Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 20 december 2007
gepubliceerd op 31 januari 2008

Besluit van de Waalse Regering houdende verschillende maatregelen ter bevordering van elektriciteitopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2008200285
pub.
31/01/2008
prom.
20/12/2007
ELI
eli/besluit/2007/12/20/2008200285/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2007. - Besluit van de Waalse Regering houdende verschillende maatregelen ter bevordering van elektriciteitopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, inzonderheid op de artikelen 30, § 3, en 34, gewijzigd bij het decreet van 4 oktober 2007, op de artikelen 36bis tot 40, ingevoegd of vervangen bij het decreet van 4 oktober 2007, op artikel 43, § 2, tweede lid, 19°, en op artikel 43, § 2, tweede lid, 20°, ingevoegd bij het decreet van 4 oktober 2007;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 21 maart 2002, inzonderheid op de artikelen 1, 7 en 25, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 13 juli 2006 betreffende de vergunning voor elektriciteitslevering;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt, inzonderheid op de artikelen 4, 7, 11 en 24;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 tot bevordering van de groene elektriciteit, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2005;

Gelet op het advies CD-7j16-CWaPE-175 van de CWaPE van 18 oktober 2007;

Gelet op het advies nr. 53/2007van de Hoge Raad voor Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 september 2007;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 20 september 2007;

Gelet op het advies 43.818/4 van de Raad van State, gegeven op 14 december 2007, overeenkomstig artikel 84, § 1, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Wijziging in het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 betreffende de bevordering van groene elektriciteit

Artikel 1.Richtlijn 2001/77/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2001 betreffende de bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen op de interne elektriciteitsmarkt, Richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en houdende intrekking van Richtlijn 96/92/EG en richtlijn 2004/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake de bevordering van warmtekrachtkoppeling op basis van de vraag naar nuttige warmte binnen de interne energiemarkt en tot wijziging van Richtlijn 92/42/EEG worden gedeeltelijk omgezet bij dit besluit.

Art. 2.Het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 betreffende de bevordering van groene elektriciteit heet voortaan : « Besluit van de Waalse Regering tot bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling ».

Art. 3.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de punten 2°, 3°, 5°, 6° en 7° worden geschrapt;2° in punt 4° wordt de woorden "te produceren" vervangen door de woorden "aan de CWaPE over te leggen";3° in punt 8° worden de woorden "overeenkomstig Richtlijn 2003/54/EG" geschrapt;4° in punt 9° wordt de eerste zin aangevuld met de woorden ", in de zin van artikel 15ter " en wordt de zin "De Minister definieertde bewoordingen" noemenswaardige wijziging "na advies van de CWaPE" geschrapt;5° er wordt een punt 11° ingevoegd, luidend als volgt : "11° "Minister" : de Minister bevoegd voor het Energiebeleid".

Art. 4.In artikel 3, 2°, van hetzelfde besluit worden de woorden "van de norm NBN-EN-45004" vervangen door de woorden "de norm NBN EN ISO/EEC 17020".

Art. 5.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 6bis, luidend als volgt : «

Art. 6bis.De zelfproducent die beschikt of die op het punt staat te beschikken over een installatie voor de productie van groene elektriciteit met een vermogen van 10 kW of minder en die in aanmerking wenst te komen voor de compensatie tussen de hoeveelheden elektriciteit opgenomen van het distributienet en de hoeveelheden geïnjecteerd op datzelfde net geeft zijn elektriciteitsleverancier en zijn distributienetbeheerder schriftelijk kennis daarvan.

De compensatie mag slechts toegekend worden aan de installaties voor groene elektriciteitsproductie die bij de CWaPE gecertificeerd en geregistreerd zijn als installatie voor groene elektriciteitsproductie.

Na overleg met de distributienetbeheerders maakt de CWaPE uiterlijk 1 januari 2008 op haar site de procedure bekend die toepasselijk is op de elektriciteitsproducenten die beschikken over een installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen met een vermogen van 10 kWc of minder en die zich op het net wensen aan te sluiten en in aanmerking te komen voor het systeem van de groene certificaten, alsook voor de compensatie tussen de hoeveelheden elektriciteit opgenomen van en geïnjecteerd op het distributienet.

De Minister kan deze vereenvoudigde procedure desgevallend in een ministerieel besluit opnemen.

De productieinstallatie bedoeld in artikel 15quater wordt met een ontkoppelingsbescherming uitgerust. »

Art. 6.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 9.Overeenkomstig de vigerende normen bepaalt de Minister na advies van de CWaPE de procedures en de berekeningscode die van toepassing zijn inzake de metingen van de energiehoeveelheid. Hij kan de modaliteiten en de gestandardiseerde procedures voor de toekenning van groene certificaten en labels van garantie van oorsprong vastleggen met inachtneming van de bepalingen van dit besluit.

De berekeningscode bevat de technische criteria tot bepaling van de hoogrenderende warmtekrachtkoppeling op grond van Richtlijn 2004/8/EG. Het geheel bestaande uit deze procedures, berekeningscode, modaliteiten en gestandardiseerde procedures heet "Code voor de telling en de berekening van de groene certificaten en labels van garantie van oorsprong". »

Art. 7.In het opschrift van afdeling 1 van hoofdstuk IV van hetzelfde besluit worden de woorden "Voorwaarden en" geschrapt.

Art. 8.In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1° worden de woorden "waarvan in voorkomend geval de zelfverbruikte hoeveelheid elektriciteit wordt afgetrokken" geschrapt;2° in punt 2° wordt het woord "netto" ingevoegd tussen de woorden "geproduceerde" en "hoeveelheid groene elektriciteit";3° hetzelfde punt 2° wordt aangevuld als volgt : ", onverminderd de berekeningsmodaliteiten vermeld in dit besluit".

Art. 9.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 10.De artikelen 15 tot 17 van hetzelfde besluit worden gegroepeerd in een afdeling 1bis van hoofdstuk IV, waarvan het opschrift als volgt luidt : « Afdeling 1 bis. - Voorwaarden van toekenning en geldigheid van de groene certificaten »

Art. 11.In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid van § 1 wordt het woord "tien" vervangen door het woord "vijftien";b) in § 1 wordt tussen het tweede en het derde lid het volgende lid ingevoegd : « Tien jaar na het verkrijgen van het eerste groene certificaat wordt het aantal groene certificaten dat voor de nog te lopen periode toegekend wordt, verminderd na toepassing van een factor "k" die op voorstel van de CWaPE door de Minister bepaald wordt voor elk in aanmerking genomen groene elektriciteitsproductiekanaal.Die factor "k" wordt berekend op grond van de volgende criteria : 1° de meerkosten i.v.m. de exploitatie van het in aanmerking genomen kanaal van de groene elektriciteitsproductie; 2° de kostenverminderingsvooruitzichten i.v.m. de ontwikkeling van bedoeld kanaal; 3° het referentie-rendabiliteitspercentage, waarvan de berekeningsmodaliteiten door de Minister bepaald worden na advies van de CWaPE. Voor een gegeven installatie wordt toepassing gemaakt van de factor "k" die van kracht is op de datum van afgifte van het certificaat van garantie van oorsprong.

De factor "k" wordt binnen drie maanden na de datum van inwerkingtreding van dit besluit in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. Hij wordt om de drie maanden aangepast, voor het eerst op 1 januari 2011. »; c) het laatste lid van de eerste paragraaf wordt opgeheven;d) § 2 wordt vervangen als volgt : « § 2.De groene certificaten worden toegekend zowel voor de groene elektriciteit die de producent verbruikt als voor de groene elektriciteit die op het net geïnjecteerd dan wel via rechtstreekse lijnen overgedragen wordt. »; e) in § 3 worden de woorden "en de labels van garantie van oorsprong" tweemaal geschrapt.

Art. 12.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 15bis, luidend als volgt : «

Art. 15bis.Wat betreft de kwaliteitsvolle installaties voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling die in bedrijf gesteld worden vóór de bekendmaking van het decreet in het Belgisch Staatsblad , wordt het vanaf 1 januari 2008 toegekend aantal groene certificaten bij toepassing van een coëfficiënt "q" verminderd voor elk in aanmerking genomen kanaal van groene elektriciteitsproductie.

Die factor "q" wordt berekend op grond van de volgende criteria : 1° de technische levensduur van het productiekanaal;2° de productiekosten van het kanaal;3° het geheel van de gegenereerde inkomsten en van de subsidies;4° een referentie-actualiseringsvoet;5° de marktprijs van de elektriciteit. Hoe dan ook, gedurende tien jaar na het verkrijgen van het eerste groene certificaat mag de toepassing van de coëfficiënt "q" op de installaties bedoeld in het eerste lid niet aanleiding geven tot een vermindering van meer dan 50 % groene certificaten toegekend per MWu t.o.v. het aantal groene certificaten die aan die installaties toegekend zouden zijn geweest zonder de toepassing van de coefficiënt "q".

De cofficiënt "q" wordt in de bijlage bij dit besluit bepaald, na advies van de CWaPE. Tien jaar na het verkrijgen van het eerste groene certificaat wordt de in artikel 15, § 1, bedoelde factor "k" toegepast op de installaties bedoeld in het eerste lid indien die toepassing aanleiding geeft tot de toekenning van een lager aantal groene certificaten dan bij toepassing van de coëfficiënt "q".

Art. 13.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 15ter, luidend als volgt : «

Art. 15ter.De installaties voor groene elektriciteitsproductie die het voorwerp van een noemenswaardige wijziging zijn geweest kunnen groene certificaten verkrijgen voor een nieuwe periode van vijftien jaar.

Onder noemenswaardige wijziging wordt verstaan : 1° een wijziging waardoor minstens 20 % CO2 wordt uitgespaard;2° de volledige vervanging van de stroomgenerator waarvan de technische levensduur, berekend en bekendgemaakt door de CWaPE, afgelopen is.Onder "stroomgenerator" wordt verstaan het geheel bestaande uit, enerzijds, de motor of de turbine en, anderzijds, de stroomopwekker, met inbegrip van de regulerings- en bedieningsorganen.

Vdat begrip slaat niet op, o.a., verwarmingsketels, gasgeneratoren en digestoren; 3° een wijziging met als gevolg een investering in de installatie die minstens 50 % van de oorspronkelijke investering bedraagt. Vooraleer de wijziging aan de installatie wordt aangebracht, onderwerpt de producent zijn project aan de CWaPE, die nagaat of het wel een noemenswaardige wijziging inhoudt in de zin van het tweede lid. De CWaPE spreekt zich uit binnen een termijn van drie maanden, te rekenen van de datum waarop de aanvraag wordt ingediend.

De groene certificaten die aan de gewijzigde installation worden toegekend worden berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 15, § 1.

De groene certificaten kunnen pas toegekend worden na het verkrijgen van een nieuw certificaat van garantie van oorsprong en na de vaststelling, bij die gelegenheid, dat het aan de CWaPE overgelegde project behoorlijk is uitgevoerd. »

Art. 14.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 15quater, luidend als volgt : «

Art. 15quater.De groene certificaten worden aan de installaties voor elektriciteitsopwekking via fotovoltaïsche zonnepanelen toegekend als volgt : 1° voor elektriciteitsopwekking uit de installatie van de vijf eerste kWc worden zeven groene certificaten per MWu toegekend;2° voor elektriciteitsopwekking uit de installatie van de vijf volgende kWc worden vijf groene certificaten per MWu toegekend;3° voor elektriciteitsopwekking uit de installatie van de tweehonderdveertig volgende kWc worden vier groene certificaten per MWu toegekend indien cumulatief voldaan wordt aan de volgende voorwaarden : - minstens 50 % van de geproduceerde fotovoltaïsche elektriciteit wordt door de producent zelf verbruikt op de plek van de opwekkingsinstallatie; - een audit van de gebouwen of de installaties die vatbaar zijn voor bevoorrading met elektriciteit uit fotovoltaïsche zonnepanelen is uitgevoerd door een bureau erkend krachtens het besluit van de Waalse Regering van 30 mei 2002 betreffende de toekenning van toelagen voor de verbetering van de energetische efficiëntie en voor de bevordering van een rationeler energiegebruik van de privésector, waarbij aangetoond wordt dat een warmtekrachtkoppelingseenheid niet uitvoerbaar is op technisch vlak of niet kan waarborgen dat de returntijd van de investering minder van vijf jaar bedraagt op basis van een methode opgesteld en bekendgemaakt door de CWaPE. - de installatie voor de opwekking van fotovoltaïsche elektriciteit is niet in aanmerking gekomen voor een tegemoetkoming in de investering die meer dan 40 % van de investeringskost dekt. De CWaPE moet bij elke toekenning van groene certificaten nagaan of deze voorwaarde vervuld is.

Indien de voorwaarden bedoeld in het eerste lid, 3°, niet cumulatief vervuld zijn, wordt een groen certificaat per MWu toegekend voor elektriciteitsopwekking uit de installatie van de tweehonderdveertig kWc na die bedoeld in 1° en 2°; 4° er wordt een groen certificaat per MWu toegekend voor elektriciteitsopwekking uit het vermogen geïnstalleerd boven de tweehonderdvijftig kWc. Om de twee jaar en telkens als ze het nuttig acht stelt de CWaPE ter attentie van de Regering een rapport op m.b.t. het penetratiepercentage van dat kanaal van groene elektriciteitsopwekking, de eventuele technologische vooruitgang i.v.m. dat kanaal en de vermindering van de investeringskosten. In voorkomend geval en op basis van dat rapport stelt de Minister aan de Regering voor dat het aantal groene certificaten toegekend aan de nog niet in bedrijf gestelde installaties verminderd wordt. Het Regeringsbesluit tot vermindering van het aantal toegekende groene certificaten treedt minstens drie maanden na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad in werking. »

Art. 15.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 15quinquies, luidend als volgt : «

Art. 15quinquies.§ 1. Bij toepassing van artikel 38, § 3, van het decreet richt de groene producent die in aanmerking komt voor een CO2-besparingspercentage van maximum 2 voor de som van de vermogens ontwikkeld op dezelfde productiesite binnen een grens lager dan 20 MW een dossier in twee exemplaren aan de Waalse Regering en laat zijn aanvraag vergezeld gaan van : - de documenten waarin het proces van de groene elektriciteitsopwekking, meer bepaald die waaruit blijkt dat het proces een innoverend karakter heeft en het in een duurzame ontwikkelingsperspectief past; - een afschrift van alle documenten ter bevestiging van de uitvoerige specificaties, de voorziene hoeveelheden en de herkomst van alle brandstoffen bestemd voor de bevoorrading van de productiesite; - een verklaring op erewoord waaruit blijkt dat de meegedeelde gegevens volledig en voor waar en oprecht verklaard zijn. § 2. De Regering maakt het dossier aan de administratie over binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van de aanvraag.

De Administratie neemt contact op met de aanvrager binnen tien kalenderdagen na de overmaking van het dossier door de Regering.

Als het dossier volledig is, verzoekt de administratie de CWaPE om advies over het innoverende karakter van het toegepaste proces; de Administratie beschikt over zestig kalenderdagen na ontvangst van het volledige dossier van de aanvraag om advies uit te brengen.

Als het dossier onvolledig is, verzoekt de administratie de aanvrager erom de vereiste stukken over te maken.

De Regering beslist binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van het advies van de CWaPE bedoeld in het derde lid. »

Art. 16.Artikel 16, § 2, van hetzelfde besluit wordt opgeheven en "§ 1" wordt geschrapt.

Art. 17.Hoofdstuk IV van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een afdeling 1ter, die artikel 17bis inhoudt, luidend als volgt : « Afdeling 1 ter. - Voorwaarden van toekenning en geldigheid van de labels van garantie van oorsprong

Art. 17bis.§ 1. Onverminderd de voorwaarden voor het aannemen van deze labels van garantie van oorsprong in het kader van de bepaling van de primaire bronnen voorzien voor de samenvattende balansen van de leveranciers overeenkomstig artikel 11, § 3, van het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt, hebben de labels van garantie van oorsprong een geldigheidsduur die ingaat op de einddatum van bedoelde productieperiode en afloopt aan het einde van het eerstvolgende kalenderjaar. § 2. De labels van garantie van oorsprong worden toegekend zowel voor de elektriciteit die door de producent verkocht wordt als voor de elektriciteit die op het net zelfverbruikt of geïnjecteerd wordt en niet verkocht wordt.

De energiehoeveelheden die nodig zijn voor de berekening van de labels van garantie van oorsprong worden gemeten overeenkomstig de berekeningscode bedoeld in artikel 9. § 3. Als de elektriciteit die geproduceerd wordt door een elektriciteitsproductiesite SER en/of COGEN zelf verbruikt wordt, wordt het aantal toegekende labels van garantie van oorsprong door de CWaPE aan de producent meegedeeld en worden de labels van garantie van oorsprong die toegekend worden voor de hoeveelheid zelfverbruikte elektriciteit rechtstreeks in de gegevensbank geredimeerd ten gunste van het verbruik op de productiesite. »

Art. 18.Artikel 23 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 23.De CWaPE mag het beheer van de gegevensbank slechts overdragen aan een instelling die onafhankelijk is van de producenten, leveranciers, tussenpersonen en netbeheerders.

Art. 19.In artikel 25 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1 wordt de zin "bezorgen de leveranciers en de netbeheerders de CWaPE een aantal groene certificaten" vervangen door de zin "geven de leveranciers en de netbeheerders een aantal groene certificaten terug aan de CWaPE »;2° in § 2, 1°, worden de woorden "onverminderd 3°" aan het einde van de zin toegevoegd;3° dezelfde paragraaf 2° wordt aangevuld met een punt 3°, luidend als volgt : « 3° voor de houder van een beperkte vergunning met het oog op zijn eigen bevoorrading, op basis van de verbruikte elektriciteit die langs het vervoersnet, het plaatselijke vervoersnet of een distributienet heeft getransiteerd.»; 4° het tweede en het derde lid van § 3 worden vervangen als volgt : « In de loop van 2009 doet de CWaPE onderzoek naar de toestand van de markt van de groene certificaten, o.a. wat betreft het marktevenwicht en de weerslag van het mechanisme op de prijs van de elektriciteit en evalueert ze de noodzaak tot verhoging van bovenbedoelde quota vanaf 1 januari 2010. Deze evaluatie wordt uiterlijk 1 september 2009 aan de Minister overgemaakt.

De nieuwe quota, die vanaf 1 januari 2013 toepasselijk zullen zijn, worden uiterlijk 1 januari 2010 door de Regering vastgelegd, rekening houdend met, o.a., de ontwikkeling van de markt van de groene certificaten in het Waalse Gewest en met de doelstellingen waarin de Europese Unie voorziet. »; 5° in § 5 : - wordt het eerste lid vervangen door volgend lid : « Als één of meer leveranciers een eindafnemer bevoorraadt/bevoorraden die rechtstreeks of via een federatie een overeenkomst met het Waalse Gewest gesloten heeft om zijn energetische efficiëntie op korte en middellange termijn te verbeteren, kan hij/kunnen zij in aanmerking komen voor een vermindering van het aantal groene certificaten dat overeenkomstig de bepalingen van de §§ 1 tot 3 aan de CWaPE teruggegeven moeten worden; - wordt het derde lid vervangen door volgend lid : "Voor elke eindafnemer waarvan het driemaandelijkse verbruik de drempel van 1,25 GWu overschrijdt, stemt de vermindering van het aantal groene certificaten overeen met een quotavermindering, namelijk : 1° voor het gedeelte van het driemaandelijkse elektriciteitsverbruik van 0 tot en met 5 GWu, toepassing van het quotum van het jaar dat voorafgaat aan het lopende jaar, verhoogd met de helft van de groei van het jaarlijkse quotum bedoeld in § 3;2° voor het gedeelte van het driemaandelijkse elektriciteitsverbruik van 5 tot en met 25 GWu, toepassing van 50 % van het jaarlijkse quotum bedoeld in § 3;3° voor het gedeelte van het driemaandelijkse elektriciteitsverbruik boven 25 GWu, toepassing van een jaarlijks quotum van 2 %. Een eindafnemer die in aanmerking komt voor de vermindering bedoeld in het eerste lid en die de in het derde lid bedoelde drempel voor het in aanmerking komen niet meer overschrijdt alleen ingevolge de verbetering van zijn energetische efficiëntie, behoudt het voordeel van de groene certificatenvermindering die hij vóór die verbetering genoot. »

Art. 20.Artikel 26 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 21.Artikel 27 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 27.§ 1. De labels van garantie van oorsprong worden maandelijks en uiterlijk 31 maart van elk jaar aan de CWaPE teruggegeven zodat ze kan nagaan of de elektriciteit die aan eindafemers in het Waalse Gewest geleverd wordt hernieuwbaar is of opgewekt werd uit hoog renderende warmtekrachtkoppeling, alsook om te voldoen aan de verplichtingen bedoeld in artikel 43, § 2, van het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt. » § 2. De CWaPE gaat na of de elektriciteit die aan eindafemers in het Waalse Gewest verkocht wordt hernieuwbaar is en/of opgewekt werd uit warmtekrachtkoppeling en keurt de fuel mix goed die door de leverancier voorgedragen wordt op basis van de methode bepaald door de Minister, overeenkomstig artikel 11, § 3, van het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 bedoeld in § 1. § 3. Voor elk product dat ze op de markt brengen in het Waalse Gewest, geven de elektriciteitsleveranciers de aandelen elektriciteit opgewekt uit hernieuwbare energieën en/of warmtekrachtkoppeling aan bij de CWaPE volgens de modaliteiten die zij bepaalt. § 4. De elektriciteitsleveranciers bezorgen elke netbeheerder maandelijks de lijst van hun eindafnemers die op hun net aangesloten zijn waarbij per eindafnemer de hoeveelheid van die elektriciteit wordt vermeld in verhouding tot de totale hoeveelheid elektriciteit die ze hem leveren.

De gegevens worden door de leveranciers aan de netbeheerders overgemaakt overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het beheer van de distributienetten betreffende informatie-uitwisseling : § 5. De netbeheerders geven de CWaPE en de betrokken leverancier maandelijks kennis van de verbruiksgegevens van de eindafnemers; die gegevens worden verdeeld volgens het aandeel elektriciteit uit hernieuwbare energieën en/of warmtekrachtkoppeling in de totale elektriciteitslevering aan die eindafnemers.

De gegevens worden door de leveranciers aan de netbeheerders overgemaakt overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het beheer van de distributienetten betreffende informatie-uitwisseling : § 6. Op basis van de gegevens bedoeld in de vorige paragraaf gaat de CWaPE maandelijks na of de leveranciers een voldoend aantal labels van garantie van oorsprong teruggegeven hebben zodat hun eindafnemers de garantie hebben dat de geleverde elektriciteit hernieuwbaar is en/of uit warmtekrachtkoppeling is opgewekt.

De CWaPE maakt de resultaten van deze verificaties op haar internetsite bekend. § 7. De CWaPE maakt een jaarlijks evaluatieverslag op m.b.t. de fuel mix van elke leverancier voor het geheel van zijn elektriciteitsleveringen en voor elk product dat door de levernacier op de markt gebracht wordt. »

Art. 22.In artikel 29, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt het woord "administratieve" vóór het woord "boetes" ingevoegd.

Art. 23.Artikel 30 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « Vooraleer de administratieve boete wordt toegepast, stelt de CWaPE een voorstel van beslissing op met alle gegevens voor de berekening van het boetebedrag en stuurt ze het bij aangetekend schrijven of volgens elke modaliteit die de verzending een vaste datum verleent naar de betrokken leverancier of distributienetbeheerder.

Laatstgenoemde beschikt over vijftien kalenderdagen, te rekenen van de datum van ontvangst van de kennisgeving, om zijn opmerkingen te laten gelden; hij kan ze desgevallend bij aangetekend schrijven indienen of volgens elke modaliteit die de verzending een vaste datum verleent. » HOOFDSTUK II. - Wijziging in het besluit van de Waalse Regering van 21 maart 2002 betreffende de vergunning voor de levering van elektriciteit

Art. 25.In artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 21 maart 2002 betreffende de vergunning voor de levering van elektriciteit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 4° wordt vervangen als volgt : « 4° "beperkte vergunning" : soortnaam die verwijst naar een vergunning beperkt tot een maximaal vermogen, een vergunning beperkt tot welbepaalde afnemers en een beperkte vergunning om in eigen verbruik te voorzien, »;2° er wordt een punt 7° ingevoegd, luidend als volgt : « 7° "beperkte vergunning om in eigen verbruik te voorzien" : de vergunning waarover de volgende personen moeten beschikken : - elke zelfproducent die gebruik maakt van het vervoersnet, het plaatselijke vervoersnet en/of distributienet om zijn andere in het Waalse Gewest gelegen zetels of bedrijven van elektriciteit te voorzien; - elke eindafnemer die gebruik maakt van het vervoersnet, het plaatselijke vervoersnet en/of het distributienet om zichzelf van elektriciteit te voorzien en daartoe elektriciteit koopt bij een beurs of bij een verkoper die niet beschikt over een vergunning tot levering in het Waalse Gewest, tenzij die eindafnemer een geschreven overeenkomst heeft gesloten met een leverancier die houder is van een vergunning tot levering in het Waalse Gewest, waarbij laatstgenoemde zich ertoe verbindt die elektriciteit te behandelen alsof ze in zijn eigen leveringen opgenomen was t.o.v. van de verplichtingen die hem zijn opgelegd bij of krachtens het decreet of de desbetreffende uitvoeringsbesluiten. »

Art. 26.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid van § 4 worden de woorden "de aanvrager van een beperkte vergunning" vervangen door de woorden "de aanvrager van een vergunning beperkt tot een maximaal vermogen of tot welbepaalde afnemers";2° er wordt een § 5 ingevoegd, luidend als volgt : « § 5.De aanvrager van een beperkte vergunning met het oog op zijn eigen bevoorrading hoeft zijn beroepservaring niet te bewijzen, behalve gemotiveerd verzoek van de CWaPE. Indien hij van plan is zich door een gespecialiseerde vennootschap te laten bijstaan in zijn leveringsactiviteit, bezorgt hij de CWaPE het attest van het bestaan van de overeenkomst die met die gespecialiseerde vennootschap is gesloten, alsook elk stuk ter bevestiging van haar ervaring inzake elektriciteitslevering. »

Art. 27.In artikel 11bis van hetzelfde besluit, waarvan de tekst § 1 zal uitmaken, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "de aanvrager van een beperkte vergunning" vervangen door de woorden "de aanvrager van een vergunning beperkt tot een maximaal vermogen of tot welbepaalde afnemers";2° het tweede lid wordt aangevuld als volgt : « Indien hij van plan is zich door een gespecialiseerde vennootschap te laten bijstaan in zijn leveringsactiviteit, bezorgt hij de CWaPE het attest van het bestaan van de overeenkomst die met die gespecialiseerde vennootschap is gesloten.De bewijsstukken bedoeld in de artikelen 9 en 11 moeten dan door die gespecialiseerde vennootschap overgelegd worden. » 3° er wordt een § 2 toegevoegd, luidend als volgt : « § 2.De aanvrager van een beperkte vergunning met het oog op zijn eigen bevoorrading is niet gehouden tot de overlegging van de bewijsstukken bedoeld in de artikelen 9, 10 en 11, behalve gemotiveerd verzoek van de CWaPE. Hij verstrekt slechts de volgende gegevens : 1° als het gaat om een zelfproducent die de bevoorrading van andere zetels of bedrijven beoogt : het adres van de betrokken zetels of bedrijven en elk bewijsstuk ter bevestiging van de juridische band tussen de zetels of bedrijven die bedoelde elektriciteit produceren en degene die ze verbruiken, alsook een afschrift van de overeenkomst gesloten tussen de zelfproducent en een evenwichtsverantwoordelijke;2° als het gaat om een eindafnemer die zich bevoorraadt bij een beurs of bij een verkoper die niet beschikt over een vergunning tot levering in het Waalse Gewest : het adres en de statuten van zijn/hun zetel(s) waar bedoelde elektriciteit verbruikt zal worden;de personalia van de betrokken verkoper en/of beurs, alsook een afschrift van de toegangsovereenkomst gesloten met de vervoersnetbeheerder; 3° indien hij van plan is zich door een gespecialiseerde vennootschap te laten bijstaan in zijn leveringsactiviteit : de overeenkomt gesloten met die met die gespecialiseerde vennootschap, alsook elk stuk ter bevestiging van haar ervaring inzake elektriciteitslevering. »

Art. 28.Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 25.Indien beslist wordt de vergunning in te trekken, moet de houder zijn afnemers overdragen aan één of meer andere elektriciteitsleveranciers die over een vergunning beschikken en vooraf elke afnemer binnen dertig dagen na de beslissing tot intrekking kennis geven van de identiteit en het adres van de nieuwe leverancier. Dertig dagen vóór de overdrachtdatum geeft de nieuwe levernacier de afnemers kennis van zijn leveringsvoorwaarden.

Bij gebrek aan overeenkomst behoorlijk gesloten met de aangewezen leverancier krijgt de afnemer één maand vooropzegging van de aangewezen leverancier om van leverancier te veranderen. » HOOFDSTUK III. - Wijziging in het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt

Art. 29.Hoofdstuk I van het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt wordt aangevuld met een artikel 2bis, luidend als volgt : «

Art. 2bis.De openbare dienstverplichtingen opgenomen in dit besluit zijn niet van toepassing op de houders van een beperkte vergunning met het oog op eigen bevoorrading, met uitzondering van de artikelen 11 en 43, § 2. »

Art. 30.In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 3° punt g) wordt vervangen als volgt : « g) de nauwkeurige omschrijving van het product of de producten waarop de overeenkomst betrekking heeft, namelijk de hoeveelheid verkochte of te koop gestelde elektriciteit bestaande uit een gegarandeerd percentage elektriciteit opgewekt uit bepaalde primaire energiebronnen;als dat gegarandeerde percentage voortkomt uit hernieuwbare energiebronnen of uit hoog renderende warmtekrachtkoppeling, wordt het uitsluitend gevalideerd d.m.v. labels van garantie van oorsprong bedoeld in het besluit van 30 november 2006 tot bevordering van elektriciteitopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling; g) er wordt een punt g') ingevoegd, luidend als volgt : g') de eenheidsprijzen, op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst, van het product of de producten waarop die de levering betrekking heeft en die het voorwerp van de factuur uitmaken, overeenkomstig artikel 7;».

Art. 31.In artikel 7, § 1,van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 4° worden de woorden "het aantal kWu verbruikt gedurende bedoelde periode" vervangen door de woorden "het aantal kWu dat gedurende bedoelde periode wordt verbruikt per product dat het voorwerp van de leveringsovereenkomst uitmaakt";2° in punt 5° worden de woorden "de prijs per geleverde kW/kWu, excl. BTW," vervangen door de woorden "de prijs, excl. BTW, van de geleverde kW/kWu per product dat het voorwerp van de leveringsovereenkomst uitmaakt,".

Art. 32.Artikel 11, § 2, 1°, van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : de woorden "de verbruiken" worden voorafgegaan door de woorden "per product dat het voorwerp van de leveringsovereenkomst uitmaakt,".

Art. 33.In artikel 24, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "(behalve compensatie van verliezen op het net)" vervangen door de woorden "(netverliezen inbegrepen)".

Art. 34.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 24bis, luidend als volgt : «

Art. 24bis.Opdat de zelfproducent die beschikt over een installatie voor groene elektriciteitsproductie met een vermogen van 10 kW of minder in aanmerking kan komen voor de compensatie tussen de hoeveelheden elektriciteit opgenomen van het distributienet en de hoeveelheden geïnjecteerd op datzelfde net, vervangt de distributienetbeheerder zo nodig de teller die deze compensatie niet mogelijk maakt op technisch vlak en ontwikkelt hij desgevallend aangepaste lastenprofielen. De kost van de telwijziging, m.i.v. de vervanging van de teller, wordt gedragen door de distributienetbeheerder en opgenomen in de begrotingen op grond waarvan de heffingen voor het gebruik van het net worden berekend.

De plaatsing van een bijkomende teller wordt echter niet door de distributienetbeheerder uitgevoerd als ze aangevraagd wordt door de zelfproducent die zijn t.o.v. zijn verbruik overtollige elektriciteitsproductie wenst te valoriseren.

De compensatie bedoeld in het eerste lid is voor de in aanmerking genomen periode niet van toepassing op de hoeveelheid geproduceerde elektriciteit boven de totale hoeveelheid elektriciteit verbruikt door de zelfproducent over dezelfde periode. Ze geldt slechts tijdens de technische levenduur van de installatie. »

Art. 35.Afdeling 2 van hoofdstuk III van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de artikelen 24ter tot 24sexies, luidend als volgt : «

Art. 24ter.§ 1. Krachtens besluit van de Minister genomen na advies van de CWaPE, kan de producent van groene elektriciteit een deel of het geheel van de groene certificaten die hem zijn toegekend krachtens het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 tot bevordering van elektriciteitopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling rechtstreeks aan de beheerder van het plaatselijke vervoersnet overmaken. § 2. Om in aanmerking te komen voor de garantie van aankoop van groene certificaten, richt de producent van groene elektriciteit een dossier in twee exemplaren aan de Administratie en laat hij zijn aanvraag vergezeld gaan van : 1° een afschrift van alle stukken ter bevestiging van de globale kostprijs van de investeringen betreffende de productie-installatie; 2° als het certificaat van garantie van oorsprong nog niet is toegekend aan de installatie, laat de producent zijn aanvraag vergezeld gaan van een afschrift van alle stukken betreffende de verschillende tegemoetkomingen ontvangen voor de verwezenlijking van de installatie, o.a. investeringssteun; 3° een financiële analyse tot bepaling van de productiekost van de groene elektriciteit;4° een verklaring op erewoord waaruit blijkt dat de meegedeelde gegevens volledig en voor waar en oprecht verklaard zijn. Als de aanvraag ingediend wordt terwijl de installatie nog niet in bedrijf gesteld is, laat de aanvrager zijn aanvraag vergezeld gaan van een projectie van de gegevens betreffende de stukken bedoeld onder 1° tot 3°, alsook van de planning van de investering en de vermoedelijke datum van inbedrijfstelling van de installatie. § 3. Binen tien kalenderdagen na ontvangst van de aanvraag neemt de administratie contact met de aanvrager op en verzoekt ze bij de CWaPE om een afschrift van het certificaat van garantie van oorsprong van bedoelde installatie indien het al is toegekend.

Als het dossier volledig is, verzoekt de administratie, nadat ze de aanvrager de mogelijkheid heeft gegeven om gehoord te worden, de CWaPE om adviesverlening binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van de aanvraag.

Als het dossier onvolledig is, verzoekt de administratie de aanvrager erom de vereiste stukken over te maken. Als het dossier volledig is, verzoekt de administratie, nadat ze de aanvrager de mogelijkheid heeft gegeven om gehoord te worden, de CWaPE om adviesverlening binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van de bijkomende stukken.

In haar advies bepaalt de CWaPE de duur van de aankoopverplichting ten laste van de beheerder van het plaatselijke vervoersnet voor de groene certificaten die voortkomen uit bedoelde installatie.

De Minister verleent bij besluit binnen dertig dagen na ontvangst van het advies van de CWaPE de garantie van aankoop van de groene certificaten. Het besluit vermeldt de duur van de garantie van aankoop die door de CWaPE is vastgelegd; het wordt betekend aan de aanvrager en aan de beheerder van het plaatselijke vervoersnet.

Art. 24quater.De duur van de verplichting tot aankoop van groene certificaten wordt door de CWaPE bepaald aan de hand van een door haar bekendgemaakte methode, rekening houdend met de volgende elementen : 1° het gecumuleerde bedrag van de aankopprijs van de groene certificaten moet dienen voor de compensatie van de meerkosten van de productie t.o.v. de marktprijs tijdens de duur van de afschrijving van bedoelde installatie, met inbegrip van de bezoldiging van het kapitaal geïnvesteerd tegen de referentie-rentabiliteitsvoet bedoeld in artikel 15 van het het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 tot bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling; 2° om de productiemeerkosten te bepalen houdt de CWaPE rekening met de eventuele investeringssteun die gestort wordt voor de verwezenlijking van de installatie. De duur van de aankoopverplichting gaat in de maand na de inbedrijfstelling van de installatie voor groene elektriciteitsproductie.

Als de installatie nog niet in bedrijf gesteld is op de datum van kennisgeving van het besluit bedoeld in artikel 24ter, geldt de garantie van aankoop van de groene certificaten door de beheerder van het plaatselijke vervoersnet pas als de installatie binnen vierentwintig maanden na die datum in bedrijf gesteld wordt.

Art. 24quinquies.De prijs van het groene certificaat waarvoor de beheerder van het plaatselijke vervoersnet een aankoopverplichting opgelegd krijgt wordt op 65 euro vastgelegd.

Art. 24sexies.Tijdens de hele duur van de aankoopgarantie geeft de groene producent, wanneer hij de telgegevens overmaakt om groene certificaten te ontvangen, de CWaPE kennis van zijn beslissing om in aanmerking te komen voor de aankoopgarantie voor bedoelde groene certificaten, met inachtneming van de modaliteiten vastgelegd door de CWaPE. In voorkomend geval gaat de CWaPE in overleg met de administratie na of voldaan wordt aan de eventuele opschortende voorwaarden die vastliggen in het ministerieel besluit bedoeld in artikel 24ter.

Bij gebrek aan kennisgeving kunnen de groene certificaten niet aanmerking komen voor de aankoopgarantie.

Als de CWaPE de groene certificaten toekent waarvoor de groene producent de toepassing van de aankoopgarantie heeft aangevraagd, brengt ze de beheerder van het plaatselijke vervoersnet daarvan op de hoogte.

Art. 24septies.In afwijking van de artikelen 24ter en 24quater komen de installaties met een ontwikkelbaar nettovermogen van 10 kW of minder voor de duur van 180 maanden in aanmerking voor de garantie van aankoop van hun groene certificaten door de beheerder van het plaatselijke vervoersnet. De duur van de aankoopverplichting gaat in de maand na de inbedrijfstelling van de installatie voor groene elektriciteitsproductie.

De CWaPE stelt om de twee jaar een rapport op over de meerkosten van de productie van de installaties met een ontwikkelbaar nettovermogen van 10 kW of minder om na te gaan of de handhaving van de automatische toekenning van de garantie bedoeld in het eerste lid relevant is voor nieuwe installaties. » HOOFDSTUK IV. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen

Art. 36.De factor "k" die toepasselijk is op de installaties voor groene elektriciteitsproductie op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, is de factor die bekendgemaakt wordt binnen drie maanden na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 37.De Minister wordt belast met de toekenning van het voordeel van de garantie van aankoop van de groene certificaten door de beheerder van het plaatselijke vervoersnet in het geval bedoeld in artikel 21, tweede lid, van het decreet van 4 oktober 2007 tot wijziging van het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt.

Art. 38.De procedure bedoeld in de artikelen 24ter tot 24sexies van het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt is toepasselijk op de groene producenten die in aanmerking komen voor een productiesteunovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 21, eerste lid, van het decreet van 4 oktober 2007 tot wijziging van het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, en die voor de afkoopgarantie wensen in aanmerking te komen gedurende een periode van maximum zestig maanden, te rekenen van de vervaldatum van hun overeenkomst.

In afwijking van artikel 24ter van hetzelfde besluit is de producent niet verplicht zijn aanvraag vergezeld te laten gaan van de stukken bedoeld in § 2 van deze bepaling.

Art. 39.Het besluit van de Waalse Regering van 6 november 2003 betreffende de productiesteun verleend voor milieuvriendelijke elektriciteit en tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bevordering van de milieuvriendelijke eleketriciteit wordt opgeheven.

Art. 40.De artikelen 21, § 1, 4°, 22, tweede lid, 24, §§ 3 en 4, en 28 van het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 tot bevordering van de groene elektriciteit reden in werking op 1 februari 2008.

Art. 41.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2008.

Namen, 20 december 2007.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE

BIJLAGE Bepaling van de verminderingscoëfficiënt "q" De verminderingscoëfficiënt "q" bedoeld in artikel 15bis van dit besluit wordt bepaald als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij besluit van de Waalse Regering van 20 december 2007 houdende verschillende maatregelen ter bevordering van elektriciteitopwekking uit hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling.

Namen, 20 december 2007.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE

^