Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 30 juni 2006
gepubliceerd op 25 augustus 2006

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de procedure voor de Vlaamse Regulator voor de Media

bron
vlaamse overheid
numac
2006036272
pub.
25/08/2006
prom.
30/06/2006
ELI
eli/besluit/2006/06/30/2006036272/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

30 JUNI 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de procedure voor de Vlaamse Regulator voor de Media


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20;

Gelet op de decreten betreffende de radio-omroep en de televisie, gecoördineerd op 4 maart 2005, inzonderheid op artikel 39, artikel 54 § 2, artikel 90, § 2, artikel 118, § 3 en § 4, en op artikel 170, § 5, gewijzigd bij het decreet van 16 december 2005;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 1998 houdende vaststelling van de procedure voor het Vlaams Commissariaat voor de Media en houdende aanvullende kwalificatiecriteria en voorwaarden voor de erkenning van particuliere radio-omroepen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering 16 maart 2001, 27 april 2001, 1 juni 2001, 8 juni 2001, 14 maart 2003 en 18 juli 2003;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 april 2006;

Gelet op het advies van de Vlaamse Mediaraad, gegeven op 18 april 2006;

Gelet op advies 40.387/3 van de Raad van State, gegeven op 6 juni 2006 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder 1° Mediadecreet : decreten betreffende de radio-omroep en de televisie, gecoördineerd op 4 maart 2005;2° persoon : natuurlijke persoon of rechtspersoon, al naar gelang van het geval;3° Regulator : Vlaamse Regulator voor de Media.

Art. 2.De Regulator stelt alles in het werk om klachten en aanvragen met de nodige spoed en bekwaamheid te behandelen.

Art. 3.Krachtens artikel 170 van het Mediadecreet kunnen klachten en aanvragen voor een erkenning of zendvergunning bij de Regulator worden ingediend met een aangetekende brief of via elektronische post of een ander telecommunicatiemiddel dat resulteert in een schriftelijk stuk aan de zijde van de geadresseerde, en waarop een (elektronische) handtekening is aangebracht die voldoet aan de vereisten van artikel 1322 van het Burgerlijk Wetboek.

Het eerste lid is ook van toepassing op alle andere aanvragen en kennisgevingen aan de Regulator.

Bij een aangetekende brief geldt het postmerk als indieningsdatum.

Als een aanvraag wordt ingediend via elektronische post of een ander telecommunicatiemiddel geldt de datum van verzending als datum van indiening. Die datum wordt in de ontvangstbevestiging vermeld.

Art. 4.§ 1. De beslissingen van de Regulator waartegen beroep tot nietigverklaring bij de Raad van State kan worden aangetekend, worden aan de betrokkenen betekend met een aangetekende brief met ontvangstmelding.

De geschriften die uitgaan van de Regulator en waarvan de kennisgeving een termijn doet lopen, worden aan de betrokkenen betekend met een aangetekende brief. § 2. Voor de berekening van de termijnen vermeld in § 1, tweede lid, wordt de betrokkene geacht de beslissing te hebben ontvangen de dag die volgt op de dag waarop de Regulator de brief bij de post heeft aangeboden. Is die dag een zaterdag, een zondag, een wettelijke feestdag of een sluitingsdag van de postdiensten, dan wordt de betrokkene geacht de beslissing te hebben ontvangen de eerstvolgende werkdag van de postdiensten. § 3. De Regulator kan de beslissingen bedoeld in § 1 ook aan de betrokkene betekenen per elektronische post of enig ander telecommunicatiemiddel dat resulteert in een schriftelijk stuk aan de zijde van de geadresseerde, en waarop een elektronische handtekening is aangebracht die voldoet aan de vereisten van artikel 1322 van het Burgerlijk Wetboek.

Art. 5.De datum van het postmerk heeft bewijskracht voor de datum van verzending van de aangetekende brieven door de Regulator.

Art. 6.Brieven die uitgaan van de Regulator worden gezonden naar het adres dat door de betrokkene als woonplaats of in het geval van een rechtspersoon als zetel is meegedeeld. Ook als dat adres is gewijzigd zonder dat die wijziging aan de Regulator ter kennis is gebracht, wordt de verzending geacht geldig te zijn verlopen.

Art. 7.Als een betrokkene wordt opgeroepen om te worden gehoord, wordt de uitnodiging ten minste acht dagen voor de datum van de hoorzitting verzonden.

Art. 8.De tot de Regulator gerichte klachten bevatten een inventaris van de stukken die ter staving worden ingeroepen en waarnaar wordt verwezen, alsook een kopie van de beschikbare stukken.

Art. 9.Voor 30 juni worden de werkings- en financiële verslagen met betrekking tot het voorafgaande kalenderjaar, vermeld in artikel 38, 66, 73,12°, artikel 82, 86, 93, 126, § 1, 4°, en artikel 135, eerste lid, 4°, van het Mediadecreet, aan de Regulator overgelegd.

Art. 10.Met uitzondering van de termijn vermeld in artikel 12, 1°, worden termijnen, vermeld in dit besluit opgeschort van 16 juli tot en met 31 augustus en van 25 december tot en met 2 januari.

Art. 11.De beslissingen van de algemene kamer en van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen zijn openbaar.

De kamers dragen zorg voor de bekendmaking van hun beslissingen en bepalen de wijze waarop die bekendmaking verloopt. HOOFDSTUK II. - Procedure inzake onderzoeken na klachten, ambtshalve onderzoeken en onderzoeken op verzoek van de Vlaamse Regering Afdeling I. - Gemeenschappelijke bepalingen.

Art. 12.Om ontvankelijk te zijn, moet een bij de Regulator ingediende klacht aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° ingediend zijn uiterlijk de vijftiende dag na de gebeurtenis die aanleiding heeft gegeven tot de klacht;2° de naam, de hoedanigheid en het adres van de klager vermelden;3° het belang bij het indienen van de klacht aangeven, behalve als het gaat om een klacht met betrekking tot de bepalingen over reclame, telewinkelen, sponsoring en boodschappen van algemeen nut;4° het onderwerp van de klacht aangeven, met een uiteenzetting van de redenen waarop ze steunt en met vermelding van de persoon tegen wie de klacht is gericht.Als de klacht betrekking heeft op een radio- of televisieprogramma, moet de uitzending waartegen waartegen wordt opgekomen worden aangewezen met vermelding van de dag en het uur waarop de uitzending heeft plaatsgehad; 5° ondertekend zijn door de klager.Als de klacht uitgaat van een rechtspersoon, wordt ze ondertekend door een persoon die volgens de wet of de statuten bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen.

Klachten die kennelijk niet voldoen aan deze bepalingen kunnen onmiddellijk door de voorzitter van de bevoegde kamer in een schriftelijke en met redenen omklede beslissing onontvankelijk verklaard worden.

Art. 13.Tenzij de klacht kennelijk niet ontvankelijk is, in welk geval de voorzitter van de bevoegde kamer met toepassing van artikel 12, laatste lid, onmiddellijk kan beslissen, wordt een procedure op tegenspraak ingezet en wordt een afschrift van de klacht met de documenten die erop betrekking hebben en met vermelding van de gronden waarop de procedure steunt, naar de aangeklaagde persoon gestuurd.

Binnen vijftien dagen kan de aangeklaagde zijn opmerkingen schriftelijk aan de Regulator meedelen.

Binnen dezelfde termijn bezorgt de aangeklaagde een kopie van de uitzending, als daarom is verzocht.

Een afschrift van dat antwoord wordt naar de klager gestuurd.

De partijen kunnen worden opgeroepen om door de kamer te worden gehoord. Indien één van de partijen hiertoe verzoekt, is de Regulator gehouden de partijen te horen.

Art. 14.Behoudens in het geval, vermeld in artikel 15, neemt de bevoegde kamer een beslissing binnen vijfenveertig dagen.

Die termijn gaat in vanaf de ontvangst door de Regulator van de ontvankelijke klacht. Bij ambtshalve optreden of optreden op verzoek van de Vlaamse Regering gaat die termijn in als de beslissing om over te gaan tot een procedure op tegenspraak aan de betrokkene wordt meegedeeld. Afdeling II. - Specifieke bepalingen met betrekking tot de procedure

voor de algemene kamer.

Art. 15.Als de algemene kamer van oordeel is dat voor de behandeling van een klacht een voorafgaand onderzoek door een andere instantie noodzakelijk is, wordt dat aan de klager meegedeeld.

In dat geval wordt de procedure op tegenspraak ingezet onmiddellijk nadat het onderzoeksrapport van de andere instantie bij de algemene kamer is afgeleverd.

Art. 16.§ 1. Als de algemene kamer hetzij ambtshalve, hetzij na een onderzoek op verzoek van de Vlaamse Regering beslist over te gaan tot een procedure op tegenspraak, wordt die beslissing met de documenten die erop betrekking hebben naar de betrokkene gestuurd met vermelding van de gronden waarop de procedure steunt. § 2. Binnen vijftien dagen na ontvangst kan de betrokkene zijn opmerkingen schriftelijk aan de Regulator meedelen, dan wel via elektronische post of enig ander telecommunicatiemiddel dat resulteert in een schriftelijk stuk aan de zijde van de geadresseerde, en waarop een elektronische handtekening is aangebracht die voldoet aan de vereisten van artikel 1322 van het Burgerlijk Wetboek.

De betrokkene kan worden opgeroepen om door de algemene kamer te worden gehoord. Indien de betrokkene hiertoe verzoekt, moet hij door de algemene kamer worden gehoord.

Art. 17.Als de algemene kamer vaststelt dat niet conform de zendvergunning wordt uitgezonden, kan ze, in afwachting van de beslissing ten gronde en na de betrokkene te hebben gehoord, als voorlopige maatregel de zendvergunning schorsen.

In dat geval zijn de termijnen vermeld in artikel 7, 13 en 16 niet van toepassing. Afdeling III. - Specifieke bepalingen met betrekking tot de procedure

voor de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen

Art. 18.§ 1.Als de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen op verzoek van de Vlaamse Regering beslist over te gaan tot een procedure op tegenspraak, wordt die beslissing met de documenten die erop betrekking hebben naar de betrokkene gestuurd met vermelding van de gronden waarop de procedure steunt. § 2. Binnen vijftien dagen na ontvangst kan de betrokkene zijn opmerkingen schriftelijk aan de Regulator meedelen, dan wel via elektronische post of enig ander telecommunicatiemiddel dat resulteert in een schriftelijk stuk aan de zijde van de geadresseerde, en waarop een elektronische handtekening is aangebracht die voldoet aan de vereisten van artikel 1322 van het Burgerlijk Wetboek.

De betrokkene kan worden opgeroepen om door de kamer te worden gehoord. Indien de betrokkene hiertoe verzoekt, moet hij door de kamer worden gehoord. HOOFDSTUK III. - Procedure inzake erkenningen, vergunningen en kennisgevingen Afdeling I. - Algemene bepalingen

Art. 19.Aanvragen voor erkenningen of vergunningen en kennisgevingen worden in het Nederlands ingediend en worden ondertekend door de aanvrager. Als het gaat om een rechtspersoon, worden ze ondertekend door een persoon die volgens de wet of de statuten bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen.

Art. 20.§ 1. Aanvragen of kennisgevingen die niet voldoen aan de ontvankelijkheidvoorwaarden, worden door de algemene kamer binnen vijfenveertig dagen na ontvangst door de Regulator, niet ontvankelijk verklaard. Vanaf de kennisgeving van die beslissing beschikt de aanvrager of kennisgever over vijftien dagen om de aanvraag te vervolledigen. § 2. Als een aanvraag voldoet aan de ontvankelijkheidvoorwaarden, neemt de algemene kamer een beslissing binnen zestig dagen na de ontvangst van de aanvraag, behalve indien ze van oordeel is dat een voorafgaand onderzoek door een andere instantie noodzakelijk is. In dat laatste geval begint de termijn van zestig dagen te lopen vanaf de dag waarop het onderzoeksrapport van de andere instantie bij de Regulator is afgeleverd. De aanvrager wordt hiervan op de hoogte gebracht.

Voor de erkenningprocedures waarvoor de aanvragen voor een bepaalde datum moeten worden ingediend, gaat, in afwijking van het eerste lid, de termijn van zestig dagen in op de dag dat de aanvraag uiterlijk moet zijn ingediend.

De aanvrager kan worden opgeroepen om door de algemene kamer te worden gehoord. Indien de aanvrager hiertoe verzoekt, moet hij door de algemene kamer worden gehoord. § 3. § 2 is niet van toepassing op de aanvragen voor de erkenningen van de landelijke, regionale en lokale radio-omroepen. Afdeling II. - Procedure inzake erkenningen

Art. 21.§ 1. Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag tot erkenning van een landelijke radio-omroep die zich richt tot de gehele Vlaamse Gemeenschap 1° de statuten van de rechtspersoon zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad of, in het geval van buitenlandse rechtspersonen, in een vergelijkbaar officieel medium, en een afschrift van de akte van oprichting, in voorkomend geval met een vertaling in het Nederlands;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad of, in het geval van buitenlandse rechtspersonen, in een vergelijkbaar officieel medium gepubliceerde lijst van bestuurders met de vermelding van hun functie in de rechtspersoon, in voorkomend geval met een vertaling in het Nederlands;3° een opgave van de plaats waar de exploitatiezetel, de productie-installaties en de zendinstallaties gelegen zullen zijn;4° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager het zendschema en het programma-aanbod opgeeft en nauwkeurig omschrijft waar en hoe hij een verscheidenheid van programma's zal brengen, inzonderheid inzake informatie en ontspanning;5° een nota waarin wordt aangegeven op welke manier zal worden voldaan aan de informatieplicht en aan de verplichting dat in de programmaopbouw een Nederlandstalig muziekaanbod wordt gegarandeerd zoals bepaald in artikel 36 en 41, § 1, 3° en 4°, van het Mediadecreet;6° een verklaring dat de landelijke radio-omroep eigendom is van en bestuurd wordt door de rechtspersoon en dat de rechtspersoon slechts één landelijke radio-omroep exploiteert, alsmede dat er geen rechtstreekse noch onrechtstreekse bindingen bestaan tussen de rechtspersonen die een landelijke radio-omroep exploiteren;7° een door elke bestuurder persoonlijk ondertekende verklaring dat hij geen politiek mandaat bekleedt, noch bestuurder is van de openbare omroep van de Vlaamse Gemeenschap of van een andere rechtspersoon die een landelijke radio-omroep in eigendom heeft, bestuurt of exploiteert;8° een verklaring dat de landelijke radio-omroep onafhankelijk is van een politieke partij;9° een verklaring van de rechtspersoon dat hij verantwoordelijk is voor het beheer en de exploitatie van de landelijke radio-omroep, en waarin hij aantoont dat de programma's op de eigen verantwoordelijkheid van de landelijke radio-omroep worden gerealiseerd, zoals bepaald in artikel 34, § 2, van het Mediadecreet;10° een opgave van het redactiestatuut, van de gegevens van de hoofdredacteur van het contingent beroepsjournalisten, stagiairs-beroepsjournalisten en van de overige redactiemedewerkers die in dienst zullen worden genomen;11° een opgave van het contingent van het cultureel, administratief en technisch personeel waarover de landelijke radio-omroep zal beschikken;12° een verklaring waarin de rechtspersoon de verbintenis aangaat een technische uitrusting te gebruiken conform de wettelijke voorschriften en de controlevoorschriften, en zich te houden aan de bepalingen van de zendvergunning;13° een verklaring waarin de landelijke radio-omroep de verbintenis aangaat geen programma's aan te bieden die strijdig zijn met de openbare orde, de goede zeden, de veiligheid van de staat, of die een belediging kunnen betekenen voor andermans overtuiging of voor een vreemde staat;14° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager de infrastructuur waarover hij zal beschikken, nauwkeurig omschrijft;15° een verklaring van de rechtspersoon waaruit blijkt dat het onderzoek naar de werking ter plaatse door de aangestelde ambtenaren wordt aanvaard;16° als de landelijke radio-omroep wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een gedetailleerde nota waarin dat voornemen wordt toegelicht en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;17° de opgave van een businessplan; 18 de opgave van een gedetailleerd financieel plan; 19° de opgave van de financiële structuur, en als het een vennootschap betreft, van de aandeelhoudersstructuur;20° het bewijs dat is voldaan aan de bepalingen van artikel 22. § 2. Elke latere wijziging van deze informatie wordt zonder verwijl aan de Regulator meegedeeld. § 3. Het gebruik van een modelformulier om een erkenning of een vergunning aan te vragen kan door de algemene kamer worden opgelegd.

Art. 22.Elke aanvrager van een erkenning als landelijke radio-omroep betaalt, voor hij zijn kandidatuur bij de Regulator indient, een som van 25.000 euro om de kosten voor frequentieonderzoeken en administratieve handelingen te dekken.

Op straffe van niet-ontvankelijkheid moet het bewijs van betaling bij het aanvraagdossier worden gevoegd. In geen geval kan de aanvrager van een erkenning als landelijke radio-omroep de rechtstreeks of onrechtstreeks opgelopen kosten in het kader van de procedure terugvorderen van de Vlaamse Gemeenschap of van de Regulator. Enkel als de algemene kamer vaststelt dat niet aan de ontvankelijkheidvoorwaarden is voldaan, kan de betaalde som worden teruggevorderd.

Art. 23.§ 1. Als op hetzelfde ogenblik door de Vlaamse Regering meerdere frequentiepakketten, waarvoor een aanvraag tot erkenning als landelijke radio-omroep kan worden ingediend, worden vrijgegeven, kan een kandidaat voor verschillende frequentiepakketten een aanvraag indienen, met vermelding van eventuele voorkeur. § 2. Een kandidaat kan voor een welbepaald frequentiepakket slechts één enkel dossier indienen. § 3. De aanvragen tot het verkrijgen van een erkenning moeten op straffe van niet-ontvankelijkheid binnen dertig dagen vanaf de publicatie van het bericht in het Belgisch Staatsblad ingediend worden bij de Regulator. Die termijn kan noch verlengd noch ingekort worden. § 4. De aanvraagdossiers bestaan uit de erkenningaanvraag en alle bijbehorende documenten. De erkenningaanvraag en alle bijbehorende documenten moeten in zes exemplaren worden ingediend. De aanvraagdossiers worden in het Nederlands ingediend.

De aanvraagdossiers worden tegen ontvangstbewijs op de zetel van de Regulator afgegeven. Het ontvangstbewijs vermeldt de datum en het uur van afgifte. § 5. De procedure van toekenning start de eerste werkdag nadat die periode van dertig dagen is verstreken. § 6. Op de eerste werkdag na het verstrijken van de termijn van dertig dagen, vermeld in § 3, stelt de algemene kamer een proces-verbaal op waarin alle ingediende aanvraagdossiers, gerangschikt volgens datum en uur van indiening, worden vermeld. Dat proces-verbaal wordt door de leden van de algemene kamer.ondertekend. Een kopie van dat proces-verbaal wordt aan alle kandidaten bezorgd. § 7. De algemene kamer brengt een advies uit over de conformiteit aan de Vlaamse Regering binnen vijftien dagen, te rekenen vanaf de datum van het proces-verbaal van de algemene kamer, vermeld in § 6.

Het conformiteitonderzoek door de algemene kamer beperkt zich tot : 1° de vaststelling of de aanvraagdossiers tijdig werden ingediend;2° de vaststelling of het inschrijvingsgeld, vermeld in artikel 22, tijdig werd betaald;3° de feitelijke vaststelling of alle informatie en bijlagen, vermeld in artikel 21 § 1 in het aanvraagdossier werden opgenomen.

Art. 24.§ 1. De erkende landelijke radio-omroep betaalt voor de ingebruikneming en het behoud van het toegewezen frequentiepakket een jaarlijkse vergoeding. De vergoeding wordt vastgesteld op de hierna bepaalde wijze : 1° vanaf het tweede volle kalenderjaar bedraagt de jaarlijkse vergoeding een forfaitaire som van 150.000 euro, ongeacht het bereikte marktaandeel; 2° vanaf 10 % tot 25 % marktaandeel wordt de jaarlijkse vergoeding berekend naar rato van 4 % van de bruto-inkomsten boven het marktaandeel van 10 %, vermeerderd met de forfaitaire som van 150.000 euro; 3° vanaf 25 % marktaandeel wordt de jaarlijkse vergoeding berekend naar rato van 6 % van de bruto-inkomsten boven het marktaandeel van 25 %, vermeerderd met 4 % op de bruto-inkomsten ten belope van 15.000.000 euro en vermeerderd met de forfaitaire som van 150.000 euro.

Om het marktaandeel te bepalen, worden de volgende waarden gehanteerd : 1° 0 tot 10 % marktaandeel : 0 tot 10.000.000 euro bruto-inkomsten; 2° 10 tot 25 % marktaandeel : 10.000.000 euro tot 25.000.000 euro bruto-inkomsten; 3° 25 % marktaandeel en meer : 25.000.000 euro bruto-inkomsten en meer.

Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder bruto-inkomsten : alle inkomsten die betrekking hebben op radioadvertenties, inclusief zuivere advertenties, sponsoring en advertentieruil. Die inkomsten zijn bruto-inkomsten, met andere woorden het officiële tarief, vermenigvuldigd met het aantal uitgezonden seconden.

De erkende landelijke radio-omroepen moeten de gegevens met betrekking tot de bruto-inkomsten aan de Regulator meedelen, telkens de als algemene kamer erom verzoekt.

De volgende inkomsten worden niet meegerekend bij de bruto-inkomsten : 1° alle inkomsten van andere commerciële activiteiten zoals bijvoorbeeld de verkoop van cd's, T-shirts, horloges, inkomsten van concerten of andere evenementen, de verkoop van toegangskaarten, de verkoop van advertenties op een website;2° alle inkomsten van regie voor derden en verkoop van software aan andere omroepen. § 2. De vergoeding wordt uiterlijk betaald op 30 april van het jaar dat volgt op het jaar waarop de vergoeding betrekking heeft.

Vergoedingen die op de vastgestelde vervaldatum niet zijn betaald, geven van rechtswege en zonder ingebrekestelling aanleiding tot een intrest tegen het wettelijke tarief, verhoogd met 2 %. Die intrest wordt berekend naar rato van het aantal dagen achterstand.

De erkende landelijke radio-omroep moet bij de Deposito- en Consignatiekas in geld of in openbare fondsen een borgtocht van 150.000 euro neerleggen om de geldelijke verplichtingen te waarborgen die aan de landelijke radio-omroep worden opgelegd. Die borgtocht moet worden neergelegd uiterlijk de tiende dag na de ontvangst van de beslissing, vermeld in artikel 1, tweede lid, van het besluit van 18 juli 2003 betreffende de procedure en de aanvullende kwalificatiecriteria en voorwaarden voor de erkenning van particuliere landelijke, regionale en lokale radio-omroepen, op straffe van nietigverklaring van de erkenning.

Art. 25.§ 1. Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag tot erkenning van een regionale radio-omroep : 1° de statuten van de rechtspersoon zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad en een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van bestuurders met de vermelding hun functie in de rechtspersoon;3° een opgave van de plaats waar de exploitatiezetel, de productie-installaties en de zendinstallaties gelegen zullen zijn;4° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager het zendschema en het programma-aanbod opgeeft en nauwkeurig omschrijft waar en hoe hij een verscheidenheid van programma's zal brengen, inzonderheid inzake informatie uit de regio, culturele, sportieve en andere evenementen uit de regio en ontspanning, met de bedoeling binnen het verzorgingsgebied de communicatie onder de bevolking te bevorderen en bij te dragen tot de algemene sociale en culturele ontwikkeling van de regio;5° een nota waarin wordt aangegeven op welke manier zal worden voldaan aan de informatieplicht, vermeld in artikel 36 en 45, § 1, 3°, van het Mediadecreet;6° een verklaring dat de regionale radio-omroep eigendom is van en bestuurd wordt door de rechtspersoon en dat de rechtspersoon slechts één regionale radio-omroep exploiteert, alsmede dat er geen rechtstreekse noch onrechtstreekse bindingen bestaan tussen de rechtspersonen die een regionale radio-omroep exploiteren;7° een door elke bestuurder persoonlijk ondertekende verklaring dat hij geen politiek mandaat bekleedt, noch bestuurder is van de openbare omroep van de Vlaamse Gemeenschap of van een andere rechtspersoon die een landelijke of regionale radio-omroep in eigendom heeft, bestuurt of exploiteert;8° een verklaring dat de regionale radio-omroep onafhankelijk is van een politieke partij;9° een verklaring van de rechtspersoon dat hij verantwoordelijk is en instaat voor het beheer en de exploitatie van de regionale radio-omroep, en waarin hij aantoont dat de programma's op de eigen verantwoordelijkheid van de regionale radio-omroep worden gerealiseerd, zoals bepaald in artikel 34, § 2, van het Mediadecreet;10° in voorkomend geval een nota of een verklaring omtrent de wijze waarop de regionale radio-omroep zal samenwerken met een of meer regionale televisieomroepen uit zijn verzorgingsgebied op het vlak van de programma-aanmaak, informatievergaring en reclamewerving;11° een opgave van het redactiestatuut, van gegevens van de hoofdredacteur en van de overige medewerkers die in dienst zullen worden genomen;12° een verklaring waarin de rechtspersoon de verbintenis aangaat een technische uitrusting te gebruiken conform de wettelijke voorschriften en de controlevoorschriften, en zich te houden aan de bepalingen van de zendvergunning;13° een verklaring waarin de regionale radio-omroep de verbintenis aangaat geen programma's aan te bieden die strijdig zijn met de openbare orde, de goede zeden, de veiligheid van de staat, of die een belediging kunnen betekenen voor andermans overtuiging of voor een vreemde staat;14° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager de infrastructuur waarover hij zal beschikken, nauwkeurig omschrijft;15° een verklaring van de rechtspersoon waaruit blijkt dat het onderzoek naar de werking ter plaatse door de aangestelde ambtenaren wordt aanvaard;16° als de regionale radio-omroep wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een gedetailleerde nota waarin dat voornemen wordt toegelicht en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;17° de opgave van een businessplan;18° de opgave van een gedetailleerd financieel plan;19° de opgave van de financiële structuur, en als het een vennootschap betreft, van de aandeelhoudersstructuur;20° het bewijs dat is voldaan aan de bepalingen van artikel 26;21° een vermelding van de frequentie of de frequenties waarvoor een aanvraag wordt ingediend. § 2. Elke latere wijziging van deze informatie wordt zonder verwijl aan de Regulator meegedeeld. § 3. Het gebruik van een modelformulier om een erkenning aan te vragen kan door de algemene kamer worden opgelegd.

Art. 26.Elke aanvrager van een erkenning als regionale radio-omroep betaalt, voor hij zijn kandidatuur bij de Regulator indient, een som van 2500 euro om de kosten voor frequentieonderzoeken en administratieve handelingen te dekken. Dat bedrag is verschuldigd voor elke afzonderlijke aanvraag die wordt ingediend.

Op straffe van niet-ontvankelijkheid moet het bewijs van betaling bij het aanvraagdossier worden gevoegd. In geen geval kan de aanvrager van een erkenning als regionale radio-omroep de rechtstreeks of onrechtstreeks opgelopen kosten in het kader van de procedure terugvorderen van de Vlaamse Gemeenschap of van de Regulator. Enkel als de algemene kamer vaststelt dat niet aan de ontvankelijkheidvoorwaarden is voldaan, kan de betaalde som worden teruggevorderd.

Art. 27.§ 1. Als een kandidaat voor meerdere verzorgingsgebieden een aanvraag tot erkenning als regionale radio-omroep indient, wijst hij het verzorgingsgebied van zijn voorkeur aan. § 2. Een kandidaat kan voor een welbepaald verzorgingsgebied slechts één enkel dossier indienen. § 3. De aanvragen tot het verkrijgen van een erkenning moeten op straffe van niet-ontvankelijkheid binnen dertig dagen vanaf de publicatie van het bericht in het Belgisch Staatsblad ingediend worden bij de Regulator. Die termijn kan noch verlengd noch ingekort worden. § 4. De aanvraagdossiers bestaan uit de erkenningaanvraag en alle bijbehorende documenten. De erkenningaanvraag en alle bijbehorende documenten moeten in zes exemplaren worden ingediend. De aanvraagdossiers worden in het Nederlands ingediend.

De aanvraagdossiers moeten tegen ontvangstbewijs op de zetel van de Regulator afgegeven worden. Het ontvangstbewijs vermeldt de datum en het uur van afgifte. § 5. De procedure van toekenning start de eerste werkdag nadat die periode van dertig dagen verstreken is. § 6. Op de eerste werkdag na het verstrijken van de termijn van dertig dagen, vermeld in § 3, stelt het de algemene kamer een proces-verbaal op waarin alle ingediende aanvraagdossiers, gerangschikt volgens datum en uur van indiening, worden vermeld. Dat proces-verbaal wordt door de leden van de algemene kamer ondertekend. Een kopie van dat proces-verbaal wordt per verzorgingsgebied met een aangetekende brief aan alle kandidaten meegedeeld. § 7. De algemene kamer brengt een advies uit over de conformiteit aan de Vlaamse Regering binnen een termijn van vijftien dagen, te rekenen vanaf de datum van het proces-verbaal van het Commissariaat, vermeld in § 6.

Het conformiteitonderzoek door de Regulator beperkt zich tot : 1° de vaststelling of de aanvraagdossiers tijdig werden ingediend;2° de vaststelling of het inschrijvingsgeld tijdig, vermeld in artikel 26, werd betaald;3° de feitelijke vaststelling of alle informatie en bijlagen, vermeld in artikel 25, in het aanvraagdossier werden opgenomen.

Art. 28.De erkende regionale radio-omroep betaalt voor het gebruik en het behoud van de toegewezen frequenties vanaf het tweede volle kalenderjaar een jaarlijkse vergoeding van 2500 euro.

De vergoeding wordt uiterlijk betaald op 30 april van het jaar dat volgt op het jaar waarop de vergoeding betrekking heeft.

Vergoedingen die op de vastgestelde vervaldatum niet zijn betaald, geven van rechtswege en zonder ingebrekestelling aanleiding tot een intrest tegen het wettelijke tarief, verhoogd met 2 %. Die intrest wordt berekend naar rato van het aantal dagen achterstand.

De eventuele betwisting van de berekening van de vergoeding schorst geenszins de verplichting het bedrag te betalen dat door de algemene kamer is meegedeeld.

Art. 29.§ 1. Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag tot erkenning van een lokale radio-omroep : 1° de statuten van de rechtspersoon zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad en een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van bestuurders met de vermelding van hun functie in de rechtspersoon;3° een opgave van de plaats waar de exploitatiezetel, de productie-installaties en de zendinstallaties gelegen zullen zijn;4° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager het zendschema en het programma-aanbod opgeeft en nauwkeurig omschrijft waar en hoe hij een verscheidenheid van programma's zal brengen, inzonderheid inzake informatie uit het verzorgingsgebied en ontspanning, met de bedoeling binnen het verzorgingsgebied de communicatie bij de bevolking of de doelgroep te bevorderen;5° een nota waarin wordt aangegeven op welke manier zal worden voldaan aan de informatieplicht vermeld in artikel 36 en 49, 3°, van het Mediadecreet;6° een verklaring dat de lokale radio-omroep eigendom is van en bestuurd wordt door de rechtspersoon en dat de rechtspersoon slechts één particuliere radio-omroep exploiteert;7° een verklaring dat de lokale radio-omroep onafhankelijk is van een politieke partij;8° een verklaring van de rechtspersoon dat hij verantwoordelijk is voor het beheer en de exploitatie van de lokale radio-omroep en waarin hij aantoont dat de programma's op de eigen verantwoordelijkheid van de lokale radio-omroep worden gerealiseerd, zoals bepaald in artikel 34, § 2, van het Mediadecreet;9° een opgave van het redactiestatuut, de gegevens van de hoofdredacteur, en van de medewerkers van de radio-omroep, met inbegrip van hun radio-ervaring;10° een verklaring waarin de rechtspersoon de verbintenis aangaat een technische uitrusting te gebruiken conform de wettelijke voorschriften en de controlevoorschriften, en zich te houden aan de bepalingen van de zendvergunning;11° een verklaring waarin de lokale radio-omroep de verbintenis aangaat geen programma's aan te bieden die strijdig zijn met de openbare orde, de goede zeden, de veiligheid van de staat, of die een belediging kunnen betekenen voor andermans overtuiging of voor een vreemde staat;12° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager de infrastructuur waarover hij zal beschikken, nauwkeurig omschrijft;13° een verklaring van de rechtspersoon waaruit blijkt dat het onderzoek naar de werking ter plaatse door de aangestelde ambtenaren wordt aanvaard;14° als de lokale radio-omroep wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een gedetailleerde nota waarin dat voornemen wordt toegelicht en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;15° de opgave van de financiële structuur en van het financieel plan en, in voorkomend geval, van de aandeelhoudersstructuur;16° een vermelding van de lokaliteit en frequentie of frequenties waarvoor een aanvraag wordt ingediend;17° de opgave van de roepnaam en de herkenningsmelodie;18° een verklaring of de lokale radio onafhankelijk zal werken dan wel zal deelnemen in een samenwerkingsverband;19° het bewijs dat eventueel is voldaan aan de bepalingen van artikel 30. § 2. Elke latere wijziging van deze informatie moet zonder verwijl aan de Regulator worden meegedeeld. § 3. De aanvragen voor een erkenning worden ingediend door middel van een standaardformulier, dat op eenvoudig verzoek verkregen kan worden bij de Regulator.

Art. 30.Elke aanvrager van een erkenning als lokale radio-omroep betaalt, voor hij zijn kandidatuur bij de Regulator indient, een som van 250 euro om de kosten voor frequentieonderzoeken en administratieve handelingen te dekken.

Op straffe van niet-ontvankelijkheid moet het bewijs van betaling bij het aanvraagdossier worden gevoegd. In geen geval kan de aanvrager van een erkenning als lokale radio-omroep de rechtstreeks of onrechtstreeks opgelopen kosten in het kader van de procedure terugvorderen van de Vlaamse Gemeenschap of van de Regulator. Enkel als de Regulator vaststelt dat niet aan de ontvankelijkheidvoorwaarden is voldaan, kan de betaalde som worden teruggevorderd.

Het eerste en het tweede lid zijn niet van toepassing op de lokale radio-omroepen die op 1 januari 2002 erkend waren als lokale radio.

Art. 31.§ 1. Een kandidaat kan slechts voor één lokaliteit een dossier tot erkenning als lokale radio indienen. Als er meerdere frequenties per lokaliteit beschikbaar zijn, geeft de aanvrager zijn voorkeur aan. De aanvragen tot het verkrijgen van een erkenning moeten op straffe van niet-ontvankelijkheid binnen dertig dagen vanaf de publicatie van het bericht in het Belgisch Staatsblad ingediend worden bij de Regulator. Die termijn kan noch verlengd noch ingekort worden. § 2. De algemene kamer brengt een advies uit over de conformiteit uit aan de Vlaamse Regering binnen vijftien dagen na de termijn van dertig dagen, vermeld in § 1, tweede lid.

Het conformiteitonderzoek door de algemene kamer beperkt zich tot : 1° de vaststelling of de aanvraagdossiers tijdig werden ingediend;2° de vaststelling of het inschrijvingsgeld, vermeld in artikel 30, tijdig werd betaald;3° de feitelijke vaststelling of alle informatie en bijlagen, vermeld in artikel 29, § 1, in het aanvraagdossier werden opgenomen.

Art. 32.Om ontvankelijk te zijn omvat de aanvraag tot erkenning van een kabelradio-omroep die zich richt tot de gehele Vlaamse Gemeenschap : 1° de statuten van de rechtspersoon zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad of een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van bestuurders met de vermelding hun functie in de rechtspersoon;3° een opgave van de plaats waar de maatschappelijke zetel, de exploitatiezetel en de productie-installaties gelegen zullen zijn;4° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager het zendschema en het programma-aanbod opgeeft en nauwkeurig omschrijft waar en hoe hij een verscheidenheid van programma's zal brengen;5° een nota waarin wordt aangegeven op welke manier zal worden voldaan aan de informatieplicht, zoals bepaald in artikel 36 van het Mediadecreet;6° een door elke bestuurder ondertekende verklaring dat hij geen politiek mandaat uitoefent noch bestuurder is van een andere rechtspersoon die een kabelradio-omroep beheert;7° een verklaring dat de kabelradio-omroep onafhankelijk is van een politieke partij;8° een verklaring van de rechtspersoon dat hij verantwoordelijkheid is voor het beheer en de exploitatie van de kabelradio-omroep en waarin hij aantoont dat de programma's op de eigen verantwoordelijkheid van de kabelradio-omroep worden gerealiseerd, zoals bepaald in artikel 34, § 2, van het Mediadecreet;9° een opgave van het redactiestatuut, van de gegevens van de hoofdredacteur en van de medewerkers van de radio-omroep die in dienst zullen worden genomen, met inbegrip van hun radio-ervaring;10° een verklaring waarin de rechtspersoon de verbintenis aangaat een technische uitrusting te gebruiken conform de wettelijke voorschriften en de controlevoorschriften;11° een verklaring waarin de kabelradio-omroep de verbintenis aangaat geen programma's aan te bieden die strijdig zijn met de openbare orde, de goede zeden, de veiligheid van de staat, of die een belediging kunnen betekenen voor andermans overtuiging of voor een vreemde staat;12° een gedetailleerde nota waarin de aanvrager de infrastructuur waarover hij zal beschikken, nauwkeurig omschrijft;13° een verklaring van de rechtspersoon waaruit blijkt dat het onderzoek naar de werking ter plaatse door de aangestelde ambtenaren wordt aanvaard;14° als de kabelradio-omroep wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een gedetailleerde nota waarin dat voornemen wordt toegelicht en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;15° de opgave van de financiële structuur en van het financieel plan. Elke latere wijziging van deze informatie moet zonder verwijl aan de Regulator worden meegedeeld.

Art. 33.§ 1. Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag tot erkenning van een andere particuliere televisieomroep dan een regionale televisieomroep of een televisiedienst : 1° de statuten zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad en een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van de bestuurders met de vermelding van hun functie in de vennootschap of vereniging;3° een opgave van de plaats waar de maatschappelijke zetel, de exploitatiezetel en het hoofdkantoor gelegen zijn, alsook van de plaats waar de programmeringbesluiten genomen worden en waar het personeel werkzaam is;4° een nota waarin de aanvrager zijn doelstellingen en werking nader omschrijft.Als gaat om een particuliere televisieomroep die zich richt tot de gehele Vlaamse Gemeenschap, is bij het uitzendschema en programma-aanbod een nota gevoegd waarin de verscheidenheid van de programma's wordt omschreven; 5° een gedetailleerd uitzendschema en programma-aanbod;6° een opgave van het grafische logo, van de herkenningsmelodie, van de oorspronkelijke herkenningsbeelden, evenals alle andere identificatiegegevens.De herkenningsmelodie en -beelden worden in twee exemplaren op een courant beschikbare audiovisuele drager bezorgd; 7° als de aanvrager via een elektronisch communicatienetwerk zijn omroepprogramma's zal verspreiden, een verklaring van één of meer verdelers die principieel bereid zijn de omroepprogramma's van de aanvrager door te geven of het bewijs dat hij met het oog op de doorgifte van zijn omroepprogramma's een aanvraag hebben ingediend, waarover negatief werd beslist of waarop binnen een termijn van twee maanden geen antwoord is gekomen;8° een opgave van de financiële structuur en van de aandeelhoudersstructuur, voor zover het een vennootschap betreft;9° een gedetailleerd financieringsplan. § 2. Elke latere wijziging van deze informatie wordt zonder verwijl aan de Regulator meegedeeld.

Art. 34.§ 1. Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag tot erkenning van een regionale televisieomroep : 1° de statuten zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad en een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van de bestuurders met de vermelding van hun functie in de vereniging;3° een opgave van de plaats waar de maatschappelijke zetel en de exploitatiezetel gelegen zijn;4° een nota waarin de aanvrager zijn doelstellingen en werking nader omschrijft;5° een gedetailleerd uitzendschema en programma-aanbod;6° een opgave van het grafische logo, van de herkenningsmelodie, van de oorspronkelijke herkenningsbeelden, evenals alle andere identificatiegegevens.De herkenningsmelodie en -beelden worden in twee exemplaren op een courant beschikbare audiovisuele drager bezorgd; 7° een door elke bestuurder persoonlijk ondertekende verklaring dat hij geen bestuurder is van een andere vereniging die een regionale omroep in eigendom heeft of beheert;8° een nota waarin beschreven wordt op welke manier wordt voldaan aan de bepalingen van artikel 77 van het Mediadecreet en een door elke bestuurder persoonlijk ondertekende verklaring houdende opgave van de geregistreerde woon- of verblijfplaats en de uitgeoefende politieke mandaten, leidinggevende functies en functies van bestuurder, als vermeld in artikel 77 van het Mediadecreet;9° een opgave van de samenstelling van de algemene vergadering van de vereniging samen met een nota waarin beschreven wordt op welke manier artikel 76, § 1, van het Mediadecreet wordt toegepast;10° een opgave van de samenstelling van de adviesraad van de particuliere regionale televisieomroep samen met een nota waarin beschreven wordt op welke manier artikel 79 van het Mediadecreet wordt toegepast;11° een verklaring dat de vereniging slechts één regionale omroep exploiteert;12° een verklaring dat de regionale omroep onafhankelijk is van een politieke partij, een beroepsvereniging of een organisatie met een commercieel doel;13° een nota waarin beschreven wordt op welke manier de vereniging de journaals zal verzorgen en zal voldoen aan artikel 73, 9°, van het Mediadecreet, met inbegrip van het redactiestatuut;14° een nota waarin wordt beschreven op welke manier voldaan zal worden aan artikel 71 en 73, 7°, 8° en 11° van het Mediadecreet;15° als de regionale omroep wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een nota waarin dat voornemen wordt toegelicht en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;16° een opgave van het beoogde zendgebied weergegeven op kaart (minimale schaal 1/25 000) met aanduiding van de hoofdstations van de kabelnetwerken waarlangs de omroepprogramma's verdeeld zullen worden;17° een beleidsnota van de vereniging betreffende het beheer, de financiering, inzonderheid de reclame- en sponsoringwerving, de exploitatie en eventueel de samenwerking met een landelijke omroep;18° een gedetailleerd financieringsplan. § 2. De aanvragen tot erkenning kunnen enkel worden ingediend voor de vrijliggende zendgebieden en na een oproep in het Belgisch Staatsblad door de algemene kamer. Die oproep vermeldt de voorwaarden van de erkenningaanvragen. § 3. Elke latere wijziging van deze informatie wordt zonder verwijl aan de Regulator meegedeeld. Afdeling III. - Procedures inzake vergunningen

Art. 35.Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag voor een zendvergunning voor een landelijke, regionale of lokale radio-omroep of een wijziging ervan per frequentie : 1° een uittreksel van de landkaart (minimale schaal 1/25.000) waarop de bepaalde opstellingsplaats van de zendinstallatie wordt aangegeven, evenals de vermelding van de geografische coördinaten van deze plaats (lengte en breedte in graden, minuten en seconden); 2° het merk en het type van het genotificeerde zendtoestel;3° het merk, het type en de karakteristieken van de antenne met de volledige technische specificaties van de fabrikant, het volledige stralingsdiagrama van de antenne, de hoogte van het midden van de nuttige stralingselementen van de antenne boven de begane grond en de cijferwaarde per 10° in geval van directionele antennes;4° het type en de lengte van de kabel die de zendapparatuur met de antenne verbindt, met de vermelding van de volledige technische specificatie van de fabrikant. Elke wijziging in deze informatie wordt onverwijld aan de Regulator meegedeeld.

Art. 36.Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag voor een zendvergunning voor aardse televisieomroep of een wijziging ervan per frequentie : 1° een voldoende nauwkeurig uittreksel van de landkaart waarop de verwachte opstellingsplaats wordt aangegeven evenals de geografische coördinaten waar de antenne is opgesteld (lengte en breedte in graden, minuten en seconden);2° een volledige verklaring over de zendinstallatie, onder andere het merk, het type, de antennekarakteristieken en de kabels, zodat alle eigenschappen van de zendinstallatie kunnen worden bepaald, evenals een meetverslag dat opgesteld is overeenkomstig de regels, bepaald door de bevoegde federale overheid. Elke wijziging in deze informatie wordt onverwijld aan de Regulator meegedeeld.

Art. 37.Om ontvankelijk te zijn, omvat de aanvraag voor een transportvergunning of een wijziging ervan per frequentie : 1° een voldoende nauwkeurig uittreksel van de landkaart waarop de vastgelegde opstellingsplaats wordt aangegeven evenals de geografische coördinaten waar de antenne is opgesteld (lengte en breedte in graden, minuten en seconden);2° een volledige verklaring over de zendinstallatie, met vermelding van onder andere de antennekarakteristieken en kabels, zodat alle eigenschappen van de zendinstallatie bepaald kunnen worden;3° een afschrift van de overeenkomst met de satellietoperator die het omroepsignaal zal doorzenden. Elke latere wijziging van deze informatie moet zonder verwijl aan de Regulator worden meegedeeld. Afdeling IV. - Gemeenschappelijke bepalingen voor erkenningen en

vergunningen

Art. 38.In afwijking van de bepalingen van dit hoofdstuk, moet bij de aanvraag tot verlenging van een bestaande erkenning van een omroep of van een bestaande vergunning van een radio- of televisieomroepnetwerk van het werkings- en financieel verslag van het voorafgaande kalenderjaar gevoegd zijn, aangevuld met de stukken die een wijziging inhouden ten opzichte van die verslagen, en die nog niet aan de Regulator werden meegedeeld.

Art. 39.De algemene kamer kan op ieder ogenblik de erkenning van de particuliere omroep of de vergunning van de erkende omroep en het radio- of televisieomroepnetwerk schorsen of intrekken als de betrokkene zich niet houdt aan de bepalingen van het Mediadecreet, dit besluit, de voorwaarden van de erkenning, alsmede in geval van erkende landelijke, regionale en lokale radio-omroepen, als de betrokkene zich niet houdt aan de voorwaarden die betrekking hebben op de informatieve programma's, op de statuten of de aandeelhoudersstructuur waarvoor de Vlaamse Regering zijn goedkeuring niet heeft verleend, bepaald in de offerte die door de erkende radio-omroep is ingediend, in overeenstemming waarmee de erkenning door de Vlaamse Regering werd afgeleverd.

De schorsing of de intrekking wordt steeds voorafgegaan door een ingebrekestelling vanwege de algemene kamer die de omroep of het omroepnetwerk de kans biedt aan alle voorschriften te voldoen. De omroep of het omroepnetwerk beschikt over ten minste een maand om de toestand te regulariseren. Die termijn kan door de algemene kamer worden verlengd, naar gelang van de vastgestelde inbreuk.

Op zijn verzoek wordt de omroep of het omroepnetwerk gehoord.

Geen enkele schorsing of intrekking geeft aanleiding tot een vergoeding noch tot terugbetaling van de vergoedingen die overeenkomstig artikel 22, 24, 26, 28 en 30 zijn betaald.

Art. 40.Als een omroep of radio- of televisieomroepnetwerk wil afzien van zijn erkenning of vergunning, deelt hij dat mee aan de Regulator. Afdeling V. - Procedure van kennisgevingen

Art. 41.Om ontvankelijk te zijn, omvat de kennisgeving van het aanbieden van een radiodienst : 1° de statuten zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad en een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van de bestuurders met de vermelding van hun functie in de vennootschap of vereniging;3° een opgave van de plaats waar de maatschappelijke zetel, de exploitatiezetel en het hoofdkantoor gelegen zijn, alsook van de plaats waar de programmeringbesluiten genomen worden en waar het personeel werkzaam is;4° een opgave van de plaats van uitzending en de wijze van verspreiden van het programmasignaal;5° een nota waarin de kennisgever zijn doelstellingen en werking nader omschrijft;6° een gedetailleerd uitzendschema en dienstenaanbod;7° een opgave van het grafische logo, van de herkenningsmelodie, van de oorspronkelijke herkenningsbeelden, evenals alle andere identificatiegegevens.De herkenningsmelodie en -beelden worden in twee exemplaren op een courant beschikbare audiovisuele drager bezorgd; 8° als de kennisgever via een omroepnetwerk zijn diensten zal verspreiden, een verklaring van een of meer verdelers die principieel bereid zijn de diensten van de kennisgever door te geven of het bewijs dat hij met het oog op de doorgifte van zijn diensten een aanvraag heeft ingediend, waarover negatief werd beslist of waarop binnen een termijn van twee maanden geen antwoord is gekomen;9° een nota waarin wordt beschreven op welke manier wordt voldaan aan artikel 54, § 1, 2° en 3°, van het Mediadecreet;10° een opgave van het redactiestatuut, en van de gegevens van de medewerkers van de radiodienst, met inbegrip van hun radio-ervaring en hun statuut;11° een nota waarin wordt aangetoond dat de diensten onderscheiden zijn van de gewone programma's van de openbare omroep van de Vlaamse Gemeenschap of van een andere door de Vlaamse Gemeenschap erkende particuliere radio-omroep;12° als de radiodienst wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een nota waarin dat voornemen wordt toegelicht en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;13° een opgave van de financiële structuur en van de aandeelhoudersstructuur, voor zover het een vennootschap betreft;14° een gedetailleerd financieringsplan.

Art. 42.Om ontvankelijk te zijn, omvat de kennisgeving van het aanbieden van een televisiedienst : 1° de statuten zoals ze verschenen zijn in het Belgisch Staatsblad en een afschrift van de akte van oprichting;2° een afschrift van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijst van de bestuurders met de vermelding van hun functie in de vennootschap of vereniging;3° een opgave van de plaats waar de maatschappelijke zetel, de exploitatiezetel en het hoofdkantoor gelegen zijn, alsook van de plaats waar de programmeringbesluiten genomen worden en waar het personeel werkzaam is;4° een nota waarin de kennisgever zijn doelstellingen en werking nader omschrijft;5° een gedetailleerd uitzendschema en dienstenaanbod;6° een opgave van het grafische logo, van de herkenningsmelodie, van de oorspronkelijke herkenningsbeelden, evenals alle andere identificatiegegevens.De herkenningsmelodie en -beelden worden in twee exemplaren op een courant beschikbare audiovisuele drager bezorgd; 7° als de kennisgever via een omroepnetwerk zijn diensten zal verspreiden, een verklaring van een of meer verdelers die principieel bereid zijn de diensten van de kennisgever door te geven of het bewijs dat hij met het oog op de doorgifte van zijn diensten een aanvraag heeft ingediend, waarover negatief werd beslist of waarop binnen een termijn van twee maanden geen antwoord is gekomen;8° een nota waarin wordt beschreven op welke manier wordt voldaan aan artikel 90, § 1, 3°, van het Mediadecreet en een door elke bestuurder persoonlijk ondertekende verklaring houdende opgave van de uitgeoefende politieke mandaten, leidinggevende functies en functies van bestuurder of beheerder, als vermeld in artikel 90, § 1, 3°, van het Mediadecreet;9° een nota waarin wordt aangetoond dat de diensten onderscheiden zijn van de gewone programma's van de openbare omroep van de Vlaamse Gemeenschap of van een andere door de Vlaamse Gemeenschap erkende particuliere televisieomroep;10° een verklaring dat de televisiedienst onafhankelijk is van een politieke partij;11° een nota waarin wordt beschreven hoe zal worden voldaan aan artikel 90, § 1, 6°, van het Mediadecreet;12° als de televisiedienst wil uitzenden in een andere taal dan het Nederlands, een nota waarin dat voornemen wordt verantwoord en waarin nauwkeurig het aantal uitzendingen en de duur van de uitzendingen in een vreemde taal worden aangegeven;13° een opgave van de financiële structuur en van de aandeelhoudersstructuur, voor zover het een vennootschap betreft;14° een gedetailleerd financieringsplan. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen.

Art. 43.Het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 1998 houdende vaststelling van de procedure voor het Vlaams Commissariaat voor de Media en houdende aanvullende kwalificatiecriteria en voorwaarden voor de erkenning van particuliere radio-omroepen, gewijzigd bij de besluiten van 16 maart 2001, 27 april 2001, 1 juni 2001, 8 juni 2001, 14 maart 2003 en 18 juli 2003, wordt opgeheven.

Art. 44.De Vlaamse minister, bevoegd voor het mediabeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 30 juni 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, G. BOURGEOIS

^