8 MEI 2014. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de samenstelling en de werking van de Cel belast met het prospectief onderzoek en de wetenschappelijke observatie

De Waalse Regering, Gelet op het Waalse Landbouwwetboek, inzonderheid op de artikelen D.80 en D.81;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 februari 2014;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 13 maart 2014;

Gelet op het advies nr. 2014/000619 van de Autonome adviescel voor Duurzame ontwikkeling, gegeven op 6 maart 2014;

Op de voordracht van de Minister van Landbouw;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1° "cel" : de Cel belast met prospectief onderzoek en wetenschappelijke observatie ingesteld in artikel D.80 van het Waalse Landbouwwetboek; 2° "Minister" : de Minister bevoegd voor Landbouw; 3° "college" : het producentencollege ingesteld in artikel D.70 van het Waalse Landbouwwetboek; 4° "strategisch Comité" : het strategisch Comité ingesteld in artikel D.82 van het Waalse Landbouwwetboek.

Art. 2.§ 1. De Cel bestaat minstens uit vijftien gewone leden en twaalf plaatsvervangende leden die door de Regering worden benoemd, namelijk : 1° acht gewone leden en hun respectievelijke plaatsvervangers voorgedragen door en ter vertegenwoordiging van de "Académie de Recherche et d'Enseignement supérieur", afgekort "ARES";2° een gewoon lid en zijn plaatsvervanger ter vertegenwoordiging van het "Centre wallon de Recherche agronomique" op voorstel van zijn directeur-generaal;3° twee gewone leden en hun respectievelijke plaatsvervangers ter vertegenwoordiging van de vereniging van de besturen van de Franstalige hogescholen en op voorstel van de vereniging;4° een gewoon lid en zijn plaatsvervanger ter vertegenwoordiging van het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" (Waals Instituut voor Evaluatie, Prospectief en Statistiek) en voorgedragen door het Instituut;5° een gewoon lid, personeelslid van de Directie Landbouwkundige Economische Analyse van het Departement Onderzoek naar het Natuurlijk en Landbouwmilieu van de administratie;6° de directeur-generaal van de administratie en de inspecteur-generaal van het Departement Ontwikkeling van dezelfde administratie. § 2. Onder de gewone leden en plaatsvervangende leden die het "CIUF" vertegenwoordigen, worden deskundigen en hun respectievelijke plaatsvervangers inzake plantaardige en dierlijke productie, inzake het verband tussen landbouw en leefmilieu, inzake sociologie, ruimtelijke ordening, landelijke economie en algemene economie, en indien mogelijk inzake agrovoeding en commerciële distributie opgevorderd. § 3. De leden die de vereniging van de besturen van de Franstalige hogescholen vertegenwoordigen, komen uit instellingen met landbouwkunde of agrovoeding in hun activiteiten.

Art. 3.§ 1. De gewone leden en de plaatsvervangende leden van de Cel worden door de Waalse Regering voor vijf jaar benoemd op 1 januari van het jaar volgend op het begin van de legislatuur. § 2. De Directie Onderzoek en Ontwikkeling van de administratie is belast met het verrichten van kandidatenoproepen op elektronische wijze bij de betrokken instellingen in artikel 2.

Art. 4.De voorzitter en de ondervoorzitter worden benoemd door de Regering onder de gewone leden of plaatsvervangende leden, op de voordracht van de Minister.

Art. 5.Op de voordracht van de Minister, kan de Regering een nieuwe voorzitter of ondervoorzitter aanwijzen onder de gewone of plaatsvervangende leden die in functie zijn, in de loop van het mandaat, als de betrekkingen door de Cel vacant worden verklaard.

De Regering kan nieuwe leden in de loop van het mandaat benoemen, als de betrekkingen door de Cel vacant worden verklaard.

In geval van verlies van representativiteit van een lid, verliest hij dan zijn functie binnen de Cel.

De instelling of de instantie die hij vertegenwoordigt, brengt de Cel op de hoogte daarvan, die de betrekking vacant verklaart, alsook de Minister. Op voorstel van de Minister, kan de Regering in de vervanging van het lid voorzien.

Art. 6.§ 1. De Cel vergadert minstens één keer per semester. § 2. De Cel beantwoordt de verzoeken, gevraagde adviezen en aanvragen van de Minister of van het strategische comité en stelt bedoeld comité een samenvattend document voor elk bestudeerd vakgebied voor, alsook een prospectief advies indien nodig.

Bij dringende situaties of bij gemotiveerde aanvraag van een lid aan de Minister, kan de Cel dringend vergaderen, na oproeping door de Minister. § 3. De Cel neemt deel aan het opmaken van het verslag over de toestand van de landbouw zoals bedoeld in de artikelen D.88 en D.89 van het Waalse Landbouwwetboek. § 4. De Cel kan, op eigen initiatief, adviezen uitbrengen over onderwerpen en vakgebieden die ze van belang acht voor de toekomst van de Waalse landbouw. § 5. De Cel kan een beroep doen op deskundigen op de verschillende behandelde vakgebieden. § 6. Het secretariaat en de opvolging van de door de Cel behandelde dossiers worden waargenomen door de Directie Onderzoek en Ontwikkeling van de administratie.

Art. 7.De Cel kan binnen haar midden commissies oprichten voor de studie van specifieke aangelegenheden of werkgroepen om het uitbrengen van adviezen voor te bereiden. De Cel kan buitenstaanders uitnodigen om deel te nemen aan haar werken of aan de werken van haar instanties.

Art. 8.In afwijking van artikel 3, § 1, begint het eerste mandaat te lopen na verstrijken van een termijn van drie maanden die ingaat de dag na de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad en eindigt op 31 december van het jaar van het einde van de lopende legislatuur bij de instelling van de Cel.

Art. 9.De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 8 mei 2014.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, C. DI ANTONIO