Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 02 oktober 2008
gepubliceerd op 25 november 2008

Besluit van de Waalse Regering tot regeling van de toekenning van een vergoeding wegens begrafeniskosten in geval van overlijden van een lid van het personeel van de Diensten van de Waalse Regering

bron
waalse overheidsdienst
numac
2008204248
pub.
25/11/2008
prom.
02/10/2008
ELI
eli/besluit/2008/10/02/2008204248/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

2 OKTOBER 2008. - Besluit van de Waalse Regering tot regeling van de toekenning van een vergoeding wegens begrafeniskosten in geval van overlijden van een lid van het personeel van de Diensten van de Waalse Regering


De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, § 3, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 mei 1965 tot regeling van de toekenning van een vergoeding wegens begrafeniskosten in geval van overlijden van een lid van het personeel der Ministeries.

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 28 mei 2008;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 19 juni 2008;

Gelet op de instemming van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 28 mei 2008;

Gelet op het onderhandelingsprotocol nr. 520 van Sectorcomité nr. XVI, opgesteld op 29 augustus 2008;

Gelet op het advies 45.164/2 van de Raad van State, gegeven op 24 september 2008, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Ambtenarenzaken;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit artikel is van toepassing op : 1° de ambtenaren en stagiairs van de Diensten van de Waalse Regering wanneer zij zich in een van de volgende standen bevinden : a) in dienstactiviteit;b) in disponibiliteit wegens ziekte of wegens ambtsontheffing in het belang van de dienst;2° de contractuele personeelsleden die zich bevinden in een van de toestanden bedoeld in artikel 86, § 1, 1° a en b, 2° en 3° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.

Art. 2.In geval van overlijden van een in artikel 1 bedoelde persoon wordt een vergoeding voor begrafeniskosten toegekend aan de persoon of personen die kunnen verantwoorden de begrafeniskosten gedragen te hebben.

De vergoeding wegens begrafeniskosten wordt echter niet betaald : 1° aan de personen op wie de artikelen 727 en 729 van het Burgerlijk Wetboek toepasselijk zijn;2° aan de begrafenisondernemers, hun verwanten, aangestelden of lasthebbers, behoudens wanneer zij de echtgenoot, de samenwonende of een bloed- of aanverwant tot de derde graad zijn van de overledene;3° aan de privaatrechtelijke rechtspersonen die, in uitvoering van een verzekeringscontract, de begrafeniskosten geheel of gedeeltelijk ten laste hebben genomen.

Art. 3.Op straffe van verval moeten de aanvragen tot uitbetaling van de vergoeding binnen vier maanden na het overlijden van een in artikel 1 bedoelde persoon worden ingediend. In geval van verschillende begunstigden wordt de vergoeding verdeeld naar rato van de door elk van hen verantwoorde kosten.

De vergoeding wordt binnen de vijf maanden na het overlijden van de in artikel 1 bedoelde persoon uitbetaald.

Art. 4.De vergoeding wegens begrafeniskosten stemt overeen met één twaalfde van het bedrag bepaald overeenkomstig artikel 39, leden 1, 3 en 4, van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971.

Art. 5.De vergoeding wegens begrafeniskosten wordt in voorkomend geval verminderd met het bedrag van een vergoeding die wordt toegekend krachtens andere wettelijke of reglementaire bepalingen.

Art. 6.Het koninklijk besluit van 21 mei 1965 tot regeling van de toekenning van een vergoeding wegens begrafeniskosten in geval van overlijden van een lid van het personeel der Ministeries wordt opgeheven.

Art. 7.De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 2 oktober 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, Ph. COURARD

^