Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 21 januari 1999
gepubliceerd op 04 februari 1999

Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de wijze waarop de personeelsleden van het Waalse Gewest overgeplaatst worden naar de « Société wallonne du Logement «

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
1999027056
pub.
04/02/1999
prom.
21/01/1999
ELI
eli/besluit/1999/01/21/1999027056/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 JANUARI 1999. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de wijze waarop de personeelsleden van het Waalse Gewest overgeplaatst worden naar de « Société wallonne du Logement « (Waalse Huisvestingsmaatschappij)


De Waalse Regering, Gelet op de Waalse Huisvestingscode, inzonderheid op artikel 205;

Gelet op het advies van de « Société wallonne du Logement » van 9 november 1998;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 november 1998;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 30 november 1998;

Gelet op het protocol nr. 286 van het Sectorcomité nr. XVI, opgesteld op 4 december 1998;

Gelet op het akkoord van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 15 december 1998;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gegrond op de omstandigheid dat de Waalse Huisvestingscode, waarbij de tegemoetkomingen bestemd voor de openbare en privé-instellingen van het Waalse Gewest overgedragen worden aan de « Société wallonne du Logement » als ze aangevraagd worden door de openbare huisvestingsmaatschappijen, op 1 maart 1999 in werking treedt en dat, omwille van de continuïteit van de dienst, de overplaatsing van de ambtenaren op die datum doorgevoerd moet zijn;

Gelet op het advies van de Raad van State, uitgebracht op 22 december 1998, krachtens artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken en van de Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit, dient te worden verstaan onder : 1° Personeelsleden : de ambtenaren, stagiairs en personeelsleden aangeworven bij arbeidsovereenkomst, met uitzondering van de ambtenaren aangeworven in het kader van een vervangingsovereenkomst, die lid zijn van het personeel van het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium van het Ministerie van het Waalse Gewest;2° Ministers : de Minister die belast is met het bestuur en de Minister die belast is met de huisvesting;3° Secretaris-generaal : de Secretaris-generaal van het Ministerie van het Waalse Gewest;4° « Société » : de « Société wallonne du Logement ». § 2. Voor de toepassing van § 1, worden de stagiairs beschouwd als houder van de graad waarvoor ze kandidaat zijn.

De personeelsleden aangeworven bij arbeidsovereenkomst worden geacht houder te zijn van de graad verbonden aan de betrekking waarvoor ieder aangeworven werd of, bij stilzwijgen van de overeenkomst over die betrekking, van de graad verbonden aan de weddeschaal die zijn bezoldiging bepaalt.

Art. 2.Elk personeelslid wordt individueel uitgenodigd om zich binnen tien werkdagen vanaf de dag waarop hij de aangetekende brief in zijn woonplaats heeft ontvangen schriftelijk kandidaat te stellen voor een overplaatsing naar de « Société » en te solliciteren naar één van de betrekkingen vermeld in de dienstregeling, overeenkomstig de in artikel 3 bedoelde bepalingen.

Bij de sollicitatiebrieven moet een curriculum vitae worden gevoegd.

De kandidaten richten hun aanvraag rechtstreeks aan de Secretaris-generaal die daar ontvangst van bericht; ze zenden een afschrift van hun aanvraag aan hun hiërarchische meerdere.

De Secretaris-generaal maakt de aanvragen aan de Ministers over.

Art. 3.De personeelsleden die zich kandidaat hebben gesteld voor een overplaatsing naar de « Société », worden in twee groepen verdeeld : een eerste groep met de personeelsleden van de Directie toelagen aan de openbare en privé-instellingen, en een tweede groep met de andere personeelsleden van het Directoraat-generaal.

Bij de overplaatsing wordt voorrang verleend aan de leden van de eerste groep. Als blijkt dat er te weinig personeelsleden uit de eerste groep een aanvraag hebben ingediend om een betrekking zoals bedoeld te bekleden, worden de personeelsleden van de tweede groep naar de « Société » overgeplaatst voor zover die overplaatsing het belang van de dienst niet in het gedrang brengt.

In beide groepen worden de personeelsleden verdeeld als volgt : 1° de ambtenaren;2° de stagiairs;3° de personeelsleden aangeworven bij arbeidsovereenkomst. In de groepen vermeld in het derde lid, worden de personeelsleden verdeeld als volgt : 1° het personeelslid met de hoogste graadanciënniteit;2° bij gelijke graadanciënniteit, het personeelslid met de hoogste dienstanciënniteit;3° bij gelijke dienstanciënniteit, het oudste personeelslid. Het criterium van graadanciënniteit wordt niet toegepast op het personeelslid dat de hoedanigheid van vastbenoemd ambtenaar niet bezit.

De dienstanciënniteit van het personeelslid dat de hoedanigheid van vastbenoemd ambtenaar niet bezit, stemt overeen met de periode waarover hij, ongeacht zijn hoedanigheid en zonder vrijwillige onderbreking, deel uitmaakt van het personeel en een betrekking met volledige dienstprestaties bekleedt.

Art. 4.Overplaatsingen zijn geen nieuwe benoemingen, noch overplaatsingen in de zin van de artikelen 23 tot en met 26 en 36 tot en met 39 van het besluit van de Waalse Regering van 17 november 1994 houdende het statuut van de ambtenaren van het Gewest.

Art. 5.§ 1. De overgeplaatste personeelsleden behouden hun hoedanigheid, hun graad, alsook hun administratieve en geldelijke anciënniteit. Onverminderd § 2, behouden ze de toelagen, vergoedingen of premies, alsook de andere voordelen die ze tevoren genoten.

De betrekkingverbonden voordelen blijven ze genieten zover de voorwaarden voor de toekenning ervan in de « Société » blijven bestaan. § 2. Als een overgeplaatst personeelslid een hogere functie waarneemt, wordt voor diens overplaatsing enkel zijn statutaire graad in aanmerking genomen. Als hij, vanaf zijn overplaatsing en zonder onderbreking, binnen de « Société » dezelfde hogere functie als degene die hij heeft uitgeoefend, opnieuw waarneemt, zet hij de uitoefening van die functie voort. § 3. De ambtenaren behouden de evaluatie die ze hadden bij de overplaatsing.

Als een personeelslid, op de datum van zijn overplaatsing, een aanvraag om herziening van zijn evaluatie heeft ingediend, wordt de procedure voortgezet binnen het Ministerie van het Waalse Gewest. § 4. De personeelsleden behouden in de « Société » de rechten op bevordering die ze hebben verworven door te slagen voor een vergelijkend examen voor overgang naar een hoger niveau of voor een examen voor verhoging in graad dat vóór hun overplaatsing heeft plaatsgevonden.

Voor hun rangschikking worden de laureaten geacht het vergelijkend examen of het examen in de « Société » te hebben afgelegd.

De laureaten van verschillende vergelijkende examens waarvan de processen-verbaal op dezelfde datum afgesloten werden, worden onderling gerangschikt naar gelang van hun dienstanciënniteit, waarbij voorrang verleend wordt aan de laureaat met de hoogste anciënniteit.

Als de processen-verbaal van de vergelijkende examens op verschillende datums afgesloten zijn, wordt voorrang verleend aan de laureaten van de vergelijkende examens waarvoor de processen-verbaal eerst werden afgesloten. § 5. Op voorwaarde dat het personeelslid vóór zijn overplaatsing naar de « Société » voldoet aan de voorwaarden om deel te nemen aan een vergelijkend examen voor overgang naar een hoger niveau of aan een examen tot verhoging in graad dat aangekondigd werd op de datum van de overplaatsing, behoudt hij het recht om deel te nemen aan dat vergelijkend examen of examen, zelfs als hij in de loop van de periode waarin de proeven plaatsvinden overgeplaatst of aangesteld wordt krachtens voorliggend besluit.

Paragraaf 4 is van toepassing op de laureaat van een vergelijkend examen of examen bedoeld in het eerste lid.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 7.De Minister van Ambtenarenzaken en de Minister van Huisvesting zijn belast, ieder wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 21 januari 1999.

De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, B. ANSELME De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid, W. TAMINIAUX

^