Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 18 juni 2009
gepubliceerd op 04 augustus 2009

Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de inwerkingtreding van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de nadere regels voor de aanwijzing van de domaniale politieagenten en de ambtenaren die gemachtigd zijn om administratieve geldboetes op te leggen

bron
waalse overheidsdienst
numac
2009027143
pub.
04/08/2009
prom.
18/06/2009
ELI
eli/besluit/2009/06/18/2009027143/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 JUNI 2009. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de inwerkingtreding van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de nadere regels voor de aanwijzing van de domaniale politieagenten en de ambtenaren die gemachtigd zijn om administratieve geldboetes op te leggen


De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87;

Gelet op het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein, inzonderheid op de artikelen 6, § 2, 9, § 1, en 15;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 april 2009;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 29 april 2009;

Gelet op advies 46.645/4 van de Raad van State, gegeven op 3 juni 2009, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Begroting, Financiën en Uitrusting;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het decreet : het decreet van 19 maart 2009 de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein;2° het openbaar wegendomein : het deel van het gewestelijk openbaar domein bestaande uit de goederen bedoeld in artikel 2, lid 1, 1°, a), van het decreet;3° het openbaar waterwegendomein : het deel van het gewestelijk openbaar domein bestaande uit de goederen bedoeld in artikel 2, lid 1,1°, b), van het decreet;4° de Minister : de minister(s) die bevoegd is (zijn) voor de wegen en de waterwegen, elk voor het deel van het gewestelijk openbaar domein dat hem betreft;5° de Directeur-generaal : de directeur-generaal van het Operationeel Directoraat-generaal Wegen en Gebouwen van de Waalse Overheidsdienst en de directeur-generaal van het Operationeel Directoraat-generaal Mobiliteit en Waterwegen van de Waalse Overheidsdienst, elk voor het deel van het gewestelijk openbaar domein dat hem betreft;6° het personeelslid : elke persoon die tewerkgesteld is in de diensten van de Waalse Regering, ongeacht of dat gebeurt in de hoedanigheid van statutair ambtenaar, met inbegrip van de stagiairs, of van contractueel personeelslid.

Art. 2.§ 1. De Minister of diens gemachtigde wijst de personeelsleden van niveau 2+, 2 en 3 aan die belast zijn met het opsporen en vaststellen van de inbreuken bepaald in artikel 5 van het decreet in hun hoedanigheid van agent van de gerechtelijke politie. Die aanwijzing neemt de vorm aan van een aanstellingsbesluit.

De Minister of diens gemachtigde is gemachtigd om een aanstelling tot agent van de gerechtelijke politie in te trekken. Die intrekking neemt de vorm aan van een ontheffingsbesluit en wordt gemotiveerd ofwel door het belang van de dienst ofwel door het persoonlijk gedrag van het personeelslid ofwel door het belang van de dienst en het personlijk gedrag van het personeelslid. Wanneer de ontheffing geheel of gedeeltelijk ingegeven is door het persoonlijk gedrag van het personeelslid, kan het ontheffingsbesluit pas getroffen worden na afloop van de procedure ingericht bij Titel X van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zoals gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009. § 2. Een agent van de gerechtelijke politie wordt aangesteld ofwel in het ambtsgebied van een district, ofwel in het ambtsgebied van een territoriale directie, ofwel voor het gehele openbare wegendomein ofwel voor het gehele openbare waterwegendomein. § 3. Een personeelslid mag enkel aangewezen worden als agent van de gerechtelijke politie voor zover hij vooraf een opleiding heeft gevolgd waarvoor een getuigschrift is uitgereikt wegens het slagen voor een examen in verhouding met het ordehandhavingsambt dat het personeelslid zal moeten uitoefenen. De inhoud van die opleiding wordt door de Minister vastgesteld. § 4. Een lijst van de personeelsleden, aangesteld tot agent van de gerechtelijke politie, wordt bijgehouden door elke directeur-generaal en ter beschikking gesteld van het vast controlecomité van de politiediensten.

Art. 3.§ 1. De Minister of diens gemachtigde wijst de personeelsledenaan die belast zijn met het opsporen en vaststellen van de inbreuken bepaald in artikel 5 van het decreet in hun hoedanigheid van officier van de gerechtelijke politie. Eén enkel personeelslid dat met die hoedanigheid bekleed wordt, wordt aangewezen voor het openbare wegendomein en één enkel ander personeelslid voor het openbare waterwegendomein. De Minister of diens gemachtigde kan personeelsleden aanwijzen die in de vervanging voorzien van voornoemde personeelsleden bij verhindering of afwezigheid van laatstgenoemden.

De aanwijzing van de personeelsleden bedoeld in lid 1 neemt de vorm aan van een aanstellingsbesluit.

De Minister of diens gemachtigde is gemachtigd om een aanstelling tot agent van de gerechtelijke politie in te trekken. Die intrekking neemt de vorm aan van een ontheffingsbesluit en wordt gemotiveerd ofwel door het belang van de dienst ofwel door het persoonlijk gedrag van het personeelslid ofwel door het belang van de dienst en het personlijk gedrag van het personeelslid. Wanneer de ontheffing geheel of gedeeltelijk ingegeven is door het persoonlijk gedrag van het personeelslid, kan het ontheffingsbesluit pas getroffen worden na afloop van de procedure ingericht bij Titel X van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zoals gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009. § 2. De officieren van de gerechtelijke politie worden al naar gelang aangesteld voor het gehele openbare wegendomein of het gehele openbare waterwegendomein. § 3. Naast de opdracht bedoeld in paragraaf 1 oefenen de personeelsleden aangesteld tot officier van de gerechtelijke politie volgende taken uit : 1° zij gaan de geldigheid na van de processen-verbaal opgesteld door de domaniale politieagenten bekleed met de hoedanigheid van agent van de gerechtelijke politie;2° ze oefenen het toezicht uit op de verrichtingen van de domaniale politie op het terrein;3° ze zorgen voor de samenwerking met de andere gerechtelijke en politie-overheden, evenals met de andere diensten van de Waalse Overheidsdienst die over ordehandhavingsbevoegdheden beschikken. § 4. Een personeelslid mag enkel aangewezen worden als officier van de gerechtelijke politie voor zover hij vooraf een opleiding heeft gevolgd in verhouding met het ordehandhavingsambt dat het personeelslid zal moeten uitoefenen. De inhoud van die opleiding wordt door de Minister vastgesteld.

De personeelsleden van niveau 1 die houder zijn van een universitair tweede-cyclusdiploma rechten of criminologie of over een gelijkwaardig diploma zijn vrijgesteld van de opleiding bedoeld in lid 1. § 5. Een lijst van de personeelsleden, aangesteld tot officier van de gerechtelijke politie, wordt bijgehouden door elke directeur-generaal en ter beschikking gesteld van het vast controlecomité van de politiediensten.

Art. 4.§ 1. De onderscheidingstekens die de domaniale politieagenten dienen te dragen in de uitoefening van hun ambt zijn kentekens en een uniform. Daarvan stelt de Minister of diens gemachtigde het model vast. De Minister of diens gemachtigde kan eveneens onderscheidingstekens vaststellen die op de voertuigen, gebruikt door de domaniale politieagenten in het kader van hun ambt, moeten worden aangebracht. § 2. Het model van de legitimatiekaart bedoeld in artikel 6, § 2, van het decreet wordt omschreven in de bijlage bij dit besluit.

Art. 5.De Directeur-generaal of een personeelslid dat de voorwaarden vervult, bepaald in artikel 9, § 1, lid 3, van het decreet en speciaal gemachtigd door de Directeur-generaal, is bevoegd om de administratieve geldboeten op te leggen bedoeld in artikel 9 van het decreet. De delegatie, toegekend door de Directeur-generaal, kan ingetrokken worden ofwel wegens het belang van de dienst ofwel wegens het persoonlijk gedrag van het personeelslid ofwel wegens het belang van de dienst en het persoonlijk gedrag van het personeelslid. De beslissing tot intrekking van de delegatie, geheel of gedeeltelijk ingegeven door het persoonlijk gedrag van het personeelslid, kan pas getroffen worden na afloop van de procedure ingericht bij Titel X van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zoals gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009.

De hoedanigheid van ambtenaar bevoegd om de administratieve geldboetes op te leggen is onverenigbaar met de hoedanigheid van domaniaal politieagent.

Art. 6.De personeelsleden die aangewezen werden op grond van artikel 2, lid 1, 3°, van de decreten van 27 januari 1998 bedoeld in artikel 14 van het decreet en die in verband met hun opdracht bedoeld bij deze decreten, reeds een opleiding hebben gevolgd waarvoor een getuigschrift is uitgereikt voor het slagen voor een examen, zijn vrijgesteld van het slagen voor het examen bedoeld in artikel 2, § 3, van dit besluit als voorafgaandelijke voorwaarde voor hun eventuele aanstelling.

Art. 7.Het decreet treedt in werking op de dag van inwerkingtreding van dit besluit, uitgezonderd de bepalingen waarvan de datum van inwerkingtreding vastgesteld is bij artikel 15 ervan.

Art. 8.De Minister die bevoegd is voor de Wegen en de Minister die bevoegd is voor de Waterwegen zijn, elk wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 18 juni 2009.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Begroting, Financiën, Uitrusting en Patrimonium, M. DAERDEN

Bijlage De legitimatiekaart is een witte kaart. De kaart is rechthoekig met een lengte van 100 mm en een breedte van 70 mm. De kaart is geplastificeerd.

Op de voorkant is de inhoud van de legitimatiekaart de volgende : « Vu le décret du 19 mars 2009 relatif à la conservation du domaine public régional routier et des voies hydrauliques » (Gelet op het decreet van 19 maart 2009 de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein);

Vu le commissionnement du... (Gelet op de aanstelling van...) Titel + naam + voornaam van het personeelslid « Est chargé en qualité d'agent de police judiciaire de rechercher et de constater les infractions à la législation susvisée. » (Is belast in de hoedanigheid van agent van de gerechtelijke politie met het opsporen en het vaststellen van de inbreuken op bovenvermelde wetgeving.) - Een kleurenidentiteitsfoto van de houder van de legitimatiekaart van minstens 20 mm op 30 mm; - In het midden onder de identiteitsfoto van de houder, diens handtekening; - Onder deze gegevens, de handtekening van de directeur-generaal van het Operationeel Directoraat-generaal Wegen en Gebouwen en de directeur-generaal van het Operationeel Directoraat-generaal Mobiliteit en Waterwegen, elk wat hem betreft.

Op de achterkant is de inhoud van de legitimatiekaart de volgende : - bovenaan wordt de benaming vermeld « Service public de Wallonie » (Waalse Overheidsdienst); - in het midden van de kaart staat kenteken II; - onder kenteken II staat de vermelding « Domaniale politie »; - onder de vermelding « Domaniale politie » staat : « Le porteur de la présente peut requérir l'assistance de la police fédérale, de la police locale ou d'autres services régionaux » (Houder dezes kan om de bijstand van de federale politie, van de lokale politie of van andere gewestelijke diensten verzoeken); - onderaan op de kaart staat vermeld : « Direction générale opérationnelles routes et bâtiments/Direction générale opérationnelle de la mobilité et des voies hydrauliques » (Operationeel Directoraat-generaal wegen en gebouwen/Operationeel Directoraat-generaal mobiliteit en waterwegen ».

Model van de kaart : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Waalse Regering van 18 juni 2009 tot vaststelling van de inwerkingtreding van het decreet van 19 maart 2009 de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de nadere regels voor de aanwijzing van de domaniale politieagenten en de ambtenaren die gemachtigd zijn om administratieve geldboetes op te leggen.

Namen, 18 juni 2009.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Begroting, Financiën, Uitrusting en Patrimonium, M. DAERDEN

^