Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 09 juli 2020
gepubliceerd op 06 augustus 2020

Besluit van de Waalse Regering betreffende de ondersteuning van de internationalisering van groeperingen van ondernemingen, gemengde kamers van koophandel en hun leden

bron
waalse overheidsdienst
numac
2020042511
pub.
06/08/2020
prom.
09/07/2020
ELI
eli/besluit/2020/07/09/2020042511/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 JULI 2020. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de ondersteuning van de internationalisering van groeperingen van ondernemingen, gemengde kamers van koophandel en hun leden


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 2 april 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 02/04/1998 pub. 10/04/1998 numac 1998027237 bron ministerie van het waalse gewest Decreet houdende oprichting van het "Agence wallonne à l'Exportation" (1) type decreet prom. 02/04/1998 pub. 28/04/1998 numac 1998027274 bron ministerie van het waalse gewest Decreet houdende wijziging van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn sluiten houdende oprichting van het "Agence wallonne à l'Exportation et aux investissements étrangers" (Waals Exportagentschap voor uitvoer en Buitenlandse Investeringen), artikel 2, eerste lid, 2°, en lid 5, gewijzigd bij het decreet van 28 april 2016;

Gelet op het advies van de raad van bestuur van het "Agence wallonne à l'Exportation et aux investissements étrangers", gegeven op 26 oktober 2018;

Gelet op het rapport van 26 maart 2019, opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203532 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 april 2019;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 18 april 2019;

Gelet op advies nr. 66.038/2 van de Raad van State, gegeven op 20 mei 2019, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op advies nr. 1432 van de "Conseil économique et social de Wallonie" (Sociaal-economische raad van Wallonië), gegeven op 28 mei 2019;

Op de voordracht van de Minister van Economie en Buitenlandse Handel, Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° groepering: de beroepsorganisatie, de interprofessionele of sectorale organisatie die ondernemingen vertegenwoordigt, geen winstgevend oogmerk heeft en voor zijn leden projecten organiseert tot aanmoediging van internationaal ondernemerschap vanuit het Waals Gewest;2° gemengde kamer van koophandel: de vereniging zonder winstoogmerk waarvan de activiteit ertoe strekt de handelsbetrekkingen van het Waals Gewest met één of meerdere andere landen of een ander gewest te bevorderen en die projecten organiseert tot aanmoediging van internationaal ondernemerschap vanuit het Waals Gewest;3° de Minister: de Minister bevoegd voor Buitenlandse Handel;4° het Agentschap: Waals Agentschap voor Uitvoer en Buitenlandse Investeringen;5° aanvrager : de onderneming of de gemengde kamer van koophandel die een subsidieaanvraag gegrond op dit besluit ingediend heeft;6° actieprogramma: het document met de acties of promotietools die de aanvrager overweegt hoofdzakelijk in het buitenland uit te voeren in de loop van het eerstvolgend kalenderjaar, in het kader van de stappen die hij onderneemt inzake internationale prospectie en promotie;7° in aanmerking komende acties: de gezamenlijke initiatieven vermeld in het actieprogramma van de aanvrager, en die geheel of gedeeltelijk gedekt zouden kunnen worden door een subsidie gegrond op dit besluit;8° de toelaatbare kosten : het geheel van de kosten die door de aanvrager rechtstreeks gemaakt worden en die geheel of gedeeltelijk kunnen worden gedekt door een subsidie gegrond op dit besluit;deze kosten worden altijd exclusief BTW of andere belastingen of kortingen in aanmerking genomen; 9° de toegelaten kosten : het geheel van de toelaatbare kosten die door de aanvrager rechtstreeks gemaakt worden en waarmee rekening wordt gehouden voor de berekening van de subsidie na toepassing van de in dit besluit vastgestelde beperkingen;10° collectieve stand of collectiviteit: het samenbrengen, in het kader van een beurs of een salon, van verschillende leden van de aanvrager op éénzelfde oppervlakte onder diens wimpel, waarbij elke ruimte, ingenomen door één lid, duidelijk is afgebakend zonder de harmonie van het collectief te doorbreken;11° onderneming die in aanmerking komt voor de steun voor internationalisering van het Agentschap: de onderneming, bij het Agentschap geregistreerd, die over een hoofdbedrijfszetel en over een project op internationaal vlak beschikt in het Waalse Gewest;12° hoofdbedrijfszetel: elke vestiging of elk activiteitscentrum dat een bepaald stabiel karakter vertoont en dat in de gehele onderneming het grootst aantal werknemers tewerkstelt;13° Verordening (EU) nr.1407/2013 : Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun; 14° Verordening (EU) nr.1408/2013 : Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector.

Betreffende lid 1, 10°, wordt de coördinatie van de gezamenlijke stappen in verband met de organisatie van het evenement uitsluitend door de aanvrager uitgevoerd.

Betreffende lid 1, 11°, creëert het project op internationaal vlak van de onderneming, indien het tot een goed einde gebracht wordt, een meerwaarde voor de Waalse economie, met name in termen van werkgelegenheidscreatie- of -behoud in het Waalse Gewest of in termen van ontwikkeling van de productie van goederen of diensten in het Waalse Gewest, of in termen van innovatie. Onderzoek en ontwikkeling, intellectuele eigendom, omzet, werkgelegenheid en directe investeringen in het Waalse Gewest, alsook hun respectieve groei, worden in aanmerking genomen bij de voortdurende evaluatie van de toegevoegde waarde in het Waalse Gewest. De toegevoegde waarde gegenereerd door de onderneming wordt vooreerst in overweging genomen.

De toegevoegde waarde van de Waalse onderaannemers is de tweede belangrijkste factor.

Art. 2.De in dit besluit bedoelde subsidien zijn elke de-minimissteun in de zin van Verordening (EU) nr. 1407/2013 of Verordening (EU) nr. 1408/2013. HOOFDSTUK II. - Algemene voorwaarden voor het in aanmerking komen en de toekenning

Art. 3.De subsidies bedoeld bij dit besluit worden voorbehouden voor de groeperingen en de gemengde kamers van koophandel die activiteiten ontwikkelen gericht op internationaal vlak, samengebracht in een jaarlijks buitenlands actieprogramma waarbij de prospectiebenadering centraal staat.

Het jaarlijks actieprogramma en het project op internationaal vlak van de aanvrager genereren een meerwaarde voor de Waalse economie.

Wanneer de aanvrager een groepering is, beschikt hij over een stabiele Waalse verankering, concreet gemaakt door een eigen vestiging in het Waals Gewest of wanneer hij een aanzienlijk deel samenbrengt van leden die over een hoofdbedrijfszetel in het Waals Gewest beschikken.

Art. 4.De subsidies worden binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten verleend.

Art. 5.De aanvrager is geregistreerd bij de Kruispuntbank van Ondernemingen en in het geval van een gemengde kamer van koophandel gevestigd in het buitenlang, is deze geregistreerd bij de overheid van het land waar zijn bedrijfszetel gelegen is.

Art. 6.Het recht om een in dit besluit bedoelde subsidie te ontvangen wordt slechts aan de aanvrager toegekend indien de volgende voorwaarden worden vervuld: 1° de aanvraag voor een subsidie wordt door de Minister goedgekeurd;2° het Agentschap heeft de aanvrager een afrekeningsbrief gestuurd met het definitieve bedrag van de subsidie, waarbij met name rekening is gehouden met de naleving van de toekenningsvoorwaarden, de toepasselijke maxima, de schuldverklaring op erewoord van de aanvrager of de bewijsstukken. Wat het eerste lid, 1°, betreft, vermeldt het toekenningsbesluit van de Minister het maximumbedrag van de subsidie met inachtneming van de toelaatbare kosten.

Art. 7.Om ontvankelijk te zijn, dient de aanvrager zijn subsidieaanvraag overeenkomstig artikelen 46 en volgende in.

Om voor de subsidie in aanmerking te komen, kan het actieprogramma van de aanvrager niet vóór de indiening van de aanvraag uitgevoerd worden.

Zodra de indiening plaatsgevonden heeft en indien de aanvrager zijn actieprogramma onmiddellijk uitvoert en als de aangevraagde subsidie hem eindelijk geweigerd wordt, betaalt hij alleen de kosten gebonden aan die uitvoering.

Art. 8.De aanvrager of de aangesloten gerechtigde ondernemingen kunnen geen subsidies bedoeld bij dit besluit verkrijgen als ze niet de voorwaarden in acht nemen bedoeld bij Verordening (EU) nr. 1407/2013 of Verordening (EU) nr. 1408/2013 indien ze onder de landbouwsector vallen.

Art. 9.De evaluatie van de subsidieaanvraag van de aanvrager door het Agentschap houdt rekening met, met name: 1° het buitenlands actieprogramma en het project op internationaal vlak van de aanvrager die, indien tot een goed einde gebracht, een meerwaarde creëert voor de Waalse economie, met name in termen van werkgelegenheidscreatie- of -behoud in het Waalse Gewest of in termen van ontwikkeling van de productie van goederen of diensten in het Waalse Gewest of in termen van innovatie;2° de representativiteit van de aanvrager voor de activiteitensector en voor de Waalse economie;3° de capaciteit van de aanvrager om het jaarlijks actieprogramma en het voorgestelde project op internationaal vlak uit te voeren en bij te dragen tot de internationalisering van de Waalse economie;4° de capaciteit van de aanvrager om aanvullende acties en niet-overlappende acties met het jaarlijks actieprogramma van het Agentschap te organiseren;5° de capaciteit van de aanvrager om innoverende acties voor te stellen met betrekking tot de acties die hij reeds heeft georganiseerd of waaraan hij de vorige jaren heeft deelgenomen onverminderd de herhaalde programmering van internationale afspraken die onontbeerlijk zijn voor de betrokken activiteitensector. Betreffende lid 2, 1°, beoordeelt het Agentschap het realistische karakter van die meerwaarde voor de Waalse economie, waarbij het indien nodig om het advies van de regionale centra van het Agentschap of van leden van zijn net in het buitenland verzoekt.

Het Agentschap kan de evaluatiecriteria van de subsidieaanvraag nader bepalen en maakt ze op zijn website bekend.

Art. 10.De aanvrager voldoet aan de wetsbepalingen die zijn activiteit regelen, alsook aan de fiscale, sociale en milieuwetgevingen.

Het actieprogramma en het project op internationaal vlak stemmen overeen met de nationale en internationale normen die van toepassing zijn op de activiteitensector van de aanvrager met inbegrip van de eventuele deontologische regels.

Art. 11.In geval van faillissement, ontbinding of vrijwillige dan wel gerechtelijke vereffening van de aanvrager of van opening van een procedure van gerechtelijke reorganisatie zoals georganiseerd bij de bepalingen van boek XX, Titel V, van het Wetboek van economisch recht van 28 februari 2013 wordt de subsidie niet toegekend.

Art. 12.Er mag geen subsidie bedoeld in dit besluit toegekend worden voor: 1° de uitgaven, intern verricht door de aanvrager of voor kosten, aangerekend door leveranciers of dienstverleners die een juridische, financiële, functionele of structurele band met de aanvrager hebben;2° de vergoeding van producten of diensten die de aanvrager aan zijn eigen leden verkoopt, met inbegrip van de eventuele toegangsrechten tot de acties die op grond van dit besluit gesubsidieerd worden;3° uitgaven met een weeldekarakter.

Art. 13.De ondernemingen die lid zijn van de aanvrager kunnen geen individuele steun in eigen naam bij het Agentschap en de collectieve steun, door het Agentschap toegekend aan de aanvrager voor de toelaatbare kosten van de gesubsidieerde actie, aanvragen.

Art. 14.De aanvrager vermeld op duidelijk zichtbare wijze voor iedere actie en communicatieondersteuning gesubsidieerd door het Agentschap de Franse tekst « Action réalisée avec le support de l'Agence wallonne à l'exportation et aux investissement étrangers » volgens de nadere regels bepaald door het Agentschap.

Art. 15.Elke subsidie die krachtens dit besluit wordt toegekend, staat vermeld in de jaarrekeningen van de subsidiegerechtigde. HOOFDSTUK III. - In aanmerking komende acties en toelaatbare kosten Afdeling 1. - Algemene bepaling

Art. 16.Er kan aan de aanvrager een subsidie worden toegekend voor de uitvoering van een jaarlijks actieprogramma dat hoofdzakelijk in het buitenland wordt uitgevoerd met betrekking tot volgende initiatieven: 1° prospectie- en promotie-opdrachten in het buitenland: a) individueel georganiseerd door de aanvrager of in samenwerking met het Agentschap uitgevoerd;b) collectieve opdrachten, door de aanvrager georganiseerd;2° de gespecialiseerde beurzen en salons in het buitenland: a) de individuele deelname van de aanvrager aan gespecialiseerde beurzen en salons in het buitenland;b) de actieve individuele deelname van de aanvrager aan congressen of conferenties in het buitenland;c) de organisatie van een collectieve stand door de aanvrager;3° de uitnodigingen van buitenlandse beleidsmakers in België;4° de organisatie van seminaries in België of in het buitenland;5° de communicatiedragers om de Waalse leden in het buitenland bekendheid te laten verwerven. Afdeling 2. - Prospectie- en promotie-opdrachten georganiseerd in het

buitenland Onderafdeling 1. - Toelaatbare kosten van de opdrachten, individueel georganiseerd door de aanvrager of in samenwerking met het Agentschap uitgevoerd

Art. 17.Wanneer de aanvrager individueel een prospectie- of promotieopdracht in het buitenland organiseert of deelneemt aan een prospectie- of promotieopdracht georganiseerd door het Agentschap, zijn de toelaatbare kosten de reis- en verblijfskosten vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister voor één enkele afgevaardigde van de aanvrager. Mits gemotiveerde reden kunnen de reis- en verblijfskosten van een tweede afgevaardigde toelaatbaar zijn.

Onderafdeling 2. - Toelaatbare kosten van de collectieve opdrachten georganiseerd door de aanvrager als aannemer

Art. 18.Wanneer de aanvrager een collectieve prospectie- of promotie-opdracht voor zijn leden in het buitenland organiseert, zijn de toelaatbare kosten de volgende: 1° de kosten voor collectieve verplaatsingen per bus;2° de kosten voor het huren van een zaal;3° de reis- en verblijfskosten van een afgevaardigde van de aanvrager, vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister;4° de reis- en verblijfskosten van één enkele afgevaardigde per lid van de aanvrager, die aan de collectieve opdracht deelneemt, vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister. Mits gemotiveerde reden kunnen, betreffende lid 1, 3°, de reis- en verblijfskosten van een tweede afgevaardigde toelaatbaar zijn.

Betreffende lid 1, 4°, is het lid van de aanvrager een onderneming die in aanmerking komst voor steun bij de internationalisering van het Agentschap. Afdeling 3. - Gespecialiseerde beurzen en salons in het buitenland

Onderafdeling 1. - Toelaatbare kosten van de individuele deelname van de aanvrager aan gespecialiseerde beurzen en salons in het buitenland

Art. 19.Wanneer de aanvrager individueel deelneemt aan een beurs of een gespecialiseerd salon in het buitenland, zijn enkel de kosten van de door de organisator van het evenement aangerekende huur van de stand toelaatbaar. Deze kosten worden beperkt op maximum: 1° 50 m2 wat betreft de gehuurde oppervlakte;2° 400 euro par m2 wat betreft de gefactureerde prijs.

Art. 20.Wanneer de aanvrager individueel voor het eerste deelneemt aan een beurs of een gespecialiseerd salon in het buitenland, zijn de toelaatbare kosten de volgende: 1° het inschrijvingsrecht voor het gekozen evenement;2° de reis- en verblijfskosten van een afgevaardigde van de aanvrager, vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister;3° de kosten voor het huren van de oppervlakte van de stand die gefactureerd zijn door de organisator van beurs of salon, evenals de inrichtingskosten van de stand;4° de kosten voor de montage en demontage van de stand, gefactureerd door gespecialiseerde professionele bedrijven;5° de kosten voor het verzenden van demonstratiematerieel of -dieren die niet voor handelstransacties in aanmerking zouden kunnen komen en teruggevoerd voor zover het vervoer gebeurt door een derde, beroepsvervoerder. Met betrekking tot het eerste lid, 3°, hebben de inrichtingskosten betrekking op de kosten voor het huren van meubilair, elektrische installatie, verlichting en vloerbedekking.

Onderafdeling 2. - Toelaatbare kosten van de individuele actieve deelname van de aanvrager aan een congres of een conferentie in het buitenland

Art. 21.Wanneer de aanvrager het woord neemt op een congres of een conferentie in het buitenland, met een betalende inschrijving, om een actieve promotie te verrichten van de producten en diensten van zijn leden, zijn de toelaatbare kosten de reis- en verblijfskosten voor een afgevaardigde van de aanvrager, vastgesteld volgens de maximumbedragen vastgesteld door de Minister en het inschrijvingsrecht met een maximumbedrag van 1.600 euro.

Onderafdeling 3. - Toelaatbare kosten en verplichtingen van de aanvrager voor de organisatie van een collectieve stand als aannemer

Art. 22.Wanneer de aanvrager voor zijn leden een collectieve stand in het buitenland organiseert bij een beurs, een salon of een evenement met een erkend professioneel en internationaal karakter, zijn de toelaatbare kosten de volgende: 1° het inschrijvingsrecht voor het gekozen evenement;2° de reis- en verblijfskosten van een afgevaardigde van de aanvrager, vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister;3° de huurkosten van de oppervlakte van de stand, aangerekend door de organisator van de beurs of het salon voor zover de aangerekende prijs niet 400 euro per m2 overschrijdt;4° de kosten voor het inrichten van de stand;5° de kosten voor de montage en demontage van de stand, gefactureerd door gespecialiseerde professionele bedrijven;6° de kosten voor het verzenden van demonstratiematerieel of -dieren die niet voor handelstransacties in aanmerking zouden kunnen komen en teruggevoerd voor zover het vervoer gebeurt door een derde, beroepsvervoerder. Mits gemotiveerde reden kunnen, betreffende lid 1, 2°, de reis- en verblijfskosten van een tweede afgevaardigde toelaatbaar zijn.

Met betrekking tot het eerste lid, 4°, hebben de inrichtingskosten betrekking op de kosten voor het huren van meubilair, elektrische installatie, verlichting en vloerbedekking.

Art. 23.Om de actie in aanmerking te laten komen voor de subsidie, telt de collectieve stand, georganiseerd door de aanvrager, minstens vijf aangesloten ondernemingen die in aanmerking komen voor de steun bij de internationalisering van het Agentschap.

Art. 24.In het kader van de organisatie van de collectieve stand, moet de aanvrager: 1° het Agentschap minstens één maand voor de opening van de beurs de lijst verstrekken van de aangesloten vennootschappen die bij de collectiviteit ingeschreven staan;2° rechtstreeks de deelnemende ondernemingen het aandeel in de kosten betreffende huur en de inrichting van de stand die zij gereserveerd hebben, aanrekenen;3° de ondernemingen die bij de collectiviteit ingeschreven zijn erover inlichten dat ze bij het Agentschap voor de betrokken beurs geen steun kunnen aanvragen voor de huur- en inrichtingskosten voor de stand wegens het verbod op samenvoeging van individuele steun in eigen naam en collectieve steun aan de aanvrager toegekend door het Agentschap voor de gesubsidieerde actie. Afdeling 4. - Uitnodiging van buitenlandse beleidsmakers in België

Art. 25.De subsidie heeft betrekking op de uitnodiging in het Waalse Gewest van buitenlandse beleidsmakers in het kader van de ontwikkeling van huidige of potentiële samenwerkingsverbanden.

Art. 26.De toelaatbare kosten zijn de reis- en verblijfskosten voor maximum drie genodigden, duidelijk geïdentificeerd per land. Deze kosten worden vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister.

Art. 27.De aanvrager kan enkel een subsidie aanvragen voor maximum drie uitnodigingen per land.

Art. 28.De kosten betreffende de echtgenoten en familieleden komen niet in aanmerking. Afdeling 5. - Organisatie van seminaries, conferenties en

manifestaties in België of in het buitenland

Art. 29.De subsidie heeft betrekking op de organisatie, door de aanvrager, van seminaries, conferenties of manifestaties met het oog op een sterkere zichtbaarheid van het Waalse Gewest en zijn ondernemingen in het buitenland.

Art. 30.De toelaatbare kosten zijn de volgende: 1° de kosten voor het huren van een zaal;2° de kosten voor het aanmaken van uitnodigingen;3° de kosten voor de huur van informatica- of audiovisueel materieel;4° de reis- en verblijfskosten van een de spreker uitgenodigd door de aanvrager, vastgesteld volgens de forfaitaire bedragen vastgelegd door de Minister. Mits gemotiveerde reden kunnen, betreffende lid 1, 4°, de reis- en verblijfskosten van een tweede spreker toelaatbaar zijn.

Art. 31.De actie komt enkel in aanmerking als het thema van het seminarie, de conferentie of de manifestatie verband houdt met internationale handel of uitvoer.

Art. 32.Er wordt door de aanvrager een vrije en kosteloze toegang tot de seminaries, conferenties of manifestaties gesubsidieerd op grond van dit besluit toegekend aan de personeelsleden van het Agentschap. Afdeling 6. - Communicatiedragers om de Waalse leden van de aanvrager

in het buitenland bekendheid te laten verwerven

Art. 33.De subsidie heeft betrekking op de diensten voor het aanmaken van communicatiedragers voor partners of ondernemingen, gevestigd in het buitenland, met het oog op de promotie van de Waalse ondernemingen aangesloten bij de aanvrager of de activiteitensector vertegenwoordigd door de aanvrager.

Die subsidie mag het maximumbedrag van 10.000 euro over drie jaar per aanvrager niet overschrijden.

Art. 34.De toelaatbare kosten zijn: 1° de kosten voor de productie van papieren en digitale brochures;2° de kosten voor de productie van advertenties in papieren tijdschriften die in het buitenland worden uitgegeven en gepubliceerd en digitale tijdschriften voor een buitenlands publiek;3° de kosten voor de productie van interactieve virtuele video's en bezoeken. De kosten voor de productie van communicatiedragers voor de Belgische markt zijn niet toelaatbaar.

De kosten voor de verzending van communicatiedragers, evenals de aankoop van USB-sticks, informaticamaterieel of fotomaterieel zijn geen toelaatbare kosten.

Art. 35.De aanvrager kiest vrij de dienstverleners die diensten leveren voor de productie van brochures, reclame in tijdschriften, video's. Die dienstverleners zijn professionals die geen deel uitmaken van de onderneming van de aanvrager.

Art. 36.Wanneer een subsidie toegekend wordt op grond van dit besluit voor de publicatie van een jaargids of soortgelijke drager, legt de aanvrager kosteloos een minimale ruimte van één bladzijde vast voor het Agentschap, dat zodoende zijn dienstverlening kan uiteenzetten. HOOFDSTUK IV. - Intensiteit van de steun en berekening van de subsidie

Art. 37.De subsidies bedoeld bij dit besluit dekken vijftig percent van de kosten, toegelaten voor de in aanmerking komende acties die beantwoorden aan de voorwaarden van dit besluit en die vermeld zijn in het jaarlijks buitenlands actieprogramma van de aanvrager.

Art. 38.De kosten voor wederkerende acties die concurreren met de acties van het Agentschap worden niet in overweging genomen bij de rekening van het subsidiebedrag.

Art. 39.De Minister bepaalt een forfaitair bedrag voor de toelaatbare reis- en verblijfkosten in elke geografische zone die hij bepaalt, waarbij hij in voorkomend geval voorziet in een verschillend forfaitair bedrag al naar gelang de reis van de vertegenwoordiger van de aanvrager één of meerdere landen van de zone betreft.

Deze forfaitaire bedragen worden op de website van het Agentschap bekendgemaakt.

Art. 40.Wanneer de aanvrager een privé-bijdrage gekregen heeft, die zodoende de door hem gedragen kostprijs van een, door het Agentschap gesubsidieerde actie vermindert, wordt de subsidie overeenkomstig het bedrag van deze privé-bijdrage verminderd.

Art. 41.Wanneer de aanvrager leden van meerdere gewesten in België verenigt, wordt de subsidie verminderd in verhouding tot het aantal bij de aanvrager aangesloten leden die in aanmerking komen voor steun bij de internationalisering van het Agentschap.

Art. 42.In het geval van initiatieven van gemengde kamers van koophandel die eveneens van voordeel zijn voor ondernemingen van de andere gewesten, wordt een aandeel van 28,7 percent voor de berekening van de subsidie toegepast. Als de gemengde kamers van koophandel kunnen aantonen dat de meerwaarde van de initiatieven groter is voor het Waalse Gewest of voor de ondernemingen gevestigd in het Waalse Gewest, kan de Minister dat aandeel aanpassen. Hetzelfde geldt als het Agentschap kan aantonen dat de meerwaarde van de initiatieven minder is voor het Waalse Gewest of voor de ondernemingen gevestigd in het Waalse Gewest.

Art. 43.Wanneer de aanvrager een groepering is, is de steun, toegekend op grond van dit besluit, niet samenvoegbaar met een andere interventie van de overheid, ongeacht de bron, de vorm en het doel, die betrekking hebben op dezelfde toelaatbare kosten als de maximumbedragen betreffende de intensiteit van de steun, vastgesteld bij dit besluit, door deze samenvoeging overschreden worden.

Art. 44.De aanvrager kan, om een gemotiveerde reden, de voorafgaandelijke instemming van het Agentschap vragen om zijn actieprogramma in de loop van de uitvoering ervan aan te passen als de wijzigingen geen overschrijding van het maximumbedrag, toegestaan door de Minister in het subsidiebesluit, teweegbrengen. Bij instemming van het Agentschap wordt de subsidie herberekend in functie van de toegelaten kosten van de voorgestelde actiewijzigingen.

Art. 45.Bij afzegging of afgelasting van een actie, kan deze niet voor een subsidie in aanmerking komen. Wanneer er aan de aanvrager een voorschot is toegekend voor de uitvoering van een dergelijke actie, wordt dit terugbetaald. HOOFDSTUK V. - Aanvraag om subsidie en storting Afdeling 1. - Indiening van een subsidieaanvraag

Art. 46.Iedere subsidieaanvraag wordt door de aanvrager ingediend, uiterlijk op 30 april van het kalenderjaar voorafgaand aan het jaar waarin zijn actieprogramma overwogen wordt.

Art. 47.De aanvrager dient zijn subsidieaanvraag kosteloos in aan de hand van het formulier dat op de website van het Agentschap ter beschikking wordt gesteld.

In dat formulier bevestigt de aanvrager uitdrukkelijk dat hij Verordening (UE) nr. 1407/2013 of Verordening (UE) nr. 1408/2013 en dit besluit naleeft. Deze bevestiging belemmert de verificatie van die naleving door het Agentschap niet.

Bovendien verbindt de aanvrager zich er in dit formulier toe om de facturen en rekeninguittreksels die als bewijs dienen voor de betaling van de sommen waarvoor een subsidie wordt aangevraagd, tijdens een periode van tien jaar te behouden te rekenen van de datum van storting door het Agentschap, behalve verlenging van de termijn overeenkomstig de wettelijke bepalingen inzake verjaring.

Art. 48.Bij zijn aanvraag voegt de aanvrager: 1° zijn project op internationaal vlak en zijn volledig jaarlijks actieprogramma op internationaal vlak;2° de omschrijving van de meerwaarde van zijn project op internationaal vlak voor de Waalse economie;3° de omstandige begroting per overwogen actie;4° zijn statuten en een omschrijving van zijn activiteiten, evenals zijn representativiteit in het geval van een eerste subsidieaanvraag die bij het Agentschap wordt ingediend;5° de eventuele wijzigingen in zijn statuten, zijn activiteiten of zijn representativiteit;6° de bijgewerkte lijst van zijn leden;7° de verantwoordingsstukken of, wanneer het Agentschap artikel 57, lid 4, toepast, de schuldvorderingsverklaring op erewoord voor de subsidie die eventueel is toegekend in het voorgaande jaar, op grond van dit besluit;8° de lijst van de steunvormen die hij overweegt aan te vragen, aanvraagt of verkregen heeft bij ieder organisme, iedere instelling of overheid voor de verwezenlijking van zijn actieprogramma op internationaal vlak;9° elk nuttig document om zijn aanvraag te steunen. Betreffende lid 1, 7°, worden de verantwoordingsstukken, om ontvankelijk te zijn, opgesteld op naam van de aanvrager.

Art. 49.Voor de prospectie- en promotie-opdrachten in het buitenland, voegt de aanvrager eveneens het omstandig programma van de opdracht bij zijn aanvraag, met volgende gegevens: 1° de overwogen reisdata;2° de presentatie van de afgevaardigde van de aanvrager en van de tweede afgevaardigde wanneer laatstgenoemde gemachtigd is overeenkomstig artikel 17;3° evenals het afsprakenprogramma, voor zover reeds opgesteld.

Art. 50.Voor de gespecialiseerde beurzen en salons in het buitenland, voegt de aanvrager bij zijn aanvraag eveneens de omstandige reservatiebon van de stand, uitgaand van de organisator van de manifestatie en waarin minstens volgende gegevens zijn vermeld: 1° de oppervlakte die de aanvrager gereserveerd heeft;2° de huurprijs per m2, BTW niet meegerekend.

Art. 51.Voor de communicatiedragers voegt de aanvrager bij zijn aanvraag: 1° voor de brochures : het voorontwerp van de drager, voorzien van voldoende details om te kunnen bepalen hoe de eindbrochure eruit zal zien, evenals elke omstandige bestelbon met de verschillende posten in de verwezenlijking van de brochures en hun respectievelijke kostprijs;2° voor de advertenties : het voorontwerp van de advertentie, voorzien van voldoende details om te kunnen bepalen hoe het eindresultaat eruit zal zien, evenals elke omstandige bestelbon met de verschillende posten in de verwezenlijking van de advertentie en hun respectievelijke kostprijs;3° voor de video's of interactieve virtuele bezoeken: de samenvatting of de boomstructuur die omstandig ingaat op de aan bod komende thema's in de promotiedrager, en het bestek van de firma die de realisatie verzorgt, met vermelding van de verschillende posten in de verwezenlijking van de darger en hun respectievelijke kostprijs.

Art. 52.De gezamenlijke bedragen opgenomen in de subsidieaanvraag worden in euro aangeduid.

Art. 53.Het Agentschap bericht ontvangst van de aanvraag. Afdeling 2. - Onderzoek van de subsidieaanvraag en beslissing van de

Minister

Art. 54.Het Agentschap onderzoekt de aanvraag en kan de aanvrager erom verzoeken hem elke aanvullende informatie die het nuttig acht te verstrekken.

Het Agentschap weigert elke aanvraag die de toekenningsvoorwaarden niet duidelijk naleeft. In de andere gevallen behandelt het Agentschap de aanvraag.

Art. 55.Aan het einde van de behandeling stelt het Agentschap een beslissingsvoorstel aan de Minister voor. De Minister weigert de aanvraag of keurt hem goed. In geval van goedkeuring neemt hij een subsidiebesluit aan, dat het maximaal toegekende bedrag alsook de voorwaarden van toekenning van de subsidie bepaalt.

Het Agentschap zorgt voor de opvolging van de beslissing van de Minister en deelt ze aan de aanvrager mede. Afdeling 3. - Storting van de subsidie en vervaltermijnen

Art. 56.De aanvrager beschikt over een maximumtermijn van vier maanden te rekenen van 31 december van het kalenderjaar waarop de toegekende subsidie betrekking heeft om zijn volledige stortingsaanvraag aan het Agentschap over te maken. Na die termijn wordt de aanvraag verworpen.

Art. 57.De stortingsaanvraag bevat een schuldvorderingsverklaring opgemaakt overeenkomstig het model dat op de website van het Agentschap beschikbaar is en alle bewijsstukken die eventueel vereist worden.

De schuldvorderingsverklaring wordt ondertekend door de persoon, gemachtigd om de aanvrager te vertegenwoordigen.

Het Agentschap publiceert op zijn website de lijst van de voor elk type subsidie aangevraagde bewijsstukken.

Overeenkomstig het vertrouwensbeginsel dat opgevat is als middel om de administratieve vereenvoudiging te verrichten en voor de in dit besluit bedoelde categorieën subsidies die het bepaalt, kan het Agentschap eerst van de aanvrager verlangen dat hij alleen een verklaring op erewoord en een handelsrapport van het gesubsidieerde initiatief op internationaal vlak indient, waarbij het zich de mogelijkheid voorbehoudt om in tweede instantie tot een controle van de toekenningsvoorwaarden over te gaan en dan het overleggen van bewijsstukken te eisen. Het Agentschap specificeert op zijn website ook de elementen die in het handelsrapport moeten worden opgenomen.

Art. 58.Het Agentschap kan aan de aanvrager een voorschot van vijftig procent op de volgende subsidies toekennen: Dit voorschot kan alleen aan de aanvrager van wie de aanvraag bij beslissing van de Minister is goedgekeurd, toegekend worden. Het wordt niet toegekend voor de initiatieven die reeds voltooid zijn. De aanvrager verzoekt bovendien om dit voorschot door een beroep te doen op de schuldvorderingsverklaring waarvan het model op de website van het Agentschap ter beschikking wordt gesteld en door de vereiste bewijsstukken waarvan de lijst op deze site bekendgemaakt is, te voegen.

In dit opzicht kan het Agentschap het vertrouwensbeginsel toepassen; het Agentschap vermeldt het in voorkomend geval op zijn website.

De toekenning van een voorschot door het Agentschap heeft geen recht op subsidie voor de aanvrager als gevolg.

De aanvrager die een voorschot geïnd heeft, dient zijn aanvraag voor storting van saldo van de subsidie in binnen de termijn bedoeld in artikel 56. Hij betaalt het Agentschap het geheel of een deel van het geïnde voorschot terug indien voornoemde termijn verstreken is, als de acties van het jaarprogramma afgelast zijn of als hij afziet van acties voorzien in zijn jaarprogramma.

Art. 59.Wanneer de aanvrager een onvolledige stortingsaanvraag heeft ingediend, informeert het Agentschap hem over de ontbrekende documenten.

Dit schorst de termijn bedoeld in artikel 56 niet.

Art. 60.Wanneer de aanvrager schuldenaar is van eisbare bedragen ten opzichte van het Agentschap, informeert bedoeld Agentschap hem dat het de aangevraagde subsidie niet zal toekennen zolang die bedragen niet betaald zullen worden. Er mag geen compensatie worden verricht tussen de schulden van de aanvrager tegenover het Agentschap en een in dit besluit bedoelde subsidie.

Dit schorst de termijn bedoeld in artikel 56 niet.

Art. 61.Wanneer het Agentschap vaststelt dat de aanvrager de toekenningsvoorwaarden van de subsidie of van het voorschot niet of niet meer vervult, weigert het de stortingsaanvraag en informeert het de aanvrager daarvan. In dit verband is het niet relevant of de beslissing van de Minister tot goedkeuring van de subsidie al aan de aanvrager is meegedeeld.

Indien nodig kan het Agentschap de aanvrager erom verzoeken om hem binnen één maand elke aanvullende informatie die het nuttig acht te verstrekken om na te leven of de aanvrager nog altijd de toekenningsvoorwaarden vervult. Die aanvraag van het Agentschap wordt aan de aanvrager meegedeeld. De termijn van één maand begint te lopen vanaf de dag na de kennisgeving van de aanvraag voor aanvullende informatie door het Agentschap.

Art. 62.Wanneer de aanvrager een volledige stortingsaanvraag heeft ingediend en de verschuldigde bedragen ten opzichte van het Agentschap heeft betaald, geeft bedoeld Agentschap het hem in een afrekeningsbrief aan waarin het definitieve bedrag van de toegekende subsidie wordt bepaald. Deze afrekeningsbrief geeft aanleiding tot het recht op de subsidie in hoofde van de aanvrager overeenkomstig artikel 6. Afdeling 4. - Controle

Art. 63.Wanneer het Agentschap de storting overeenkomstig het in artikel 57, vierde lid, bedoelde vertrouwensbeginsel heeft betaald, kan het te allen tijde een controle uitvoeren en de aanvrager erom verzoeken om de volgende stukken binnen één maand te verstrekken : 1° de omstandige facturen voor de acties waarvoor de subsidie gestort is;2° de rekeningsuittreksels of aftrekken van de kredietkaarten waarin de identiteit van de opdrachtgever duidelijk wordt vermeld en;3° elk ander document aangevraagd door het Agentschap. Met betrekking tot het eerste lid, 2°, zijn betalingen in contanten of door middel van een vergoeding voor goederen of diensten niet toegestaan.

De in het eerste lid, 2°, bedoelde rekeninguittreksels of aftrekken van de kredietkaarten vormen het enige door het Agentschap aanvaarde betalingsbewijs.

Na onderzoek van de volledige bewijsstukken richt het Agentschap een kennisgeving aan de aanvrager om hem mede te delen of hij al dan niet bewijskrachtige documenten heeft verstrekt en of alle in dit besluit bedoelde voorwaarden voor de toekenning van de subsidie zijn nageleefd.

Indien de aanvrager het verzoek van het Agentschap niet beantwoord heeft, wordt hem een rappelbrief per zending gericht. Een tweede rappelbrief kan aan de aanvrager gericht worden

Art. 64.Indien de aanvrager geen gevolg aan beide rappelbrieven heeft gegeven of als de documenten die hij aan het Agentschap heeft overgemaakt, niet bewijskrachtig zijn, betaalt hij het geheel of een deel van de betrokken subsidie terug.

Het Agentschap richt een aangetekende brief met de terugbetalingsmodaliteiten aan de aanvrager. Bij gebrek aan betaling kan het Agentschap een rechtsvordering instellen.

Art. 65.Wanneer de aanvrager krachtens artikel 63 de subsidies terugbetaalt, kan het Agentschap elke andere subsidie die aan de aanvrager is toegekend, controleren. In dit opzicht kan het Agentschap tot 10 jaar voor de storting van de laatste subsidie toegekend aan de aanvrager teruggaan.

Deze controle gebeurt volgens de procedure omschreven in de artikelen 63 en 64. Afdeling 5. - Terugbetaling van de gestorte subsidie

Art. 66.Naast de toepassing van de bepalingen van de artikelen 61 en 62 van het decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering sluiten houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse openbare bestuurseenheid betaalt de aanvrager die een subsidie of een voorschot bedoeld in dit besluit heeft ontvangen, ze/het aan het Agentschap terug indien hij: 1° aan één of meerdere van de toekenningsvoorwaarden van de subsidie of het voorschot niet voldoet;2° de fondsen ontvangen voor andere doeleinden dan welke waarvoor ze toegekend zijn, bestemt;3° het voorschot zoals bepaald in artikel 58, vierde lid, niet heeft terugbetaald;4° de subsidie heeft ontvangen of behouden en wetens onjuiste of onvolledige inlichtingen heeft verstrekt onverminderd een eventuele strafrechtelijke vervolging. Bovendien betaalt de aanvrager het deel van de subsidie dat het door de aanvaarde bewijsstukken gestaafde maximumbedrag overschrijdt, aan het Agentschap terug.

De aanvrager die zich minstens in één van bovenvermelde toestanden bevindt, wordt elke nieuwe subsidie bedoeld in dit besluit ontnomen en van elke gemeenschappelijke actie van het Agentschap uitgesloten zolang hij de betrokken subsidie of voorschot niet terugbetaalt.

Bovendien kan het Agentschap beslissen dat de aanvrager tijdens drie jaar vanaf de datum van terugbetaling van de betrokken subsidie of voorschot aan het Agentschap geen subsidien zal kunnen aanvragen.". HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 67.De Minister van Economie en Buitenlandse Handel is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 9 juli 2020.

Voor de Waalse Regering: De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Economie, Buitenlandse Handel, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Ruimtelijke Ordening, Landbouw, het "IFAPME", en de Vaardigheidscentra, W. BORSUS

^