Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 10 november 2005
gepubliceerd op 07 december 2005

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2005203273
pub.
07/12/2005
prom.
10/11/2005
ELI
eli/besluit/2005/11/10/2005203273/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 NOVEMBER 2005. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning, inzonderheid op de artikelen 3, vierde lid, 21, derde lid, en 87, derde lid;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten;

Overwegende dat verschillende materiële en schrijffouten ongelegen geslopen zijn in de opstelling van het besluit van de Waalse Regering van 22 januari 2004 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten en dat die verbeterd moeten worden; dat het in casu gaat om de rubrieken 63.12.02.02 waarin de verplichte raadpleging van het Directoraat-generaal Landbouw dient te worden geschrapt, 63.12.05.06 in het opschrift waarvan de woorden ", de punten b) tot g) " vervangen moeten worden door de woorden "de punten a) tot k) " en 90.24.06.01 waarin klasse 2 vermeld moet worden;

Overwegende dat een wijziging aangebracht moet worden in de rubriek 63.12.09 teneinde een fout in het opschrift ervan te verbeteren; dat het woord "en" door het woord "of" vervangen moet worden;

Overwegende dat het opschrift van de rubriek 40.3 en van de subrubriek 40.30.02 betreffende de koelings en luchtbehandelingsinstallaties gewijzigd moet worden om te voldoen aan de voorschriften van Verordening (EG) 2037/2000 van het Europees Parlement en van de Raad van 29 juin 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen; dat voornoemde Europees Verordening tot doel heeft de productie, het op de markt brengen en het gebruik van stoffen die de ozonlaag afbreken binnen de grenzen van de Gemeenschap alsook de uitvoer ervan naar derde landen te beperken en te controleren ten einde de gezondheid van de mens en het milieu te beschermen;

Overwegende dat de lid-Staten overeenkomstig artikel 17, § 1, van voornoemde Verordening alle uitvoerbare voorzorgsmaatregelen moeten treffen om lekkage van gereguleerde stoffen te voorkomen of tot een minimum te beperken en de vaste apparatuur met meer dan 3 kg koelvloeistof jaarlijks op lekkage te laten controleren;

Overwegende dat Verordening 2037/2000 voorziet in een jaarlijkse controle op de vaste apparatuur met meer dan 3 kg koelvloeistof; dat sommige installaties van minder dan 10 kW evenwel meer dan 3 kg koelvloeistof kunnen inhouden; dat ze derhalve niet ingedeeld zouden worden en bijgevolg niet onder de sectorale en integrale voorwaarden zouden vallen terwijl artikel 17 van Verordening 2037/2000 bepaalt dat reglementaire maatregelen worden genomen; dat de rubriek 40.30.02.01 dan ook gewijzigd moet worden zodat alle installaties met meer dan 3 kg koelvloeistof minstens in klasse 3 ingedeeld worden;

Overwegende anderzijds dat het opschrift van de rubriek 40.30.02 te beperkend is; dat de Verordening 2037/2000 immers geen onderscheid maakt tussen de verschillende types uitrustingen; dat het derhalve geboden is een meer generieke term te gebruiken voor dat opschrift waardoor met name uitrustingen zoals warmtepompen of luchtontvochters in aanmerking genomen kunnen worden;

Overwegende bovendien dat voor koudeproductie doorgaans een koelcyclus met stoomdruk gebruikt wordt; dat evenwel andere processen toegepast kunnen worden, o.a. een koelcyclus met absorptie of adsorptie; dat bijgevolg besloten werd het opschrift van de rubriek 40.30.02 te wijzigen door er die andere processen in te vermelden;

Overwegende dat de drempels thans in geïnstalleerd vermogen (kW) worden uitgedrukt; dat het opportuun is te weten of het gaat om elektrische of om koeling kW; dat doorgaans de elektrische kW in aanmerking genomen worden terwijl men zich dient af te vragen of enkel rekening gehouden moet worden met het vermogen van de compressor of ook met dat van de ventilatoren, van een eventueel ontdooiingssysteem, of van andere toebehoren die elektrische energie verbruiken; dat deze verschillende elektrische vermogens bovendien niet altijd beschikbaar zijn voor elke koelinstallatie;

Overwegende bijgevolg dat voorgesteld wordt de drempels van de rubriek 40.30.02 in nominale koeling kW vast te leggen, daar deze vermogens makkelijker beschikbaar zijn in de documentatie bij de verschillende koeluitrustingen; dat de drempels omgezet worden op grond van een gemiddelde prestatiecoëfficiënt gelijk aan drie; dat de drempels 10 en 100 elektrische kW derhalve omgezet worden in 30 en 300 koeling kW; dat het evenwel opportuun is het koelvermogen van 30 naar 12 kW te verlagen om te voldoen aan de eisen die vastliggen in de Richtlijn 2002/91/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende de energieprestatie van gebouwen;

Overwegende dat voornoemde Europese richtlijn o.a. betrekking heeft op de inspectie van de energieprestatie van de airconditioningsystemen met een koelvermogen van meer dan 12 kW;

Overwegende dat de rubriek 40.30.04 en de subrubrieken ervan gewijzigd moeten worden daar ze het begrip "warmtevermogen" moeten vermelden; dat in de documentatie betreffende de ketels doorgaans immers verwezen wordt naar het minimale en naar het maximale warmtevermogen;

Overwegende dat de definitie van het warmtevermogen bedoeld in de nieuwe voetnota van dit besluit in dat verband immers moet beantwoorden aan voornoemde Europese richtlijn die bepaalt dat het nuttige nominaal vermogen (uitgedrukt in kilowatt) het maximale warmtevermogen is dat door de fabrikant voor continu gebruik is aangegeven en gegarandeerd, waarbij het door hem aangegeven nuttig rendement wordt gehaald;

Overwegende dat de rubrieken 64.20.01.01.01 en 64.20.02 weggelaten worden overeenkomstig het Waalse Wetboek voor Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium en het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 houdende de normering van zendmasten voor elektromagnetische golven tussen 10 MHz en 10 GHz, genomen op grond van de wet 12 juli 1985 betreffende de bescherming van de mens en van het leefmilieu tegen de schadelijke effecten en de hinder van niet-ioniserende straling, infrasonen en ultrasonen, inzonderheid op de artikelen 3 en 4;

Gelet op het advies 38.945/2/V van de Raad van State, gegeven op 29 augustus 2005, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De rubriek 40.3 en de subrubriek 40.30.02 in bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten worden vervangen als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 29bis Nuttig nominaal koelvermogen (in KW) : maximaal koelvermogen dat door de fabrikant voor continu gebruik is aangegeven en gegarandeerd, waarbij het door hem aangegeven nuttig rendement wordt gehaald.

Art. 2.Da rubriek 40.30.04 en de subrubrieken in bijlage I bij hetzelfde besluit worden vervangen als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 29ter Nuttige nominale warmtekracht (in kW) : maximale warmtekracht die verschaft wordt aan de warmtegeleidende vloeistof van de ketel of die gegeven kan worden door de generator met ingeblazen lucht, die door de fabrikant voor continu gebruik is aangegeven en gegarandeerd, waarbij het door hem aangegeven nuttig rendement wordt gehaald.

Art. 3.De verplichte raadpleging van het Directoraat-generaal Landbouw, waarvan sprake in de vierde kolom van de rubriek 63.12.02.02 in bijlage I bij hetzelfde besluit, wordt afgeschaft.

Art. 4.In het opschrift van de rubriek 63.12.05.06 in bijlage I bij hetzelfde besluit worden de woorden ", punten b) tot g) " vervangen door de woorden "punten a) tot k) ".

Art. 5.In het opschrift van de rubriek 63.12.09 in bijlage I bij hetzelfde besluit wordt het woord "en" vervangen door het woord "of".

Art. 6.De rubrieken 64.20.01.01.01 en 64.20.02 worden weggelaten. De rubriek 64.20.01.01.02 wordt de rubriek 64.20.01.01.

Art. 7.In de rubriek 90.24.06.01 van bijlage I bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het cijfer "2" wordt in de tweede kolom vermeld;2° de verplichte raadpleging van de "Office wallon des déchets" wordt in de vierde kolom vermeld.

Art. 8.De vergunningsaanvragen ingediend vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit alsmede de desbetreffende administratieve beroepen worden onderzocht overeenkomstig de regels van kracht op de datum van de indiening van de aanvraag.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.

Art. 10.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 10 november 2005.

De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN

^