Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 14 november 2007
gepubliceerd op 19 december 2007

Besluit van de Waalse Regering tot aanneming van het voorontwerp van herziening van het gewestplan Marche - La Roche met het oog op de opneming van een gemengde bedrijfsruimte voor de vestiging van een zuivelbedrijf, een woongebied met een landelijk karakter en de onttrekking aan hun bestemming van twee gemengde bedrijfsruimten op het grondgebied van de gemeente Rendeux

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2007203547
pub.
19/12/2007
prom.
14/11/2007
ELI
eli/besluit/2007/11/14/2007203547/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 NOVEMBER 2007. - Besluit van de Waalse Regering tot aanneming van het voorontwerp van herziening van het gewestplan Marche - La Roche met het oog op de opneming van een gemengde bedrijfsruimte voor de vestiging van een zuivelbedrijf, een woongebied met een landelijk karakter en de onttrekking aan hun bestemming van twee gemengde bedrijfsruimten op het grondgebied van de gemeente Rendeux (Chéoux en Jupille-sur-Ourthe)


De Waalse Regering, Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 20 juli 2007 tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 26 augustus 2004 tot regeling van de werking van de Regering, gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 16 september 2004 en 15 april 2005;

Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, inzonderheid op de artikelen 22, 23, 30, 35, 42 tot 44 en 46;

Gelet op het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan, aangenomen door de Waalse Regering op 27 mei 1999;

Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 26 maart 1987 tot opstelling van het gewestplan Marche - La Roche;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 16 maart 2006 tot beslissing tot herziening van het gewestplan Marche - La Roche en tot aanneming van het voorontwerp van herziening van het gewestplan met het oog op de opneming van een gemengde bedrijfsruimte voor de vestiging van een zuivelbedrijf en de onttrekking aan hun bestemming van twee gemengde bedrijfsruimten op het grondgebied van de gemeente Rendeux (Chéoux en Jupille-sur-Ourthe);

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 19 oktober 2006 tot beslissing tot uitvoering van een effectenonderzoek over het voorontwerp van herziening van het gewestplan Marche - La Roche met het oog op de opneming van een gemengde bedrijfsruimte voor de vestiging van een zuivelbedrijf en de onttrekking aan hun bestemming van twee gemengde bedrijfsruimten op het grondgebied van de gemeente Rendeux (Chéoux en Jupille-sur-Ourthe);

Overwegende dat voornoemd besluit de gegevens van het voorontwerp van herziening van het gewestplan met betrekking tot de opneming van de gemengde bedrijfsruimte, het bijkomende voorschrift waarbij het gebied voorbehouden wordt voor de vestiging van een zuivelbedrijf en aanverwante activiteiten of andere agrovoedingsbedrijven en de aanleg van een weg om het verkeer van en naar het zuivelbedrijf uit Chéoux-dorp weg te houden, opgenomen als alternatieve compensatie voor de opneming van een nieuw bebouwingsgebied, overeenkomstig artikel 46, § 1, lid 2, 3°, van het Wetboek, aan een effectenonderzoek heeft onderworpen; dat de opneming van twee landbouwgebieden als planologische compensatie daarentegen is beschouwd als de wil om een feitelijke toestand in stand te houden die geen niet te verwaarlozen effecten zou kunnen hebben op het leefmilieu en waarvoor dus geen milieueffectenonderzoek moet worden opgesteld;

Overwegende dat de uitvoering van het effectenonderzoek voor een gewestplan in verband met het voorontwerp van herziening van het gewestplan Marche - La Roche, bovenvermeld, op 25 januari 2007 toevertrouwd is aan de ontwikkelaar "Aménagement SC" uit Brussel overeenkomstig een overheidsopdracht die gegund is via een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking in de zin van artikel 17, § 2, 1°, van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten van werken, leveringen en diensten;

Overwegende dat dat effectenonderzoek voor een gewestplan de sociaal-economische verantwoording van het voorontwerp van herziening van het gewestplan Marche - La Roche bevestigt wegens het belang van de zuivelcoöperatieve "Laiterie coopérative de Chéoux" voor de levensvatbaarheid van de zuivelketen in Wallonië en de werkgelegenheid in landelijke gebieden;

Overwegende dat de beoordeling van het voorontwerp van herziening tot het besluit kwam dat een alternatieve ligging enkel te verantwoorden was bij uitbreiding of wijziging van de activiteiten van het zuivelbedrijf; dat de auteur van het effectenonderzoek voor een gewestplan in dat verband er niet van uitgaat dat de te verwerken melkhoeveelheden nog zouden kunnen toenemen daar zijn ontwikkelingsvooruitzichten eerder in een hogere productkwaliteit of in de productie van nieuwe producten met zeer veel toegevoegde waarde liggen;

Overwegende dat, gelet op de reeds uitgevoerde investeringen, enkel nog de verplaatsing van de kaasmakerij ter verlaging van de geluidshinder voor de buurt nog tot de mogelijkheden behoort; dat die verplaatsing perfect doenbaar is binnen in de omtrek bepaald voor de toekomstige gemengde bedrijfsruimte;

Overwegende dat het onderzoek er bijgevolg van uitgaat dat de locatie die in het voorontwerp wordt voorgesteld het best geschikt is om tegemoet te komen aan de doelstellingen van de herziening van het gewestplan;

Overwegende dat de milieueffectenbeoordeling van het voorontwerp van herziening van het gewestplan volgende gegevens naar voren bracht : - de gevolgen voor de lucht zijn gering en de maatregelen gericht zowel op de zich eventueel verspreidende geur als op de nog sterkere verlaging van koolstofdioxideproductie dan die welke verkregen wordt dankzij het gebruik van lichte stookolie vallen niet onder deze procedure; - de gevolgen van het voorontwerp voor oppervlakte- en grondwater zijn eveneens gering; de waterdichtheid van het opslagmaterieel voor natrium en zuur en van de opslagtanks voor lichte stookolie wordt doeltreffend geacht; het voorhandenzijn van een zuiveringsstation beperkt de lozing van afvalwater en een poel zorgt voor het vergaren van het afstromend oppervlaktewater. De ontwikkelaar is de mening toegedaan dat het voornemen van het zuivelbedrijf om de poel om te vormen tot een bezinkvijver voor een nog sterkere vermindering zal zorgen van de organische vracht van het uit het zuiveringsstation afkomstige water voor lozing ervan in de rivier en beveelt verder aan dat er monsters worden genomen van het geloosde afvalwater in het kader van het effectenonderzoek voor een toekomstige vergunningsaanvraag zodat gewaarborgd wordt dat de terzake geldende normen nageleefd worden en dat de aquatische fauna en flora niet zullen lijden onder de bedrijvigheid van de zuivelfabriek; - de akoestische waarden die in het kader van het milieueffectenonderzoek geregistreerd zijn gedurende een volle week op vier punten waarvan de Lambertcoördinaten overeenstemmen met de meetpunten van CEDIA (Universiteit Luik) bevestigen de resultaten van de akoestische simulaties en de metingen die voorheen door dat ingenieursbureau zijn verricht; het achtergrondgeluidsniveau is lager dan 40 dB(A) tijdens de zeven gemeten nachten, uitgezonderd het punt tegenover de woning Dethier, waar het gemiddelde L95-niveau 41,4 dB(A) bereikt; overigens wordt in het onderzoek vastgesteld dat de herziening van het gewestplan via de opneming van een gemengde bedrijfsruimte de geluidshindernorm wijzigt, en meer bepaald de grenswaarde die in acht moet worden genomen 's nachts, namelijk 45 dB (A), bepaald bij tabel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de algemene voorwaarden voor de exploitatie van de inrichtingen bedoeld in het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning en wordt in dat opzicht aanbevolen dat de overheid die de vergunningen zal moeten verstrekken niet strikt aan die grenswaarde vasthoudt maar eerder geluidsniveaus vastlegt die overeenstemmen met tussenniveaus van 45 tot 40 dB (A) 's nachts; - door de vestiging ervan in het laagtepunt van de vallei en midden in het landschapsgeheel gaat het zuivelbedrijf op in het landschap hoewel het daardoor ook, bekeken vanuit hoger gelegen gezichtspunten, een brandpunt vormt in een open landschap; al dragen de onbebouwde ruimtes in de locatie ertoe bij dat de gebouwde volumes als gespreid liggend overkomen en in het dorpsgezicht zijn opgenomen, ontstaat een negatief visueel effect door hun omvang en hun huidige inrichting; de omvorming van de boomgaard, gelegen in het noordoosten van het zuivelbedrijf, tot landbouwgebied strekt tot de bescherming van die aangeplante oppervlakte die het dorpskarakter mee bepaalt en het zuivelbedrijf in het dorpsgezicht en in het landschapsgeheel opneemt; om te waarborgen dat nieuwbouw of verbouwingen in het landschap en de bebouwing opgaan, dienen de stedenbouwkundige vergunningen met betrekking daarop tegemoet te komen aan strikte vereisten inzake vestiging, omvang, volumetrie en materialen; het beste zou zijn dat de bestaande gebouwen die het minst in het landschap passen op korte termijn een begroeiing krijgen en dat het in 2004 opgevatte project om enkel rondom het eigendom een groene strook aan te leggen wordt aangevuld met de aanplanting van, de landschapsperceptie bevorderende, hoge bomengroepen en dat uitheemse soorten worden uitgesloten; - het verkeer van en naar het bedrijf telt van 16 tot 24 vrachtwagens overdag en 2 tot 3 's nachts afhankelijk van de periodes van het jaar en wordt uiterst gering geacht tegenover het totale verkeer en lichtjes lager ten opzichte van het vrachtverkeer, zuivelbedrijf niet meegerekend; de alternatieve route waarin het voorontwerp van herziening van het gewestplan voorziet als alternatieve compensatie ongeacht het tracé veroorzaakt een negatieve impact op de fauna, geluidshinder dat meer bepaald resulteert in geluidsemissies naar tot nu onaangetaste richtingen en zal een negatieve uitwerking op het valleilandschap hebben;

Overwegende dat de auteur van het effectenonderzoek samenvattend uit de milieueffectenbeoordeling besluit dat het voorontwerp van herziening geen vat kan krijgen op de huidige fysische toestand, behalve via de aanleg van de alternatieve route als alternatieve compensatie en de mogelijks onverkorte oplegging van geluidsnormen voor gemengde bedrijfsruimtes zoals bepaald bij tabel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de algemene voorwaarden voor de exploitatie van de inrichtingen bedoeld in het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning;

Overwegende dat de auteur van het effectenonderzoek overigens aanbeveelt om de afgedankte bedrijfsruimte van het voormalige zuivelbedrijf, erkend bij ministerieel besluit van 27 juli 2005 en heden opgenomen als gemengde bedrijfsruimte in het gewestplan, te bestemmen als woongebied met een landelijk karakter zodat er juridisch gezien niets de doorvoering van een woningbouwprogramma in de weg staat en voorkomen wordt dat een economische activiteit die niet noodzakelijk voldoet aan de voorwaarde van verenigbaarheid met de buurt, opgelegd bij artikel 26 van het Wetboek met betrekking tot de activiteiten, toegestaan in woongebieden, hun intrek zouden gaan nemen in de voormalige gebouwen van het zuivelbedrijf;

Overwegende dat bijgevolg uit de doorgevoerde beoordeling blijkt dat de ontwikkelaar, voor zover afgezien wordt van de aanleg van de alternatieve route die financieel en ecologisch in wanverhouding staat tot het aandeel van het verkeer dat van de openbare weg afgeleid wordt en voor zover de afgedankte bedrijfsruimte van het voormalige zuivelbedrijf opgenomen wordt als woongebied met een landelijk karakter, het voorontwerp van herziening van het gewestplan Marche - La Roche niet in twijfel trekt;

Overwegende dat de aanvullende maatregelen en de maatregelen die de ontwikkelaar voorstaat om de negatieve effecten van het voorontwerp terug te dringen betrekking hebben op : - het opleggen in de latere milieu- en de bedrijfsvergunning van een 's nachts toegelaten tussenniveau voor geluidshinder van 40 tot 45 dB (A); - de uitvoering in het kader van effectenonderzoeken in verband met eventuele aanvragen voor milieu- en bedrijfsvergunning van monsternemingen van waterlozingen in de beek vanwege het zuivelbedrijf; - de maatregelen die getroffen moeten worden om de bestaande bouwwerken beter in het landschap op te nemen in de bebouwde en onbebouwde context van Rendeux-dorp, en de architectonische voorschriften voor de plaats, het profiel, de volumetrie en de materialen voor nieuwbouw en bestaande bouwwerken die vergroot of verbouwd zouden worden;

Overwegende dat overeenkomstig artikel 42, lid 7, van het Wetboek de "Commission régionale d'Aménagement du Territoire" (Gewestelijke Commissie Ruimtelijke Ordening) regelmatig op de hoogte is gehouden van de ontwikkeling en de resultaten van het effectenonderzoek dat is opgesteld in verband met het voorontwerp van herziening van het gewestplan La Roche - Marche; dat ze op 13 maart 2007 geopperd heeft dat de eerste fase van het onderzoek afdoend en kwaliteitsvol was en op 29 juni 2007 bevestigd heeft dat de doorgevoerde werken kwaliteitsvol waren; dat de Commissie zich overigens geschaard heeft achter de voorstellen van de ontwikkelaar wat betreft de opneming van de locatie van het voormalige zuivelbedrijf en als woongebied met een landelijk karakter en het ongeschikte karakter van de alternatieve route;

Overwegende dat de gewestelijke commissie een gunstig advies uitbrengt over de andere bestemmingsvoorstellen vervat in het voorontwerp, namelijk : de opneming van de locatie van het huidige zuivelbedrijf als gemengde bedrijfsruimte en van de boomgaard gelegen naast het zuivelbedrijf van Chéoux, gelegen in een gemengde bedrijfsruimte op het geldende gewestplan, en van de gemengde bedrijfsruimte van Jupille-sur-Ourthe als landbouwgebieden;

Overwegende dat op het voorstel van de Commissie om de gemengde bedrijfsruimte te voorzien van een bijkomend voorschrift "AE" om het gebied uitsluitend voor te behouden voor agrovoedingsactiviteiten reeds gunstig werd ingegaan door het bijkomend voorschrift *S13, ingevoegd in artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van 16 maart 2002 tot opstelling van het voorontwerp van herziening van het gewestplan; dat dat voorschrift de voorkeur kreeg boven de overdruk "AE" zoals omschreven in artikel 31, § 1, van het Wetboek dat, door de bestemming van de gronden te beperken tot agrovoedingsbuurtactiviteiten, zonder objectieve reden de perspectieven voor eventuele herverdeling van de gronden beperkt zou hebben; dat de Regering om die reden niet ingaat op het desbetreffende advies van de Commissie;

Overwegende dat de Regering alle aanbevelingen en maatregelen van de auteur van het effectenonderzoek overneemt; dat zij zich aldus schaart achter het voorstel om de locatie van de afgedankte bedrijfsruimte van het voormalige zuivelbedrijf op te nemen als woongebied met een landelijk karakter en afziet van de aanleg van de alternatieve route bepaald bij het voorontwerp van gewestplan; dat de aanbevelingen en maatregelen met betrekking tot de geluidshinder en de waterlozingen niet onder het gewestplan vallen en enkel in overweging genomen zullen moeten worden bij de behandeling van de bestuurlijke procedures voor de vergunningen die in correlatie staan tot deze herziening van het gewestplan en in voorkomend geval verder aangestipt en aangevuld zullen worden; dat de aanbevelingen en maatregelen strekkende tot de opname in het landschap van de bestaande en toekomstige gebouwen van het zuivelbedrijf voldoende omschreven zijn door de ontwikkelaar en, althans gedeeltelijk, een operationeel karakter hebben waardoor ze nu reeds vastgesteld kunnen worden als inrichtingsmaatregelen voor de gemengde bedrijfsruimte;

Overwegende dat die inrichtingsmaatregelen met een landschappelijk karakter veronderstellen dat wat betreft het bestaande, een aanplantingsplan wordt opgesteld dat meer bepaald voorziet in de aanplanting van uitsluitend lokale en inheemse soorten en de aanplanting van enkele hoge boomgroepen op de locatie om te voorkomen dat er te veel ononderbroken oppervlaktes ontstaan en de perceptie van de locatie vanaf een verafgelegen punt te bevorderen en dat bevestigd wordt door de gemachtigd ambtenaar en uitgevoerd wordt binnen de drie jaar na de definitieve aanneming van deze herziening van het gewestplan; de aanplantingen kunnen op volgende manier nader aangegeven worden : - aanplanting van hoogstammige bomen; - ter hoogte van de opslagzone, langs de berijdbare weg; - op de parkeerzone aan de straatkant, juist voor de volumes van de verwerkingshal; - aan de rand van de van een betonlaag voorziene binnenplaats; - verspreide aanplantingen in de buurt van gebouwen die een negatieve impact vertonen; - de aanleg van een groen scherm als buffergebied naar de omwonenden van de rue Lavaux;

Overwegende dat wat betreft de toekomstige of bestaande bouwwerken die vergroot of verbouwd zouden worden, de voorschriften van de eventuele stedenbouwkundige of globale vergunningen op de achterliggende filosofie van het algemeen reglement op gebouwen in landbouwgebieden zullen moeten steunen, alsook op de publicatie met als titel "Conseils pour l'intégration paysagère des bâtiments agricoles" uitgegeven door het Ministerie van het Waalse Gewest (Directoraat-generaal Landbouw - Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium) en meer bepaald hetvolgende nader zullen moeten omschrijven : - aanplantingen in achthoek of volgens de hoogtelijnen; - profielen en volumes op schaal van de dorpsomgeving, naleving van de traditionele plaatselijke volumetrie en opdeling van de grote volumes; - traditionele materialen voor kleine volumes, industriële materialen die verenigbaar zijn met de traditionele context voor de grote volumes;

Overwegende dat de Regering er ten slotte op grond van het effectenonderzoek van de ontwikkelaar naar aanleiding van het voorontwerp van het gewestplan en de adviezen die tot nu toe zijn uitgebracht door de gewestelijke commissie, van uitgaat dat de instandhouding van de activiteit van het zuivelbedrijf van Chéoux op de huidige locatie van Rendeux verantwoord is en daartoe voorlopig opteert voor de opneming op het gewestplan van Marche - La Roche van : - een gemengd bedrijfsgebied van 2,6 ha op de gronden heden opgenomen als gemengde bedrijfsruimte over 1,8 ha en als landbouwgebied over 0,8 ha en ingenomen door de zuivelcoöperatieve Chéoux, gelegen rue Lavaux te Rendeux; - van een landbouwgebied van 1,8 ha ter planologische compensatie in de zin van artikel 46, lid 2, 3°, van het Wetboek, op de gronden heden bestemd als gemengde bedrijfsruimte te Jupille-sur-Ourthe; - Evenals ter aanvulling de opneming : van een woongebied met een landelijk karakter van ongeveer 0,1 ha op de locatie van de afgedankte bedrijfsruimte van het voormalige zuivelbedrijf; en van een landbouwgebied op het terrein van ongeveer 0,3 ha gelegen benoorden de gemengde bedrijfsruimte heden ingenomen door een boomgaard;

Overwegende dat de herbestemming van de locatie van het zuivelbedrijf bepaald moet worden voor het geval het zijn activiteiten zou stopzetten; dat bijgevolg voorgesteld wordt de overdruk te bevestigen van een bijkomend voorschrift *S13 bepaald op de gemengde bedrijfsruimte bij het voorontwerp van herziening om de band van de activiteit te vrijwaren met de landbouwsector in dat geval;

Overwegende dat ter begunstiging van een betere opname van de bestaande en toekomstige gebouwen van het zuivelbedrijf in het landschap eveneens in dat gebied voorzien moet worden in bijzondere inrichtingsmaatregelen zoals die aanbevolen door het effectenonderzoek en hierboven omschreven;

Overwegende dat hoewel de in het vooruitzicht gestelde planologische compensatie op zich alleen al voldoet aan het bepaalde van artikel 46, § 1, 3°, van het Wetboek, de Regering eveneens als alternatieve compensatie de vorming oplegt van een zakelijk recht ten bate van de gemeente Rendeux met betrekking tot het voormalige gebouw van het zuivelbedrijf in natuursteen, afgedankt met vaststelling bij ministerieel besluit van 27 juli 2005;

Overwegende dat de procedure verder gezet dient te worden door de voorlopige aanneming van de herziening van het gewestplan Marche - La Roche;

Op de voordracht van de Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, Besluit :

Artikel 1.De herziening van het gewestplan van Marche - La Roche (blad 55/5) met het oog op de opneming van een gemengde bedrijfsruimte voor de vestiging van een zuivelbedrijf te Chéoux, een woongebied met een landelijk karakter en twee gemengde bedrijfsruimten te Chéoux en Jupille-sur-Ourthe op het grondgebied van de gemeente Rendeux wordt voorlopig aangenomen overeenkomstig bijgevoegd plan.

Art. 2.Volgend bijkomend voorschrift, gemerkt "*S13", is van toepassing op de gemengde bedrijfsruimte opgenomen op het plan bij dit besluit : "De gemengde bedrijfsruimte met merk *S13 wordt voorbehouden voor de aanplanting van een zuivelbedrijf en aanverwante activiteiten of voor andere agrovoedingsactiviteiten."

Art. 3.Als inrichtingsmaatregelen in de zin van artikel 23, 3°, van het Wetboek maakt de gemengde bedrijfsruimte, opgenomen op het plan bij dit besluit, het voorwerp uit van een landschapsplan dat voorziet in de aanplanting van uitsluitend lokale en inheemse soorten en de aanplanting van enkele hoge boomgroepen op de locatie om te voorkomen dat er te veel ononderbroken oppervlaktes ontstaan en de perceptie van de locatie vanaf een verafgelegen punt te bevorderen; die aanplantingen bevatten minstens volgende bestanddelen : a) aanplanting van hoogstammige bomen; - ter hoogte van de opslagzone, langs de berijdbare weg; - op de parkeerzone aan de straatkant, juist voor de volumes van de verwerkingshal; - aan de rand van de van een betonlaag voorziene binnenplaats; b) verspreide aanplantinegn in de buurt van gebouwen die een negatieve impact vertonen;c) de aanleg van een groen scherm als buffergebied naar de omwonenden van de rue Lavaux. Dat plan krijgt de instemming van de gemachtigd ambtenaar. De uitvoering ervan moet plaats vinden binnen de drie jaar na definitieve herziening van het gewestplan.

De voorschriften van de stedenbouwkundige vergunning en de globale vergunning steunt eveneens op de filosofie van het algemeen reglement voor gebouwen in een landschappelijke omgeving, evenals op de publicatie met als titel "Conseils pour l'intégration paysagère des bâtiments agricoles" uitgegeven door het Ministerie van het Waalse Gewest (Directoraat-generaal Landbouw - Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium) en meer bepaald het volgende zullen opgeven : - aanplantingen in achthoek of volgens de hoogtelijnen; - profielen en volumes op schaal van de dorpsomgeving, naleving van de traditionele plaatselijke volumetrie en opdeling van de grote volumes. - traditionele materialen voor kleine volumes, industriële materialen die verenigbaar zijn met de traditionele context voor de grote volumes;

Art. 4.De vorming van een zakelijk recht ten bate van de gemeente Rendeux met betrekking tot het oude gebouw van het zuivelbedrijf in natuursteen, afgedankt met vaststelling bij het ministerieel besluit van 27 juli 2005, wordt opgelegd als alternatieve compensatie in de zin van artikel 46, § 1, 3°, van het Wetboek.

Art. 5.De Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling is belast met de uitvoering van dit besluit overeenkomstig de bepalingen van artikel 43 van het Wetboek.

Namen, 14 november 2007.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE

^