Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 25 januari 2019
gepubliceerd op 05 maart 2019

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers, wat betreft het toekennen van het jaarlijkse extra urencontingent aan de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg

bron
vlaamse overheid
numac
2019040474
pub.
05/03/2019
prom.
25/01/2019
ELI
eli/besluit/2019/01/25/2019040474/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

25 JANUARI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 17/12/2009 numac 2009036117 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers sluiten betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers, wat betreft het toekennen van het jaarlijkse extra urencontingent aan de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009, artikel 58, § 1, eerste lid, gewijzigd bij het decreet van 21 juni 2013, en tweede lid, en artikel 60, tweede en derde lid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 17/12/2009 numac 2009036117 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers sluiten betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 27 november 2018;

Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 11 december 2018 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Aan artikel 1 van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 17/12/2009 numac 2009036117 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers sluiten betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 september 2018, wordt een punt 29° toegevoegd, dat luidt als volgt: "29° regionale stad: een regionale stad als vermeld in de bijlage bij het Zorgregiodecreet of het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad.".

Art. 2.In artikel 8 van bijlage I bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 21 december 2012, 25 april 2014 en 19 oktober 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het derde lid worden tussen het woord "jaarlijks" en de woorden "per erkende dienst" de woorden "per regionale stad en" ingevoegd;2° in het derde lid worden de woorden "als vermeld in de bijlage bij het Zorgregiodecreet" opgeheven; 3° tussen het vijfde en het zesde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "Een erkende dienst mag de onbenutte subsidiabele uren gezinszorg van een bepaalde regionale stad aanwenden in een andere regionale stad.".

Art. 3.Artikel 9 van bijlage I bij hetzelfde besluit, opgeheven door het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 16/12/2011 pub. 25/01/2012 numac 2012200213 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van bijlage I en bijlage II bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers en bijlage II bij het ministerieel besluit van 26 juli 2001 tot vaststelling van het bijdragesysteem voor de gebruiker van gezinszorg type besluit van de vlaamse regering prom. 16/12/2011 pub. 16/01/2012 numac 2012035016 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen uit de regelgeving betreffende de woonzorgvoorzieningen, wat betreft de uitbreiding van Vesta naar aanvullende thuiszorg en de diensten voor logistieke hulp sluiten, wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing: "

Art. 9.Een erkende dienst kan voor elke regionale stad waarin hij minstens 1539 uur gezinszorg effectief presteert, extra uren gezinszorg aanvragen bij het agentschap.

De minister bepaalt de criteria voor de ontvankelijkheid van de aanvraag, vermeld in het eerste lid. Hij houdt daarbij rekening met: 1° de realisatie van het toegekende urencontingent gezinszorg van de dienst;2° de mate waarin de dienst zijn werking richt naar kwetsbare doelgroepen.De kwetsbare doelgroepen worden vastgesteld aan de hand van de volgende parameters, waarbij de dienst minstens twee van de vier doelgroepen moet bereiken: a) de behoeften van de gebruiker gezinszorg, die zijn vastgesteld op de wijze, vermeld in artikel 4, A, 1°, van deze bijlage;b) de gebruikersbijdrage gezinszorg, berekend conform bijlage II van het ministerieel besluit van 26 juli 2001Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 26/07/2001 pub. 31/07/2001 numac 2001016255 bron ministerie van middenstand en landbouw Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee sluiten tot vaststelling van het bijdragesysteem voor de gebruiker van gezinszorg;c) de onregelmatige prestaties, vermeld in artikel 11, § 1, van deze bijlage;d) de reden voor het opstarten van de gezinszorg, zoals geregistreerd in Vesta. Vanaf de toekenning van het extra urencontingent gezinszorg voor het werkingsjaar 2022 wordt de toetsing van de realisatie, vermeld in het tweede lid, 1°, uitgevoerd op het niveau van een regionale stad.

De dienst kan extra uren gezinszorg aanvragen met het formulier dat het agentschap op zijn website ter beschikking stelt. De dienst moet de aanvraag vóór 1 oktober van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de minister het extra urencontingent gezinszorg toekent, aan het agentschap bezorgen.

Een nieuw initiatief krijgt geen extra uren gezinszorg in het jaar dat volgt op het jaar van zijn erkenning.".

Art. 4.In bijlage I bij hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/10/2018 pub. 22/11/2018 numac 2018014761 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers, wat betreft de erkenning van de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg sluiten, wordt een artikel 9/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 9/1.In het kader van zorg op maat kan een erkende dienst een aanvraag indienen om een deel van zijn maximale subsidiabele uren gezinszorg, die zijn toegewezen ter uitvoering van artikel 8, derde lid, om te zetten in vte's van logistiek personeel, of om een deel van zijn toegewezen vte's van logistiek personeel, die zijn toegewezen ter uitvoering van artikel 25, § 1, om te zetten in uren gezinszorg.

Een omzetting van uren gezinszorg in vte's van logistiek personeel als vermeld in het eerste lid, kan op voorwaarde dat de dienst zijn urencontingent gezinszorg van het tweede kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft, voor minstens 95 % heeft gerealiseerd, zoals berekend door Vesta.

Voor aanvragen vanaf het werkingsjaar 2022 wordt de toetsing van de realisatie, vermeld in het tweede lid, uitgevoerd op het niveau van een regionale stad. De minister bepaalt de nadere regels voor de berekening van de realisatie van het urencontingent. Hij houdt daarbij rekening met de prestaties gezinszorg van de dienst op het niveau van een regionale stad en het urencontingent gezinszorg dat aan de dienst toegewezen is voor die regionale stad.

De aanvraag tot omzetting van uren gezinszorg of vte's van logistiek personeel, vermeld in het eerste lid, wordt ingediend op de wijze, vermeld in artikel 9, vierde lid, en is beperkt tot respectievelijk 4617 uur gezinszorg of 3 vte's van logistiek personeel.".

Art. 5.Aan bijlage I bij hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/10/2018 pub. 22/11/2018 numac 2018014761 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers, wat betreft de erkenning van de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg sluiten, wordt een artikel 47 toegevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 47.In afwijking van artikel 9, tweede lid, 2°, bereikt de dienst bij de toekenning van het extra urencontingent gezinszorg voor het werkingsjaar 2019 minstens een van de vier kwetsbare doelgroepen, vermeld in artikel 9, tweede lid.".

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019.

Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 25 januari 2019.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

^