in investeringen die gericht zijn op de verbetering van het leefmilieu, de hygiëne en het dierenwelzijn, wordt het effect van de verbetering gekwantificeerd.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, stelt de wijze vast waarop aangetoond wordt dat het brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider groter is dan het minimaal vereiste brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, bepaalt elk jaar het minimaal vereiste brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider. »

Art. 4.In artikel 6, § 2, van hetzelfde besluit vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1° wordt het cijfer « 40 » vervangen door het cijfer « 38 »;2° in punt 2° wordt het cijfer « 30 » vervangen door het cijfer « 28 »;3° in punt 3° wordt het cijfer « 20 » vervangen door het cijfer « 18 »;4° in punt 4° wordt het cijfer « 10 » vervangen door het cijfer « 8 ».

Art. 5.In artikel 7, § 1, van hetzelfde besluit gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt : « Investeringen die betrekking hebben op het bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen, in het bijzonder voor de huisvesting van dieren, mogen niet meebrengen dat op het bedrijf een productiecapaciteit ontstaat die groter is dan de toegestane capaciteit, vermeld in de milieuvergunning, of die groter is dan de capaciteit, verkregen op basis van de nutriëntenemissierechten van het bedrijf. Bovendien wordt voor het deel van de investering waarvoor de noodzakelijke productierechten niet zijn toegekend, geen steun verleend. »

Art. 6.Artikel 8 van hetzelfde besluit vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2006, wordt vervangen door wat volgt : « De totale omvang van de subsidiabele investeringen bedraagt voor een voortschrijdende periode van zeven jaar maximaal 1.000.000 euro per natuurlijke persoon, landbouwer, of per beherende vennoot, zaakvoerder of bestuurder van een rechtspersoon, landbouwer, of per bestuurder-landbouwer van de sociale instelling of de consumentencoöperatie, behalve voor de overheidswaarborg waarvoor, ongeacht het aantal bedrijfsleiders, 2.000.000 euro subsidiabele investeringen aanvaard kunnen worden.

De rentetoelage bedraagt maximaal 4 % voor de investeringen, vermeld in artikel 6, § 2, 1° en 2°, en 3 % voor de investeringen, vermeld in artikel 6, § 2, 3°. Voor de investeringen, vermeld in artikel 6, § 2, 4° wordt geen rentetoelage verleend.»

Art. 7.In artikel 9 van hetzelfde besluit gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten worden het tweede en het derde lid vervangen door wat volgt : « De aanvraag moet informatie verschaffen over de structurele toestand van het bedrijf, de economische bedrijfsomvang, de investeringen en de financiering ervan die noodzakelijk is voor het opstellen van een bedrijfsplan. De bevoegde ambtenaar stelt het bedrijfsplan op.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, stelt de wijze vast waarop het bedrijfsplan opgesteld wordt. ».

Art. 8.In artikel 10, vierde lid, van hetzelfde besluit wordt het woord « bedrijfseconomische » vervangen door de woorden « bedrijfseconomische of een bewijskrachtige fiscale ».

Art. 9.Artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 11.In het bedrijfsplan bij vestiging, vermeld in artikel 10, moet worden aangetoond dat de landbouwer zich vestigt op een landbouwbedrijf met voldoende bedrijfszekerheid en een voldoende economische bedrijfsomvang dat voldoet aan de wettelijke normen inzake leefmilieu, hygiëne, dierenwelzijn en ruimtelijke ordening.

Een landbouwbedrijf met een voldoende economische bedrijfsomvang is een bedrijf dat een brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider behaalt dat groter is dan het minimaal vereiste brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, stelt de wijze vast waarop aangetoond wordt dat het brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider groter is dan het minimaal vereiste brutobedrijfsresultaat per bedrijfsleider.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, stelt de wijze vast waarop de voldoende bedrijfszekerheid en de naleving van de wettelijke normen inzake leefmilieu, hygiëne, dierenwelzijn en ruimtelijke ordening aangetoond wordt. »

Art. 10.In artikel 12 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten wordt het tweede lid, vervangen door wat volgt : « De totale gekapitaliseerde vestigingssteun bedraagt maximaal 70.000 euro, die bestaat uit ten hoogste 30.000 euro in de vorm van een vestigingspremie en aanvullend 40.000 euro in de vorm van een gekapitaliseerde rentetoelage als de aanvrager zich vestigt als natuurlijke persoon, landbouwer, of uit maximaal 40.000 euro in de vorm van een vestigingspremie en aanvullend 30.000 euro in de vorm van een gekapitaliseerde rentetoelage als de aanvrager zich vestigt als beherende vennoot, zaakvoerder of bestuurder van een rechtspersoon, landbouwer. »

Art. 11.In artikel 13 van hetzelfde besluit gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten wordt het eerste lid vervangen door wat volgt : «

Art. 13.Om de vestigingssteun, vermeld in artikel 12, te verkrijgen, moeten vestigingskosten aangetoond worden. Voor de steun in de vorm van een vestigingspremie bedragen die kosten het dubbele van de vestigingspremie. Voor de steun in de vorm van een rentetoelage wordt het bedrag van de aan te tonen kosten jaarlijks vastgesteld op basis van de actualisatievoet. De actuele waarde van de maximale rentetoelage gedurende de maximale duur ervan mag op dat bedrag niet groter zijn dan 40.000 euro bij een vestiging als natuurlijke persoon, landbouwer, en 30.000 euro bij een vestiging als beherende vennoot, zaakvoerder of bestuurder van een rechtspersoon, landbouwer. Bij lagere vestigingskosten kan de steun proportioneel verkregen worden. »

Art. 12.In artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten worden het tweede en derde lid vervangen door wat volgt : « De aanvraag moet informatie verschaffen over de bedrijfszekerheid, de economische bedrijfsomvang, de vestigingskosten en de financiering ervan die noodzakelijk is om een bedrijfsplan bij vestiging op te stellen. De bevoegde ambtenaar stelt het bedrijfsplan bij vestiging op.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, stelt de wijze vast waarop het bedrijfsplan bij vestiging opgesteld wordt. »

Art. 13.In artikel 18 van hetzelfde besluit worden het tweede en derde lid opgeheven.

Art. 14.In artikel 20 van hetzelfde besluit worden het tweede en derde lid opgeheven.

Art. 15.In artikel 28 van hetzelfde besluit worden het tweede tot en met het vierde lid opgeheven.

Art. 16.In artikel 31 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 10/12/2008 numac 2008036377 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw type besluit van de vlaamse regering prom. 17/10/2008 pub. 21/11/2008 numac 2008204086 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de pakketten van digitale frequenties die zullen worden vrijgegeven tijdens een eerste vergelijkende toets voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanbieden van een radio- of televisieomroepnetwerk en de bijhorende zendvergunningen sluiten, worden de woorden « het eerste luik van » opgeheven.

Art. 17.De bijlage bij hetzelfde besluit wordt vervangen door de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 18.Dit besluit heeft uitwerking ten aanzien van de aanvragen om steun die sinds 6 september 2010 zijn ingediend, met uitzondering van artikelen 10 en 11, die uitwerking hebben ten aanzien van de aanvragen om steun die sinds 1 januari 2010 zijn ingediend.

Art. 19.De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid en de zeevisserij, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 23 december 2010.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, K. PEETERS

Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2010 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/11/2000 pub. 14/02/2001 numac 2001035128 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw sluiten betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/11/2000 pub. 14/02/2001 numac 2001035128 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw sluiten betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw Overzicht van de investeringen volgens hun aard en het overeenstemmende percentage steun ten opzichte van subsidiabele investeringen

aard van de investeringen

beschrijving van de investering met vermelding van de bijzondere voorwaarden

steun

groep 1 : investeringen die specifiek zijn voor de biologische landbouw

o bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen en de omheining van uitlopen die voldoen aan de normen voor biologische veehouderij vermeld in de lastenboeken voor de dierlijke biologische productie, op voorwaarde dat de aanvrager de biologische productiemethode toepast (bewijs voorleggen);

38 %

o aanleg van hoogstamboomgaarden in de bioteelt;


o andere gelijksoortige investeringen die specifiek zijn voor de biologische landbouw.

groep 2 : investeringen die gericht zijn op een landbouw met verbrede doelstellingen, duurzame landbouw of de reconversie van het landbouwbedrijf

o installatie voor waterzuivering op bedrijfsniveau, met inbegrip van de installaties voor waterzuivering in het kader van hergebruik van overtollig regen- en beregeningswater;


o uitrusting voor het reinigen van de rookgassen van stookinstallaties met cyclonen, doekenfilters of rookgaswassing;

28 %

o installatie van een eerste energiescherm in een bestaande serre en in een nieuwbouwserre;


o stalverluchtingssysteem met een filter ter bestrijding van de geur- en stofhinder (biofilter, biobed, stoffilters, luchtwassers);


o installatie van een warmtebuffer en een rookgascondensor;


o installatie van een warmtepomp in combinatie met koude-warmteopslag als onderdeel van de inrichting van een gesloten kas;


o installatie van een energiebesparende kasomhulling (dubbel glas, gecoat glas, kunststof kanaalplaten);


o nieuwe verwarmingsinstallaties of omschakeling van bestaande verwarmingsinstallaties naar gas of hernieuwbare brandstoffen, inclusief installaties voor warmtekrachtkoppeling;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen die gebruikt worden voor de aanmaak van zuivelproducten (met melk van het eigen bedrijf) en het bewaren van die producten, evenals de aankoop van materieel dat specifiek noodzakelijk is voor die activiteit;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen die gebruikt worden voor het versnijden, bereiden en verkoopsklaar maken van vlees (geproduceerd op het eigen bedrijf) en het bewaren van die producten, evenals de aankoop van materieel dat specifiek noodzakelijk is voor die activiteit;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen die gebruikt worden voor het artisanaal verwerken en verkoopsklaar maken van land- en tuinbouwproducten (andere producten dan melk en vlees, die geproduceerd zijn op het eigen bedrijf) en het bewaren van die producten, evenals de aankoop van materieel dat specifiek noodzakelijk is voor die activiteit;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen die bestemd zijn voor de rechtstreekse verkoop van de eigen productie (al dan niet in verwerkte vorm) aan de consument of in een buurtwinkel, met inbegrip van een opslag- of koelruimte die bestemd is voor de verkoopsklare voorraad van die producten, evenals de aankoop van materieel dat specifiek noodzakelijk is om die activiteit uit te oefenen;


o investeringen in vaste en verplaatsbare installaties zoals vogelnetten, imitatieroofvogels, care-eyeballonnen en afschrikwindmolentjes, gericht op het beperken van schade door vogels of ander wild met uitzondering van knalapparatuur;


o mechanische of thermische onkruidbestrijding of loofdoding (schoffelmachine, zwenkmaaier, rijenfrees, vingeregge, loofklapper, onkruid- of loofbrander, grondstoommachine);


o machines en uitrusting die specifiek noodzakelijk zijn voor het beheer van kleine landschapselementen, perceelsranden en landschap (eventueel contracten voorleggen);


o installaties voor compostering (omzetten van de composthoop);


o investeringen, gericht op het educatief toegankelijk maken van de landbouwbedrijvigheid inzake de productie van producten voor een breder publiek;


o inrichting van verblijfsruimten voor zorgvragers in het kader van de zorgboerderijen;


o installaties en materieel die op bedrijfsniveau specifiek noodzakelijk zijn voor de bereiding van samengestelde voeders (andere dan ruwvoeders), hoofdzakelijk op basis van zelfgeteelde basisproducten en ter vervanging van krachtvoeders, of voor de bereiding van samengestelde voeders voor varkens op basis van CCM (Corn Cob Mix), hoofdzakelijk op basis van zelfgeteelde producten. De samengestelde voeders moeten een drogestofgehalte hebben van minstens 60%. Daarbij zijn ook graandrooginstallaties voor eigen granen inbegrepen op voorwaarde dat die werken volgens een proces waarbij de verbrandingsgassen niet door de granen gestuurd worden en waarbij er zodoende geen residu's voorkomen in het eindproduct;


o geautomatiseerde champignonplukmachines in geval van reconversie van de productiemethode om het hoofd te bieden aan de delokalisatie van de champignonproductie;


o aanplanten of heraanplanten van fruitplantages met nieuwe commercieel beloftevolle fruitvariëteiten op voorwaarde dat de geïntegreerde productiemethode toegepast wordt. Uitbreiding van het areaal wordt toegestaan;


o installaties en materieel die op bedrijfsniveau specifiek noodzakelijk zijn voor de productie van medicinale en aromatische planten;


o investeringen, gericht op de productie en het gebruik van hernieuwbare energiebronnen als vorm van diversificatie (land- en tuinbouwproductie blijft hoofdzaak), namelijk :


o oliepers, bestemd voor de productie van PPO (pure plantaardige olie) en installaties voor het zuiveren van op het bedrijf geproduceerde PPO. De aankoop van een mobiele oliepers door een coöperatie van landbouwers is subsidiabel mits het een coöperatie betreft voor dienstverlening;


o aanpassing van een tractor of een andere landbouwmachine voor het gebruik van PPO;


o windmolens;


o installaties en materieel voor de productie van biogas en bijbehorende installaties voor de opwekking van elektriciteit op basis van een substantieel gedeelte grondstoffen van het bedrijf;


o installaties en materieel voor de energieproductie op basis van energieteelten en bijbehorende installaties voor de opwekking van elektriciteit op basis van een substantieel gedeelte grondstoffen van het bedrijf;


o installaties en materieel die op bedrijfsniveau specifiek noodzakelijk zijn voor de productie van andere hernieuwbare brandstoffen (bijvoorbeeld houtachtige energieteelten) en bijbehorende installaties voor de opwekking van elektriciteit.


o andere gelijksoortige investeringen gericht op de realisatie van een landbouw met verbrede doelstellingen, duurzame landbouw of de reconversie van het landbouwbedrijf.

groep 3 : investeringen in onroerend goed, gericht op een structuurverbetering

o bouwen, verbouwen en uitrusten van melkveestallen, inclusief melkinstallatie, en van jongveestallen voor jongvee van dat melkvee;

18 %

o bouwen, verbouwen en uitrusten van vleesveestallen en van jongveestallen voor jongvee van dat vleesvee;


o bouwen van een nieuwe ammoniakemissiearme stal, die voorkomt op de lijst van ammoniakemissiearme stallen van het Vlarem, op voorwaarde dat in zeugenstallen groepshuisvesting wordt toegepast en dat in legkippenstallen volièrehuisvesting of grondhuisvesting wordt toegepast;


o uitrusten van nieuwe ammoniakemissiearme legkippenstallen met volièrehuisvesting of grondhuisvesting;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van vleeskalverstallen;


o bouwen van bijkomende mestopslagcapaciteit op het veebedrijf van mest van de veestapel van het bedrijf in afwachting van de verspreiding op het land om te voldoen aan de bepalingen van artikel 9, § 1 van het Mest decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 sluiten;


o verbouwen en uitrusten van bestaande varkens- en pluimveestallen met het oog op de verbetering van het leefmilieu, de hygiëne en het welzijn van de dieren;


o herstellen van daken van hoeven met een cultuurhistorisch karakter, type vierkantshoeven of gelijkgesteld, ongeacht de bestemming van de bedrijfsruimten;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van stallen voor herten, schapen, geiten, konijnen en eventueel het bijbehorende jongvee;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van stallen voor paarden, met inbegrip van gebouwen voor het trainen van paarden en de aanleg van een buitenpiste (geen manèges). Paardenpension wordt aanvaard als vorm van diversificatie;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van gebouwen voor een zeer specifieke dierlijke productie, zoals de kweek van slakken, insecten en larven (geen honden- en nertsenkwekerijen);


o sleufsilo met recuperatiesysteem voor silosappen;


o bouwen, verbouwen en uitrusten (bijvoorbeeld verwarming, energieschermen, beregening, substraatinstallaties, tabletten) van serres in glas of plastic op vaste voet;


o systemen voor het hergebruik van beregeningswater, opvang en hergebruik van hemelwater als beregeningswater;


o afbraak van serres in combinatie met een project voor het oprichten van nieuwe serres (op dezelfde locatie of elders), met uitsluiting van kosten voor bodemsanering;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van kwekerijen van paddestoelen;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van bedrijfsgebouwen voor de productie van witloof, met inbegrip van de hydrocultuurinstallatie;


o bouwen, verbouwen en uitrusten van gebouwen voor een zeer specifieke plantaardige productie (in-vitroculturen);


o installaties voor de robotisering van de productie;


o frigo's;


o beregeningsinstallaties en installaties voor fertigatie (andere dan serre-uitrusting), maar niet op basis van grondwater;


o aanleg van terreinen voor container- en stellingenteelt, evenals de specifieke terreinuitrusting in de boom- en sierteelt (algemeen);


o loodsen voor de opslag en de bewaring van de productie, het marktklaar maken van de productie of voor het stallen van machines en materieel (geen huisvesting van dieren);


o erfverharding en andere infrastructuurwerken in onroerende staat (opvangbassins voor hemelwater, kavelwegen, reinigingsplaats met bezinkput voor voertuigen, andere bezinkputten, opslagplaats voor vaste mest op kopakker, verhardingen voor de beperking van grondtarra);


o nieuwe aanplantingen van kersen, krieken, pruimen, noten en druiven;


o installaties en materieel, gericht op de oogstprotectie in bestaande fruitplantages (hagelkanon, hagelnetten, beregening tegen lentenachtvorst);


o aankoop van bestaande bedrijfsgebouwen die minder dan 15 jaar oud zijn hierbij bepalend dat het subsidiabel bedrag in relatie staat met het VLIF-normbedrag bij nieuwbouw en de gangbare afschrijvingsduur voor dergelijke bedrijfsgebouwen;


o sanitaire opslagruimte voor kadavers met een koelinstallatie;


o systemen voor beperking, recyclage of rationeel beheer van afvalwater (ontsmettings- en ontziltingsinstallaties, opslagplaats voor verontreinigd water);


o systemen voor de beperking van het gebruik of van verliezen van pesticiden. Het betreft voornamelijk geavanceerde spuitmachines waarbij er een duidelijk aantoonbare vermindering is van de drift ten opzichte van de gangbare spuittoestellen;


o investeringen, gericht op de beperking van de verspreiding van ziektekiemen (installaties voor het steriliseren van substraten of afvalgrond, reinigingsplaats met bezinkput voor voertuigen voor het vervoer van dieren, sanitaire laad- of losplaatsen voor dieren, inclusief eventuele afsluiting, sanitair sas in stallen);


o machines voor directe inzaai ter voorkoming van erosie;


o de eerste aanplant van biologisch geteelde duurzame planten en de eerste aankoop van biologisch gekweekte ouderdieren op voorwaarde dat de biologische productiemethode toegepast wordt (bewijs voorleggen);


o andere gelijksoortige investeringen, in onroerend goed, gericht op de realisatie van een structuurverbetering.

groep 4 : overige investeringen, gericht op een structuurverbetering

o machines en materieel (goederen die roerend zijn van nature), niet opgenomen in de andere lijsten en met uitzondering van tweedehandsmaterieel;

8 %

o bouwen en uitrusten van nieuwe ammoniakemissiearme legkippenstallen met verrijkte kooien;


o verbouwen en uitrusten van een bestaande legkippenstal tot een stal met huisvesting in verrijkte kooien;


o zonneboilers en fotovoltaïsche zonnecellen;


o heraanplanten van fruitplantages met gangbare fruitvariëteiten, beperkt tot de gerooide oppervlakte van appel, peer en perzik;


o de eerste aanplant (geen vervangingen) van duurzame planten zoals rozen- en moederplanten, hop- en aspergeplanten, houtachtig kleinfruit;


o andere plastic serres en tunnels dan die welke vermeld worden in groep 3;


o andere gelijksoortige investeringen in onroerend goed gericht op een structuurverbetering.

Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2010 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/11/2000 pub. 14/02/2001 numac 2001035128 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw sluiten betreffende steun aan de investeringen en de installatie in de landbouw Brussel, 23 december 2010.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, K. PEETERS

^