Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 26 januari 1999
gepubliceerd op 23 maart 1999

Besluit van de Vlaamse regering betreffende de organisatie van geïntegreerde algemene en sociale vorming in het buitengewoon secundair onderwijs

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1999035331
pub.
23/03/1999
prom.
26/01/1999
ELI
eli/besluit/1999/01/26/1999035331/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 JANUARI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de organisatie van geïntegreerde algemene en sociale vorming in het buitengewoon secundair onderwijs


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 9 juli 1998 betreffende het onderwijs IX, inzonderheid op artikel 42;

Gelet op het akkoord van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 oktober 1998;

Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het organiseren van geïntegreerde algemene en sociale vorming in het buitengewoon secundair onderwijs aan een reële behoefte beantwoordt;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In het buitengewoon secundair onderwijs kunnen twee of meer vakken van de algemene en sociale vorming geïntegreerd worden gegeven, met uitzondering van : 1° godsdienst of niet-confessionele zedenleer;2° lichamelijke opvoeding.

Art. 2.De vakken van de algemene en sociale vorming die op geïntegreerde wijze worden gegeven, worden gefinancierd of gesubsidieerd overeenkomstig de weddenschalen van de algemene en sociale vorming, die afhankelijk zijn van het bekwaamheidsbewijs waarover de leraar die geïntegreerde algemene en sociale vorming geeft, beschikt.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1997.

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 26 januari 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken, E. BALDEWIJNS

^